r an onze abonné s""^
ERVAWGEN in het
concentratiekamp te Amersfoort
V» -J
NIEUWSBLAD VOOR DEN HELDtR, HOEGRAS, TEXEL, WIERINGEN EN ANNA PAULOWHA
Geen Dictatorschap
Een Heldersche jongen vertelt:
STERKE STAALTJES
Wat Helderse burgers tijdens
de Duitse bezetting deden.
DINSDAG S JUNI 1945
HELDERSCHE COURANT
HOOFDREDACTEUR: J. BIJLSMA
ADVERTENTIES 11 CT. PER MM.
ABONNEMENT PER KWARTAAL
De maatschappelijke toestanden,
zoals die vóór 10 Mei 1940 beston
den, zijn door het Duitse bezettings
apparaat dermate in de war gegooid,
dat Nederland eerder een chaos is
dan een evenwichtig opgebouwde
staat. De oorlog heeft het normale
leven aangetast, zodat een maat
schappij is overgebleven, die mis
schien slechts in zijn uiterlijk lijkt
op die van vroeger, doch waarvan de
oude dikwijls wrakke fundamenten
niet sterk genoeg zullen blijken om
een nieuwe samenleving op te base
ren.
Bovendien zijn de messen zelf ook
veranderd. Volkomen wakker ge
schud door de realiteit van vijf jaar
oorlog en bezetting, hebben de
meeslen ingezien naar 1940 en de
is terug te keren naar 1940 en de
daaraan voorafgaande jaren. In het
algemeen wil Nederland niet meer
de politieke en maatschappelijke con
stellatie terug van vgór de oorlog,
in elk geval wil men de fouten van
die dagen vermijden, terwijl men in-,
ziet, dat méér eenheid noodzakelijk
is voor de wederopbouw van ons
land.
Juist in deze tijd, nu veel nog ge
regeld moet worden, nu de overheid
staat voor schier onoplosbare pro
blemen, terwijl aan de andere kant
snelheid van handelen geboden is,
juist nu bestaat bij het Nederlandse
volk de neiging te roepen om een
sterk gezag met vérgaande rechten
en vrijwel onbeperkte macht.
Inderdaad, wij moeten toegeven,
aat een krachtig bewind nodig is.
Dit mag echter geenszins leiden
tot dictatuur.
Is de kans op het ontstaan van
eea chctatuur jn 0ns land gróót?
Wij willen deze zeer belangrijke
raag pogen te beantwoorden-
Nederland is de laatste honderd
18% mocratisch geregeerd. Sinds
ls de invloed van het volk op
T r®§ering regelmatig toegenomen,
m-r, leidde dit, wij moeten de
ppn en bet te erkennen, tot
P°btiek-partijen-stelsel, dat
geenszins in staat was dè proble-
dêrïpnZOaAS ^ie z*ck 1940 voor-
les te lossen. Wij weten er al-
vniirJn' ,een gezonde en realistische
%na I°ÜrulehtmS bestond in Neder-
niet ri'J t-et uitbreken van de oorlog
r,;,.,' e Kamerleden en zelfs de mi-
donr a Werden dermate gehinderd
tenmineT partijen, dat zij, als zij dit
hetT%euWerkeliib wilden, moeilijk
lans belang voor het partijbe-
tenlanri° 611 laten gaan. Onze bui-
het nntvf Politiek was, mede door
ding to/rio611 Van een "a verhou_
weermaf-h» staten sterke
het het hu'itVa? weinig kracht. Waar
wij ons te betrof, meenden
het voeren handhaven door
tiek, welke een neutraliteitspoli-
een krachti» het ontbreken van
doemd wal f marine vooral, ge-
wij in ]Q%* ,e mislukken. En toen
overval? r Duitsland werden
dagen 6n' duurde onze strijd vijf
riodp i,Gn. de vreselijke bezettingspe—
fer„ rak aan, die zo veel slachtof-
oeeft gekost.
(jie °or, de hulp van bondgenoten,
t6]r zlcd bijtijds van de even-krach-
en a6 ouding wisten te herstellen
het rv% de bulp van Rusland, dat
Duitse oorlogsmonster tenslotte
u }e verlammen, en door de
d» *t e afwijzende houding van
ue Nederlanders zelf en de zelfopof-
ringsgezindheid van vele landge-
ke u WÜ van den onderdruk-
r bevrijd. Nu, en zeker na het be-
'noigen van de strijd in de Pacific,
ii
Straffen, die toegepast worden.
Ik stond eens 36 nar aan een
stuk
Er worden verschillende straffen
toegepast. De meest gebruikelijke zijn,
het z-g. pompen, dat is diep door je
knieën zakken en je weer oprichten.
Het is ontzettend vermoeiend, want
dat moet je geen tienmaal, maar hon
derd maal, tweehonderd maal of nog
meer doen. Ik kon het tenslotte drie
honderd maal. Maar dan kan ie pok
niet meer op je benen staan. Doe je
het niet vlug genoeg of val je er bij
neer. dan ranselt de stok alweer op je
los.
Een andere straf was het z.g. vallen
en opstaan. Alles gaat op commando.
Kotella staat voor de troep en
schreeuwt: „Vallen". Allen vallen plat
op de grond- „Opstaan" brult de beul.
Allen staan.
„Vallen staan,vallen
staan", en dat gaat maar door- Ik
maakte het één keer mee. dat enigen
door vermoeidheid niet snel genoeg
opstonden. Kotella schoot er op in met
zijn revolver. Hij sloeg of hij trapte.
Een beestmens was het.
Ik was nog maar kort in het kamp,
toen we op een Zaterdagmiddag moes
ten aantreden. Waarvoor wisten we
niet. Het was 12 uur. We stonden uren.
Je kan niet vragen, waarom je moet
staan of hoe lang je moet staan. Je
staat maar.
Het werd acht uur 's avonds- We
stonden nog. Nu eens in de houding,
dan weer op de plaats rust. Eten of
drinken kregen we niet. Het werd 12
uur in de nacht. We stonden nog. Velen
gaven tekenen van grote vermoeidheid.
De volgende morgen om acht uur
zullen wij onze zaken zelf weer ter
hand kunnen en willen nemen om
op de puinhopen van een verwoest
Nederland een nieuwe staat op te
bouwen die beter is in al zijn gele
dingen dan de vorige.
Wat ons is gebleven in de vijf ja
ren van bezetting is ons rechtsge
voel. Dat is een verheugend teken-
De Nederlandse volksaard is om
trots op te zijn: niettegenstaande
aanvankelijke wraakgevoelens <*en
opzichte van de Duitsers en
N. S- B'ers plus hun aanhang, kreeg
het zuivere rechtsgevoel de over
hand: bijltjesdag is niet genouden
slechts weinig on-Nederlandse ele
menten zijn werkelijk lastig geval
len, terwijl het volk over het alge
meen begrip toont voor de moeilijke
positie, die vele verantwoordelijke
personen gedurende de bezetting
bekleedden. Naast het rechtsgevoel
zijn wij critisch gebleven: wij accep
teren niet de daden van de over
heid zomaar, wij vragen ons wel af
of een en ander werkelijk goed en
nodig is.
Een sterk voorlopig bewind is no
dig, dat voelt ieder, maar onze cri-
tische opmerkingsgave en ons zuivere
rechtsgevoel zal nooit en te nimmer
een staatsgreep toestaan. De volks
stem luidt: voorlopig een sterk ge
zag, daarna verkiezingen, welke een
regering naar voren moet brengen
die los staat van partijbelangen,
méér eenheid in het politieke leven
zodat een democratisch bewind op
brede grondslag Nederland zal kun
nen herbouwen
de B.
stonden we nog. En nog steeds kregen
we eten noch drinken.
Een van de ouderen viel neer. bleef
dood liggen. Hartverlamming. Wij ble-,
ven staan- Een tweede viel neer, hart
verlamming. Wij bleven staan. Het
werd Zondagmiddag 12 uur. We ston
den er nog. We waren dodelijk ver
moeid, hadden honger en dorst, waren
huiverig. Enigen vielen neer. bewuste
loos. Men liet ze liggen. Als ze bij
kwamen, moesten ze weer gaan staan-
Het werd Zondagavond acht uur- We
stonden nog. Dat was 32 uur en nog
mochten we niet gaan, We voelden
onze benen niet meer. Zondagnacht om
12 uur, nadat we 36 uur aan één stuk
hadden gestaan, zonder eten of drin
ken, mochten we naar onze barakken.
En de volgende morgen om 5 uur was
het weer opstaan."
We zitten even stil tegenover elkaar.
Luuc en zijn interviewer.
Het gaat door ons heen: wat is er
veel geleden door duizenden goede
Nederlanders in deze vier jaar van
bezetting. Wat hebben de Moffen ge
tracht de geest te breken. Maar het is
hun niet gelukt. De beste van onze
landgenoten zijn ongebroken, verbit
terd, gedesillusionneerd in de mens,
maar met dezelfde fiere geest, die onze
vaderen gekenmerkt heeft-
„En toch", zo" vervolgt de Helderse
jongen zijn verhhal, „als ik weer moest
tekenen, zou ik weer weigeren. Liever
terug naar het concentratiekamp, dan
werken voor de Moffen".
Gemene trucjes.
•„Bij den commandant van het kamp
ben ik enige malen voorgeroepen. Dan
werd een foto gemaakt, je papieren
werden in orde gemaakt, je zakboekje.
Dan kreeg je een papier onder je neus
en werd bevolen: „Tekenen".
Ik verzocht eerst te mogen lezen.
Ik las, dat ik er mee accoord ging als
frontarbeider te worden uitgezonden
en zei: „Dat teken ik niet".
„Mensenkind", zei de Mof veront
waardigd en gaf me een slag in m'n
gezicht.
Nog eenmaal probeerden ze het-
Toen was Kotella er bij en toen ik
weer weigerde, sloeg hij me met een
gummiknuppel in m'n nek.
Daarna probeerden ze het met z.g.
vrije arbeid in Duitsland, onder gun
stige arbeidsvoorwaarden. Er stond met
rode inkt onder dit papier „S.S.-front-
arbeider," maar dat zou met rode inkt
worden doorgeslagen zodra ik getekend
had.
Ik trapte er niet in en tekende niet.
Velen liepen er in.
„Hoe was het eten in het kamp?"
„Teveel om van te sterven en te
weinig om van te leven. We hebben
van de honger wel aardappelschillen
gegeten en wie een rauwe aardappel
vond, die had een boffertje-
's Avonds kreeg je een stukje kug
met een snippertje boter, een plakje
worst of een plakje kaas. Het was
eigenlijk niet voldoen.de voor één
maaltijd, maar wij moesten het ge
bruiken voor 's avonds en 's morgens.
Tenslotte werkte je de hele dag hard.
Hout zagen, hout hakken. Ik heb kolen
gesjouwd, vuil weggebracht en ben
nog 5 dagen kleermaker geweest. Dat
kwam zo. Ik was een keer In de kleer
makerij en zag een fout in de machine.
Ik maakte daarop attent. Toen werd
me gevraagd: „Ben jij kleermaker?"
„Neen", zei ik, „ik ben leerling".
Ik zag hier een uitkomst van het
buitenwerk naar het binnenwerk.
„Hoe lang ben je leerling?"
„Drie jaar", loog ik met een onbe
wogen gezicht.
Het eerste artikel werd opgenomen
in de Held. Crt. van Zaterdag 2 Juni.
Nog een weinig geduld
Wij begrijpen, dat er van het
geduld van velen onzer abonné's
nogal wat gevergd wordt. Enige
jaren lang is men van behoorlijke
berichtgeving verstoken geweest
en nu men weer zijn eigen'krant
kan ontvangen, nu wil men die
op tijd hebben. En daar zit nu
juist de moeilijkheid- Door be
paalde omstandigheden zijn wij
genoodzaakt de krant nog in
Alkmaar te drukken. Dat betekent
voor onze abonné's in Alkmaar
en omgeving en allen die bezui
den de Kaasstad wonen, een
vluggere bestelling, dan wanneer
de krant in Den Helder ter perse
zou gaan. Maar, en dat weegt ook
ons zwaar, voor' onze Helderse
abonné's heeft het de laatste
week betekend, dat ze enige dagen
op de krant moesten wachten. En
dat is onaangenaam.
Wij hebben in Alkmaar gespro
ken met de leiding van het Post
kantoor, wij 'hebben ons in ver
binding gesteld met het Mil. Ge
zag en met de Transportdienst,
we zijn bij de spoorwegen en bij
de garages geweest, doch alles
was zonder resultaat.
Wij menen evenwel Zaterdag
geslaagd te zijn in een betere
verbinding met Den Helder en
naar alle waarschijnlijkheid zul
len onze Helderse abonné's deze
week de krant op de dag van
verschijning ontvangen. Ook
trachten we volgende week weer
dagelijks uit te Komen.
Wij vragen dus nog even geduld
van onze abonné's en begrip voor
de moeilijke toestand, om het
expeditie-apparaat weer normaal
op gang te krijgen.
In Maart 1943 kon men in de krant
hier ter stede lezen,dat een meisje
te vondeling gelegd was. In het be
richtje werden inlichtingen gevraagd
om het kindje, dat slechts "een half
jaar oud was, nader te identificeren.
Er kwamen geen deugdelijke inlichtin
gen binnen, en dat was logisch ook,
want het kind was het dochtertje
van een jong Jodenpaar.
De gehele zaak was door enkele
stadgenoten in scène gezet: de moeder
bracht zelf haar dochtertje naar de
familie, waar het kind deze iarenzo'n
uitstekende verzorging genoot, de heer
des huizes diste de politie het verhaal
van een vondelingetje op. de politie
trapte erin, wilde zelfs een speurhond
er bij halen, hetgeen gelukkig niet ge
beurde, daar door het schieten van het
afweergeschut die avond de sfeer on
gunstig voor het werk van een politie
hond was. terwijl onder geleide van
een rechercheur, die eveneens in het
complot betrokken was, de moeder de
volgende morg_en buiten Den Helder
gebracht werd-
Het kindje kreeg een andere naam
en groeide op in het sezin van den
man, die het „gevonden" had. Sinds
de bevrijding zijn de ouders hun
pleegkindje bij zijn werkelijke naam
gaan noemen. Nu wachten zij, tot de
ouders zullen terugkeren en hun
dochtertje, dat intussen een flinke meid
is geworden, weer tot zich te nemen.
Er zijn bijzonderheden bekend ge
maakt over het eerste grote Engelse
transportvliegtuig in vredestijd- Dit
vliegtuig is ontworpen volgens het
model van de Halifax-bommenwerper
en kan binnen een uur van Londen
naar Amsterdam vliegen, met een
lading van 8 10 ton.