HELDERSCHE COURANT
Den Helder geen dode stad
Indien ze het wisten
NIEUWSBLAD VOOR DEN HELDER, KOEGRAS, TEXEL, WIERINGEN EN ANNA PAULOWNA
Commandant Marine vertelt:
Afwachten nog de
boodschap
Jongeren
Aan Den Helder
Eerste kinderuitzending
naar Brabant
Bevrijding van Indië^
aanstaande?
SATERDAG «I JUNI t94«
VERSCHIJNT DAGELIJKS
Advertenties II cent per millimeter
HOOFDREDACTEUR: J. BIJLSMA
ABONNEMENT PER KWARTAAL: Stad en
omgeving f 2.60, Postabonnementen l 3.00
Zondagsoverdenking
„Indien de mensen wisten waarom
ze doen zoals ze doen, zouden ze
andere dingen doen en waarschijnlijk
betere", aldus Sigmund Freud.
Een opgeschoten jongen fietst langs
de straat. Daar springt blaffend en
uitgelaten een jonge speelse hond
naar hem toe. De jongen trapt naar
hem en jankend en verslagen
druipt het dier af.
Een man komt terug, na jaren
lange afwezigheid. Hij merkt dat
zijn vrouw hem ontrouw is geweest.
Hij is verontwaardigd! En besloten
zijn kinderen en zichzelf te bescher
men tegen haar lichtzinnigheid, laat
hij de kinderen in een gesticht op
nemen en geeft hij een advocaat zijn
echtscheiding in handen. Zo, nu is de
lucht om hem heen weer rein."
Een oude vroüw heeft ééi) harer
kinderen bij zich thuis. Zij overlaadt
het met zorgen en kleine verwenne-
rijtjes. Zij maakt zich onmisbaar. En
met slecht verborgen zelfingenomen
heid hoort ze de lof aan die haar
buren haar toezwaaien over zóveel
offers, op haar leeftijd nog gebracht...
Het kind intussen
Lezer, achter al onze daden schui
len motieven, drijfveren. "Er zijn er
daaronder die wij kennen, er zijn er
ook onder die wij niet of slecht ken
nen. Er zijn er die wij nóg niet ken-
nen en wellicht nooit zullen kennen.
Er zijn er ook die wij met enige in
spanning en goede wil wel kunnen
leren kennen. Op die laatste motieven
doelt Freud, de grote mensenkenner,
in zijn bovenaangehaalde woorden.
Indien we wisten waarom we
doen zoals we doenHoe vaak
staan we stil bij deze drijfveren tot
onze daden?
Als de driftige jongen op zijn fiets
zich had gerealiseerd dat hij driftig
was omdat hij onwillig was geweest
zijn moeder een dienst te bewijzen,
dat zijn drift dus zijn kwade gewe
ten was, dan zou hij niet de hond,
maar zich zelf een trap hebben ge
geven, gezegd hebben: „mispunt, ga
terug en help je moeder even" en
alles was goed geworden.
Als die heilig-verontwaardigde
man zich had bekend dat ook zijn
boekje niet schoon was, dat zijn ver
ontwaardiging over zijn vrouw een
comedie was, gespeeld om zijn on
zuiverheid te bemantelen; als hij
zich bovendien bewust had willen
maken van een heimelijke zucht naar
volledige losmaking van de band van
huwelijk en gezin die hem knellend
leek na de genoten vrijheid dan
was hij bij zijn vrouw gebleven en
samen hadden ze hun kinderen op
gevoed tot sterker mensen dan zij
zelf waren geweest.
Als de oude vrouw zich had wil
len toegeven dat haar zorgen voor
^dat ééne kind thuis waren ingegeven
door vrees voor eenzaamheid, de
zucht te blijven redderen en bedillen
r- 2e zou haar volwassen kind heb
ben vrijgelaten eigen wegen te gaan
en ze zou haar meer aan zich
hebben verbonden daardoor dan nu
"et geval is.
Boven dé tempel Delphie
stond de grote levensvermaning:
„Ken u zelf", ingegeven door oude
maar niet verouderde wijsheid. Ken u
zelf. En als we schrikken van de
duisternis in ons hart, van de laag
heid van sommige motieven? Dan is
er een Hogere Macht die in ons met
ons strijdt om dat lagere om te
zetten in iets hogers! En als we
telkens weer struikelen en telkens
weer dat donkere in ons opstaat?
„Waarnaar ik gestreefd heb te zijn
hoewel ik het niet was dat troost
mij", antwoordt een nobel hart.
Waarnaar zij streefde? Mens te zijn
onder mensen. „Indien de mensen
wisten waarom ze doen zoals ze
doen, zouden ze andere dingen doen
en waarschijnlijk beter." „Doorgrond
mij, o God, en ken mijn hart. Zie of
bij mij een schadelijke weg is en ge
leid mij op de eeuwige weg."
Psalm 139.
We zitten in de kamer van den
commandant Marine in 't Paleis, het
gebouw, dat tientallen jaren lang
het centrum is geweest van het
Nieuwediepse marineleven. In deze
kamer zijn" belangrijke maritieme*
vraagstukken besproken, hier zijn
grote beslissingen genomen, hier
hebben tal van bekende admiraals
gewoond- Links aan de wand hangt
het, bijna levensgrote geschilderde
portret van De Ruyter, rechts blikt
het ernstige gelaat van Evertsen op
de bezoekers neer. Het is of de bei
de vlootvoogden luisteren naar de
gesprekken, die hier gevoerd wor
den.
Door de hoge vensters v. -~t
late licht van de zomeravond,
achter ligt de haven met de zee, 1
en wijd en glanzend onder de stra
ling van de zon. Meeuwen wieken
rustig over het water, dalen, stijgen,
zweven sierlijk over haven en strek
dam of wiegen zich op de lichte dei
ning van het even bewogen water.
We hebben dit beeld enige jaren
gemist. De commandant van de
Marine, kap.-luit. ter zee J. S. Bax,
staat naast ons en laat zijn blik ook
glijden over dit vertrouwde beeld.
Dat is Nieuwediep", zegt hij, „zo
als we het kennen en zoals we er
van houden"-
Overste Bax voelt zich thuis in
Nieuwediep.
„Ik heb hier m'n jongensjaren
doorgebracht. Ik _heb hier met
Quant, Bik en de Rooy gezeten op
school 8. Hier hebben we de Marine
leren kennen en hebben we ons hart
er aan verpand".
't Is twee weken geleden, dat
overste Bax, na jaren van afwezig
heid: Indië, Australië, Engeland,
Afrika, Malta, Sicilië en Italië,
weer kwam in Den Helder, met de
opdracht uit Engeland om het Ma
rine-commando op zich te nemen.
Het is ontzettend animerend werk",
zegt hij, „iedere dag schieten we iets
op, iedere dag gaat het iets beter. Je
ziet het werk groeien, en het is fijn
iets te kunnen doen in het belang
van de marine en van Den Helder!"
Een sinefcure is het niet. Om 6 uur
s morgens begint over het alge
meen de dagtaak en als wij van
avond om tegen half tien het com-
mandement verlaten, komt een vol
gende bezoeker binnen.
„Wat denkt U van Don Helder als
marineBa.-rs, nvers*
„Ik verv vraag", zegt
hij lachend. Wilt U 'el geloven, dat,
wanneer ik door de Jutterij loop,
die vraat Z'ch merkbaar aan mij op
dringt? De puinhopen van Haven
plein, H"ofdgracht. Kanaalweg, het
ouwe Helder, zij kijken je vragend
aan: „Wat gebeurt er met Den Hel
der?" De lege etalages in het stads
centrum, ze vragen: komt de marine
terug? Ik lees het op de gezichten
der voorbijgangers.
Je voelt dat de Jutterij* op het
ogenblik popelt van dadendrang en
dat er maar één enkel optimistisch
woord nodig is om de zaak in gang
te zetten. Daarom ben ik huiverig
om U daarop te antwoorden, omdat
ik bang ben dat mijn woorden ver
keerd uitgelegd zullen worden.
Maar ik kan U met de hand op
mijn hart zeggen dat ik het niet
weet! En niemand van ons, buiten
de allerhoogste leiding misschien.
Nu kan ik U wel zeggen wat ik er
van denk, maar daar bent U niet
mee geholpen. Dit is een zaak 'die U
aan den minister moet vragen.
Maar er is hier altijd marine ge
weest. De Duitsers maakten dank
baar gebruik van deze haven als
basis. Er is niet de minste reden om
aan te nemen dat er geen marine
zou terug keren.
Ik waarschuw echter met klem te
gen overdreven optimisme. Zet uw
plannen tot grootse wederopbouw
niet in gang vóór dat u de aller
hoogste Marine-instanties geraad
pleegd hebt.
Zeker we gaan een nieuwe vloot
opbouwen met méér en krachtiger
schépen dan we ooit gehad hebben,
De gehele personeelsorganisatie,
waarvoor we thans hier "oorlogsvrij
willigers werven, is in Engeland
daarop ingericht- Maar of dit grote
materiaal in Den Helder gebaseerd
zal worden, trek ik sterk in twijfel.
Met dit materiaal kunnen wij een
belangrijk contingent leveren aan
de grote in geallieerd verband
agerende vloot, want anders dan in
geallieerd verband kan ik onze ma
rine niet meer zien. Voor die vroe
gere neutraliteitspolitiek zal toch
niemand meer iets voelen.
Waar die vloot, of het Hollandse
contingent, gebaseerd zal worden,
hangt m.i. geheel af van het te ver
wachten operatieterrein en de beslis
sing ligt geheel in handen van een
naar ik vermoed groot gealli
eerd opperbevel.
Daarom waarschuw ik nog eens
tegen optimistische en pessimisti
sche verwachtingen ten aanzien van
de basering der marine in Den
Helder.
En als Nieuwediep vooruit wil,
laat men zich dan niet blindstaren
alleen op de marine. Ik meen me
toch te herinneren van vóór de oor
log, dat ook in het kader van de
zee- en binnenhandelsScheepvaart
voor Nieuwediep een toekomst lag?
U kent de Jutterij. een dood Zui
derzeestadje zal het heus nooit wor
den-
Den Helder, warme klank, voor
velen toverwoord.
De zoute zeewind, die bij storm
zo fel kan gieren,
Is voor een Jutter wien Ons
Nieuwediep bekoort,
Heel geen bezwaar om langs de
Dijk te passagieren.
Hij voelt de grootheid van de zee
en haar mysHek,
Die nooit verveelt en hem tot t
laatst blijft binden;
Zij schept een zuiv're sfeer van
zeemansromanfiek
Haar roepstem zal in 't Helders
hart zijn weerklank vinden.
't Is voor Den Helder, dat ik
nooit vergeet,
En voor de Helderse
herinneringen,
't Is voor de zee, de Dijk, de
haven en het strand.
En voor zovele meer vertrouwd®
V dingen.,;
Dat ik mij uiten wil in weemoed
en geluk-.
Ik denk aan 't vele, dat ik heb
verloren^
Maar niet voor altijd, want Den
Helder geeft mij moed
Ep zal mij ondanks alles, steeds
blijven bekoren,,
HANNA BRIZóE.
(Geihaakt door een jong in
woonster van Den Helder,
haar verlangen naar haar wooa-i
plaats uitzingt, nu zij geëvacissi
eerd is).
Honderd kinderen' naar het
Zuiden.
Gisterenmorgen vertrokken honderd
kinderen uit het rayon Alkmaar (om
vattende de hele kop van Noord-
Holland) per bus naar Brabant. Het
zijn kinderen van zes tot twaalf jaar,
die zullen worden ondergebracht te
Oss en omgeving. Zij zullen daar
drie maanden vertoeven-
Meerdere zendingen zijn in voor
bereiding. Deze kinderuitzending
wordt georganiseerd door het Plaat
selijk Comité te Alkmaar van het
Nationaal Comité tot Uitzending van
Nederlandse kinderen.
Een speciale verslaggever van ons
blad zal deze tdcht naar het Zuiden
meemaken -sn hoopt spoedig verslag
van zijn bevindingen ts kunnen uit
brengen!
Oordeel van scbout-btf-n»
Coster. 4
De Australische landing op Noord»
Borneo wordt door den gep. schout»
bij-nacht T. W. Coster, die zich tg
Melbourne bevindt, beschouwd alg
een belangrijke stap naar de bevrij
ding van Nederlands-Indië zo schrijO
„Trouw".
De strategische waarde van La*
buan is zeer duidelijk, het ligt 1434
k.m. van Soerabaja, van Tarakan ia
het slechts 550 k.m. verwijderd en
van Balikpapan 700 km.
Schout-bij-nacht Coster acht dB
verovering van Labuan van even*
veel belang voor Ned.-Indië als dia
van Okinawa voor de komende in
vasie in Japan.
De Japanse vloot in Ned.-Indië ia
geslonken tot een of twee kruisers*
een paar torpedojagers en enkelal
kleinere vaartuigen. Van de eenmaal
aanzienlijke Japanse luchtmacht ig
slechts zeer weinig overgebleven. Da
eens zo goed bezette vliegvelden ta
Kendari in Z.-Celebes, op Amboal
en op Timor zijn thans vrijwel ver*
laten. De enige overgebleven Japan*
se strijdmacht in de Zuid-West*
Pacific bestaat uit enige divisies,
verspreid over vele eilanden ,uiia
verbinding en afgesneden van 4®
voorraadcentra.
Gezien de geallieerde overmacht
ter zee en in de lucht, me
schout-bij-nacht Coster, hangt u®
bevrijding van Ned.-Indië slechts
af van het beschikbaar zijn van
voldoende amphibietroepen en
landingsvaartuigen. Nu de oorlog
in Europa is geëindigd, is dit
slechts een kwesti* van transport»