heldersche courant
Ttfeeti komt de dao. Vd zoeéfaiytr:
KLAASJE EN DE PEPERNOTEN
Waf Sinterklaas
bracht
door HENDRIK VAN LEDEN
De roede achter de staldeur
De radio op 5 Dec.
Ott ft
Een verhaal voor de jeugd
Oe, Oe! dat Klaasje, wat was die on
deugend geweest! Ze waren er alle
maal een beetje van overstuur: Vader,
Moeder, Hans en Kees. Alleen Klaasje
zelf niet....
Klaasje beweerde dat Sint Nicolaas
niet bestond. Nou ja, dat was natuur
lijk malligheid. Klaasje wist niet beter
en misschien had z'n vriendje hem
dat wel wijsgemaakt. Want natuurlijs
bestaat Sint Nicolaas wel, hoor! Vraag
het maar aan vader of moeder. En van
Klaasje was het erg ondeugend, zoo
iets te durven zeggen. Maar het kwam
door de pepernoten.
Kijk, toevallig was vader die mid
dag uit het dorp thuis gekomen met
een grote zak. Wat daarin zat weet ik
niet, maar misschien wel bruine bo
nen of erwten, want ze zouden erw
tensoep eten. Ja, ik weet het zeker,
dat het. erwten waren. Nu had Zwarte
Piet om het niet te vergeten, en ook
omdat hij het op die dagen, zo om en
nabij de 5e December, zo verschrikke
lijk druk heeft, alvast een grote zak
met pepernoten stilletjes klaar gezet
in het huis waar Klaasje woonde, want
natuurlijk zou Sinterklaas daar op be
zoek komen, en dan hoefde Piet die
zak alvast niet te dragen. Het was een
heel eind naar het huisje.
En nu ondeugende Klaasje.
Klaasje, nieuwsgierig, had gesnuffeld
in hoeken en kastan en.... kijk, daar
had hij de zak met pepernoten gevon
den.
Bijna net zo'n zak als die waarin
vader de erwten voor de erwtensoep
had gehaald. Nu zei Klaasje, dat Sint
Nicolaas niet bestond. En Zwarte Piet
evenmin.
Verschrikkelijk ondeugend van
Klaasje, ten eerste om te snuffelen
want je mag nooit in moeders kasten
komen, wel? en ten tweede om zoiets
dwaas te vertellen. Alsof er niet hon
derd zakken op elkaar lijken....
Vader en moeder waren dan ook erg
boos en bijna hadden ze Sint Nicolaas
gevraagd, hem géén cadeautjes te ge
ven op diens verjaardag.
Nee, dacht de Sint, die natuurlijk
alles had gehoord, dat is wel erg naar
voor Klaasje, vooral omdat de anderen
wel een cadeautje krijgen, maar ik
weet iets beters! en hij riep Zwarte
Piet, met wie hij ean lang gesprek
hield. Piet lachte en wreef zich in de
handen. Prachtig, Sint! riep hij uit, we
zullen dat jongetje even een lesje ge
ven. Hij denkt zeker dat zijn vader die
pepernoten heeft gekocht en niet ik?
Wat een rekel!
Zo kwam de avond van de vijfde
December. Tja, sprak vader en hij
zette de zak met pepernoten midden
op tafel. Zwarte Piet heeft er nu geen
aardigheid meer in, om er mee te
strooi ?n, nu Klaasje ze al heeft gevon
den, dus we zullen ze zo maar op
eten.
Héééé! klonk het teleurgesteld uit 2
mondies, maar Klaasie lachte over
moedig. Zie je wel. dat Zwa-fre P'et
niet bestaat? hield hij vol, anders zou
hij wel komen met nieuwe peperno
ten.
Op het zelfde ogenblik klonk er een
harde bons op de ruit. Oei, wat
schrokken ze daar van! Zelfs Klaasje,
die het hoogste woord had gehad,
werd een beetje wit om z'n brutale
neu6ie. Want diep in z'n kleine hartje
geloofde Klaasje immers zelf geen
woord, van wat hij allemaal zei? Diep
in z'n hartje was hij even grondig
overtuigd als alle kindertjes dat Sin
terklaas wel degelijk bestond. en
Zwarte Piet ook. Enmisschien had
Piet wel net aan de schoorsteen ge
luisterd, terwijl hij sprak. Klaasje
voelde zich een beetje warm worden.
Bons! daar bonkte iemand hard op de
deur. Nee, maar nu werd Klaasje toch
bijna bang. Als het nou toch heus Sint
Nicolaas was. of.... of misschien
Zwarte Piet die hem nu kwam halen?
Wie zou er immers anders kunnen
bonzen?
Kom, plaagde vader, wie durft er
gaan kijkan, Klaasje jij bent toch zoo
dapper, en nietwaar? Sint NicoLaas
bestaat niet?
Maar Klaasje was helemaal niet
dapper meer. Hij vocht met z'n tranen,
zodat moeder echt een beetje mede
lijden met hem kreeg. Wel, sprak ze
dan ook, ik weet het beter, gaan jullie
met z'n drieën maar eens kijken, het
is volle maan, dus helemaal licht bui
ten, net of het dag is. Even aarzelden
ze. dan stond Kees op.
Ja, met z'n drieën durf ik wel, sprak
hij. Ik ook, meende Hansje, en Klaas
je, schoorvoetend, kwam als derde
achteraan. Voorzichtig deden ze de
deur open van het huisje. Er was niets
te zien! Helemaal niets! Ook geen
pakje voor de deur. Loop maar eens
Tot de vele gewoonten die verband
houden met het Sint-Nicolaasfeest, be
hoort ook het plaatsen van de roede ach
ter de staldeur, ter bevordering van de
vruchtbaarheid van het _e. Dit ziet men
o.a. in Beieren, waar de helder het oude
gebruik nog volgt. De roede blijft de ge
hele winter achter de staldeur staan, waar
de herder ze heeft neergezet. In de lente
drijft hij het vee ermee naar buiten onder
het uitspreken van een rijmpje, dat de
bedoeling van deze handeling verduide
lijkt.
Nog een ander zonderling gebruik, dat
enigszins verband hield met het boven
staande, vond men bij de oude Germa
nen en ook bij de Romeinen: daar be
werkte men elkaar af en toe met de roe
de. terwijl de kinderen van tijd tot tijd
zonder bepaalde reden duchtig werden
afgerost. Men schijnt in de overtuiging te
hebben verkeerd, dat deze hardhandige
liefhebberij geluk zou aanbrengen!
door naar buiten riep vader, maar zet
je muls op, kinderen! Aarzelend lie
pen ze een paar passen en toen op
eens.... Wat was dat? Begon het te
regenen? Maar er was geen wolkje
aan de lucht! Hoe kon dat dan? Toch
regende het?en meteen gaf Hans
je een luide schreeuw.
Jongens, riep hij uit, kijk eens, peper
noten....! Ze vallen zomaar uit de
lucht. Ja waarlijk, het regende peper
noten. Vergeten was de angst en met
z'n drieën holden ze naar de plek,
waar de pepernoten tikkelend op de
grond neerkwamen. Bij handenvol
raapten ze ze op, juichend, lachend.
Toen ze weer binnen zaten, glinster
den hun ogen.
Wel, Klaasje, vroeg vader, geloof je
nu dat Sinterklaas bestaat, en Zwarte
Piet ook? Klaasje knikte. Natuurlijk
bestonden ze, hij had er feitelijk geen
oganblik aan getwijfeld. Maar nu
nu wist hij het helemaal zeker. Als je
zomaar pepernoten kon laten regenen.
Buiten liet Zwarte Piet zich tevre
den uit een hoge boom zakken.
O, zo sprak hij en wreef zich ver
genoegd de handen, dat jongetje Jjeeft
een lesje gehad. Een flink lesje! Als
of ik niet zou bestaan, stel je voor....!
KORT VOOR ZIJN VERTREK NAAR NEDERLAND KIJKT SINT NICOLAAS
MET ZIJN TROUWEN KNECHT NOG EENS DE BOEKEN DOOR, WAAR DE
NAMEN DER ZOETE EN STOUTE KINDEREN IN GESCHREVEN STAAN.
„Kijkt U eens hier meester, dat kind is wel erg lief geweest", zegt Piet.
(de Vries-Pi.
„Herrijzend Nederland" heeft voor a.s.
Woensdag 5 December een uitgebreid St.
Nicolaas-programma, samengesteld, waar
men op Hilversum I naar zal kunnen luis
teren. De persdienst van de omroep geeft
ons hierover de volgende bijzonderheden:
Tussen 15.15 uur en 23.00 uur is Sint Ni
colaas druk met de radio. De kleintjes,
de rijpere jeugd, de ouderen, allen ko
men aan de beurt. Zo is er om 15.15 uur
de uitzending van een hoorspel voor de
kleinen, getiteld: „Sint Nicolaas krijgt
hulp".
Om 16.30 uur is het grote moment daar,
dat de goede bisschop persoonlijk in de
studio verschijnt en de Hilversumse jeugd
om zich heen verzamelt. Om 19.15 uur is
er nog eens een jeugduitzending onder
het motto: „Wij vroegen het aan den ech
ten Sint".
Tussen 20.25 en 23.00 uur, maar zo, dat
de viering in het gezin als het ware in
het radioprogramma mee is verdiscon
teerd, passeren korte radiospelen, aan St.
Nicolaas gewijd, de revue. O.a. gaat een
hoorspel van S. de Vries Jr., „Sinterklaas
in moeilijkheden", om 21.00 uur. De stem
men „goochelaar" Koos Koen gaat
„Op zoek naar Sinterklaas", om 21.40 uur.
Een cabaret-programma, verzorgd door
Benny Vreden, begint om 22.00 uur.
Een van onze kleine lezertjes
zond ons een door haar zelf ge
schreven Sinterklaasverhaal met
het verzoek, het in onze Sinter
klaaskrant op te nemen. Hier Is
het.
Ver achter het stadje Lochem woonde
een klein meisje. Zij heette Leentje.
Op een keer vroeg zij: „Moeder, wan
neer mag ik mijn schoen zetten?" „Vijf
December", zei Moeder. „Dan is het
Sinterklaasfeest". „Maar zou hij wel
komen?" „Dat weet ik niet", zei Moe
der. ,,Ik denk het haast wel. Je bent
altijd braaf en zoet geweest". Toen die
dag was aangebroken, zette Leentje
haar schoen en
zong een liedje van
„Sinterklaas is
jarig, 'k zet mijn
schoen vast klaar".
Toen Moeder had
gezegd, dat hij vast
zou komen, ging
zij gerust naar
bed. De volgende j
morgen vond ze,
wat ze zo graag
wou hebben, een
mooie aankleedpop. O, wat was Leentje
blij. Ze vergat helemaal door de
schoorsteen te roepen van „dank U Sin
terklaas en Pieterbaas". Dat deed ze
gauw. Maar Moeder zei: „Ik geloof vast,
dat Sinterklaas nóg wat verstopt heeft".
Leentje ging weer aan het zoeken.
Onder het tafelkleed vond ze een paar
Danketletters. En onder de kast vond
ze een grote doos met kleren, twee
hemdjes en twee broekjes en twee
mooie jurken, en helemaal onderin een
speculaaspop en een taaipop. „Je mag
Sinterklaas wel hartelijk bedanken voor
die kleren, want daar zat je toch ver-
'o?en om." Nu, dat deed Leentje ook.
Had zij geen beste S'i'erk'aas gehad?
GREETJE BOELEN.