ft»*6!
JONGENS DIE NAAR INDIËAJAAN
Wij spelen Bridge
Onze puzzlehoek
DAMRUBRIÊK
P„CHANTAGE"n
Lief en leed op de transportschepen
t Het vertrek
Storm
Op zee
Regen en mist
Naar de Rode Zee
Zou je dèi kunnen
tekenen?
Anti-Franco-Troepen in Spanje
Maaltijd voor elke dag
FEUILLETON
Kr rijn de laatste maanden honderden
en nog eens honderden soldaten naar
IndlS vertrokken en daaronder zijn ook
vele stad- en streekgenoten geweest
Hoe was het leven aan boord, hoe heb
ben deze Jongens, die merendeels voor
het eerst van huls gingen, de lange reis
raar het verre onbekende gemaakt?
Aan een particulieren brief van een
der Jongens, die op 29 November met de
„Sibajak"is vertrokken, ontlenen wij
hierover diverse interessante bijzonder
heden
Hij beschrijft allereerst het vertrek en
geeft in eenvoudige woorden weer hoe de
motorbootjes vol vrouwen, verloofden en
ouders van de vertrekkenden naar het
machtige schip varen totdat de vroeg In
vallende duisternis elk persoonlijk con
tact onmogelijk maakt
Als om zeven uur de boot vertrekt, door
schh n werpers belicht en door kleine
sterke sleepbootjes van de wal getrokken,
rennen de familieleden en vrienden
naar de kaden Overal langs de Nieuwe
Waterweg staan zwaaiende en schreeu
wende mensen Vanuit het seinhuis van
Hoek van Holland roept een vrouw doot
de microfooninstallatie haar „Kees" een
goede reis toe Er worden lichtseinen
tussen het schip en het seinstation gewis
seld, daarop vaart de grote boot op
eigen kracht de pieren uit en worden de
lichten van Holland kleiner tot ze on
zichtbaar zijn Alle mistroostige gedachten
worden aan boord door een flinke maal
tijd verdreven, er wordt wat muziek ge
maakt en om 12 uur gaan allen ter kool
lade, een pakje stroopwafels en 2* doos
jes lucifers, maar de vreugde over die
schatten wordt bedorven door het slinge
ren van het schip en de verwachting, dat
er slecht weer op komst is
Die nacht breekt de stOTm los en de
Middellandse Zee gaat woedend te keer
Het schip maakt J8° slagzij en de Sint
Nicolaasdag begint in een hevige storm
Om kwart over acht wordt het schip ge
draaid met de bedoeling het met de kop
in de wind te brengen maar doordat geen
der manschappen daarvan iets af weet
brengt het aan boord een grote schrik te
weeg
De Sibajak komt plotseling dwars op de
golven te liggen, maakt een hevig lawaai
en alles wat los is vliegt van zijn plaats
De jongens staan een ogenblik verlamd
van schrik In de eetzaal is het een ge
weldige verwarring van kapotte stoelen
en door elkaar gegooide mensen Het re
sultaat van dit alles is: één dode, tien
zwaar- en één lichtgewonde, welk droevig
feit zijn stempel op de gehele verdere reis
drukte De dode is een jongen uit Obdam
Hij zal helaas zijn familie nooit weerzien
Het schip ligt met zijn neus in de wind
en loopt op halve kracht koersend naar
Barcelona in plaats van naar het aan de
andere kant liggende Port Saïd
De volgende middag komen de Engelse
krijtrotsen in zicht, er wordt ruw weer
verwacht, er komt de nodige „deining"
en alles wat los is wordt vastgesjord Het
middageten is uitstekend verzorgd maar
de eetlust was miniem en zeer velen zoch
ten hun heil onder de dekens
De briefschrijver wordt 's nachts wak
ker, doordat het schip vreselijk slingert,
koffers vlogen links en rechts door de
hutten en geen soldaat kan op de been
blijven Het was zó erg, zegt de brief
schrijver, dat op een moment de koffers
tegen 't plafond sloegen Op 1 December
liggen vrijwel allen zeeziek in hun kooien
De Sibajak, die door ombouw enigszins
topzwaar is, vooral nu er weinig lading
aan boord is, ligt niet al te vast in het
water maar op 2 Dec, terwijl er nergens
meer land te zien was, wordt het beter
en op 1 Dec staren alle opvarenden naar
een smalle strook land met hellingen en
bergen waarop witte hulzen staan Dat is
de Portugese kust De zee wordt sustiger,
de thermometer stijgt en spoedig is het
schip bij de Afrikaanse en Spaanse kus
ten
„Ik ben", zegt de briefschrijver, „ver
liefd geworden op een klein Spaans stadie
van mooie witte huizen, dat ik door de
verrekijker ontdekt heb Tarifa Op de
Afrikaanse kust komt Tanger in zicht
Om half vijf vaart de Sibajak langs de
rots van Gibraltar, een grote steen
klomp midden in 't water, een onverge
telijk gezicht Er wordt 's avonds een uit
voering op het dek gegeven, welke vier
maal achter elkaar wordt opgevoerd om
alle militairen gelegenheid te geven er
naar te kijken
De briefschrijver, die een goed musicus
blijkt te zijn, vertelt uitvoerig over het
pianospel waarmee hij zijn makkers ver
maakt Op 4 December haalt hij zijn rant
soen en het valt niet tegen: 80 sigaretten,
2 ons snoep, S sigaren, een reep choco-
-meer
■F^"Av,'I i\yi }tV
A .ff. 'V .SftY
Hegenbuien maken het zicht op 100 m
afstands onmogelijk De misthoorn loeit
en aan een passerend mijnenvegertje,
dat naar de juiste positie vraagt, wordt
geantwoord dat men het op de Sibajak
zelf niet weet
De dag na Sint Nicolaas ligt de boot
nog steeds met de kop in de wind, maar
het weer wordt beter, A wordt koers ge
zet naar Port Saïd en alle jongens die
naar huis willen schrijven moeten hun
brieven inleveren
Op 7 December worden in de haven
van Malta vier gewonden van boord ge
haald en pok de dode, die hier zijn laatste
rustplaats zal vinden
Aan boord wordt een lijkdienst gehou
den De aalmoezenier houdt een rede, de
kapel speelt het Wilhelmus en de met
onze driekleur bedekte kist wordt met
een kraan over boord gezet en aan de
Engelse Navy overgegeven De gewonden
zullen hier geopereerd worden
Niemand mag in deze Engelse lucht- en
marinebasis een voet aan wal zetten Het
weer is nog slecht en alle militairen kij
ken naar de huizen welke tegen de ber
gen gebouwd zijn en waarvan er vele
door de voortdurende bombardementen
verwoest zijn
Om zeven uur '8 avonds vertrekt de
boot uit La Valetta Het- is prachtig weer
geworden De jongens dragen hun shirts
en gaan zonnebaden Het Suez-kanaal
toont aan beide zijden zijn woestijn
oevers en in Port Saïd worden zij, die
van boord mogen, door de Arabieren be
stormd Alles wat deze aanbieden is even
duur en je moet je handen op je zakken
houden om niet bestolen te worden Onder
de indruk van de Oosterse sfeer kopen
verschillende jongens van Arabische Fez
Een vriend van den briefschrijver heeft
ze nog geen kwartier op zijn hoofd of een
Arabier heeft zt er al af gerukt en was
er haastig mee verdwenen
Dan gaat de boot verder, naar Batavia
Vóór ze daar is, zal er niet meer ge
schreven kunnen worden
V.
Zuiver duplicate van viertallen.
(Vervolg).
Wij nemen aan, dat er twee clubs zijn,
n.1. ROOD en WIT, die elk een viertal
afvaardigden, dat voor de eer der
club zal opkomen. Er wordt afgespro
ken, dat er een match van 24 spellen
zal worden gespeeld. Rood heeft de
paren Rood I en Rood II. Wit de paren
Wit I en Wit II.
Bij de aanvang liggen nu op tafel 1
zes borden gen. van 1 tot 6. Rood I zit
aan die tafel N.-Z. en Wit I zit O.-W.
Op tafel 2 liggen 6 borden gen. van 7
tot 12.
Wit II zit aan die tafel N.-Z. en Rood
11 O.-W.
Aan beide tafels worden nu de zes
spellen gespeeld en daarna worden de
borden omgewisseld, dus 712 aan tafel
1 en 1—6 aan tafel 2. Is dat afgelopen,
dan is de helft van de match voorbij.
De resultaten kunnen dan vergeleken
worden.
Rood behaalde b.v. op spel 1 aan tafel
I plus 430 p. en op dit spel aan tafel II
plus 50 p. (Wit 1 down). In het geheel
heeft Rood dan op dit spel gewonnien
480 p. en dat geeft in matchpunten om
gezet 7 m.p. winst. En zo worden alle
12 spellen vergeleken en blijkt b.v. dat
Rood een voorsprong heeft van 18 m p.
In de tweede ronde van 12 spellen ver
wisselen de paren Wit I en Wit II van
plaats, en wordt op dezelfde wijze het
tweede twaalftal spellen gespeeld, en
daarvan de uitslag berekend. Behaalt
Rood daarin 14 m.p. voorsprong, dan
heeft zij de match met 32 m.p. gewonnien.
Behaalt Wit in die tweede helft 14 m.p.
voorsprong, dan heeft ten slotte Rood 4
m.p. winst, maar dan is de uitslag re
mise, want als bij een match van 24
spellen het verschil aan het slot 6 m p.
of minder bedaagt, is de match remise.
Ieder zal kunnen begrijpen, dat dit een
zeer interessante vorm van wedstrijd-
bridge is.
Ter overdenking nu het volgende pro
bleempje.
Ze» van de Zeven slagen.
In een aans-spel had op een gegeven
moment, dat Zuid aan de slag was,
elke speler nog 7 kaarten en wel In de
volgende verdeling:
8. S
H- boer-6
R. boer-8-5
KI. 4
8. 9—7
H. 9
R. 6-3-2
KI. boer
8.
H.
R.
KI.
8.
H.
R-
Kl.
3
heer-3
9—7
10-2
vrouw-10
vrouw-3-4
heer-3
N.Z- moeten tegen elke verdediging
nog zes van de zeven slagen maken.
Zuid aan slag.
Iedereen in Amsterdam kan het U
vertellen en vertélt het U ook: de
Koningin is gekomen. De conducteur
van lijn 5 vertelde het me, die eerste
dag, de man met wien ik op het Fre-
deriksplein altijd gelijk uitstap, de
postbode die de stapel brieven in de
bus wurmde en onze jongste bedien
de. En als ze het niet verteld hadden,
had ik het t óc h geweten, want elke
tram bezat een dubbele wimpel en
van de Westertoren en alle andere
stadstorens woeien de drie bandeu
van de vlag der lage landen. En voorts
van ieder gebouw, dat zich uitrekt
boven de andere: zo van Peeck
Kloppenburg, van 't Amstel Hotel en
van de Beurs, om er enkele te noe
men.
Amsterdam en de Amsterdammers
vinden het een genoeglijk idee te weten
dat de eerste Vrouwe des lands in hun
midden is. Dit heeft volstrekt niets te
maken met monarchistische verheer
lijking; het heeft nog minder te maken
met sentimentaliteit, zoetelijke traditie
en hoofdstedelijk chauvinisme. Daar
voor is de Groot-Mokummer (excusez
le mot) tenslotte nèt even te nuchter,
te zelfverzekerd, te veel realist.
Ze vinden het genoeglijk en ze ste
ken dit hoegenaamd niet onder stoelen
en banken. Van wélke politieke scha
kering ze ook zijn. Ik stond, op de tram
die voorbij de Dam reed, naast een ken
nis, van wie ik weet, dat hij uiterst
links is, zo om en nabij communist, en
hij zei opeens zo voor zich uit: „Kijk,
de liggies branden binnen, ze is thuis
gekomen". Er stond een ander naast
hem op het voorbalcon van lijn 5 en
die zei: „Ze hoeft vast geen hallef pak-
kie shag aan de koleboer te geven voor
d'r laatste drie zakkies te goed, maar ik
wil toch niet met t'r ruilen. Mijn niet
gesien!" Alle anderen knikten instem
mend en een voegde er aan toe: „Nee,
zo'n mens hoef je niet te benije; 't lij
kend ommers allemaal veel mooier dan
't is".
Enfin, er werd zo het een en ander op
voortgeborduurd, maar het was niet
bijster onhartelijk. En ik ben er van
overtuigd als onze Vorstin, die tenslot
te al een jaartje begint op te schieten,
vandaag of morgen een kuiertje maakt
door de Kalverstraat of over het Rokin,
het publiek niet als een horde nieuws
gierigen achter haar aan zal hollen.
Op het Paleis, boven op de koepel,
waait de standaard uit en dat is een
fier en optimistisch gezicht. Men mag
monarchistisch zijn of de republiek
voorstaan, men mag uiterst links of
lichtelijk rechts georienteerd zijn, het
blijkt dat men bewondering en waar
dering $oor de Landsvrouwe bezit, die
nuchtere reëel-denkende Nederlanders
a 11 ij d plegen te hebben voor hen van
wie ze weten dat ze hard gewerkt heb
ben, degelijk zijn, en durf bezitten. Al
deze eigenschappen heeft deze Konin-
Puzzle 14. Welke woorden?
De 8 woorden, die gevormd konden
worden waren:
1. Distributie. 2. Advertentie. 3. Vracht
auto. 4. Wielerbaan. 5. Tegenspoed. 6.
Journalist. 7. Programma. 8. Voor
gerecht.
Overkomelijke moeilijkheden bood
deze opgave voor de echte puzzelaars
niet. Maar toch ontbraken er ditmaal
enkele getrouwe inzenders.
Na loting onder de goede oplossers is
ditmaal de wekelijkse prijs van 5 ten
deel gevallen aan den Heer G. J. Geus,
Pension Panorama, Duinweg 20, Huis
duinen.
De hieronder volgende nieuwe puzzle
is weer eens van een ander genre. De
oplossingen moeten voor Donderdag 9
Jan. '47 in het bezit zijn van de Redactie
van Uw Courant.
Puzzle 15. Welk Getal?
Er Is een getal van vier cijfers, die
alle vier verschillend zijn. Wij noemen
dit getal in letters ibed. Verder is nu
het volgende gegeven:
7a-|-13b-fl7c-fl9d is 3 7 5.
13a—17b—j—19c—j— 7d is 3 4 7.
17a—19b—7c+13d is 4 0 9.
19a7b-f 13c-j-17d is 3 8 1.
Gevraagd wordt welk getal van vier
cijfers is bedoeld?
Oplossing probleem 14.
Stand. Zw. 6 sch. op: 4, 6, 9, 13, 14,
18 en dam op 26.
Zw. 2 sch. op 15 en 32. Wit een dam
op 35 en twee sch. op 20 en 24. Wit aan
zet speelt 3549, zw. gedw. 3237, wit
4938Ü Zwart gedw. 3741, wit 3832
Wit. 9 sch. op: 16, 24, 25, 29, 33, 34, 35, Speejt zwart nu 4146, dan verliest hij
door 32—5. Speelt hij 41-47, dan volgt
van wit 3210, zw. 15x4, wit 2015, zw.
3. 19x10 (4x15)), 4. 35x24 (47x20), 5. 25x3!! 47x20, wit 15x25 en zw. verliest.
Even nog een eenvoudige eindstand, Ter oplossing voor deze week een
die echter elke dammer met wit moet probleem van den bekenden problemist
37, 42.
Opl. 1. 29—23 (18x47), 2. 24—19 (26x30),
weten te winnen.
Max Douwes, dat bijzonder onze aan
dacht heeft getrokken. Het is
inderdaad iets bijzonders en wij
geloven niet, dat er velen zul
len zijn, die de oplossing van
den auteur (welke oplossing be
gint met driemaal twee schijven
te offeren) zullen vinden. Enfin,
spant uw krachten inl
Probleem 15 van Max Douwes
te Groningen.
Zwart 7 sch. op: 14, 18, 23, 24,
29, 34, 41 en dam op 46.
Wit 9 sch. op: 11, 17, 21, 27, 32,
33, 37, 40, 44 en dam op 38.
Wit speelt en wint!
gin. Ze is méér dan alleen maar een de
coratief element van een fossiele mo
narchie. Zij is, het mag ronduit en mis
schien een beetje profaan, gezegd wor
den: een flinke vrouw, die haar manne
tje weet te staan en met haar twee be
nen terdége vast in de soms wel eens
wat drijfzanderig aandoende vaderland
se bodem staat. Er zijn vrouwen in dit
land, die minder sterk, minder degelijk,
minder heroiek zijn. En dit alles voelt,
intuitief doorgaans, de Amsterdamse
bevolking, die wel niet zo gecultiveerd
is als de Haagse, doch die onder haar
ruigheid een achttien karaats onder
scheidingsvermogen bezit. Links en
rechts, inclusief de uiterste flanken er
van
x
Het jaar is begonnen. In Amsterdam
met regen, mist, natte voeten en de
Gijsbrecht. Zoals telkenjare stond Gijs-
brecht van Aemstel ook die eerste dag
van 1947 op het podium van de Stads
schouwburg en vertolkte zijn stem de
onsterfelijkheid van deze stad, hart van
dit land. Ergens in de GijsbrecEl wordt
gesproken van schaduwen van naderen
de ondergang. Maar Amsterdam verging
niet. Het bleef bestaan, het groeide en
bloeide en ook nu, nu er zoveel is
waarovfer de regeerders dezer stad zich
zorgen maken zal zij er bovenuit ko
men. Want deze stad bezit een ontzag
lijke levenskracht, een kracht ontleend
aan de eeuwige jeugd van dit oude
bolwerk van handel en cultuur.
Voor het overige liggen de Kerstbo
men dwars over de vuilnisemmers en
klaagt Amsterdam even hard als
Hoorn, Alkmaar, Den Helder .Schagen,
Beverwijk en de Zaan klagen. Er is niet
zo heel veel veranderd, bij de over
schrijding van de dorpel tussen '46 en
'47. Alles is een jaar ouder geworden,
maar overigens gaat alles op de oude
voet door. De Westertoren verrijst even
edel en aristocratisch boven het stads
beeld als altijd, het Centraal Station
blijft dezelfde gonzende mensen-bijen-
korf, de trams blijven te klein en te
koud en de grachten zijn steeds even
ongelooflijk schoon.
Alles is maar één jaar ouder ge
worden, maar in een stad, die zo oud
is en zo verwant aan de grootse histo
rie van dit land merkt men dat niet. Op
zo'n stad zet geen jaar zijn stempel.
Dkt doen alleen de eeuwen,
Anthony van Kampen,
Op verzoek van velen ditmaal een
tekenwedstrijd. Aileen zitten een
heel stel jongens en meisjes met de
vraag; Wat moet ik nu eigenlijk te
kenen
Welnii, déar heb ik iets op ge
vonden.
Luister!
Hans en Rinus zijn in de Kerst-
vacantie gaan schaatsen. Ze wisten
een- fijne plas, waar ze vroeger wel
hadden gekano'd. In de omgeving is
niet anders dan een molen en een
verre boerderij. Hans en Rinus kun
nen al goed rondrijden, maar een
meisje, dat ook op de plas rijdt moet
het nog leren. Als ze een keer
„pootje-over" probeert, slaat ze on-
Terzelfder tijd, dat de U.ë.O. oesloot alle diplomaten van de staten welke lid van de U.N.O. zijn terug te roepen,
hebben anti-Franco guerilla-troepen overal in Spanje circulaires verspreid waarin men oritiek op de regering uitoefent
en de eis stelt, dat alle politieke gevangenen in v.tfheid gesteld zullen worden.
Deze Interessante foto la ergens in de Spaanse bergen opgenomen in het hoofdkwartier der gnerilla-troepen- Deze
worden gecommandeerd door een officier, die uit het leger van Franco gedeserteerd is.
öeruit en bezeert haar voet. Rinus
heeft een EHBO-cursus gevolgd en
verleent de eerste hulp. Hij merkt,
dat de voet verstuikt is, waarna de
beide vrienden het meisje naar de
molen dragen. Ze nemen haar tus
sen hen in. (Je weet wel, met ge
kruiste handen.)
Maar in de plaats waar de jon
gens wonen heeft het gesneeuwd, en
het wordt een vreselijk gebagger
door de hoge sneeuwmassa's.
Gelukkig komt het zoontje van
den molenaar hen met een sleetje
tegemoet, waarop ze het „slachtof
fer" neerzetten De molenaar waar
schuwt een dokter, die de jongelui
later in zijn auto naar huis brengt.
Nu mag je kiezen: je maakt een
tekening van het landschap alléén,
van de schaatsers op de plas, van
het ongeluk, van de jongens als ze
het meisje naar de molen brengen,
van het transport op de slee, of
als je graag auto's tekent: de aan
komst van den dokter. Voor ieder
is er vast wel een keuze te maken.
Wie nog geen tien jaar is,, mag
als het voorbeeld te moeilijk lijkt,
zelf iets bedenken.
Vergeet dus niet je leeftijd te
vermelden.
Er zijn ditmaal zes prijzen.
Drie voor inzenders boven en
drie voor inzenders beneden
tien jaar.
De mooiste tekening wordt ge
clicheerd en in de krant geplaatst.
Werk dus zo mogelijk met Oost-
Indische inkt.
Om jullie de tijd te geven, iets
moois te maken, kun je insturen
tot 15 Januari.
Het adres weet je? Voordam 9 of
Postbus 2 Alkmaar.
Stevige vijf van STEN.
ZONDAG:
Roastbeaf, Stoofpeertjes, Aardap
pelen, chocoladepudding met vanil
lesaus.
door J. S FLtTCHKR.
57)
Binnen zeer korte tijd was Colling-
wood er. Voor deze twee stortte Nesta
haar hart uit. Alles, voor zover zij het
zich herinneren kon, van hetgeen Pratt
gezegd had, iedere kleinigheid, die zij
nog wist, deelde zij hen mede. Hoe ver
der zij kwam, des te strakker keken de
twee advocaten en zij begreep, dat de
zaak er lelijker uitzag dan zij in het
begin gemeend had.
„Dat is alles," zuchtte zij ten laatste.
„Ik geloof, dat ik niets overgeslagen heb.
Zelfs nu weet ik r*iet of ik verstandig
gedaan heb met u alles te vertellen.
Maar ik geloof ook, dat ik het alleen
niet zou hebben kunnen dragen."
„Maar beste juffrouw Mallathorpe,"
zei Eldrick. „U heeft waarschijnlijk nog
nooit zo'n verstandig ding in uw leven
gedaan. En nu," hij keek Colllngwood
betekenisvol aan. „laten wij nu met ons
wonderd zijn als hij hoorde, dat u deze
stap gedaan heeft. Vind je ook niet,
Collingwood?"
„Ja," stemde Collingwood toe na een
ogenblik gedacht te hebben. „Dat denk
ik ook. Die Pratt geloofde vast, dat u,
hetgeen hij u mededeelde, zorgvuldig
verzwijgen zou, ten eerste terwille van
uw moeder en ook in uw eigen belang.
Dat zouden de meeste mensen in uw
omstandigheden ook gedaan hebben. Die
zouden liever met een knagend geheim
rondlopen, dat hun leven ondermijnde
„Daar zullen we later wel over pra
ten," zei Eldrick. „Voor het ogenblik
denk ik, juffrouw Mallathorpe, dat uw
plan is, weer naar huis te gaan?"
„Ja," antwoordde Nesta. „Dadelijk,
mijn auto staat voor het hotel de
Kroon"
„Dan zou ik alleen iets willen te we
ten komen," begon Eldrick weer met
een blik op Collingwood. „Dat is dit.
Hoe staat mevrouw Mallathorpe tegen
over Pratt en tegenover de stand van
zaken in het algemeen? Ik zal u een
voorstel doen, juffrouw Mallathorpe.
Als u thuis komt, zoekt u uw moe
der op. Zij is nog wat zwak, hoor ik,
MAANDAG:
Stamppot van boerenkool
worst. Griesmeelvla
met
drieën ons goed indenken wat dit alle
maai zegden wil. Pratt zou dodelijk ver- 'maar toch al weer ia staat raken af te
doen. Praat eens rustig en voorzichtig
met haar, zeg haar, dat u zich ongerust
maakt over die volmacht van Pratt en
vraag haar of zij het niet met u be
spreken wil. Of zij u niet in vertrouwen
Wil nemen. Het itf nu half één," hij keek
op zijn horloge. „U kunt vóór de lunch
thuis zijn. Ga dan vroeg in de namiddag
naar uw moeder en bel mij tegen vier
vur op om de uitslag te laten weten.
Dan zullen mijnheer Collingwood en ik
ramen confereren."
Hij wenkte Collingwood te blijven en
liet zelf Nesta uit. Dan kwam hij in zijn
kamer terug en schudde het hoofd tegen
zijn jongen collega.
,,'n Beroerde boel. Collingwood. Dat
is een vuil zaakje. En het ellendigste
is de manier waarop Pratt tegen dat
meisje heeft uitgepakt. Zij heeft blijk
baar een goed geheugen, tenminste ze
heeft ons alles duidelijk en volledig na
verteld. Pratt moet wel heel vast in het
zadel zitten, als hij zich zo bloot durft
te geven. Ik voor mij geloof, dat het
hem niet veel zou kunnen schelen als
hij wist, dat wij van alles op de hoogte
zijn. Maar dat zullen we toch maar stil
houden. Wij zullen zijn mijn proberen
te ondergraven."
„Wat denk je van Pratt's beschuldi
ging tegenover mevrouw Mallathorpe?"
vroeg Collingwood.
Eldrick trok een zuur gezicht.
„Dat ziet er lelijk uit, Collingwood,
heel lelijk. Best mogelijk, dat het een
dol plan is van een wanhopige vrouw.
Alleen moeten wij zorgen, dat de doch-
tef het niet gelooft. Laat zij maar vast
houden aan wat ik zei. Dat zou, zoals
jij opmerkte, een hele goede verdediging
zijh voor de rechtbank. Maar zeg me
nu eens, wat ter wereld kan dat docu
ment zijn waarover Pratt telkens praat?
Heeft mevrouw Mallathorpe valsheid in
geschrifte gepleegd of zo iets? Van één
ding ben ik zeker, we moeten uiterst
geheimzinnig werken. Pratt moet in de
verste verte niet vermoeden, dat we
ermee bezig zijn. Jk hoop, dat hij van
1 et bezoek van mejuffrouw Mallathorpe
hier niets afweet. Wil je om vier uur
even aanlopen en horen, wat zij mij te
lefoneert? Daarna kunnen we rustig
overleggen."
Collingwood ging terug naar zijn kan
toor. Hij had veel werk onderhanden en
kon zich nergens anders mee bemoeien
Maar onder de lunch probeerde hij zich
enig idee te vormen over de stand van
zaken en weer schoot hem te binnen,
hoe hij bij de dood van zijn grootvader ai
vage verdenkingen tegen Pratt had ge
koesterd. Dat leek hem het beste punt
van uitgang. Hij zou zelf een nauwkeu
rig onderzoek instel'en naar de omstan
digheden, waaronder de oude Bartle ge
storven was. Want de gedachte, dat
Nesta bij Pratt onder de duim zat, was
hem ondragelijk, hij kon daar niet in
berusten. Hij had dan ook een soort*
p.an in zijn hoofd, toen hij om vier uur
bij Eldrick kwam. Maar Eldrick schudde
mismoedig zijn hoofd. „Vijf minuten ge
leden ben ik opgebeld door Normandale
Granige," begon hij „Zo ongeveer wat
ik in deze omstandigheden verwachtte.
Mevrouw Mallathorpe weigert absoluut
deze zaak met iemand te bespreken. Ooi
niet met haar dochter. En ze wil de
naam van Pratt niet horen."
„Wel," vroeg Collingwood, na enige
ogenblikken stilte. „En wat nu?"
„We moeten doen wat we kunnen, ht 1
ongemerkt, omwille van de dochter,"
Eldrick. „Ik moet je eerlijk bekennt
dat ik niet zie, waarmee we kunnen be
ginnen, maar.,.."
(Wordt vervolgd)