Voor de Jeugd
ZAL HET FRANCO-REGIEM
dAmre we
Engeland
vergissing
Vijf maanden hoogspanning
zich handhaven?
SPAANSE DEVIEZEN- EN
ANDERE PERIKELEN j
in sneeuw
en ijs
Hoe hei leniefeeije
naar de aarde kwam
Raadgeving aan
automobilisten
Engeland bij de Ver. Staten?
Feuilleton
(Van een U.P.-correspondent)
De politieke en de economische
toekomst U op het ogenblik vol on
zekerheden. Op de vraag die wel
licht het meest gesteld wordt
vooral ln het bnitenland namelvjk:
„Zal het Franco-regiem binnenkort
beëindigd worden en hoe?" is geen
afdoende antwoord te geven. De
meest stontmoedlge Madrileen zou
dat zelfs niet durven te doen. In
de laatste tQd zijn de papieren der
monarchisten blikbaar weer Iets ge
stegen, hetgeen bleek uit het bezoek
van Don Jalme, den broer van den
Spaansen troonpretendent, die op
enthousiaste wijze te Madrid werd
verwelkomd. In politieke kringen
heerst een zekere monarchistische
activiteit en allerhande gissingen
over de instelling van, een regent-
schapsraad, die dn zaken zou over
nemen doen de ronde. Maar voorlo
pig is er nog niets gebeurd en alleen
Franco zegi het antwoord op de veel
gestelde vraag kunnen leveren.
Op Set ogenblik heeft zijn regering
echter ook nog de handen vol met de
economische problemen van het land.
De situatie op dit gebied is moeilijk
m wordt nog verscherpt door velerlei
tekorten: aan levensmiddelen, aan ru
we grondstoffen. Een daarmede samen
hangende inflationistische neiging
weerspiegelt de moeilijkheden, waar
voor Spanje, evenals zovele andere
landen ln deze naoorlogse tijd zich
gesteld ziet. De woningnood is een an
dere ongunstige factor, evenals het
gebrek aan buitenlandse deviezen en
"het begrotingstekort van een mllliard
peseta's.
De regering stelt alles in het werk
om de toestand te verbeteren, op eigen
kracht, zonder daarbij afhankelijk te
zijn van hulp van buiten of een alge
mene verbetering van de wereldsitua
tie Met bevriende landen, Argentinië
ln de eerste plaats, heeft zij handels
verdragen gesloten, en zij hoopt er
meer te kunnen bereiken.
Een van de weinige lichtpunten in
de Spaanse staatshuishouding is de
goede oogst aan graan en olijven. Re
cordoogsten van de binnenlandse pro
ducten zouden Spanje door een moei
lijke periode heen kunnen helpen, zo
menen deskundigen. Maar zij zouden
nooit de economische vraagstukken
van Spanje werkelijk kunnen oplossen,
om de eenvoudige reden dat het land
niet in voldoende mate in eigen be
hoeften kan voorzien.
Ook hier stakingen.
Storend voor de productie van het
land waren bovendien de stakingen,
die deze winter in Catalonië en Bas
kenland zijn voorgevallen. Deze sta
kingen hadden wederom veel meer een
economische dan een politieke achter
grond. In het algemeen was het den
stakers te doen om betere voedsel
rantsoenen. De campagne in het bui
tenland tegen het Franco-regiem heeft
volgens de meeste Spanjaarden de po
sitie van den „Caudillo" eerder ver
sterkt dan verzwakt. Franco's tegenzet
was het werven van binnenlandse steun
door een reeks demonstraties en gloeien
de protesten tegen de „buitenlandse in
menging". Ook bracht hij die actie in
verband met „communistische agita
tie".
Natuurlijk is er in Spanje een on
dergrondse activiteit van anti-Franco
elementen. Uit de aard der zaak is hun
actie niet openbaar, zodat de resulta
ten ervan hier moeilijk te beoordelen
zijn. Het zou van de zijde der „illegali
teit" ook onvoorzichtig zijn die resul
taten bekend te maken. Een feit is
echter dat de regering zeer waakzaam
ia tegen iedere op omwenteling gerich
te activiteit.
Welke wijzigingen op politiek ge
bied er ook wellicht in de naaste
toekomst mogen optreden, de meeste
Spanjaarden hopen van harte dat zij
zich vreedzaam zullen voltrekken.
De ellende, veroorzaakt door de bur
geroorlog, ügt nog te vers in het ge-
geheugen en wordt eigenlijk nog da
gelijks gemerkt. Een nieuwe burger
oorlog zou het land Jaren en jaren
achteruit zetten.
Het nieuwste snufje bil de K. L. M. is
de keuken aan boord van de Constel-
lation P. H.-T. D. A. Arnhem", waar
door een kok warme maaltijden voor de
Passagiers naar Amerika bereid wor
den. Dit bfl wijze van proefneming.
Indien deze slaagt, zullen alle „Con-
stellations" in de toekomst met een kok
bemand worden. Thuring P.
VERPLICHTE WACHTGELD- EN
WERKLOOSHEIDSVERZEKERING?
Naar het ANP verneemt wordt bij het
departement van sociale zaken met voort
varendheid gewerkt aan de samenstelling
van een ontwerp van wet, houdende een
verplichte wachtgeld- en werkloosheids
verzekering Dat een dergelijk ontwerp
het departement reeds zou hebben verla
ten, zoals een blad meldde, ls onjuist,
omdat het nog niet gereed ls Evenmin ls
dus Juist, dat het aan de Stichting van de
Arbeid zou zijn voorgelegd
De F A heeft besloten het Engelse ama
teur-elftal, dat op 10 Mei te Rijssel tegen
Frankrijk speelt ook een wedstrijd te la
ten spelen in Luxemburg (10 Mei) Het
ligt in de bedoeling dat dit elftal even
eens een wedstrijd speelt in Nederland,
waarvoor aan de 17e Mei ls gedacht
Of een dergelijke wedstrijd mogelijk 1»,
en tegen welke tegenpartij, zal nader be
sproken moeten worden met de KNVB
Hierbij zal het verdere verloop van de
competitie in Nederland van doorslag
gevende betekenis zijn
(Van onzen Londensen correspondent)
LONDEN, Februari 1047
Eindelijk is, na drie weken sneeuw en
ijs, door de meteorologen beter weer ln
uitzicht gesteld en als U deze regels on
der ogen krijgt zal de dooi bij U en bij
ons hoogstwaarschijnlijk wel doorgebroken
rijn. Maar terwijl Ik schrijf ls alles nog
bij het oude en al raakt het weer sis
onderwerp van gesprek natuurlijk eens
uitgeput, uit het feit dat de kranten hier
er nog, dag ln dag uit, grote koppen aan
wijden, put ik de moed om U in Hei
land, die immers uit de eerste hand over
dit alles kunt meepraten, te vertellen hoe
de Engelsen zich door hun eigen moei
lijkheden heenslaan.
Ieder heeft natuurlijk zijn eigen pro
blemen en elk probleem vergt weer een
andere oplossing. En nu wil ik het eens
niet over de regering en de grote poli
tiek hebben, maar over de mensen waar.
van je er ieder dag duizenden op straat,
op kantoor en in de winkels tegen komt.
Zoals de huisvrouw die, nu ze ondanks
de stroomloze uren toch op tijd de pot
gaar moet krijgen, haar toevlucht neemt
tot de hooikist, waarschijnlijk voor het
eerst ln haar leven, de gelukkige! De
winkelier die gelukkig genoeg Is geweest
om nog kaarsen te bemachtigen voordat
da run van het grote publiek alle voor
raden in een oogwenk uitputte, bedient
zijn klanten bij het licht van gele flak
ker-vlanunetjes. Maar de noodverwarmlng
waarmee hij zijn zaak zo'n beetje ijs
vrij houdt een draagbare primus kachel,
aangekocht uit overtollige legervoorraden
bezit weer niet genoeg kracht om baat
te kunnen brengen aan de mannen en
meisjes ln de grote kantoren, die dus
maar ln hun overjassen en met hand
schoenen aan zitten te typen, vaak bij
I/.JM
A 5
Boven in de wolken woonde 'n klein
lentefeetje, dat Parel werd genoemd
Ze woonde daar heel gezellig met een
heleboel aardige zusjes, die allemaal
ook lentefeetjes waren. Van al die klei.
ne meisjes verlangde Parel er wel het
meest naar om naar beneden te gaan.
Elke dag zat ze op een klein grijs wolk
je en keek naar de aarde of de sneeuw
er al gesmolten was. Maar het duurde
zo verschrikkelijk lang! Er waren al
wat vogels voorbijgekomen uit warme
landen, die hun nesten weer gingen op.
zoeken en altijd riep Parel hen aan. En
altijd was het antwoord hetzelfde:
„Wacht nog maar even! Het is nog zo
vreselijk koud!" Arme Parel! Het was
niets gezellig meer boven. De zusjes
hadden ruzie gekregen over de bloe
men, waarin ze deze zomer zouden gaan
wonen. Als de lentekoningin dat eens
gehoord had! Die had elk feetje een
bloem voor deze zomer aangewezen en
daar mdcht niets aan veranderd worden
Parel moest dit jaar wonen in het hoge
vingerhoedskruid, want ze was klein en
licht en kon gemakkelijk in de hoge
stengels naar boven klimmen. Zolang
de bloem nog niet bloeide, woonde ze
aan het hef van de lentekoningin zelf.
En hoor me die ruzie eens!
„Ik wil niet In de klaproos. Ze zijn
dadelijk uitgebloeid."
„Laten wij ruilen. De jasmijn ruikt
mij te zoet" Parel deed niet mee. Ze
schoof haar wolkje wat aohteruit en
keek naar beneden Juist kwam er een
vlucht zwaluwen voorbij. De lentefee
tjes keken even op om naar hen te
zwaaien en de kleine Parel riep haas
tig: „Wacht even! Wacht even!" De
meesten hadden veel haast, maar één
draaide om en kwam even bij Parel zit.
ten.
„Neem mij mee lieve zwaluw," bedel
de Parel, „ik ben een lentefeetje en
mijn plaats is daar beneden."
De zwaluw keek erg bedenkelijk. „Het
zal je niet meevallen", zei hij. Maar
Parel hield aan: „Ik zal alles heel stil
letjes doen", fluisterde ze. „mijn zusjes
maken de hele dag ruzie." „Vooruit dan
maar", stemde de zwaluw toe. Parel
ging haastig op de brede zwarte rug
zitten en trok haar sluiertje dicht om
zich heen. En daar ging het al- Ze had
niet eens meer de tijd om achterom te
kijken. Wat was de wind koud! Einde
lijk zette de zwaluw haar neer: ,,Ik heb
Je wel gewaarschuwd", zei hij hoofd
schuddend, „het is nog geen weer....
nu, het beste maar, kleine meid." Toen
vloog hij weg. Daar stond Parel. Nog
nooit had ze zich zo alleen gevoeld
Wat was ze begonnen! Nergens groen,
geen bloem, geen groen puntje zelfs-
Dlkke tranen schoten in haar ogen. Ter.
wijl ze daar zo stond, kwam er een
dikke mus aanvliegen. „Wat een ver
driet!" sjilpte ze vriendelijk, ,,wat
scheelt eraan?"
Toen vertelde Parel haar het hele
verhaal over de ruzie van de lente
feetjes en haar vlucht op de zwa
luw. Gelukkig de mus had een goed
hart. „Als je er geen bezwaar tegen
hebt", zei ze. „kun je zolang bij mij
blijven. Ik woon daar".
Ze wees met haar vleugel op een
roodstenen bloempotje dat tegen de
schuurmuur aanhing. Parel zuchtte op
gelucht. „Het is wel niet wat je ge
wend bent", zei de mus bescheiden en
liet Parel opstappen om haar naar haar
nieuwe woonplaats te dragen.
In dit rode huisje heeft Parel ge
woond tot de lentekoningin kwam met
haar gevolg. Er was al heel wat ge
treurd in de wolken over het ondeu
gende feetje, dat alleen met haar lila
sluiertje om de gevaarlijke tocht in de
winter had ondernomen. Maar nu was
het weerzien dan ook dubbel gelukkig!
het armzalige lichtje van een zakbatterij.
Alleen wie talent voor improviseren
heeft maakt kans zonder veel schade aan
zaak of persoon door de crisis heen te
rellen Natuurlijk kan niet lëder zijn gaven
op zo grote schaal ontplooien als de
spoorwegen, die, gekweld door steeds te
rugkerende sneeuwstormen een aantal
vliegtuig-straalmotoren op platte wagens
hebben laten monteren, waarmee ze de
metershoge sneeuwbergen ln minder dan
geen tijd van de lijnen wegblazen. Maar
ook de kleinen krijgen hun kans: ln
tientallen dwergbedrijfjes zorgen onver
moeibare peddelaars op vastgezette fiet
ser voor de stroom, die de raderen gaan
de houdt.
Wie het betalen kon heeft, zoals bij
voorbeeld verschillende filmmaatschappij
en, snel een of meer generatoren gekocht
die op stookolie werken. Die ls namelijk
voldoende te krijgen Een grote fabriek
van stofzuigers zocht de oplossing weer
beel ergens anders en liet het hele ge
bouw eens flink ln de verf zetten door
de arbeiders, die hun gewone we^k tijde
lijk niet konden verrichten.
Ja, de „geest van Duinkerken", zoals
ze het hier niet zonder reden noemen, is
tot op zekere hoogte weer over dit volk
vaerdig geworden. Niemand kan daarvan
beter getuigen dan de weekblad-redac
teuren die, toen alle periodieken ge
schorst werden om stroom te besparen,
onmiddellijk van hun collega's uit de dag
bladpers, die wel, zij het in verdunde
vorm, mag verschijnen, vele kolommen
plaatsruimte ter beschikking kregen. Van
vriendjespolitiek ls daarbij geen sprake,
cn de Engelsman vindt het dan ook hels.
maal niet vreemd om bijvoorbeeld ln zijn
fel conservatieve avondkrant een lang ar
tikel van een socialistische weekblad
redacteur tegen te komen. De voorbeel
den daarvan zijn legio.
Maar het mooiste voorbeeld van vin-
dlngrijkheld kwam ik tegen ln een inge
zonden brief aan de „Daily Mirror", een
van de populaire bladen. Commentaar
overbodig!
„Meneer de redacteur, ik woon aan een
spoorlijn, en iedere morgen zet ik mijn
lege melkflesjes op de palen van het hek,
dat dicht langs de rails loopt. De machi
nisten op mijn traject weten dat, en de
verleiding blijkt iedere morgen weer
groot: zonder veel succes overigens wor
den mijn flesjes van de voorbijstulvende
locomotieven met stukken steenkool be
kogeld. Zo kom ik veilig door de crisis
heen!"
Aangezien het voortdurend contact met
gesmolten sneeuw een schadelijke invloed
kan hebben op het plaatwerk en de blan
ke delen van een automobiel, vooral in
dien sneeuw met pekel is gemengd, raadt
de KNAC de auto-eigenaars aan, zulks ter
bescherming van het toch al zo gehavend
wagenpark, tenminste het chroomwerk
eens schoon te poetsen en daarna met vet
in te smeren
Voorts adviseert zij de automobilisten,
het rijden over en tegen scherpkantlge
ljsbrokken zoveel mogelijk te vermijden,
teneinde de banden te sparen
(Door JORO)
Heel langzaam ontwaakt Mac. Dull
uit zijn verdoving en het eerste wat
hij voelt, is een verschrikkelijke
hoofdpijn, waaruit hij concludeert dat
hij dus nog leeft hij wist zich ten
minste niet te herinneren ooit gehoord
te hebben, dat doden last van hoofd
pijn hadden.
Behoedzaam opent hij een oog, maar
sluit het weer onmiddellijk, de hete
tropenzon schijnt hem recht in het ge
zicht wat geen prettig ontwaken is
en bij stukjes en beetjes keert ook
zijn denkvermogen terug. Het laatste
wat nrj zich herinnerde was dat hij
met een briefje in zijn hand 's nachts
de brug van zijn schip verliet om het
naar de messroom van de officieren te
brengen.
Er stond een stevige bries en juist
toen hij de kombuis passeerde, was er
een golf water over het dek geslagen
en had hem buiten boord geslagen.
Met zijn rechterhand betast hij zich
en is zeer verwonderd te bemerken dat
alle delen nog heel zijn en op hun
plaats zitten.
In zoverre gerustgesteld wil hij nu
ook nog weten, wat de oorzaak is van
Zaterdag werd te Washington het
idee geopperd om Engeland, Wales,
Schotland en Ierland uit te nodi
gen om als 49ste tot 52ste staat tot
de Verenigde Staten toe te treden.
De democratische senator Richard
Russell van Georgia, die zijn.
voorstel „slechts een idee" noem
de, zeide dat het proces van samen
smelting binnen de veertig of vijf
tig jaar onvermijdelijk zou zijn.
Hij zeide dat hij voor het ogenblik
niet van plan was om een formeel
voorstel in te dienen. Ik zie geen
andere oplossing. Het zou beter
voor ons zijn, maar we kunnen
hen niet annexeren. Zij zouden
moeten vragen toegelaten te wor
den. Het zijn goede mensen en ik
zou hen graag in het land willen
opnemen. Het zou goedkoper voor
ons zijn dan te trachten hun eco
nomie te stimuleren.
We hebben hun één lening gegeven
en wanneer die over ongeveer een
jaar is opgebruikt zullen zij op
nieuw komen, aldus lichtte Russell
zijn „idee" toe.
mi-éi
Met byi en hengel ter visvangst. Met een btjl worden er bQten in het tjs ge
hakt, Met de hengel wordt dan menig visje verschalkt. Anefo P.
door Tj. Adema
8)
„Slaapt u.... eh.... logeert u ln een
Tehuis?" informeerde Hans belangstel
lend.
„Zoals je zegt", beaamde het man*
netje. „Ik heb ook wel eens op een
bankje overnacht, maar dan is het bed
een beetje hard en de bediening laat
veel te wensen over. En als ik vragen
mag, meneer de optimist, weet je mis
schien al wat je nou gaat beginnen?"
„Geen idee van", vertelde Hans,
„maar morgen zullen we wel weer ver
der zien. Ik verzeker u, dat alles wat
me te wachten staat niet beroerder
kan zijn dan wat ik achter de rug
heb".
Het mannetje glimlachte en klopte
zijn pijpje uit op de palm van zijn lin
kerhand.
„Ik zal je een tip geven", zei hij.
„Gisteren heb ik als noodhulp ia het
cafétje van Klaas Govers in de Korte
Utrechtsche Dwarsstraat gewerkt,
maar ik kon 't niet volhouden. Als je
d'r heengaat heb je kans, dat 't baantje
oog vacant is".
„Heel vriendelijk van u", zei Hans, „en
wat moet je daar uitvoeren?"
„Glazen spoele", legde de man uit,
,,en als 't druk ls mot je kenne bedlene.
Ik ken nie langer dan een kwartiertje
staan en toen heeft Klaas me d'r uitge-
smete. Is nie makkelijk as ie loskomt,
mot je maar rekene."
„Ik zal u eens wat vertellen", zei
Hans. „Dit is de eerste vrije avond,
die ik in maanden heb genoten en als
ik eerlijk moet zijn, wil ik u wel ver
tellen dat ik er allesbehalve op ge
steld ben morgen ln het een of andere
knijpje achter de zinken toonbank te
staan om vuile glazen te spoelen en
biertjes te brengen aan kerels, die hun
laatste steurvcenten verzuipen".
„Maar je kunt niet van de wind leve",
zei het mannetje glimlachend. „Je zult
toch moete eten en drinken en op zijn
tijd een„ andere kleren en een paar
schoenen nodig hebbe. Of dacht je
soms, dat ze die op een presenteer
blaadje komme brenge?"
Hans van Linschoten ex-colporteur
van de Ellte-Stofzuigerfabriek had
de laatste maanden maar al te zeer
ondervonden, dat er niets dan water uit
de hemel valt en dat iemand met een
versleten confectiepak aan heel wat
moet strijden en lijden voor hij zich
zo'n bescheiden deeltje van het vette
der aarde heeft veroverd, dat hij op
zijn eigen benen in zijn eigen klompen
kan staan.
Hij had nog maar weinige ogen
blikken geleden, het leven door een
rose glaasje bekeken, maar de zorg
voor de dag van morgen wierp al een
schaduw over alles wat zich aan zijn
blikken vertoonde. Het maonetje had
natuurlijk gelijk. Het was dwaas ge
weest om zich met een kapitaal van
vier Hollandse centen zorgeloos en ge
lukkig te voelen. Eenmaal zou mis
schien zijn weg over rozen gaan, maar
hij zou zich eerst door «en onoverzien
baar bos vol doornen moeten worste
len.
,,'t Is beroerd", zei hij, „maar ik
vrees, dat ik dat bordewassersbaantje
toch zal moeten accepteren, tenminste
zolang er niets anders ln 't zicht is". x
„Heb je geen kruiwagen?" vroeg de
man.
„Neen", zei Hans, „wou u me bij de
werkverschaffing hebben?"
„Ik bedoel een voorsprakie", legde de
man uit „dat wil nog wellerus helpe.
Een neef van me had een kennis, die
in een bioscoop werkte en op zijn rikke-
medasie is 'tie daar portier kenne wor
de".
„Neen", zei Hans, „tot mijn spijt heb
ik geen relaties meer in de betere krin
gen. Wel gehad, maar dat is voorbij. Ik
heb nog eens directeur van een grote
machinefabriek kunnen worden'
„Je mot le maar wat verbeelde", zei
het mannetje spottend,
(Wordt vervolgd.)
zijn hoofdpijn en na een verhoging
onder zijn haar ontdekt te hebben zo
groot als een duivenei, glimlacht hij
tevreden. Dat is dus óók ln orde.
Weer tracht hij zijn ogen te openen
en nu gaat het al iets beter en nog
wel wat stijf, richt hij zich op in zit
tende houding.
Zo, dus dat zwemvest, waar hij aan
boord dikwijls op gemopperd heeft,
daar het je op de ongelegenste mo
menten ergens aan vast deed haken, is
tenslotte nog zijn redding geweest.
„Je moet maar beffen", denkt Mac.
en kijkt eens rond waar hij zich be
vindt. Het strand is vlak en het fijne
witte zand glinstert, alsof het milliar-
den kleine diamantjes bevat.
Ook ligt er tamelijk veel wrakhout
zover hij kan zien. Hij trekt er de con
clusie uit dat er zich weinig of geen
bewoners ln de omtrek bevinden.
Achter zich, op een vijftig pas af
stand, staan hoge palmen en verderop
waar' 't groen zich verdicht, klinkt het
gekrijs van een kolonie apen.
Nog een weinig versuft, strompelt
hy naar de bosrand, waar tenminste
ge schaduw is tegen de brandend hete
zon.
Nadat hij een ogenblik heeft geze
ten, herinnert zijn maag hem eraan,
dat er nog zoiets als voedsel gevonden
moest worden. En een dorst dat hij
heeft! Dat moest natuurlijk van al dat
zoute water komen. „Gosh", mompelt
Mac „m'n ijzeren gestel zou er van
gaan roesten".
Ver hoeft hy niet te zoeken want de
grond ligt bezaaid met afgewaaide ko
kosnoten en na met een steen de bast
van een der vruchten te hebben stuk
geslagen, heeft hij eten en drinken
beide.
Ook vindt hij nog enige, op citroenen
gelijkende vruchten, die hem ook vrij
goed smaken en, zich nog wat lamlen
dig voelend, zoekt hij een geschikt
plaatsje op en ligt spoedig weer in een
gezonde, droomloze slaap.
De volgende morgen ontwaakt hij
door het gekrijs der apen en een ge
weldige honger. Het stuk steen van de
vorige dag ligt nog op dezelfde plaats.
Waarop hij nog enige kokosnoten ata-
keert en besluit om eens te onderzoe
ken, wat er voor bruikbaars is bij het
wrakhout dat zich op het strand be
vindt-
In een nog tamelijk gave reddingboot
vindt hij veel van zijn gading. Enige
blikken scheepsbeschuit, een kijker,
echter door het zeewater onbruikbaar
geworden, en drie blikken gezouten
spek. Zelfs een vaatje rum denkt hij
gevonden te hebben dat echter bij na
der onderzoek een rumvaatje blijkt te
zijn, daar de inhoud er uitgelopen is.
Mac voelt zich alsof hij bestolen is,
maar een hamer en een kistje met
schroeven en spijkers maken weer
vee! goed.
Na nog wat planken opgescharreld
te hebben, houdt hy zich 'n week lang
onledig met het bouwen van een
hut.
Daar de zeekijker onbruikbaar is,
gebruikt hij een der glazen als brand-
g'as, waarmede hij zijn vuurtje aan
maakt om zijn maal te bereiden.
Twee weken nadat hij aangespoeld
is, komt Mj °P het idee om toch eens
op onderzoek uit te gaan.
Om te beginnen snijdt hij zich een
flinke knuppel en hiermede gewapend,
begint hij zijn tocht langs het strand.
Na enige uren gelopen te hebben,
ziet hij ln de verte een soort kamp be
staande uit houten barakken en een
vrij groot terrein waarop een zestal
vliegtuigen staan. Nieuwsgierig en
zeer verrast naderbij sluipend wordt
hij plotseling door een achter hem ko
menden soldaat in de kraag gevat en
hoezeer h(j ook tegenspartelt en vertelt
dat hy aangespoeld is, naar den Ameri-
kaansen wachtcommandant gebracht.
Na door dezen aan een streng verhoor
te zijn onderworpen, wordt de arme
Mac. Dull, zonder dat men een van
zijn vragen beantwoordt, in een cel op
gesloten, waar hij twee dagen, hoewel
goed gevoed, in volkomen afzondering
doorbrengt.
De bewakers, meest Amerikaanse
negers, grijnzen slechts op al zijn vra
gen en als hij, de middag van de der
de dag naar een gereedstaand vlieg
tuig wordt gebracht, is hij nog even
wijs als toen hij opgepakt werd. Tij
dens de tocht tracht Mac. het vlieg-
tuigpersoneel uit te horen, maar ook
bij hen heeft hij geen succes, daar al
len, bij zijn vragen, de vingers op de
lippen leggen, zodat hij aan hun ver
stand begint te twijfelen.
Pas als de bommenwerper de volgen
de morgen in Brisbane landt en hij
aan de daar gestationneerde Engelse
Militaire Politie wordt overgeleverd,
hoort Mac. Dull, dat hij het ongeluk
heeft gehad op een der geheime ben-
zinelaadstations der Amerikanen in de
Bismarck-archipel te zijn aange
spoeld