Bedrijfsleider van de „Coöperatie" maakte
schromelijk misbruik van vertrouwen
een reis door de tijd
Lt. Admiraal Helfrich beëdigde
honderd adelborsten
Helderse boerenzoons vestigen
zich in de Noordoostpolder
Stad en Omgeving.
Van de Vijver bracht in één jaar tijd
ruim f 30 000 zoek
abonneert u
op dit blad
Het geld in de
wereldlitteratuur
Zwarthandelaffaire met
vele betrokkenen
WAAR ZIJN
ONZE SCHEPEN?
Eerste na-oorlogse
officieren
van het Instituut
Burgerlijke Stand
- Nieuw land
Cabaret-avond van
„DE DUINKANTERS"
Lachkronkels?
„Skoghang" gevonden?
Schagen.
Mr. A. F. KAMP voor
de R.L.W.S.
Een wel zeer geruchtmakende verduisterings- en zwarthandelaffaire is
na enkele weken zeer ingespannen arbeid door de afdelingen recherche en
economische dienst van de Helderse politie tot klaarheid gebracht. De 33-
jarige Johannes Wilhelmus van de Vyver, gewezen bedryfsleider van de
Algemene coöperatieve verbruiks- en productievereniging „Helder" U.A.,
werd in zyn tegenwoordige woonplaats Voorschoten als verdacht van ver
duistering aangehouden. Naar aanleiding van zUn arrestatie werden nog
dertien personen aangehouden, die alle by deze zaak betrokken waren.
Gedurende het boekjaar 1 October 1916 tot 1 October 1947 heeft Van de
Vyver een serie verduisteringen gepleegd tot een totaal bedrag van 4700.
■Daarnaast heeft hy door allerlei andere wonderiyke manipulaties een
ernstig administratief tekort doen ontstaan, met inbegrip van genoemd be
drag voor een totaal van 33.483,44.
Op 1 December 1945 kwam Van de
Vijver op instigatie van de Centrale
van Coöperatieve Verbruiksverenigin-
gen (de voormalige Handelskamer) te
Rotterdam, in dienst als bedrijfsleider
van de Coöperatie te Den Helder. Hy
wist zich met zijn gladde tong en zijn
prettig optreden te verzekeren van 't
vertrouwen van het Helderse bestuur
der Coöperatie, dat hem de gehele
commerciële en administratievejeiding
van het bedrijf in handen gaf. Dit be
stuur heeft het toezicht op het gevoer
de beleid overgelaten aan de accoun-
tanstdienst van de Centrale te Rotter
dam, welke voor alle aangesloten Co-
operaties de toevoer der artikelen re
gelt, op gezette tijden de administra
ties controleert en bij welke Centrale
alle aangesloten Coöperaties een reke
ning-courant hebben lopen.
Bij de contróle, die door deze dienst
na het afsluiten van het boekjaar
1945/'46 werd gehouden, kwamen geen
verdachte dingen aan het licht. Er was
een bedrijfstekort van rond f 6000,
maar dit kon door Van de Vijver naar
behoren worden toegelicht, althans
men heeft vertrouwd dat hij deze toe
lichting naar behoren heeft gegeven.
Eerst thans is gebleken, dat ook in
dat boekjaar door de bedrijfsleider on
rechtmatige handelingen werden ge
pleegd.
Vele vriendinnetjes
Deze man, die geboortig is uit De
venter,. en vóór zijn benoeming alhier
werkzaam was als assistent-accountant
te Den Haag, permitteerde zich de
luxe er een kleine staf van „vriendin
netjes" op na te houden. Hij is gehuwd
geweest, maar scheidde later, waarbij
hem een alimentatie-plicht werd op
gelegd ten bedrage van f 13 per week.
Eind '46 had hij op dit punt een ach
terstand van f 559, welke geldsom bij
deurwaardersexploit werd opgevor
derd. Hij heeft zich toen evenals hy
reeds eerder had gedaan een flink
bedrag uit de kas van de zaak toege-
eigend. DSartoe schreef hy een „bon
netje" waarop zogenaamd de één of
andere aankoop van bakkeryproduc-
ten of anderszins werd verantwoord.
Toen hij dit recept eenmaal met suc
ces had toegepast, is hij consequent op
de ingeslagen weg voortgegaan. De zes
a zeven vrouwen, mei wie hij regel
matig omging, en die aardig verspreid
over het gehele land woonden, kostten
hem een lieve duit en ook het groot
maken van het bedryf trachtte hy op
allerlei dure manieren te bevorderen.
WAT WAS DE COPA7
Zo creëerde hij de „Copa" (Post
bus 4, Den Helder), een louter
fictieve firma over welker admi
nistratie hy de zwarte banket
transacties liet lopen. Alles liep
hem voor de wind, tot hy in Sep
tember hy v.oelde de jaarlijkse
controle naderen rekening be
gon te houden met de mogelyk-
heid van minder prettige erva
ringen. Hij wilde zijn heil zoeken
in Indië, en slaagde er ook in een
baan te krygen by de Algemene
Import Maatschappij. Met ingang
van 1 November j.1. kwam hij
daar in dienst, alleen moest hy
nog wachten op reisgelegenheid
naar Indië. Deze schone toekomst
is echter zojuist afgesneden, daar
zijn wanbedryven precies op tijd
aan het licht kwamen.
Het bestuur te Den Helder ontving
namelijk van de accountantsdienst het
rapport over het boekjaar 1946/'47, ge
dateerd 16 December 1947. Daarin
stond, dat de controleurs verscheidene
uitgaven waren tegengekomen die niet
door deugdelijke kasbescheiden waren
gedekt, en dat er overigens een admi
nistratief tekort was van f 33.483.44. De
voorzitter, de heer P. S. van der Vaart,
stelde daarop onmiddellijk de politie
van het een en ander in kennis, daar
hy vermoedde dat Van de Vyver ver
duisteringen had gepleegd, en schro
melijk misbruik had gemaakt van het
in hem gestelde vertrouwen.
De recherche stelde 'een onderzoek
in, waarbij ook van de diensten van
de accountant De Jongste, van de Cen
trale te Rotterdam, onder wiens leiding
de boeken waren gecontroleerd, ge
bruik werd gemaakt. Het bleek toen
wenselijk de gewezen bedrijfsleider
wiens vertrek naar Indië men had
weten te vertragen aan te houden.
Te zijnen huize in Voorschoten wer
den papieren in beslag genomen, die
bezwarend materiaal bevatten. Na een
langdurig verhoor kwam de gang van
zaken, zoals we die hierboven in het
kort hebben beschreven, aan het licht.
Hij bekende gedurende 't laatste boek
jaar voor een totaal bedrag van f 4700
op frauduleuze wyze uit de kas te heb
ben genomen. De rest van het tekort
moet verklaard worden uit de andere
gevolgen van zijn wanbeheer, de on
kosten die hij voor zijn auto, voor zijn
vriendinnetjes enz. maakte, maar ook
uit allerlei zwarte aankopen, die hij
voor de zaak en niet in het minst
voor de zogenaamde „Copa" had ge
daan.
ZIJ DIE MEEDEDEN.
Het zyn juist deze aankopen, die nog
dertien personen bij deze smerige af
faire hebben betrokken.
Daar is allereerst de 30-jarige chef
banketbakker van de „Coöperatie",
M. Leeuwarden, die grote partyen
meel en eieren zwart had gekocht,
met medeweten van Van de VU-
ver. Bovendien had hy verschei
dene andere bakkery-grondstoffen,
zoals melk, gesuikerde meloen,
boter en margarine, ingeslagen. Hy
kreeg twee procent van de „Copa"-
opbrengstzyn collega J.
Oom chef-bakker, had met toe-
stemming van de bedryfsleider 33
balen bloem tegen f 30 a f 35 per
baal betrokken buiten de distribu
tie om. Een derde collega, de 27-
jarige winkelchef J. J. Kollaard
(opvolger van de heer Kabel, die
biykbaar als niet passend in het
systeem-Van de Vyver moest wor
den „weggezuiverd"), had van
Texelaars 2000 a 3000 eieren zwart
gekocht. Alle ter verwerking in
clandestiene gebaksoorten.
Tegen deze vier personen werd pro
ces-verbaal opgemaakt, evenals tegen
de leveranciers, die tot nu toe tegen
de lamp zyn gelopen. Dit zyn de 38-
jarige J. V., vertegenwoordiger 1/an
de eierenhandel H., die een kleine
10.000 eitjes zwart had geleverd; de
eierenhandelaar H. zelf, die overigens
niets van deze transactie zeide te we
ten; de 58-jarige visser P. J. P. te
Oudeschild, de 51-jarige groentenhan-
delaar W. J. V. te Den Burg, en de 31-
jarige winkelchef C. T. te Oudeschild,
die eveneens eieren hadden geleverd;
de 38-jarige winkelier J. J. te Oude
schild, die voor een partijtje zaadolie
had gezorgd; de 51-jarige D. R. pro
curatiehouder der C. V. Helderse
graan- en kunstmesthandel v.h. C. R.
Keyser Co., die een 60-tal balen
meel aan Van de Vijver en zijn tra
wanten had geleverd, en die waren
betrokken van de landbouwers G. H.
G. te Anna Paulowna en D. J. de G. te
Koegras; de 39-jarige mevr. R.V. te
Den Helder, die tot de „zwarte klan
ten" van Van de Vyver behoorde; de
57-jarige melkhandelaar J. M., die
melkbonnen tot een totale waarde van
een kleine 500 liter had geleverd (en
natuurlijk ook de melk. alsmede de
600 liter die Van de Vijver op elders
gekochte bonnen betrok) en die ook
een partijtje eieren tegen een kwartje
per stuk had verschaft; en tenslotte
de.37-jarige mevr. M. S.M., die tach
tig eieren van haar eigen kippen aan
Van de Vijver had verkocht.
Het onderzoek wordt voortgezet, zo
dat binnenkort een kleine aanvulling
op deze illustre serie kan worden ver
wacht.
Laatste positie Ned. passagiers-en vracht
schepen, Maandag 12-1: ALDABI, Buenos
Aires—R'dam, pass 10-1 Ftnisterre; AN
NFNKERK, ll-l van Genua naar Alexan-
drie; AVHRDIJK, 11-1 van New Orleans te
Rotterdam; BANTAM, Java—New York,
pass. 12-1 6,45 uur Kaap Bon; DUIVEN-
DIJK, Rotterdam—Cristobal, pass 11-1
Ouessant; GROTE BEER, Java—Amster
dam, pass. 11-1 Gibraltar; GROOTE KERK,
Rotterdam—Sydney, 10-1 van Fremantle;
KOTA AGOENG, 10 1 van Soerabaya naar
Pladjoe; NOORDAM, Rotterdam—New
York, pass. 11-1 Scillies; PRINS ALEXAN-
DER, 11-1 van Haïfa naar Rotterdam-
RIOUW, New York—Java, 10 1 van Co
lombo; SALATIGA. West Afrika—Amste"
dam, 11-1 van Pointe Nolre; SARANGAN
8-1 van Karachi naar Basra; STREEF
KERK, Rotterdam—Calcutta, pass 11-1
Perim; TARAKAN, 11-1 van Makassar naar
Suez; TJIKAMPEK, 11-1 van Makassar te
Melbourne; VOLENDAM, Java—Rotter
dam, 10-1 20 uur van Suez; WESTER
l?AMt 10-1 van New York naar Rotterdam
De luitenant-admiraal Helfrich hield
gistermiddag by de beëdiging van een
honderdtal adelborsten op het MOK de sfeer van het schip. Het besef van
reeds begrepen hebt, dat saamhorig
heid, samenwerking en verdraagzaam
heid de eerste grondslagen zijn voor
een goede militaire discipline en daar
mede voor een goede marine. Want
alleen deze discipline kan de korps
geest en de teamspirit scheppen wel
ke een goede marine maken. Eisen,
welke zich vooral doen gevoelen in
te Hilversum een toespraak waaraan
het volgende is ontleend.
Gij zult zweren of beloven: „Trouw
aan de Koningin, gehoorzaamheid
aan de wetten en onderwerping aan
de krijgstucht".
Gy zult trouw zwéren aan de Konin
gin, trouw aan Haar, die zelf op niet
te overtreffen wijze ons volk getoond
heeft, altijd en voortdurend, wat trouw
betekent.
Gij zult echter hebben te bedenken,
dat het oude spreekwoord „Trouw
moet blijken" nog niets van zijn waar
de heeft ingeboet.
Vervolgens zult ge zweren of belo
ven: „Gehoorzaamheid aan de wetten"
Een gehoorzaamheidsplicht, welke
iedere Nederlander is opgelegd, doch
zeer in het bijzonder van U geëist
moet worden, omdat gij behoort tot
diegenen, die voorbestemd zijn in het
gezagsapparaat een leidende functie
te bekleden.
Tenslotte zweert gij: Onderwerping
aan de krygstucht", een eis die aan
iedere militair gesteld wordt, doch
van U als leider, in versterkte mate
wordt verwacht.
Gy staat thans aan het begin van
uw officiersloopbaan in de K.M., 'n
begin van uw zelfstandigheid in 't
leven. Gy zyt de eerste officieren,
afkomstig van het Koninkiyk Insti
tuut voor de Marine, uitgezonderd
die van het Korps Mariniers, die de
ze belangryke eed sinds de bevrij
ding van ons vaderland in myn han
den hebt afgelegd.
Gy behoorde tot eén promotie van
adelborsten, die niet als vóór de oor
log bestond uit jongelieden van onge
veer gelijke leeftijd en ervaring, doch
uit een verzameling van jonge mensen,
die. door verschillende oorzaken, niet
in de conditie welke wij vóór de oor
log gewend waren op het instituut
hun intrede deden. Verschillende uwer
hadden reeds deelgenomen aan de
strijd in velerlei vormen en hadden
daardoor hun eigen mening,en karak
ter gevormd.
Het feit dat gii er in geslaagd zijt
in Uw instituut jaren tezamen als
vanouds een hechtepromotie van
het korps adelborsten en thans als of
ficieren van het jaar '47 te vormen,
geeft mij een- gegronde hoop, dat gij
ondergeschiktheid is daarvoor het
fundament, doch mag uwerzijds niet
leiden tot karakterloosheid, verlies van
eigen initiatief en onderdrukking van
uw persoonlijkheid. Indien dit zo wa
re, dan zou het gevaar ontstaan voor
cadaverdiscipline, welke wij in onze
marine hardgrondig verfoeien.
Gij kunt er een eer in stellen te
behoren tot een dienst met een lang
durige en eervolle traditie, een Ne
derlands gezagsapparaat, dat zich ook
buiten de grenzen van Nederland een
goede naam verwierf en dat de beste
eigenschappen in de zeeman en de
mens naar voren doet komen. Het feit,
dat een langdurige vrede en een lang
durige verwaarlozing van onze mari
tieme defensie de geest der K.M. niet
hebben kunnen bederven, is een licht
punt in deze zware tijden dat ons
nooit kan worden ontnomen. Deze
traditie is ontstaan in de loop van
eeuwen, omdat de mannen der vloot
de eigenschappen wisten te ontwikke
len om die geest te scheppen, te be
vorderen en te handhaven. De eigen
schappen, die ieder mens kunnen sie
ren: toewijding, verdraagzaamheid,
waardigheid, eerlykheid, rechtvaardig
heid, nauwkeurigheid, zonder bekrom
penheid en moed zijn de eigenschap
pen geweest, die de vloot ondanks
alle tegenslagen maakten tot wat zij
was in 1940.
Bevallen: G P Kroder—Blankman,
d E H Rust—Jansen, z P L Slot—
Remljnse, d. s LoopuytBoon, d.
G W Hoek—Appelman, d H van Knljff
—Van Vlfet, z. CM Ramler—Steeman,
d S Groenveld—Schilders, d. P A
Meijer—De Swart, z A W Eenkhoorn
—De Leur, d. J Zeeman—Kistemaker,
z. G Jongman—Slikker, d.
Ondertrouwd: p Augustin en W
K Heijster J Claessen en A Th Bok.
Getrouwd: HJJ Visser en F K M
Wehnes
Overleden: T Holtjer—Seekles v,
27 jaar. N van Dalen, v, 17 Jaar. G
Bandtgeb. Smits, v, 57 Jaar, overleden
te Velsen). H Blnksma—Verdries, v, 56
Jaar (overleden te Alkmaar). A Wijnand,
m, 75 jaar.
De overstromingen in ons land houden nog maar steeds aan. De
by Waalwijk zette een schier onafzienbare vlakte onder water, waa
ook diverse wegen voor een tydje aan het oog onttrokken worden
het water.
Rukt aan met spade en ploeg, en komt
Dit watererf bezaaien,
Gy, zonen van 't gewroken land!
Met vrolyk hart en nyv're hand.
En doe Gods gunst u maaien!
Dit waren de woorden van Nicolaas
Bcets in 1850 geschreven naar aanlei
ding van de drooglegging der Haar
lemmermeer. Nederland heeft reeds 'n
grootse reputatie, verkregen door de
talrijke overwinningen op Hollands
eeuwige vijand, he water. Maar nóg
zijn wij niettevreden, nóg heeft de
zee uitgestrekte gronden in haar macht,
waaraan duizenden jonge, energieke
boerenzonen en dochters hun leven en
werken zouden willen wijden. Wij be
hoeven slechts, om ons van de wil der
ontwerpers, bouwers en bevolking te
overtuigen, naar de Wieringermeer te
gaan, wanneer, onder een zomerse he
mel, tegen het rijpen van het graan, de
polder tot aan de einder zich voor onze
ogen uitstrekt, als een paradijs van
rijkdom en overvloed.
Neêrlands bevolking neemt echter
toe, meer voedsel is nodig, landbouw
en veeteelt worden intensiever beoe
fend en er is een toenemende roep naar
nieuw land.
In het najaar van 1936 werd een be
gin gemaakt met een nieuwe grote on
derneming: de bedijking van de Urker-
polder, beter bekend als Noord-Oost-
polder. De verwachting was dat het
werk in 1941 voltooid zou worden, doch
ook hier zette de oorlog een streep
door de rekening. Eerst in 1942 viel de
polder droog, een gebied met een op
pervlakte van 47.600 ha, dat is ruim
tweemaal de Wieringermeer, lag ge
reed voor de ontginning, die helaas in
deze tijd zo uiterst bemoeilijkt werd.
Duizenden bunders vruchtbare grond
werden doorwoekerd met de taaie
stengels van waardeloos riet. Dit laat
ste blijkt echter toch nog enige voe
dingswaarde te bezitten en komt tegen
woordig als veevoer, in de vorm van
rietmeel, in de handel. Vele boeren
jongens uit alle delen van Nederland
werkten te midden van die uitgestrekte
eenzaamheid, als pioniers aan de ont
ginning van deze nieuwe landbouwpro-
vincie.
Nu eerst, na ruim 11 jaar, kan een
aanvang gemaakt worden met de ver
kaveling van de grond en het uitgeven
van boerderijen. Deze verkaveling
vormt op zichzelf reeds een groot pro
bleem. De grootte der bedrijven; staats-
of gewoon eigendom of pacht; wie zul
len het eerst in aanmerking komen
voor een bedrijf, het Zeeuwse boertje,
de kapitaalkrachtige Groninger of de
pionier die meehielp dit land in cul
tuur te brengen met de stille wens, om
eens als zelfstandige boer de hand aan
de ploeg te slaan en zelf de bouwvoor
in gereedheid te brengen om het zaad
te kunnen ontvangen?
Deze moeilijkheden vormen slechts
de speld in een hooiberg van proble
men. Technische, agrarische, economi
sche en sociale moeilijkheden en wat
al niet meer. Honderdtwintig „plaat
sen" zijn uitgegeven, 120 op de 60.000
jonge mannen uit het agrarisch leger
zonder land. Niet veel, te kort, maar
toch een begin en het stemt ons, be
woners van de gemeente Den Helder,
daarom tot grote voldoening, dat tfvee
zonen uit de Koegrasser polder in dat
nieuwe land een plaats kregen toe
gewezen: Piet Rampen van de Nieuwe-
weg, die reeds vele jaren als pionier
daar werkte en Nic. Hoornsman van de
Rijksweg, die eveneens reeds énige ja
ren in de Noord-Oost-polder verbleef.
Wij wensen hun veel succes e.i een
goede oogst in 1948!
Cabaretavonden zijn tegenwoordig
aan de orde van de dag. Er zijn er die
we niet direct zo denderend geslaagd
kunnen noemen, en er zijn er, waar
je werkelijk plezier kunt hebben en
waar je kunt lachen en waar het ge
hele publiek eens flink plezier kan
maken. Tot die laatste groep van ca
baretavonden behoorde de feestavond
van ,.De Duinkanters", waar we Za
terdagavond een bezoekje brachten.
Dat niet veel mensen zich door het
slechte weer hadden laten weerhou
den om naar de „Roskam" te komen
bleek wel uit het feit, dat er geen
stoel onbezet bleef.
Zoals dat gebruikelijk is opende de
voorzitter de avond, hy hoopte dat de
wandelsportmensen nu ook eens zou
den tonen dat ze goed konden feest
vieren en vond dat er maar direct? met
het feestprogramma moest worden be
gonnen.
Het gezelschap „Twevro" heeft voor
een werkelijk „gezellig" programma
gezorgd. De tussenruimten van de ver
schillende nummers waren niet al te
groot en over het algemeen werd er
vlot afgewerkt. Afwisselend volgden
praatjes, muziek en schetsen elkaar
op. En als van ouds oogstte het duo
Ridel Eidel veel succes al moet het
ons van het hart, dat het repertoire
langzamerhand wel eens wat uitge
breid mag worden. Ook de Aspirama's
hebben met hun harmonia's aardig
succes geboekt, de keuze van hun pro
gramma was goed, doch zij moeten
nog even meer hun „nummers verko
pen". Een beetje meer mimiek, heren!
De schetsen werden over het alge
meen nogal vlot gebracht. Vooral
„Van je vrienden moet je het maar
hebben" viel heel goed in de smaak,
juist omdat het zo „natuurlijk" ge
bracht werd, iets wat we bijvoorbeeld
weer niet kunnen zeggen van „het
Testament", waar de rolvastheid en
vlotheid wel iets te wensen overlieten.
Het hoogtepunt was wel het bal, in
geleid door een polonaise, die de rond
dravende kellners met angst en schrik
vervulde, naar één van hen ons ver
trouwelijk mededeelde. Hoe gezellig
dat bal was wordt duidelijk als men
weet, dat bij het einde om drie uur
in de vroege morgen de zaal nog even
vol was als bij het begin. De dansmu
ziek werd verzorgd door Jan Seegers
en zijn „Tango Serenaders".
De directie van de Roskam had
Zondagavond het Cabaretgezelschap
van Fred Fagel uitgenodigd met z'n
revue „De lach-kronkels".
Fred Fagel heeft reeds een beken
de naam door de Bonte treinprogram-
ma's en wij verwachtten dan ook een
avond van goede kleinkunst.
Het programma, hoewel vlot afge-
v erkt, voldeed echter niet aan onze
verwachtingen. De dikwyls dubbel
zinnige flauwiteiten, om in de geest
van Fred Fagel te spreken en de
v/einig aantrekkelijke schetsjes
brachten het geheel op een niet be
paald hoog peil. Rens van Dorth ech
ter wist het publiek met z'n geesti
ge optreden goed te amuseren, even
als Cas Oosthoek, die een uitstekend
pianist en accordeonnist bleek te
zijn. Deze beide medewerkenden wil
len wy een woord van waardering
niet onthouden.
Een marine-motorboot heeft geruime
tijd gekoerst in de buurt van 'nwrak,
dat zo goed als zeker de verongeluk
te Noorse „Skoghaus" is. Het ligt ze
ven mijl uit de kust, recht tegenover
Castricum. Om volstrekte zekerheid
te krygen omtrent de identiteit van 't
schip, wil men, zodra dit mogelijk is
een duiker naar het wrak laten afda
len.
De commandant van de marine-boot,
luitenant-ter-zee eerste klasse, C. Rei-
nalda, acht berging mogelijk, wanneer
de zee rustig is. Men zal hiermee dus
v.el tot het begin van de zomer moe
ten wachten.
SCHEIDSRECHTERS GAAN ZICH
VERENIGEN
De scheidsrechters uit en om Scha
gen waren in Hotel Igesz aan de Markt
byeen-ter bespreking van de mogelijk
heid om tot oprichting te komen Van
een scheidsrechtersvereniging, omdat
'en zich geïsoleerd voelde ten ™an-
zien van hun collega's uit Den Helder
en Alkmaar, hetgeen veelal te ver af
werd gevonden om een goed co!rtart
e behouden. De heren waren het he
gaan wikrdSP'°edig- T® en tot samen-'
gaan werd in principe besloten
Za.1 de oprichtingsverga
dering plaats vinden op een nader t
bepalen plaats en tijd. te
Van het steenkolen- tot
het „plastieke tijdperk
Tn het Nat. Hist. Museum hield de
heer Vamp voor een grote schar,
luisteraars Zaterdagavond een lezing
óver bovenstaand onderwerp. Aan de
hónd van lichtbeelden gaf spreker een
overzich" van de ontwikkeling der
S de planten, dieren en mensen,,
welke' haar bevolkten in de loop der
eeuwen, die achter ons liggen.
m het steenkooltydperk, om.
streeks 200.000 jaar geleden was er
reeds een aanzieniyke plantengroei.
t„ rfp Triasperiode werd de aarde be.
lolkt door een wanstaltige dieren-
wereld zoals de grote kangoeroe-ach-
tiae dinosaurus, de reusachtige voor-
historische vleermuizen en de vele
bewoners der onmetelijke wereld
zeeën. Het is een opeenvolging van
fantastische schakeringen in de flora
en fauna der praehistorie.
Toen echter in het tertiaire tyd.
nerk de gemiddelde jaartemperatuur
daalde, veranderde het beeld aanzien-
iliik Een geweldige ijslaag breidde
zictf vanaf het arctische gebied uit
tot ver in Europa. Deze massa's van
sneeuw en ijs voerden uit het Scandi-
navisch Gebergte grote rotsblokken
mee waarvan de hunnebedbouwers -
hun' primitieve werktuigen in aan
merking genomen op onbegrype-
lijke wyze hun merkwaardige graven
bouwden.
Uit deze massale omzetting van
water tot ijs valt, aldus de heer Nij-
kamp, te verklaren, dat het zee
niveau daalde, waardoor aan het ein
de van het tertiaire tydperk de
plaats waar Den Helder thans ligt, op
150 km. van de kust gelegen was, op
een hoogte van 50 m. boven de zee
spiegel.
Omstreeks het begin van het quar
taire tijdperk, de periode waarin wij
nu leven, kwam er een einde aan de
ijstijd, sneeuw en ys smolten weg, er
vormden zich beken en rivieren, die
in hun tocht naar de lage landen veel
keileem meevoerden, tot groot gerief
van de latere mens bij zijn strijd tegen
het water. Een dun laagje van de bo
vengrond ontdooide, wat tot gevolg
had, dat geweldig uitgestrekte toen
dra's ontstonden, waarover het reu-
zenhert z'n gebrul liet horen en
waarin de gigantische mammouth z'n
sporen achterliet. Uit deze tyd, onge
veer 20.000 jaar geleden, dateren de
grottekeningen, waaruit blijkt, dat de
toenmalige mens te midden van die
onherbergzame wereld, toch nog een
bestaan kon vinden.
Bij het verwijnen van sneeuw en
ys steeg echter het zeewater weer,
en ontpopte zich de aartsvijand van
de bewoners der lage landen. Het Ka
naal werd gevormd, het Marsdiep
eerst een riviermonding voerde
het water landwaarts en gedurende
het oplaaien van de eeuwige strijd der
elementen verzwolg de zee in opge
zweepte woede uitgestrekte stedeken
van het Europese vasteland.
De dijken, waarvan de bouw da
teert uit de 2e helft der 9e eeuw,
poogde men steeds te verbeteren,
want telkens weer bleek, dat zij niet
bestand waren tegen het bewegende
water. In 1731 dreigde er nabij Texel
en Den Helder weer een ramp, die
werd voorkomen door het aanleggen
van onze Helderse zeedijk, die in 1774
gereed kwam.
Het is welhaast onmogelijk, om op
alles in te gaan waarover de heer Nij-
kamp ons ruim een uur lang gespro
ken heeft. Het zou ons voldoende stof
kunnen geven om een geheel blad te
vullen!
Als eerste in een serie van vier le
zingen hield mr. A. F. Kamp gistermid
dag in het Wapen van Heemskerk te
Alkmaar een inleiding over het onder
werp: „Het geld in de wereldlitera
tuur".
De lezingen worden georganiseerd
voor de bond van oud-leerlingen der
Rijkslandbouw-winterscholen te Alk
maar en Schagen en worden beurtelings
in beide plaatsen gehouden.
Toen de voorzitter, de heer J. Rezel-
man het woord gaf aan mr. Kamp, was
de zaal geheel gevuld met een aan
dachtig gehoor, dat sprekers interes
sant betoog, doorspekt met vaak heel
geestige zinsneden en terloopse op
merkingen, met de grootste belang
stelling heeft gevolgd.
Het zou ons te ver voeren, gede
tailleerd in te gaan op mr. Kamps
lezing, trouwens spr. zelf bepaalde
zich tot enkele willekeurige „dwars
doorsneden" zoals hy dat' uitdrukte en
behandelde voornamelijk het onder-
werP „geld" in de bellettrie.
Mr. Kamp sprak over de rol van
geld in het leven van de mens, reeds
van de prille jeugd af: Karl Ewald*
kostelijk boek: „Myn kleine jongen-
„Boefje", „Ciske de Rat", Van Loon*
„Jaapje", om vervolgens tot de vol
wassen mens te komen bij Molières
„De Vrek", „Gösta Berling" en het sa
tirieke: „Je kunt het toch niet mee
nemen". Stefan Zweig, Arthur Schnitz-
le.r, Dickens, Hugo Penning ,zy alle»
schreven boeken waarin het geld een
grote rol speelt.
Na de pauze sprak mr. Kamp °vfr
oeken, die het geld als begeerlijk ob
ject zien, boeken over goudzoekers
urwood), detective-stories e.d. Spr-
e lichtte alle zyden van het onder*
erp geld, zoals dit in de wereldU'e*
uur tot uiting komt, en noemde
een lange, doch gevarieerde reeks van
auteurs met voorbeelden uit hun werft
Met enkele citaten uit het Boek der
besl0°t mr. Kamp zijn boei
ende, goed gefundeerde inleiding'
arvoor hem een warm applaus te
deel viel.