c DE JEUGD-KOER D De verdwenen onderduiker DOBBER en KLIEKJE DE SCHADUW De wijze Kadi PRIJSRAADSEL Oplossing Prijsraadsel Hallo, Jongens en Meisjes IN ZUID-AFRIKA '~Z\ V <*'t JL\ - DE WRAAK VAN DE PAUKENIST door Jan Dirk van Exter Wu LUISTEREN NAAR.... In de zandbak op de grote speel weide, schuin tegenover het voetbal veld was het een gejoel geweest van belang. Geen wonder, het meisje, dat met de zorg voor de kleinste kinderen belast was en steeds een oogje in het zeil hield, was jarig. Dat wisten ze allen al weken tevoren. Afspraak was, dat voor elk zandtaartje, dat voor haar gebakken werd een echte ver snapering in de plaats zou komen. Je begrijpt, aan zandtaartjes dus geen gebrek. Hele rijen stonden voor de jarige in het gelid. Bakkertjes en zandtaartjes rezen als paddestoelen uit de grond. Na het verorberen ech ter van de ulevellen en pepermuntjes werden de taartjes omgebouwd tot for ten en bunkers, waar de zachtaardige koekenbakkertjes heftig slaags raakten, toen uitgemaakt moest worden wie het langst over zijn snoepje had ge daan. De vrede werd echter spoedig getekend. En nu kon je merken, hoe moe ze van al dat spelen waren ge> worden. De jongsten der kemphaan tjes zaten zelfs met duim of vinger tjes in de mond te soezen van de slaap. Gauw werden schopjes en em mertjes bijeen gebracht en vertrok ken de peuters onder geleide van broer of zusje zoet naar huis. Toen de schemering -was gevallen, zou niemand de zandbak hebben teruggekend, zo uitgestorven zag hij er nu uit. Alleen één schopje was blijven staan en ge tuigde met een even eenzaam zandem- mertje van de jolige middagpret. Was dat alles? Schijnbaar wel. En toch.... als dat zo geweest was had Thea in bed niet zo behoeven te hui len om haar beertje, dat ze die mid dag heel zeker in de zandbak had ge zet. Maar bij het afscheid, toen ze ■raar broertje naar huis volgde, was het onvindbaar geweest en toch had geen der kinderen het gezien of mee genomen. Thuis had ze niets durven zeggen maar vol angst dacht ze in stilte, waar ie haar Teddy toch terug zou kunnen vinden. Ze moest hem wel in de zandbak hebben achtergela ten en tochhij was er niet; dat wist ze heel zeker. Heel stil, zonder hoop hem terug te vinden, stapte ze de volgende morgen het hek van de speelweide door en op de zandbak af. Verdrietig keek ze in 't rond. Wel zag ze het achtergelaten schopje en emmertje, maar van die lieve Ted geen spoor. Opeens, toen zij haar oog langs het hoge zandheuveltje liet gaan, kreeg zij een schokje van vreugde en schrik tegelijk. Lag hij misschien daar onder die hoge berg begraven, eenzaam in de diepte? Was hij bij het afbreken van de forten on der de zandlawine bedolven? Thea beet haar tanden in haar trillend on derlipje, drong haar traantjes terug en snelde op het schopje toe, dat uit nodigend in de zandberg stak. Als 'n razende begon ze te scheppen. Het zand stoof in alle richtingen. Dat was ander werk dan zo'n beetje spelen en taartjes bakken. Ze werd er warm van. Maar het ging om haar Teddy. Eerst toen de hele zandhoop naar één kant was gewerkt kwam diep onder ni de kuil een vochtig klein beertje te voorschijn.... haar beertje! Ja, maar niet ongeschonden. Teddy had het gevecht niet heelhuids doorstaan. Sheik Suleiman reed naar de stad, als eenvoudig koopman gekleed. On derweg ontmoette hij een grijsaard, die hem vroeg: „Heer, ik ben ver moeid, laat mij bij u achterop rijden." Suleiman vergunde hem dit en de grijsaard klom achter hem te paard. Bij de stadspoort aangekomen sprak de sheik: „Stap af". „Hoe?" was het onverwachte ant woord, „van mijn eigen paard afstij gen, het is aan u af te stijgen!" De sheik, die begreep, dat hij het slacht offer was geworden van een bedrie ger, reed naar het huis van de kadi, een als zeer wijs bekend staande rechter. Deze luisterde naar 't relaas van de sheik, hoorde ook de bewe ringen van de grijsaard en beval het paard bij hem te laten en de volgen de dag terug te komen om de uit spraak te vernemen. Aldus geschied de. De andere morgen geleidde de ka di hen een voor een naar de stal en vroeg: „Herkent gij het paard?" Beiden antwoordden zonder aarzelen bevestigend. Toen beklom de kadi zijn zetel weer en wees het paard aan sheik Suleiman toe. „O Heer!" riep de grijsaard uit, „waarom deze beslissing". Ik herkende het paard evenzeer als hij daar". „Ja", sprak de kadi, „gij hebt bei den het paard herkend maar het dier heeft zelf slechts één van u herkend en. wel "uw reisgenoot. Zodra hij de stal binnenkwam draaide het de kop om en hinnikte van blijdschap". In de onderstaande 16 hokjes moe ten jullie enkele letters invullen. Op de bovenste rij, van links naar rechts: een laag bü de grond dryven- de wolk, die alle uitzicht beneemt. Op de tweede rij: een meisjesnaam. Op de derde rij:iets dat alleen op 't gezicht van mannen kan groeien. En tenslotte op de vierde rij: een hoogte in het land waarop men vroe ger het vee bracht als het hoog wa ter werd. Als de hokjes goed zijn ingevuld kun je dezelfde woorden ook van bo ven naar beneden lezen. Het is niet zo moeilijk, doe je best maar! Hier volgen de hokjes: De oplossingen worden vóór Maan dag aan het bureau van dit blad verwacht. Vergeten jullie niet op de enveloppe te vermelden dat het be stemd is voor de Jeugd-Koerier? Onder de goede oplossers zullen weer boeken worden verloot. Zijn linkerarm zat los en hij miste 'n oog. Maar hij was terug, dat was de hoofdzaak. En de kleine onderduiker die zo stilletjes onder het spelen door was verdwenen, kreeg van de geluk kige Thea zijn ereplaatsje terug bij 't speelgoed thuis. En nooit kwam hij meer in de zandbak Het spreekwoord dat uit de cijfers ontstond was: Hoge bomen vangen veel wind. De prijswinnaars waren deze week Willem van der Kooi, Proostensteeg 3 Hoorn. Sientje Schuurman, Grote Hout 252, Beverwijk. Jantje Leydeckers, Palmstraat 13, Den Helder. Willie de Jong, Boezemsingel 49, Alk maar. De boeken worden toegezonden. Wij gaan vandaag bginnen met het briefje van Miny Riedcman, gefe liciteerd met je „acht" Prachtig! Het lijkt me niet pleizlerig, Miny, als er steeds weer zand op je'neervalt, terwijl je slapen wilt Kon je nu nog maar aan „Klaas Vaak" geloven Annemarie Middelkoop, ja meisje, je had het de vorige keer goed Bert Middelkoop, wat heerlijk dat je met de padvinders naar Texel bent geweest Veel meisjes en jongens maken een uitstapje daar heen en iedereen is er verrukt over p J Bak, hoe is je voornaam? Lize Vos, wat geniet jij toch van bos en strand Ik ben heel nieuwsgierig naar de geheime trap, Lize Vind je het prettig vijf dagen op reis te gaan? Jij zult Texel missen Ineke Vos, een rondje over Texel met de klas lijkt me ook fijn Er is veel te genieten op jullie mooie eiland Veel genoegen Janke v d Vaart, dat is al weer goed, meisje „Edelweis", dank je wel voor je lief briefje Ik zend jou een dikke zoen terug en groeten voor al je huisgenoten We zijn echt „familie" geworden, Edelweis Is er iets niet in orde met je keel? Heeft je zusje ook een schuilnaam? Tini Bakker, ik wil je oude postzegels graag hebben en dank je wel Hennie Boogaard, gelukkig maar dat je nie'- bang behoeft te zijn voor het proefwerk Je doet zeker altijd erg je best op school, want je cijfers zijn zo mooi Handballen is heerlijk! Corrie Leen, jammer dat Je brief te laat gekomen is, meisje Freek v d Molen, ik dank je hartelijk, jongen Ik vind het aardig van je Raksja, ik ben blij met je sigarenbandjes, dank je wel Jou vader heeft je een leuk naampje gegeven Dag Raksja Dinie Dros, sigarenbandjes heb ik wel voor je Veel genoegen op de laatste Maandag in Juni De datum, die je graag weten wilt is 26 Juli Wordt jij op 16 Juli 12 jaar? Jopie Spigt, jammer dat je postpapier nu op is en het duurt nog zo lang voor dö goede Sint komt Schrijf maar op een stukje papier uit een oud schrift Dat doen véél kinderen, die ook niets meer hebben en ik kan het even goed lezen, Jopie En zijn twee broertjes in Bever wijk, die samen op een kruidenierszakje schrijven, maar dat is vaak onlees baar Marietje Koopmans, ik heb jou briefjes niet gekregen, meisje Hoe kan dat? Deed je ze zelf in de bus? Elfje Zonnestraal, jij hebt woord gehouden Heb je genoten aan zee? Je tekening is fijntjes, aardig Elfje Bikkeltje, ik hoop, dat je voor de HBS zult slagen Denk je dat duimen helpt? Aardig van je om mij weer wat postzegels en sigarenbandjes te zenden Sneeuw witje, welkom nichtje! Ik vind het prettig, dat je mee doet Tot de volgende week „De Zwarte Schaduw", ik hoop van harte, dat je zult slagen Dank je wel voo'r de postzegels Jantje Leydeckers, kijk eens goed in de J-K van 10 Juni Dat ben jij, beste jongen, en deze week wordt je boek gezonden Dag Janneman, voor jou en moeder hartelijke groeten Marie van Oud- heusden, dat is een mooi vers, dank je wel Je tekening is ook mooi Het is een schilderijtje Ik dank je hartelijk Marie pn zal het bewaren Steefje Overhand, je had je buitenlandse postzegels beter dadelijk aan Alie Kiewiet kunnen geven Ik heb een lange lijst met namen van kinderen, die allen bui tenlandse postzegels gevraagd hebben Als ik er dus enkele krijg, zijn ze dadelijk weer weg Ik vraag je nu, mij geen buitenlandse postzegels meer te zenden Rie Schoonen, je doet je naam eer aan Je brieven en verzen zijn werkelijk schoon Dank je wel voor al het werk, meisje Ik ben blij, dat poes beter is Je hebt zeker goed voor haar gezorgd Klaproos, jg hebt het goed uitgelegd Ik hoop nog eens naar Texel te gaan om alles te bekijken, waar jullie over schrijven Tanny Ekkebus, jammer van je vorige brief, maar deze is fortuinlijker geweest Vind je de naailessen prettig? 't Is prettig zelf te kun nen knutselen Wim Gerssen, stuur ze maar niet opgeplakt Dank je wel, Wim Marietje Gerssen, hartelijk gefeliciteerd met je verjaardag Je kreeg veel mooie dingen, vind je niet? Broertje mag mee doen als hij dat graag wil „Zonnebloem", ik heb zelden zo iets fijns gezien als jouw brief Dank je hartelijk, meisje Wat een tere, fijne kleuren heb jij bij elkaar gebracht Het is een schilderijtje „Roodkapje", ik feliciteer je hartelijk met je verjaardag en hoop, dat je een prettige dag zult hebben Ik ben nieuwsgierig naar het spannende verhaal Irma Walboom, hartelijk gefeliciteerd en een prettig dagje toegewenst Gré Bakker, jammer zeg, maar nu moet je winnen met hand ballen Jij houdt van spannende lectuur, Gré Willy Vos, ik vind het prettig, dat jij ook mee gaat doen, meisje, en ik dank je voor de sigarenbandjes Ik hoop, dat je gauw beter zult zijn, hoor! Rina Körber, welkom, nichtje Aar dig, dat je ook mee gaat doen Hababeriba, gezellig dat je een katje hebt Ja, je hebt me verteld van die berg in Bandjoebiroe Gelukkig, dat je niet geraakt werd door die kogels Je hebt veel meegemaakt Blijf je nu in Hol land? Marcel Klabbers, je hebt het goed opgeschreven Martha ten Bosch, die vossenjacht is spannend, hoor! Ik kan me begrijpen, dat Je geniet met „Bosvolk" Het zijn mooie bandjes, die je mij stuurde, Martha Dank je wel Piet van Zon, ik ben blij, dat je even schreef Je boek ligt klaar om ver zonden te worden Jan de Wind heb je aardig getekend Ria Sperling, ik weet, dat je geschreven hebt Dank je wel voor de sigarenbandjes Vertel eens een keer iets over Lobith Ria? Wil je dat doen? Tiny Schol, goed meisje, zoek maar een schuilnaam Waar groeit de plant waar je mij een takje van 'zond? Heb je die mooie rups nog of gaat hij al weer door d'e vrije natuur Alie Kiewiet, dank je wel voor je grote brief Met de Jan Plezier uit is dus een feest geweest Dat dacht ik wel Fijn hoor, dat Duut bij je mag komen logeren' Jullie hebt het altijd prettig op Texel Hansje Kiewiet, jij staat onderaan Aardig van je, dat je nog gauw even schreef voor je naar bed moest Het uitstapje is een echt feest voor je geworden, vind ik Dag Hansje Aafje de Leeuw, Liesje de Haas, Gini Kramer, Gerlof Wisse, Thea Smit en Jacob Wisse, laat nog eens wat meer van je horen En nu maar weer tot de volgende week! Dag allemaal! I TANTE IET 1 »-A—Lr Qr jaiSjV «egT-A i De pauken, je kent ze wel: die gro te keteltrommen in het orkest, maken wel veel geluid, maar de bespelers van van deze instrumenten vallen niet erg op, zoals ze daar geheel achteraan staan opgesteld. Dat gebrek aan be langstelling verdroot een oude pauke- nist van de opera te Madrid zozeer, dat hij besloot zich te wreken. De laatste avond voordat hij zou worden gepensionneerd, nam hij zijn kans waar. Toen juist de violen een uiterst tere melodie zacht lieten horen, wierp de oude man zich als een wilde op zijn pauken, zodat het publiek horen en zien verging. De dirigent dreigde van schrik flauw te vallen. Toen de oude paukenist eindelijk zijn stokken neerlegde en hem gevraagd werd wat hem scheelde, zei hij bedaard: „Jaren lang heb ik mijn plicht gedaan en niemand bekommerde zich om mij. Nu hoop ik. dat tenminste de couran ten eens over me zullen schrijven". Nu, dat deden ze dan ook. Zelfs meer dan hem lief was. RAADSEL Met een D ben ik niet hier en met een H zit ik op je hoofd. Met een P ben ik met z'n tweeën en alleen zit ik op een halm! Wie ben ik? E K A E Copyright R.D.P. 80) En dan gebeurt alles binnen een paar seconden.de auto steigert tegen de trappen van het terras op.... komt weer op de grond, krakend in alle veren en ramt dan de serre met zo'n kracht dat de carosserie bijna geheel in het huis verdwijnt! Een oorverdovende slag davert in het rond.brekend glas.krakend en splinterend houtrondvliegende stenendan verstomt het lawaai. En in de stilte die volgt klinkt de stem van Barendse: „Aanvallèèè!" En de politie-mannen zwermen op het huis af PROGRAMMA VOOR HEDENAVOND HILVERSUM I, 301 m Nieuwsberichten cm 6, 8 en 11 uur AVRO: 6,15 Sport- praatje 6,30 \mor de Strijdkrachten 7,00 Verkiezingsrede 7,15 De Radio- Volksmuziekschool 7,45 De Regerings Voorlichtingsdienst antwoordt8,05 Echo van de dag 8,15 Scandinavisch programma 10,15 Onder vier ogen 10,30 The Romancers 11,15 The Sky- masters 11,45 Gramofocmplaten HILVERSUM II, 415 m Nieuwsberichten om 7, 8 en 11 uur KRO: 6,00 Sans Souci 6,15 Land- en Tuinbouw 6,30 Sweelinck-kwartet 7,15 Leger des Heils- k.wartier 7,30 Het actueel geluid 7,45 Jonge mensen bekwamen zich voor een beroep 7,55 Het Bach-koraal 8,05 Pro gramma proloog 8,15 Plaatvaria 9,00 Zang na studie 9,30 In de bloeiende tuinen van Hilversum 10,00 Piano-duo PROGRAMMA VOOR VRIJDAG HILVERSUM I, 301 m Nieuwsberichten om 7, 8, 1, 8 en 11 uur VARA: 8,18 Orgelspel door Johan Jong 8,50 Voor de huisvrouw 9,00 Gramofoonplaten VPRO: 10,00 Morgenwijding VARA: 10,20 Fragmenten uit „The Maid of the Moun- tains" 10,30 Voor de vrouw 10,45 Marcello en Auric (grpl) 11,15 Gramo foonplaten 11,30 Licht orkest-concert (grpl) AVRO: 12,00 Mexico-programma 12,30 Weerpraatje 12,38 „Le piano Ro- mantique" 1,15 The Avroleans 1,45 Louis van Burg en Conny Stuart (grpl) 2,00 Kookkunst 2,20 Gramofoonmu- ziek 3,00 Boekenschouw 3,20 Luch tige samenzang VARA: 4,00 Lichte or kestwerken (grpl) 4,30 Tussen twaalf en zestien 5,00 Filmland 5,20 Wij en de muziek 6,15 De Vara feliciteert 6,30 Voor de Strijdkrachten 7,00 Denk om de bocht 7,15 Jan Vogel en zijn Accor deon-orkest VPRO: 7,30 Cursus 7,50 Tien voor acht 8,05 Het Nederlandse Kamerkoor 8,30 Cursus VARA: 9,00 Men vraagten wij draaien 9,30 De Ducdalf 9,50 Op vleug'len van muziek HILVERSUM II, 415 m Nieuwsberichten om 8, 1, 7, 8 en 11 uur NCRV; 8,15 Gewijde muziek 8,30 Symphonisch con cert 9,15 Ochtendbezoek bij onze jonge zieken 9,30 Waterstanden 9,35 Een opgewekte melodie bij het werk 10,20 Gramofoonplaten 10,30 Morgendienst 1! ,00 Werken voor Strijkorkest 11,30 Margie de Groot, sopraan: aan de vleu gel Marinus Voorberg 12,00 Ancora- Trio 12,33 Dolf van der Linden en zijn Metropole-orkest 1,15 Mandolinata 1,45 BBC Symphonie-orkest 2,20 Van oude en nieuwe schrijvers 2,40 Sym- phonie voor Strijkorkest 3,00 Ere-pro- motie Veldmaarschalk Jan Smuts 4,00 Orkest-muziek (grpl) 4,55 Voordracht door H Veenstra —5,15 Holanda Sextet 5,45 Bekende orkesten spelen bekende melodieën 6,30 De internationale jeugd- leidersconferentie 6,45 Wcgnums Zang koor 7,15 Welk gebruik maakt U van de Telegraaf? 7.30 Het actueel geluid 7,45 CNV-kwartier 8,05 Programma pro loog 8,15 Simon Goldberg, vlooi, en Maria Curcio, piano 8,45 Sociale ge rechtigheid 9,05 Omroep-orkest 10,00 Vragen aan voorbijgangers 10,30 Negro Spirituals 10,45 Avondoverdenking 81) De man lichtte zijn hand op of hij wilde salueren, maar bedacht zich bij tijds, dat hij een bolhoedje op zijn hoofd had. „Niemand geweest, Van Santen?" „Niemand, meneer. „Ook geen mens uitgekomen?" „Geen kip, meneer." „Prachtig. Wanneer wordt je afgelost?" „Om negen uur, meneer." „En wie staat er achter?" „Van Doveren, meneer." „Goed, we gaan even naar binnen. Let op de voordeur." De hoofdinspecteur liet de commissaris voorgaan en draaide in de vesti bule het licht aan. „Nu moet U eens kijken, eohimissaris. .Hier beneden is 't maar een bur gerlijk gedoetje. Hier woonde die musicus met zijn vrouw. Wacht, nu zal ik U even voorgaan. De trap is aan de achterzijde van het huis direct tc be reiken en de meeste bezoekers kwamen door de tuin naar binnen. Wat zegt U van zo'n lopertje?" „Potstausend!" zei de commissaris, die een zwak voor Oosterse tapijten had. De hooldinspecteur deed de deur van de speelzaal open en de commissa ris stapte naar binnen en keek met bewondering naar de kostbare installa tie. „Verduiveld," zei hij, „die kerel moet goed In zijn duiten hebben gezeten. Geloof maar, dat dit zaakje wat gekost heeft." „En dat er nog tienmaal zoveel binnen gekomen is," zei de hoofdinspec teur. „Nu moet U de kamer hiernaast eens even bekijken." „Ongelofelijk!" riep de commissaris, terwijl hij zich in een van de reus achtige fauteuils liet zakken. „Zie je die schilderijen, Cornelissen? Dat is ook niet het werk van die kerel, die op de Dam staat te prutsen." „Er ligt in het buffet nog een kladboekje van de ober. Dat heb ik van nacht vergeten," zei de hoofdinspecteur. „Laat ik er aan denken, dat ik 't bij me steek, 't Kan best zijn, dat we er nog namen in vinden." Hij liep naar het buffet in de speelzaal en trok een la open. „Commissaris!" riep hjj verbaasd. „Ja ja, wat is er?" vroeg de commissaris, zich uit zijn fauteuil hijsend. „Hier," zei de hoofdinspecteur op de la wijzend. „Vannacht heb ik dat boekje laten liggen en 't is er niet meer." „Nou, dan hebben die kerels van Maas 't natuurlijk meegenomen, toen ze die spullen naar het bureau gebracht hebben." „Dat kan niet, commissaris, want dat was al gebeurd. Ik ben hier na die tijd geweest en ik weet zeker, dat 't hier in deze la lag." „Ja, nou, dan is er natuurlijk vandaag iemand geweest." „Uitgesloten, commissaris. Ik alleen heb de sleutels." Commissaris Vonkenberg veegde zijn voorhoofd af. „Hm," zei hij, „ja dan weet ik 't ook niet. Misschien hebben Hij hield midden in de zin op en staarde naar de half geopende deur. Er was aan de gangzijde onhoorbaar iets langs gegleden, zo stil en zo vlug, dat hij niet goed wist of hij 't al dan niet gezien had. Hij bleef ver baasd naar de deur staren, maar de hoofdinspecteur was er in twee stappen bij, rukte ze open en keek in het gangetje. „Wat donder, wat was dat?" vroeg de commissaris. „Ik weet 't niet," zei de hoofdinspecteur. „Ik meende ook een ogenblik, dat i<i iets zag, maar er is niets." Hij had instinctmatig zijn revolver getrokken en luisterde ingespannen. •,Xi U gewapend, commiiuiu?" „Ik niet," zei de commissaris. „Als ik op verjaardagvisite ga, steek ik nooit een revolver bij me. Dan kom ik ook niet in de verleiding om de een of andere vervelende „Ssssst!" fluisterde de hoofdinspecteur, „we gaan er uit. Vlug, commis saris." „Ben jij een vent!" blafte de commissaris een ogenblik later tegen de rechercheur Van Santen, die beleefd zijn dophoedje had afgenomen, toen hij zijn hoogste chef de voordeur hoorde dicht trekken. „Jawel, commissaris," zei de man verwonderd. „Ja, dat dacht je maar. Wie laat er nou verdikkie een kerel 't huis binnen, terwijl je weet, dat er niemand in mag.' „Maar er is niemand binnen gegaan, commissaris." „Als je me nou1" snauwde de commissaris verbaasd. „Aan de achterkant misschien," bedacht de hoofdinspecteur. Hij ging de commissaris voor door het steegje en de brigadier, die in de tuin het oog op de achterdeur hield, kwam haastig te voorschijn en sloeg eerbiedig zijn hakken tegen elkaar. H\j was na z\jn militaire diensttijd bij de recherche gekomen maar een steeds erger wordend spraakgebrek was oo-zaak geweest, dat hij naar de administratie verplaats! was wanr hij zo nu en dan wel eer j werd wegge roepen om voor wachtdiensten te worden gebruikt. „Wat ben jij eigenlijk voor een kerel!?" baste de commissaris veront waardigd. „Comcommiscommissarisverrekverrekstotterde de brigadier. „Wat zeg je me nou?" brieste de commissaris. ..Verrekverrekscuseercomcommissaris," stamelde de bri gadier, die volkomen van zijn stuk gebracht wa3. „Isis 't er iets gegebeurd?" „Luister eens. Van Doveren," zei de hoofdinspecteur. „Is er hier de laat ste tien minuten jemand binnen gegaan of naar buiten gekomen?" „Nieniemandinspecspecteur »We«t je dat zeker?" (Wordt vervolgd)

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1948 | | pagina 4