WONDER
Lijk
en,
VAN WIEUWERD:
die niet ontbinden
van radium-a stralen
Duiven dwarrelen uit vliegtuig
In 1911 verdween de „Mona Lisa"
Werking
de oorzaak?
r - -
Weduwe Jelle Bakker
kan vertellen
VAN BOEK TOT BOEK
Alkmaar
Subsidie voor Kaasmarkt
volgend jaar in gevaar
BENZINE BESPAREN
IS DEVIEZEN VERGAREN
Marktberichten
Verpakt
in krantenpapier
VAN TWEEËRLEI STOF
Gesloten kunstschatten
De dief kon het twee jaar vereren;
toen werd het teruggevonden
De Schager markt
jjEN HANDJEVOL HUISJES, een oud kerkie v
Uit de verte l«kt het een speelgoeddoruie d^t n 'S Wieuwerd'
„ver het mooie Friese land naar beneden hébben latend h"n Vlucht
nu ligt, ergens tussen Leeuwarden en Stavoren '"'melen en dat daar
dat er iemand ooit naar omkijkt. Wat zou men nnt T eD. schiJnbaar ronder
er echter de moeite van de reis voor over heeft om het Wieuwerd? Wie
te avonturen, zal naar huis terugkeren voorzien antwoord op die vraag
bedenkelijk lijkt op een Aprilmop en waarvoormlïïre™ Terhaal' dat
waarbdd°Phalen' het ™haal
Wie enkele jaren geleden naar
Wieuwerd kwam om de lijken te zien
en hun geschiedenis te horen, werd
er vriendelijk ontvangen door een
vrouwtje van om en nabij de honderd
jaar. Het was de weduwe Jelle Bek-
ker, die de wijdse titel droeg van
conciërge der kerk en zorgde voor
het onderhoud van de kelder. Het
stokoude vrouwtje met haar glundere
oogjesachter een ijzeren brilletje,
het Friese kantmutsje op het ronde,
verschrompelde gezicht kon boeiend
vertellen van Wieuwerd en van de
geschiedenis der lijken. Daar ging
ze mee om alsof het oude bekenden
waren. Ja, ze stofte ze zorgvuldig af
in de schoonmaaktijd. De weduwe
Jelle Bakker is dood en haar taak is
overgenomen door een man, die sla
ger van zijn beroep is en het als een
hoge eer beschouwt het wonder van
Wieuwerd onder zijn hoede te mogen
hebben.
UIT OUDE FOLIANTEN.
Eens behoorde de terp van Wieu
werd tot de meer dan 500 woonheu-
vels, die over de Friese kleistreken
verspreid lagen en dateren uit om
streeks 100 na Chr. In het midden
der vorige eeuw werd de terp afge
graven.
Tot de kostbaarheden, die daarbij
te voorschijn kwamen, behoort een
goudschat van 39 sieraden, in hoofd
zaak deel uitmakend van een zeld
zaam rijk halssnoer, terwijl er bo
vendien 'n halve gouden mantel
spang werd i> gevonden, die om zijn
„WIER".
Roman van Jan Campert.
H. P. Leopolds Uitgeversmij N. V.
Den Haag.
De dichter Campert is meer bekend
dan de Campert van het proza. Maar
ook als romanschrijver heeft hij zijn
sporen verdiend al zou het alleen zijn
om die prachtige beschrijving van Wal
cheren en het boerenvolk, dat met dat
land vergroeid is.
In „Wier", een eenvoudige streekro
man, die speelt aan de kust, in een van
die kleine Walcherse dorpjes waar men
elke avond de lichtstralen van de West-
kapelsen vuurtoren over land en zee
Ziet gaan, heeft hij de mannen en vrou
wen getekend, die daar van vader op
zoon en van moeder op dochter op die
rijke, van zeeklei vette bodem ge
leefd hebben en elk dorp zijn eigen ka
rakter hebben gegeven.
Charley Toorop heeft vroeger in rake
krijttekeningen deze mannen op papier
gezet. Hun stugge boerenkoppen heb
ben daar vaak iets dierlijk?, iets afsto
tends, maar de artiste heeft meer haar
gevoel laten spreken dan dat zij 'n zui
vere uitbeelding van haar modellen
heeft gegeven. En toch, dit gevoel be
driegt niet, want ook Campert heeft in
dgze roman deze gesloten figuren voor
ons laten leven en al wat hun zieleleven
beroerde voor ons bloot gelegd. Stoer
en sterk zijn deze mannen van het
Walchersche platteland, gewend om te
v/erken op het land, om te zwoegen
aan de dijken, om te stropen en te
jagen. Zo zijn er zo velen op Walche
ren, die vroom ter kerke gaan, maar
die in de beslotenheid van hun dorps
wereldje het gevecht met de duivel, die
hen tot machtswellust aanzet, niet altijd
kunnen winnen. Er zijn groten en ster
ken in zo'n klein Walchers dorpje,
mannen als de rijke boer Cysouw, die
zijn land elk jaar ziet groeien en die
niemand weerstaan durft. Er zijn de
armen, de tobbers, de dorpsgek, de
mannen, die na een zware arbeidsdag
in „Het Wapen van Walcheren", het zo
zwaar verdiende geld verbrassen, en in
Woeste vechtpartijen met die van
andere dorpen maar al te vlug naar
het mes grijpen. Elk dorp is een be
slotenheid waar een vreemde niets te
maken heeft en nimmer in de gemeen
schap wordt opgenomen. Hoe raak te
kent Campert de haatzaaiende dominee,
de Christelijke onderwijzer, de boeren
met hun harde koppen, waarvan slechts
een enkele recht boven macht laat
gelden. En hoe sober maar ontroerend
's de liefde zonder woorden van Tanne,
de vreemde vrouw en een man als
Gabe Vader, die zijn land aan de mach
tigste boer van het dorp moet afstaan.
Dit is een verhaal van mensen, die
Geinig spreken omdat zij het niet ge-
Wend zijn, mensen, die gehard zijn in
het ruwe leven van alle dag en van gë-
slacht op geslacht leven en sterven in
het rijke en wijde land van Walcheren,
zoals het vóór de oorlog geweest is.
Deze roman is voor het eerst in 193o
verschenen. Jan Campert verdient het
dat men na zijn dood een voor ieder be-
•èikbare herdruk heeft gegeven.
Ad.
kunstzinnige bewerking een unicum
in de wereld is. De goudvondst van
Wieuwerd geniet in oudheidkundige
kringen wereldvermaardheid en be
hoort tot de kostbaarste bezittingen
van het Rijksmuseum van Oudheden
te Leiden.
Uit een en ander, valt af te leiden,
dat het vandaag de dag zo pietpeu-
terige Wieuwerd eens een welvarend
dorp moet zijn geweest. De gerucht
makende ontdekking van de grafkel
der ontrukte het dorpje in 1765 aan
de vergetelheid. Sindsdien is Wieu
werd tot ver buiten onze landsgren
zen bekend. Gemiddeld immers ko
men jaarlijks ongeveer 2000 mensen
de grafkelder bezoeken en de lijvige
registers bevatten de namen van vele
wereldbekende geleerden.
De kerk van Wieuwerd dateert van
omstreeks 1200. De grafkelder die
vermoedelijk in 1609 is gesticht
bevindt zich onder een verhoogde
vloer in het koor. De lijken zijn ver
moedelijk de lichamen van het roem
ruchte adellijke geslacht Walta van
Juckema.
DE LABADISTEN.
Even merkwaardig als de historie
van Wieuwerd en zijn grafkelder,
even merkwaardig is ook de geschie
denis van de communistische sectie
der Labadisten in de 17e eeuw, ge
noemd naar haar stichter Jean de
Labadie. De Walta's waren bij deze
gemeenschap nauw betrokken. De
sectie had haar hoofdkwartier op het
Waltaslot en noemde zich met de
wijdse naam: de Gereformeerde en
van de wereld afgescheiden gemeen
te. Wie toetrad, had geen eigendom
men meer. Alle kleding, huisraad en
geld der nieuwe leden werd door de
z.g. herders in ontvangst genomen.
Bezittingen elders werden te gelde
gemaakt en de opbrengst aan het
beheer der gemeente overgegeven.
Ieder gezin had zijn eigen woning,
doch alle kamers moesten steeds toe
gankelijk blijven voor de z.g. opzie
ners in naam der herders.
De kleding was hoogst eenvoudig.
Alle tooi werd geweerd. Kantwerk,
linten en strikken waren uit de boze.
Had iemand sieraden, dan mochten
deze zelfs niet worden verkocht. Men
wilde daarmee voorkomen, dat ande
ren tot ijdelheid kwamen. De her
ders gaven elk der leden we.rk. Men
at aan één tafel. Het aantal Labadis
ten bedroeg in de bloeitijd, dat was
omstreeks 1680, ongeveer 400 perso
nen. Ieder was verplicht voor de vol
tallige ledenvergadering al zijn boze
gedachten, woorden en daden te be
lijden. De Labadisten hebben tot om
streeks 1725 het Walta slot bewoond.
Het had weinig gescheeld, of de
vermaarde stichter der Kwakers,
William Penn, had zich bij de secte
aangesloten ter gelegenheid van zijn
bezoek aan Wieuwerd in 1677.
DE GRAFKELDER.
Om nu weer terug te komen tot de
grafkelder, daar ligt o.a. begraven
Anna Maria Schuurman, een vrouw
die destijds om haar geleerdheid en
kunstzin beroemd was. Zij stierf in
1678. Zij werd gebalsemd. Maar ook
de niet gebalsemde lijken zijn gaaf.
Zij zijn alle uitgedroogd en wegen
slechts enkele kilo's. Timmerlieden,
die in de kerk herstelwerkzaamheden
verrichtten, vonden in 1765 elf hou
ten lijkkisten, die op schragen ston
den en er als nieuw uitzagen. De lij
ken zelf waren gaaf en ongeschon
den. Ook het linnen, waarmede de
kisten waren bekleed en de doods-
kleren der lijken waren nog ln goede
staat. In 1864 waren er nog slechts
vijf lijken over en deze dragen nog
hoofdhaar, windsels en doeken. Thans
zijn er nog slechts vier.
Onderzoekers zjjn van mening,
dat in het kerkgebouw radium-
actieve stralen het bederf weren.
Ook de kisten in de graven nabij
de kerk 'schijnen tweemaal langer
in goede staat te blijven dan over
al elders. Er schjjnen uit de bodem
bederfwerende gassen op te stjjgen.
Zo vond men in 1858 een geheel
gave dode spreeuw in de windladen
van het orgel. Latere onderzoekers
hebben evenwel verklaard, dat dit
niets bijzonders was.
Bij opening ontdekte men in een
der kisten een prachtig kunstgebit,
waarvan de tanden en kiezen alle
uit een stuk been zijn vervaardigd.
In 1848 heeft men in de kelder
verschillende proeven genomen met
een dode haas, vlees en vet. Het re
sultaat was, dat volgens de on
derzoeker Dr. Ledder de eeuwige
wet der ontbinding te Wieuwerd de
hoogst belangrijke uitzondering laat
zien, dat zij slechts zeer langzaam
voortgaat, zodat men een voortdurend
bestaan zou durven aannemen. Uit
eindelijk echter zal ook te Wieuwerd
het Schriftwoord worden bevestigd:
„Stof zijt gij en tot stof zult gij
wederkeren".
De minister van Landbouw, Visserij
en Voedselvoorziening heeft zijn goed-
ke ing gehecht aan het verlenen van
een subsidie tot instandhouding van de
kaasmarkt.
Evenals bij de regeling voor 1947, zal
de subsidie bij 'n aanvoer van 1.350.000
kg kaas of meer 35000 bedragen en
bij lagere aanvoer evenredig worden
verminderd.
De minister heeft echter medege
deeld, dat zijn goedkeuring van
deze subsidie niet inhoudt, dat na
1948 mag worden gerekend op een
bijdrage voor dit doel uit de rijks
middelen. Integendeel is deze be
windsman van mening, dat, indien
de instandhouding van de Alk-'
maarse kaasmarkt uitsluitend
om propagandistische redenen
door belanghebbenden zou worden
gewenst, deze zouden moeten trach
ten zelf de middelen ter dekking
van de hiermede gepaard gaande
kosten te vinden.
ALKMAAR, 16 Juni 1948. (Alkm. Ex
portveiling). Andijvie f 5.50f 15; Spi
nazie f 7.50f 18; Postelein f 5f 27:
Worteltjes f 35; Tomaten f 112f 123;
Groene kool f 8; Spitkool f 8f 10;
Aardbeien f 1.80—f 3.10 p. slof; Asper
ges f 68—f 74; Uien (bos) f 7—f 28; Bie
ten (bos) f 9f 12; Tuinbonen f 22
f 28; Sperciebönen f 152f 170; Snij
bonen (stok) f 140f 168; Bloemkool IA
f 22—f 26, I f 16—f 22 en II
f 12f 15; Komkommers f 12f 23;
Worteltjes f 1328; Radijs f 6; Selderie
f 4—f 7; Selie f 2—f 4; Sla f 2.50—f 5;
Nieuwe aardappelen: grote f 15—f 22 en
klein f 10—f 14.
L.G. CENTRALE. 193000 kg aardap
pelen: rode eerstelingen f 20.40f 21;
eerstelingen f 14.20f 16.20; drielingen
f 8.50—f 11.40; kriel f 6.20—f 8.50; 3800
bos peen f 18.70.
WARMENHUIZEN, 16 Juni 12,900 kg
Aardappelen: Schotse muizen 17,60—18,50,
idem drielingen 14—15,30, idem kleine
9,10—9,60 en rode Schotse muizen 21,40
ZWAAG, 16 Juni 1948. Aardappelen
17.30; Rode Schotse 21.50; Postelein 23;
Uien 1015; Savoye kool 8; Slabonen
125185; Snijbonen 130170; Doperw
ten 2527; Peulen 3470; Tomaten 75
124; Bospeen (per 100 bos) 1126; Ra
barber 1416; Andijvie 1518; Sla 2.50
3.20; Bloemkool 1029; Komkommers
1736; Perziken 1048; Aardbeien 26
155; Rode bessen 1.451.75; Prolefic 2.20.
BLOKKER, 16 Juni 1948. Op Hoop
van Zegen. Schotse aardappelen 16.50
17.40, Drielingen 13.9015, Kriel 8
9.20, Rode Schot gr. 21.8022.70, Drie
lingen 13.90—14.50; Uien 17—21; Slabo
nen 151169; Peulen 3557; Tomaten
100—124; Bindsla 4—7; Sla 2.50—5;
Bloemkool 1227; Perziken 1135;
Aardbeien 81115; Kruisbessen 33; Pre
sent van Engeland 173.
AVENHORN, 16 Juni 1948. 35850 kg
Vroege aardappelen: Schotse rode f 22
f 22.90, Schotse midden f 16.30
f 17.80, drielingen f 13.80—f 15.30 en
kriel f 9.70—f 12.20.
GROOTEBROEK, 16 Juni 1948. „De
Tuinbouw". 820.000 kg Aardappelen:
Eerstelingen: gr. 15.1017.60, kl. 13
16.40, kr. 8.3011.60, Rode Eerstelingen
19.80—22.10; 1000 st. Bloemkool 20—23,
260 st. afw. 11; 500 bos Wortelen 15;
2500 krop Sla doorgedraaid; 40 kg
Aardbeien 0.701.10.
ZUIDERKOGGE, 16 Juni '48. Vroege
aardappelen 1617, drielingen 14.60—
15.50, kriel 7.60—8.60, Rode Schotse
21.2021.90, aanvoer 112000 kg; Bloem
kool 427; Sla 2.504.70; Bospeen 21—
29; Groene kool 1012; Peulen 3878;
Slabonen 151; Snijbonen 118120; Aard
beien 0.401.20.
OBDAM, 17 Juni 1948. Grote aardap
pelen Sch. 12.9014.20, Rode Schotse
17.20—18.30, Drielingen 7.70—9.30 en
Kriel 3—4.60.
WOGNUM, 17 Juni 1948. 45000 kg
Vroege aardappelen: grote 14.7015.60,
drielingen 8.3010.80, kriel 3.705.40 en
Rode eerstelingen 18.5020.20.
MEDEMBLIK, 16 Juni '48. Veilingver.
„M.E.O." Aanvoer 44 schuiten. 224000
kg aardappelen: grote bl. muizen f 17.20
tot f 18.20, drielingen f 13.70f 15.90,
kriel f 10.10—f 12.30, rode eerstelingen
f 21.10—f 23.20, rode drielingen f 11.80—
f 13.50; rode kriel f 3.50f 8.50; ronde
f 22.20, alles per 100 kg.
Tot hen, die deel uitmaakten van
de Royal Air Force, welke tijdens de
wereldoorlog in Zuid-Afrika was ge
legerd, behoorde ook onze landgenoot,
officier-vlieger Senger. Dit onderdeel
van de R.A.F. maakte tijdens de oor
log talloze Oceaan-vluchten en de ver
binding met het vaste land werd daar
bij onderhouden door middel van
postduiven.
Tijdens het vlieg-tournooi Zaterdag
te Soesterberg zal men kunnen zien,
hoe uit een vliegtuig door Senger
postduiven worden uitgeworpen, die
in papier zijn verpakt. Senger werpt
de postduiven, die in een gewone
krant zijn verpakt, buiten boord; het
pakket stort omlaag. Maar ziet, dan
doet zich bij de postduif de zucht tot
zelfbehoud gelden. Met haar nek en
de kracht harer klauwende poten en
Woelende vleugels, vernielt zij haar
papieren verpakking. Terwijl de ge
scheurde krant begint te dwarrelen,
vangt de duif haar vlucht aan, draait
een ronde en gaat huiswaarts.
Uitgeworpen bij een snelheid van
300 km. en meer, zouden de vleugels
van de duif onder de luchtdruk be
zwijken. De papieren verpakking
houdt de vleugels van de duif geslo
ten, en voor en aleer de duif zich
daaruit heeft bevrijd, heeft het pak
ket zijn grote snelheid verloren.
Vijftig duiven zullen, één voor één,
worden uitgeworpen, zodat men volop
de gelegenheid heeft waar te nemen,
hoe de gevleugelde telegrambesteller
?ich uit zijn beschuttende krant be
vrijdt.
DEMONSTRATIES MET DE
SIKORSKY HELICOPTèRE.
De officier-vlieger 2e klas, E. C.
Senger, zal met de Sikorsky Helicop-
tère bijzondere demonstraties uitvoe
ren.
Hij zal met dit toestel stil staan in
de lucht, en verticale landingen ver
richten; verticaal zakken van 1000 m.
hoogte af met een snelheid van 12 me
ter per sec.; de quick-stop vertonen,
door vrijwel plotseling uit 70 mijl
snelheid tot stilstand te komen.
Voorts zal de Helicoptère van een
reddingboei een drenkeling aan boord
nemen, en aldus een denkbeeldige
schipbreukeling redden, draaien over
en tussen vier rood-witte bakens, en
draaien met een witte ton rollende op
het vliegveld.
Dr. ir. H. M. pamme, voorzitter van
de Kon. Ned. Ver. van Luchtvaart,
zal het vliegtournooi openen.
Onmiddellijk daarna stijgt de 600
kub. meter grote luchtbalen, de „Dr.
Cannegieter" op. Als balloncomman
dante fungeert mevr. Boesman-Visser,
de echtgenote van de bekende ballon-
vaarder Boesman.
Mevr. Boesman heeft slechts kort
geleden haar brevet als balloncom
mandante verworven. Het is voor de
eerste maal, dat zij het commando op
zich neemt.
De Marine Luchtvaartdienst zal met
5 Fire-Flies deklandingen uitvoeren
op denkbeeldige vliegtuig-moedersche
pen.
Blouses en rokken geven
de nodige variatie aan
onze nog altijd sobere
garderobe. De blouse heeft
niet zulke ingrijpende
veranderingen als de rok
ondergaan. De sportieve
overhemdblouse die u ver
leden jaar droeg, kunt u
nu ook nog dragen. Wan
neer er een nieuwe rok bij
wordt gemaakt, heeft u
weer een modieus geheel.
Heeft u nog niet zo'n
practische overhemdblou
se dan zult u er zeker
wel een willen maken. De
vlotte, geruite sportblouse
en de ruime, klokkende
rok, vormen een aardig
ensemble voor een Jeug
dig figuurtje. Op de rokl
kan een band van dezelf
de stof worden gemaakt. Het staat evenwel ook erg aardig, wanneer
bij dit sportieve geheel een fleurige plastic of leren ceintuur wordt i
gedragen. Voor de blouse van dit ensemble is ongeveer 2.25 m. en
voor de rok ong. 2.10 m. stof van 90 cm. breedte nodig, voor een bo
venwijdte van 94 cm.
Het tweede ensemble kan ook heel goed door oudere dames worden
gedragen, doch dan moeten de mouwen langer worden geknipt Blouse
en rok kunnen van verschillende stof worden gemaakt. U heeft dan
een aardig deux-pieces. De zeer aparte halsuitsnijding wordt evenals
de mouwen met een bies afgewerkt. Oudere dames zouden wij aan
raden een ceintuur van dezelfde stof te nemen terwijl jeugdige figu-'
ren ook op dit ensemble en plastic of leren ceintuur kunnen dragen.
Voor een bovenwijdte van 104 cm. is ongeveer 4.50 m. stof van 90
c.m. breed nodig.
Van deze modellen zijn klaar geknipte patronen 0.95 bij de admi
nistratie van „BELLA" Het Nieuwe Modeblad, Kr. Nw. Gracht 66,
Utrecht, verkrijgbaar.
Sportblouse en rok onder J 2445/10 voor 88—94 en 100 c.m. boven
wijdte. Het effen ensemble kunt u onder DP 2446/10 in de boven
wijdten 96104 en 110 bestellen.
Deze modellen zijn overgenomen uit „BELLA" Het Nieuwe Modeblad.
(Van een bijzondere medewerker).
p.|ET valt eigenlijk niet te verwonde
ren, dat diefstallen van beroemde
schilderijen en andere kunstschatten
betrekkelijk zelden voorkomen. Waar
om? Omdat de „verkoopmogelijkheid"
gering is en omdat de koper in 99 van
de 100 gevallen wéét waaraan hij toe
is. Een dief zal nimmer zo dom zijn
met een gesjolen „Rembrandt" enkele
dagen na de diefstal, een kunsthandel
binnen te stappen om zijn buit aan te
bieden. En toch moet hij 'n eventuele
koper zoeken in de kring van degenen,
die van vele duizenden schilderijen
en andere waardevolle voorwerpen
oude manuscripten etc. vrijwel al
les weten. En dat „alles" omvat de
eigenaars, dé kostprijs enhet feit,
wanneer de diefstal werd gepleegd!
Wat zijn dan de motieven die dieven
van kunstschatten bewegen hun slag
te slaan? Uit een onderzoek, geduren
de de laatste vijftig jaar ingesteld.naar
een groot aantal kunstdiefstallen, is
de conclusie getrokken, dat de daders
in vier categorieën ingedeeld kunnen
worden.
In de eerste plaats speelt de ama
teur, die zichzelf hoopt te verrijken 'n
rol. Hij is zo weinig op de hoogte met
de usances in de kunstwereld, dat hij
werkelijk nog gelooft een oude mees
ter te kunnen verkopen tegen een hon
derdste van de prijs, die het doek wer
kelijk waard is.
Dan is er de dief, die voor een ge
wetenloze verzamelaar werkt, die geen
enkel middel schuwt in het bezit te
geraken van een kostbaar kleinood.
DE „GEKKE" AMATEUR
J)E „GEKKE AMATEUR", die een
kunstwerk steelt, alleen om het thuis
te kunnen „aanbidden" is nummer drie.
Hij wordt door geheel andere motieven
gedreven dan zijn voorgangers en dan
nummer vier in deze opsomming. Zij,
die tot de vierde categorie behoren, ste
len kunstschatten om er een losprijs
voor te krijgen. Zij weten iets onver
koopbaars te bezitten doch hopen van
de eigenaar of de verzekeringsmaat
schappij een behoorlijk bedrag te kun
nen krijgen voor de terugbezorging.
Het aantal dieven, behorend tot de
eerste categorie, is waarschijnlijk niet
groot. De dief bepaalt zich liever tot
de buit, die hij kent. Vergrijpt hij zich
aan een kostbaar schilderij, dan ont
dekt hij al spoedig dat het een gevaar
lijk bezit is, dat vrijwel zeker tot zijn
arrestatie leidt. In een bepaald aantal
gevallen gingen deze dieven zodra
ze het risico bespeurden er toe over
de gestolen kunstschatten te vernieti
gen. Op deze wijze kan men de spoor
loze verdwijning verklaren van een
overigens niet groot aantal schil
derijen. Een twintigtal jaren geleden
wist de dief van enige schilderijtjes uit
twee Londense kunsthandels, die na
zijn daad ontdekte dat hij waardevolle
„meesters" in handen had, niet beter
te doen dan de buit, zonder enig spoor
van zijn identiteit achter te laten, aan
een krant terug te bezorgen!
Of er werkelijk gewetenloze verza
melaars bestaan, die van dieven gebruik
maken om in het bezit te komen van
kunstschatten? Zij vormen een gelief
koosd onderwerp voor sommige roman
schrijvers. maar een verzamelaar kan
niet zo maar het bezit van een be
roemd schilderij geheim houden. In
ieder geval zou dit bij zijn dood aan
het licht komen en dit heeft zich nog
niet voorgedaan. De „krankzinnige mil-
lionnair" is een romaniguur en wel
kan de verzamelwoede een ware harts
tocht worden, doch de verhalen over
kunstdiefstallen in opdracht van der-
PR zijn vier categorieën van
dieven van kunstschatten en
wel:
1. De amateur, die gelooft een
„oude meester" van de hand te
kunnen doen na de diefstal;
2. De man, die voor een geweten
loze verzamelaar werkt;
3. De „gekke amateur" (men
denke aan de „Mona Lisa"),
die tot diefstal gedreven
wordt om het schilderij te ver
eren;
4. De dief, die meent een be
hoorlijke losprijs te kunnen
krijgen van eigenaar of ver
zekeringsmaatschappij.
In een tweetal artikelen zullen
wij een reeks opzienbarende dief
stallen van kunstschatten, ge
pleegd in de laatste vijftig jaar,
de revue laten passeren. Bijgaand
de eerste bijdrage.
gelijke mensen moeten met een kor
reltje zout genomen worden.
DE „MONA LISA"
En tenslotte een voorbeeld van de
„gekke amateur": de diefstal van de
Mona Lisa uit het Louvre in 1911,
waarbij het doek uit de lijst gesneden
werd. Men neemt aan, dat de dief het
stal om het te „vereren." Het werd in
Florence teruggevonden en in 1913
weer naar Parijs teruggebracht
SCHAGEN, 17 Juni 1948.
8 paarden 400800; 6 pinken 250
300; 14 geldekoeien, magere, 350480;
36 geldekoeien, vette (Centrale); 10
kalfkoeien 575775; 1 pink (Centrale);
109 nuchtere kalveren (Centrale); 88
schapen (mager) 6070; 1 vet schaap
(Centrale); 207 lammeren 2536; 2
bokken en geiten 330; 56 biggen 35
55; 30 konijnen 210; 8 kippen 25.
Voor de Centrale werden overgeno
men 36 koeien, 1 pink, 109 nuchtere
kalveren en 1 schaap. Voor de Centrale
werden beste vette koeien overgeno
men. Met de bonnenhandel is het afge
lopen. De aanvoer van rundvee was
gering en de prijzen gaan iets naar be
neden. De handel in kalfkoeien was
heel gewoontjes. De hoogste notering
was hier 775.De handel in gelde
koeien was aan de stugge kant. Hier
was de hoogste notering 480.Er
was geen aanvoer van vaarzen. Handel
in pinken kalm. De hoogste notering
300.De aanvoer van paarden was
minder dan de vorige week. Er werden
bijna alleen werkpaarden aangevoerd
waarvan de prijzen vaieerden van 400
800. Slachtpaarden waren stukken
minder in prijs. Hier varieerde het
verschil van 150 tot 200. Er was
weinig handel, maar dit werd wel vast
gehouden voor de grote paardenmarkt
vp~ Maandag a.s.
Op de wolveemarkt was de stemming
wel iets beter dan de vorige week.
Melkschapen prijshoudend. Lammeren
waren wel 1.tot 1.50 hoger. Deze
notering was nu 25.tot 36.— en
de handel iets beter. De notering van
kuikalveren (fok) liep van 30.tot
50.De handel was stug.
Op de biggenmarkt was de handel
matig. Wanneer de prijzen zouden va
riëren tussen 30.tot 35.dan zou
den ze wel geplaatst kunnen worden,
maar met een notering van 35.tot
55.is er niet veel belangstelling
voor.
In bokken en geiten was weinig te
doen en kippen en konijnen bij het
oude. Het was een gewone handel.