DE JEUGDKOERIER
DOBBER en KLIEKJE
Dr MEENK'S
Van Vlasbaard en zijn Kabouters
Hallo, Jongens en Meisjes
WIJ SPELEN BRIDGE
Boenzel en Jonker Flonker
IN ZUID-AFRIKA
GENEESMIDDELEN
HOOFDPIJNPOEDERS
Oplossing Prijsraadsel
Stopt op veilige manier
transpireren in de amholu,
ARRID 1.50 Mi.
Onze mededelingen
PRIJSRAADSEL
„Gelr-mïr^ogmaa^eenïe-'00" SCri6UX 2Ci de commissariS'
Al was Vlasbaard niet de knapste
van uiterlijk, zeker was hij de ver
standigste van alle kabouters. Daaraan
twijfelde niemand. Maar eigenaardig
was hij ook. Laat in de nacht, als
iedereen sliep in het kleine kabouter
huis en de zware deur reeds lang ge
sloten was, kon je Vlasbaard nog aan
de lage tafel bij een heel klein kaars
je zien turen in oude vergeelde boeken
waarin hij zo graag neusde en waar
uit hij zijn wijsheid diepte. Ja soms,
maar dat wisten de andere kabouters
niet, bleef hij zelfs de hele nacht op.
Eerst bij het vroege geroep van de
koekoek, die altijd de bosbewqners
's morgens wekte, besefte hij pas, dat
de nacht verstreken was.
Zo ook op die nazomermorgen, waar
van ik je nu vertellen ga. Slaperig
wreef hij met zijn lange baard de
ogen uit en zijn beslagen brilleglazen
af. Om zijn stramme benen eens wat
te strekken besloot hij een kleine wan
deling te maken. De zware sleutel, die
altijd bij de voordeur hing, knarste in
het roestige slot en een heerlijk frisse
ochtendgeur kwam naar binnen ge
waaid. Vlug pakte hij zijn wandelstok
je en op zijn vilten kabouterschoenen
slofte hij onhoorbaar de trap af naar
buiten. Helaas, hij was erg verstrooid
en vergat de deur weer te sluiten.
Eerst een half uur later toen hij
reeds halverwege het grote berken-
bos was, vroeg hij zich af, of hij er
wel aan had gedacht dit te doen. Maar
ja, toen was het te laat, want de eek.
hoorntjes, die ondeugende nieuwsgie.
rige rakkers, hadden uit de hoge boom
waarin ze krijgertje speelden al lang
gezien dat Vlasbaard diep in gedach
ten aan het kuieren was gegaan.
Benieuwd om te weten, hoe het er
daarbinnen zou uitzien, besloten zes van
de vlugsten naar zijn huisje te wippen
en te kijken of ze naar binnen konden.
Zachtjes hupten alle zes naar binnen,
om de slapende kabouters niet te we!k-
ken. Met hun dikke staarten veegden
ze door de bekertjes die op de gedekte
tafel stonden en likten daarna hun
pluim weer goed schoon. Dat was
heerlijk, zeg: kabouterchocola! Wat
lag er wel op die bordjes? Overal even
van proeven. Maar daarbij bleef het
niet. Nog even knabbelden aan een
beschuitje en snoepen aan een broodje
en zo was tenslotte het hele ontbijt,
dat de kabouterkok de vorige avond
had klaargezet verdwenen. Dat was
ook wat. Ja, nu kwam de spijt. Zo
hdden de pluimstaartjes het niet be
doeld. Maar met dat al: de bordjes
v/aren leeg, net zo leeg als de drink
napjes. Tot overmaat van ramp ver
scheen Vlasbaard in de open deur.
Met bestraffende blikken keek hij
rond.
„Dat had ik nooit gedacht, dat onze
vrienden, de eekhoorns, ons zouden
bestelen. Wat moeten we nu begin
nen? Er is niets eetbaars meer in huis
en we rammelen van de honger".
„Je hebt gelijk, Vlasbaard", riepen
de indringers berouwvol, „maar we
zullen het goedmaken. Binnen tien mi
nuten zijn we terug met een ander
ontbijt. .Aanstonds sprongen ze weg.
En ze hielden woord. Nog, was de
vastgestelde tijd niet verstreken of
daar kwamen ze weer aan, hun fami
liewagen met zich mee voerend, hoog
opgetast met paddestoelen. „Niets voor
mij", zei Vlasbaard teleurgesteld, en
trok zijn neus op. „Zeg dat niet te
gauw", antwoordde de eekhoorn-voer
man, weet je wel, dat de mensen de
ze graag eten en ze in de bossen zoe
ken? Wij smullen er zelf ook altijd
van, nietwaar jongens?" Allen zwaai
den met hun staartje ten teken van
instemming. „Eekhoorntjesbrood, dat
zal waar zijn".
Hoewel met tegenzin begonnen de
inmiddels verschenen kabouters te
proeven; Vlasbaard het laatst. Hun ge
zichtjes klaarden onder het eten op
Ze genoten, dat kon je zien. En van
die dag af smullen alle kaboutertjes
met Vlasbaard mee van het. heerlijke
eekhoorntjesbrood, dat ze fe'itelijk te
danken hebben aan een verstrooide
kabouter, die de voordeur liet open
staan....
BRASKAMP N.V. FABPIKANTE VAN
Prijs per poeder 5 cent
Er bleken heel wat knappe speur
ders onder de Jeugd-Koeriervrienden
te zijn. Hier volgt de oplossing:
De slimme koopman wist wel dat
alle handen die in de zwarte vloeistof
gedompeld werden, zwart zouden wor
den. Hij rekende er echter op dat de
dief, uit angst dat hij zich zou verra
den, zijn handen niet in de vloeistof
zou dompelen.
Dat gebeurde ook. De dief was de
enige die schone handen had.
Dit was dus het moeilijke geval. En
nu de prijswinnaars. Het zijn deze
week:
Nettie en Willie Timmerman,
Zwaag 255.
Dinie Alberts, Rozenstraat 22, Den
Helder.
Diny Bulteel, Vogelenzang 22, Alk
maar.
Dinie Jonkman, Laagzijde B. 35,
Schagen.
Jan Vercauteren, Korte Graafwijk
straat 61, Beverwijk.
Het toeval wil, dat de meisjes die
Dinie heten wel erg gelukkig zijn, de
ze week. De prijzen worden verzonden.
We zullen maar weer eens vlug met de briefjes beginnen.
Ineke Vos, gelukkig dat je zo blij bent met het boek Waf heb je een
gezellige kermisweek gehad! Durfde je overal wel in? Nu is de kermis zeker
weer voorbij, is 't niet? Lize Vos, ik heb dikwijls aan jullie gedacht als het
zo regende, maar nu schrijf je, dat je het toch leuk hebt gehad Daar ben
ik blij om, Llze Jammer dat jullie geen kijkje in de Philipsfabrieken mochten
nemen Je broertje is welkom bij ons Is het Nico? Groet hem maar van mij»
Lies Tiny Kater, neen, ik heb geen buitenlandse postzegels meer Alleen
gebruikte Hollandse postzegels spaar ik nog voor t b c-patiëntjes Als je graag
postzegels wilt ruilen, dan kan ik wel proberen om je in contact te brengen
met een andere postzegelverzamelaar Schrijf het maar eens Betsy van
Leeuwen, ik vind prettig, dat je graag met ons mee wilt doen Welkom dus in
onze Jeugd-Koerier! Jij hebt aardig verteld over alles wat die koopman ge
dacht heeft Maartje Smids, je hebt mij alweer met zo n mooi, versierde brief
verwend Dank je wel, hoor Maartje! In Alkmaar is het altijd eind Augustus
kermis Dan is er ook heel veel te zien, want de kermis in Alkmaar is altijd erg
groot Was je niet bang in dat hoge rad? Carla Veenstra, je hebt een prachtig
huis voor mij getekend Daar zou ik best in willen wonen Wat heb je nog een
lief klein broertje, Carla! „Elfje Zonnesraal", heb je het boek nu al ont
vangen! Je hebt geluk gehad met die hoofdprijs Wat een heerlijke dingen,
zeg! Vond je het spookhuis erg griezelig? Ik ben er wel eens in geweest, hoor!
Je tekeningetjes zijn weer zo prachtig Hartelijk dank, sprookjesprinses!
„Ratelslang", ja jongen, ik kan best begrijpen, dat Je °P de kermis ln een wipje
80 cent hebt opgemaakt Dat gaat daar zo vlug, want alles is nog zo duur De
bandjes zal ik Je zenden, hoor! Je moet niet zeggen, dat je altijd ongelukkig
bent, want dan zijn er wel heel veel ongelukkige kinderen Heus, je zult zien.
dat jij ook wel eens een meevallertje hebt „Robinson", er zit een postzegel
van 10 cent op je brief In de stad is dat te veel, jongen Neen, ik ben nog
niet naar het Leger des Heils geweest, maar het lijkt me wel erg mooi Hè ja,
.Robinson, vertel mij nog eens iets over de „Karei Doorman" Hans Schoon
heden, jij verstaat de kunst om veel te zeggen in weinig woorden Pity
Slot, wat aardig van je om mij die postzegels te zenden Hartelijk dank, meisje
Ik ben blij, dat je overgaat Op school Ben je lang ziek geweest? Gelukkig las
ik in je brief, dat je al weer kermis hebt gevierd Dag meisje! Tony Briars.
jij bent dus al een echt Amsterdammertje geworden Het is aardig, dat Je Den
Helder toch niet vergeet Heb je aardige vriendinnetjes in Amsterdam?
Lammie Keizer, ik hoop maar dat je niet zo heel lang zult moeten wachten op
een boek Je moet heus wel een beetje geduld hebben, meisje Er zijn zo heel
veel kinderen, die* mee doen Maar elke week heb je één kans Jantje Ley-
deckers, ja, jongen, je hebt het best bekeken, hoor! Het was een moeilijk geval,
daar heb je gelijk in Hartelijke groeten voor moeder en jou! Miny Riede-
man, jij hebt een erg beste vader, geloof ik Wat zul je naar je verjaardag
verlangen Ja, buiten is het heerlijk', vooral als Je in het hooi mag duikelen
Gerda Paans, niemand heeft n0S buitengewoon enthousiast, over de kermis
verteld als jij Ik hoef niet te vragen of ,1e geniet, meisje Neen, ik ben niet
de vrouw van oom Wim, maar ik ken oom Wint wel, Gerda Vind jij het ook
zo'n aardig gezicht als twee poesjes samen aan 't stoeien zijn? Pukkie is zeker
even klein als he zwarte poesje Bedankt voor je aardige tekeningetjes
eelukkig dat j« hu weer beter bent Ja, je kunt erg ziek zij- i
Malaria Die akelige muggen ook! Er is een rijmpje op: Ziet gij muggen i,'"
Safls h svu; SJ. ïyüwaa: aft
I ena Korbee, wat heerlijk, dat je broertje ook naar Denemarken Baat
kinderen worden daar erg verwend, want de Denen zijn goede hartelijke m. e
Kinaeien wuiucn schuilnaam gevonden n» 'ne1-
sen - „Bruintje Beer", je heb een aardige schuilnaam gevonden ik hfib ••-
nieuwe naam maar dadelijk in de krant gezet Fijn dat je gaat kamperen ju
wou, dat ik met je mee kon gaan. Bruintje Beer voor kamperen moet je m*
weer hebben Ik hoop, dat het zonnetje je niet inde «1 laten
mtln", gaat Betsie Koorn ook mee naar Appelscha. „Bruintje Beer"wel, ui.
Nog hartelijk gefeliciteerd met je verjaardag, meisje Het verhaal van Rikk,e
zal wel weer spoedig terug komen, denk ik Rini v d lis, wat aardig d
i» her zieke meisje zo hebt verwend Nu had zij ook plezier en wat lekke,
van de kermis^ Dat was erg lief van je hoor! -.Dinie Alberts, je heb^
mooi tekeningetje bij Je briefje gemaakt Bedankt meisje Ja. ik ben ook w,.
In de VimaV'
is wel
weinig,
is in de Karimata" geweest uuriae ju ei „^„unen suilt»;
wel erg lékker, maar he lijkt zo veel en het 's fbch eigenlijk maar he,.
weinig vind 1e ook niet? Annie Bakker, ik weet wat je allemaal bedoelt
Je vertelt heel duidelijk, hoor meisje Bijna alle meisjes en jongens verten,
van het grote plezier op de kermis Was je later niet bang meer om ln «u
auto'tjes te stappen! - Hillie Bes. ga Je ook over op school Zeker wel? Het z0u
leuk zijn als je naar Amsterdam gaat in de vacantie Daai is zoveel te zien Ren
1e al eens in het Aquarium geweest? Wens je vriendinnetjes maar beterschap
toe van Tan'e Iet Jan Kramer, je moet wel geduld hebben bij, de Jeugd.
Koerier Er zijn <yok zoveel nichtjes en neven, die goede oplossingen inzenden
Alle Kiewiet, lk heb echt genoten van je uitvoerige reisverhaal Dat was
gezellige brief, zeg! Vond je de Sint Janskerk in Den Bos niet moot? Leuk dat
jullieVen Textielfabriek hebben bezocht Nu kun jij vertellen hoe al die mooie
patronen ln onze japonnetjes komen Bedankt voor de postzegels, Alle Je hebt
ze keurig afgewerkt Fijn hoor! Een hartelijke groet voor Hansje Cor Rath*
mann en Greetje Schager, hoor ik van jullie nog eens wat meer? Ab Kort.
man, het Is zeker een aardig gezicht als de poesjes samen spelen Mag je
kleine poesje houden?
Willy Pureveen, jij hebt mij verwend met dat gezellige reisverhaal. wat
een onverwacht plezier voor die aapjes dat zij ongestooid jouw tas mochten
leegplunderen In gedachten zag ik ze aan de cadetjes en het nougatblok knab.
beien Het is aardig, dat je toen van alle kanten weer aan geld en lekkers bent
geholpen Zo werd het toch nog een heerlijke dag voor je Bedankt voor
gezellige, lange brief „meisje Corrie Harder, gelukkig dat je het boek zo mooi
vindt Daar ben ik blij om Ja, ik kan wel zien, dat Je veel van tekenen houdt
Misschien kun je later nog eens tekenlessen nemen Ik wens je veel plezier
toe in Rotterdam en vooral mooi weer Bets Half, fijn zeg, dat je binnenkort
naar de Huishoudschool gaat Nu ga je zeker allerlei heerlijke dingen leren
koken Ga je dan geregeld op de fiets naar Alkmaar of met de bus? Jammer
dat ik je briefje te laat kreeg, Bets Wat zal het een aardig gezicht zijn, al
die kleine konijntjes in jouw konijnenhok Mag je ze allemaal houden? Bedankt
voor de postzegels, meisje Anneke Rams, je oplossing van de vorige week ig
te laat gekomen Jammer, hè De volgende keer hoop ik, dat je ook op tijd mèe
kunt loten
Dag allemaal! Tot de volgende week! tante iet.
XXXIX.
De spellen uit onze vorige rubriek.
In het vier-hartenspel uit onze ru
briek van vorige Donderdag is één regel
uitgevallen. De 6e slag was n.1. de 7e
en de werkelijke 6e slag was:
Noord harten boer-harten 3-harten 7-
ruiten 3.
Het Zeskaarten-probleem.
Dit probleem heeft zeer velen bezig
gehouden en men ging er meermalen
toe over het voor onoplosbaar te ver
klaren. Wij vragen daarom de aa
dacht voor de volgende oplossing:
Eerst de kaartverdeling:
S. v-2
S.
H.
R.
KL
4-3
h-b
h-6
H.
R.
KI.
S.
H.
R.
KI.
is de oplossing erg gemakkelijk. In
Noord wordt die eerste slag getroefd
met schoppen vrouw en Oost gooit
harten 8 bij.
Tweede slag. Uit Noord troef twee!
Zuid maakt twee troefslagen, speelt
harten vrouw naar harten heer en West
moet van klaver h-6 naar aas-8 in Noord
spelen, wat de twee laatste slagen op
levert.
B. Maar nu gooit West in de eerste
slag harten heer bij. Dan in Noord
ruiten 9 en Oost harten 8.
Tweede slag. Zuid schoppen aas,
West sch. 3, Noord sch. 2 en Oost sch. 5
(gedw.)
Derde slag. Zuid harten vrouw. West
de boer, Noord ruiten heer en Oost
kan troeven met de heer of ruiten bij
gooien. Troeft hij met de heer, dan
moet hij ruiten naspelen, die in Noord
met schoppen vrouw wordt getroefd,
waarna klaver aas uit Noord en troef 6
uit Zuid voor de laatste twee slagen
zorgen.
Troeft Oost de 3e sW niet, maar
gooit hij ruiten 6 bij, dan wordt uit
Noord klaver aas gespeeld, die Oost
weer dwingt: troeven of ruiten.
Bij troeven zijn weer de laatste twee
slagen voor troef vrouw en troef 6.
Gooit hij ruiten vrouw bij, dan klaver
8 uit Noord en de situatie herhaalt
zich. Men ga dit nauwkeurig na!!
Nieuw... Reukwarende Crdme
1. Bederft de kleding niet
prikkelt de huid niet.
2. Is onmiddellijk droog.
Kan direct na het
ontharen worden ge
bruikt.
3. Stopt het transpi
reren gedurende
1-3 dagen; neemt
de reuk weg.
4. Witte, vetvrije crème
met irlise geur.
3. Beschermt Uw kledlna tegen transpiratie-
-Wekkenmaakt sous-bras orerboaig.
h-9
a-8
a-6
a-v
5-4
H.
R.
KI.
h-5
8
a-v-6
Zuid is aan slag en schoppen is troef.
Noord-Zuid moeten tegen elke verde
diging 5 van de 6 slagen maken.
Eerste slag. Zuid harten aas! En nu
komen direct de twee varianten.
West kan n.1. harten boer of harten
heer bijgooien.
A. West gooit harten boer bij. Dan
Welk aardig meisje, van ongeveer
12 jaar, wil corresponderen met Dinie
Jonkman, Laagzijde B 35, te Schagen?
Dinie houdt veel van handwerken,
zwemmen, wandelen en fietsen.
Nel van Oosten, Molenvaart 250,
Anna Paulowna, vraagt een corres
pondentie-adres. Nel zit op school in
de vijfde klas, is twaalf jaar oud en
houdt van zwemmen, schaatsenrijden,
handballen en prinsesseplaatjes ver
zamelen.
Een corresponden tic-vriendinnetje
wordt gezocht voor Jacobtje Briek.
Haar adres is Dorpsstraat A 90, Ab-
bekerk. Jacobtje is 12 jaar, zit op
school in de vijfde klas en houdt veel
van gymnastiek, naaien en borduren.
f)E nikkertjes keken dan ook telkens eens even achterom. Blijkbaar waren
ze een beetje bevreesd, dat de kok de lekkernij zou laten vallen. Maai
de kok was even voorzichtig als hij
zwart was en sjouwde nog steeds met
het geweldige baksel. Wederom was
er iets prachtigs in de optocht te
zien. Waaruit dat iets deze keer
bestond zouden jullie nooit kunnen
raden. Twee vindingrijke zwartjes
hadden met behulp van wat latten,
touw enniet te vergeten, een
giraffe, kans gezien, een getrouwe
nabootsing te maken van een molen.
Het moest een Hollandse molen
voorstellen, hetwelk met grote let
ters op een bord duidelijk gemaakt
was. Van Dobber en Kliekje had
den ze eens horen vertellen van mo
lens in Holland. Toen ze ook nog
een plaatje van zo'n „draaiding" ge
zien hadden, waren ze later op een f
pracht-idee gekomen. Ze zouden
met een molen in de optocht ver- 1
schijnen! De giraffe van de post
hielp hen daarbij een handje. En
succes hadden ze er mee hoor!
De toeschouwers staarden eerst
met grote ogen naar de letters op het
bord en daarna naar de „molen"
Dan klapten ze luid in hun handen.
Zó mooi vonden ze hot. De school
meester die ook aan de kant stond te
kijken, vond het ook geweldig grappig, maar ergerde zich verschrikkelijk
aan de taalfouten, die op het bord gezet waren...."
'J?V -
-W*»-
Zet onder elkaar.
1. Iets waarin wij lezen.
2. Bóek waaruit de Aardrijkskunde
wordt geleerd.
3. Iets waardoor wij naar buiten
kijken.
4,. Naaigereedschap.
5. Een uitstalling voor een winkel
raam.
6. Een prettige tijd waarnaar alle
kinderen verlangen.
7. Een lastdier.
8. Iets waarmee we eten.
9. Een stekelige plant.
De eerste letters vormen nu tezamen
de naam van een plaats.
Welke woorden zijn dit en wat is de
gevraagde plaatsnaam? (Bekend dorp
op de Veluwe.)
Oplossingen worden vóór Maandag
12 Juli ingewacht aan het bureau van
deze courant. Vergeten jullie vooral
niet je adres te vermelden?
Maar het was niet afgelopen
Jonker Flonker. Hij -was wel-is-
waar uit de derde verdieping van het
spookhuis gevallen, maar hij kwam
zacht terecht, in het hooi, dat hoog
cpgetast lag op een boerenwagen die
op de zandweg vlag onder het raam
stond waar de Jonker uit was geval
len. Op de bok zaten Arie en de man
met het vette hoedje. Ze riepen „Hu!"
tegen de paarden en die gingen er
vandoor juist op het moment waarop
de Jonker met een enorme vaart in 't
hooi verdween. Niemand merkte iets
cn tegen dat de Jonker was bijgeko
men e'n zich had losgewerkt uit het
hooi, stond de zon al een eind boven
de horizon en was de wagen al kilo
meters ver de hei op.
„Wat een afschuwelijke toestand",
zichtte Jonker Flonker. „M'n kleren
liggen in de kelder van het spookhuis.
Ik heb alleen maar een nachthemd
aan. Als die Arie me ziet gaat ie me
zeker weer te lijf met z'n vork. Had
ik ook maar een harnas en een zwaard,
net als m'n voorvaderen, dan zou ik
ze wel eens eventjesWas Boenzel
maar hier.,..!"
Opeens stopte de wagen. Jonker
Flonker loerde door het hooi naar tui
ten. Ze stónden voor een aardig fleu-
Hg huisje met geschoren lindebomen
er voor. Boven de deur was een bord
met CAFé-VERGUNNING er op ge-,
schilderd. De twee mannen waren van
de bok af gekomen en liepen het huil
binnen.
Jonker Flonker kwam met z'n hoold
een eindje verder boven het hooi uit.
Aan een kant van het huis was een
boomgaard met een bleekveldje. Daar
op lag wasgoed. Met een sprong was
ie de wagen uit. In een ommezien stond
ie op het bleekveldje. Het eerste wat
ie te pakken kreeg was een. bonte
boerinnerok en een wit-katoenen muts
je. Achter hem ging een deur open.
Jonker Flonker trok ijlings de rok
aan en zette het mutsje op.
105
uit
zijn portefeuille en reikte het de jour-
De hoofdinspecteur nam het
nalist over.
„L. ter plaatse gevonden. Waarschijnlijk drie
maanden geleden begraven. Vermoedelijk arsenicum.
Herten".
De reporter knikte voldaan.
„Die bijzonderheden kan ik nog prachtig voor onze eerstvolgende editie
gebruiken, zei hij. „Ik zie nu ook in, dat de dokter veel minder gevaar
liep als hij de plaats van die invalide innam."
„Natuurlijk," zei de hoofdinspecteur. „Lagerman- kreeg nooit bezoek. Er
was bijna niemand, die hem kende en hier in Amsterdam was de kans voor
ontdekking van het bedrog buitengewoon klein. Die dokter zou hier als
Lagerman ongetwijfeld het geld van de erfenis hebben gekregen."
„Hij mag dan een misdadiger zijn geweest," zei de commissaris, „we
moeten ook erkennen, dat hg een meesterlijk imitator was. Ik geef het je
te doen om zo natuurgetrouw de rol van een menselijk wrak te spelen."
„Is er verder nog iets aan het licht gekomen, mijnheer?" vroeg de re
porter.
„Neen, niets bijzonders," antwoordde de hoofdinspecteur. „Dupois heeft
een volledige bekentenis afgelegd. Hij is werkelijk een neef van die ouwe
Lagerman, maar hij had vrijwel nooit naar zijn oom omgekeken tot die dok
ter contact met hem zocht en hem overgehaald heeft zijn medewerking te
verlenen. Au fond is hij een slappe figuur, die lang niet was opgewassen
tegen de kracht van de ander."
„Die dokter heeft natuurlijk Lagerman vermoord,
De hoofdinspecteur knikte.
„Ja, Dupois heeft verteld, dat de dokter zijn oom arsenicum had gegeven
Het grote plan was tot in alle détails uitgewerkt. Zodra ze het geld gekre
gen hadden zouden ze naar België gaan. Daar liepen ze nog minder gevaar
voor herkenning. Over een paar maanden wilden ze dan naar Zuid-Amerika.
Dupois had alle papieren al klaar."
„Dat monster zou ten slotte wel alleen gegaan zijn," veronderstelde de
commissaris. „Een zo gevaarlijke getuige als Dupois zou hij wel spoorloos
laten verdwijnen. Die kerel mag van geluk spreken, dat we hem bijtijds uit
de klauwen van die vampier gered hebben."
„En die knecht, commissaris?"
d'e'" zei d® commissaris minachtend. „Dat is een stommeling. Ze
fonen mÏ??® Seh°uden. Ik denk, dat Feenstra die wel zal laten
lopen. Nou, waar blijf je nou met je borrels?"
De reporter glimlachte en wenkte de kellner.
va^avond^p "vSteTinSpecteur Beekman haastig. „Ikik moet
„Neen, maar lk moet
onzeae-en n?*J" de ™aheschÜn wandelen en gedichten van Van Alphen
gehad Hie? nw' I"1 hoe heten die kerels? Die periode heb ik ook
beetje' water hu fen^ f V.00r mijnheer ook maar eentje, maar doe er een
zoenen." nders staat ie straks bjj vergissing zijn schoonmoeder te
Dkï°wejzfniUB.i'inanlfUndUm\' 261 hy' toen de gaasjes op tafel stonden,
„uat we ze nog lang mogen lusten."
ÜNour gT Zei de insPecteur opstaande.
trouwt 'stuur ik ie ee commissaris „en doe ze mijn groeten. Als Je
twintig "■fikreden ik?*?" en Z0ut3tellctje. Ik heb er destijds ook vier-en*
twintig gekregen en ik heb er nog wel een paar over."
"oh zVdo ?ec' ^e0?" vrocS de inspecteur glimlachend.
maken en dan zal fk °nrnh. ga nog een verhaal van die bijzonderheden
Ziin am enafaeh e m n°g een paar uurtics ^ap in te halen."
1 u" afscheid en zochten hun weg tussen de tafeltjes naar het plein,
dat bijna verlaten in het licht der lampen LT tafelt;,es naar P
„Een beste kerel," zei de commissaris, zijn u
langzamarh»™".^" helemaal in orde, maar hij zal zijn hersens
commissaris, zijn inspecteur nakijkend. „Zi)n
langzamerhand wel nn hcl®maa' in orde, maar hij zal zijn h
hR„rr™?t5 a;„ P. le toeren laten draalen. Hij heeft gister een gooi
ww— w
mÜ vanmiddag, dat ie promotie zaJ
zei de journalist.
beurt gemaakt. Feenstra vertelde
maken."
',Hoe heb^k^t nou^met Vroeg de hoofdinspecteur verbaasd,
kjjkend. Ik heb 't toch Vroeg de commissaris, naar de lege glaasjs'
Morgenochtend moet hg op "udïëntif'HJj krijst er cen stcrretje b'J
"wÏTe we?' T11' gUn h6t va? harte gCmeCSter
als een hond benn'ls maa?' gCCUW overdrukkend, „dat ik zo m°J
hebben op te knappen Watdonk at wc nlet allc daScn z0'n akKcV1nJ!
eentje nemen?» 6nk Je er van' Cornelissen, zullen we er nrt
De hoofdinspecteur glimlachte.
dat h?t???vJn?vOTd dMaatsf "Cn Iaten We afsprekep, commissaris,
politieman nooit zoveel mag d toon Tl hCe" zclf *GZegd' dat ce"
Wie weet voor welke p?blmen we no? J ?6t heIder mcêr k!m dC"
en we n°g te staan zullen komen."
ejinde.