ETHIOPIË Hr. Ms. „Tjerk Hiddesz" oefent in de Floreszee Stroom van Franse smokkelaars De BUNZING een wrede rover LAND OP DE DREMPEL „Aanzetten tot 21 mijl....!" MET 20 000 P.K. VOORBIJ DE PIEK VAN LOMBOK Het Nederlandse goud in Zwitserland Druk zwart verkeer aan Belgische grens „Duitsers en Canadezen" wederom tegen elkaar De strijd om het bestaan in de natuur Soldatenmoeder veroordeeld Streven naar verlossing uit isolement Waar zijn onze schepen? TIR. MS. TORPEDOJAGER -„TJERK HIDDESZ", onder commando van de Luitenant ter Zee der eerste klasse W. A. Montanus, werkt zich door de Floreszee, nu eens .met een snelheid van 13 mijl, dan weer met een tot 20 en 21 mijl opgevoerde vaart. Aan de kim staan de grijze, je zou haast zeg gen doorzichtige, schaduwen van de vulkanen en eiland-massieven, maar geen enkele maal wordt er koers ge zet op land. Er is een einde gekomen aan het vlagvertoon en de dagen, die nog voor Soerabaja resten, worden gebruikt voor intensief oefenen. Ik geloof, dat Hr. Ms. „Tjerk Hiddesz" een goed schip is. Waarom ik dat denk, zou ik niet precie3 kunnen zeg gen. Het is een kwestie vsn sfeer, van „klimaat". Een schip is nu een maal een levend wezen, dat scherp reageert op de bemanning, 'die het bevaart. Urenlang wordt er verband-geva ren en de tweede middag na het ver trek gaan van beide jagers de sleep- schjjven in zee. Hr. Ms. „Van Galen" beschiet de schijf van Hr. Ms. „Tjerk Hiddesz'' en omgekeerd. Van de brug af volg ik de resultaten en zie, dat de granaten op enkele meters afstand van dat dansende schijfje terecht ko men. Het schijfje, dat wordt voortge trokken door de andere jager en dat moet een verduiveld lastig doel zijn voor de stuksbemanning. Maar lastig of niet, er wordt uitstekend gescho ten en het schijnt met de artillerie £an boord wel in orde te zijn. Tegen de avond passeren we hoge rotsen. De zon hangt laag op de kim en het is alsof er een doorschijnend terra cotta kleed voor die rotsen hangt. Ik herinner mij jaren geleden eens Indische schilderijen gezien te hebben, die overtogen waren met dat zelfde terra cotta. Het leek me over dreven en onwerkelijk. Nu zie ik, dat ik me vergist heb. Dit wè.s de kleur. Tegen de nacht verdwijnt Hr. Ms. „Van Galen". Morgen is het de taak van de „Tjerk Hiddesz" hem op te sporen, ergens in de Westelijke Flo reszee, ergens bij de kleine Soenda- eilanden. De radar zal het weer druk krijgen. HE andere morgen liggen we recht voor een groot eiland, en drie hoge bergen rijen zich achter elkaar Het is Lombok en de middelste berg, de hoogste (3765 meter) is de Piek van. Lombok. Op mijlen afstand kun je zien,' dat de top van de krater over dekt is met lava: Het glanst rossig in het felle licht van de nieuwe dag. Aan stuurboord is nog het laatste contour zichtbaar van Tambora, een andere vulkaan, bijna 3000 meter hoog. Een halve eeuw geleden was hij actief en richtte eveneens enorme verwoestingen aan. Nu is hij eeh lief lijk stukje gestolde nevel aan de horizon. Ik volg lang de Piek van Lombok. Daar, op haast 4000 -meter hoogte, zal de kou over de £op sui zen. Het zal er behoorlijk vriezen. Je zult er dik gekleed moeten zijn. Met een behoorlijk stel ondergoedEn hiermaar ik mag niet klagen. Hr. Ms. „Tjerk Hiddesz" ploegt zich met 21 mijl door het blauwe wa ter, en er staat een frisse bries, die het aan dek best uit te houden maakt. Als het schip 'nu stil lag, zou den we gebraden worden MEE, ik mag niet klagen. Dat zou den alleen de mannen mogen in de machinekamer van de jager. Ik was er ook, maar na 10 minuten verzon ik een boodschap in de kajuit. De an deren moesten blijven. Nog 314 uur. Ik geloof, dat de body's van deze kor poraal-machinist, van die stoker en ook dat van de officier MSD, die daar met hun drieën bezig waren de snelheid op te voeren tot 21 mijl, toch wel van gewapend beton moeten zijn! en zéker, in de tropen, waar ze moe ten werken in temperaturen, waarvan iemand in Holland, die niet vaart, zich geen voorstelling kan maken. In het ketelruim was de tempera tuur beter, zij het dat alle 8 bran ders aanstonden. 20.000 Paarden krachten worden hier ingespannen om Hr. Ms. „Tjerk Hiddesz" zijn vaart te geven. Soms is daar even de helle flikkering van wit vuur, en slaat de gloed je in het gezicht. Je deinst terug van die gloed. Maar niet de mannen van het ketelruim van Hr. Ms. „Tjerk Hiddesz'*. En het ge beurt ook niet met de sergeant-ma chinist, noch met de stokers en de miliciën, die ik er bezig zie. CR wordt in deze dagen hard ge werkt, duchtig aangepakt op de jager. Oefenenoefenenoefe nenOpdat heel dit schip met zijn bemanning paraat is ingesteld op alle mogelijkheden en verrassingen, die eens, wat de Voorzieningheid verhoe de, denkbaar zouden kunnen zijn. De schepen van de Koninklijk Ma rine bevinden zich goeddeels in de In disch wateren. Ze patrouilleren er, ze wijden zich aan het hoognodige vlagvertoon enze oefenen. Dag aan dag, nacht' aan nacht. Dit alles heeft niets van doen met rustig va ren over kalme, Indische zeeën. Maar alles met het in de kortst mogelijke tijd in staat van paraatheid brengen van de vloot en de mannen, die de vloot bevaren. Nederland is een zee varende mogendheid. Dat schept de harde plicht de rechten daarvan ten allen tijde te kunnen verdedigen. En dat te kunnen, waar en wan neerdaartoe oefent in deze da gen, in de Floreszee wijde omgeving, het kleine eskader, bestaande uit Hr. Ms. „Van Galen" en Hr. Ms. „Tjerk Hiddesz". En daartoe oefenen alle andere schepen, waar ook varend in de on metelijke ruimten van deze grandioze archipel, die Indië heet. ANTHONY VAN KAMPEN Naar aanleiding van het communi qué van de Zwitserse regering inzake haar weigering tot het voeren van besprekingen met de Nederlandse regering over naar Zwitserland ver voerd Nederlands goud, deelt men ons van regeringszijde het volgende mede: Op 25 Mei 1946 werd te Washing- tin een overeenkomst gesloten tus sen d« Amerikaanse, Britse en Fran se regeringen enerzijds en de Zwit serse regering anderzijds. Deze over eenkomst bevat een bepaling, waar bij de Zwitserse regering zich ver bindt een bedrag van Zw. frs 250 mil- lioen in goud beschikbaar te stellen, waartegenover de regeringen der drie grote mogendheden, die ?ich in deze bevoegd achtten, afstand doen van alle geallieerde aanspraken op de Zwitserse regering of de Zwitserse Nationale Bank met betrekking tot door Zwitserland gedurende de oor log van Duitsland verkregen goud. Aangezien de Nederlandse regering over aanwijzingen beschikt, dat al leen reeds voor een waarde van meer dan Zw. frs 500 millioen aan uit Ne derland afkomstig goud door de Duit se Rijksbank naar Zwitserland werd vervoerd, heeft zij zich tot de rege ringen van Frankrijk, Groot-Brittan- nië en de Verenigde Staten gewend en hen op deze omstandigheid gewe zen. In overleg met de Amerikaanse, Britse en Franse regeringen werd daarop tot de Zwitserse regering een uitnodiging gericht om deze aange legenheid gezamenlijk op 19 Juli a.s. in Den Haag te bespreken. Deze uit nodiging is thans door de Zwitserse regering afgewezen. Door de Nederlandse regering wordt nu overwogen, welke verdere stappen in deze aangelegenheid die nen te worden genomen. De staking der Franse toloeambten, welke nog steeds voortduurt, heeft aan de Frans-Belgische grens tot grote verwarring aanleiding gegeven. Het was alsof de Franse smokkelaars het begin der staking hadden afgewacht, want zodra deze een feit was, trokken zij in drom men de Frans-Belgische grens over. Met de rust van de winkeliers en andere ingezetenen op Belgisch gebied was het toen gedaan. Een leger van Franse smokkelaars deed een ware inval in het niemands land langs de grens om zich te bevoorraden en de Belgische douaniers konden hier niet veel tegen uitrichten. Alles wat de smokkelaars maar konden bijeengaren, werd op vrachtauto's geladen, die dan later weer naar Frankrijk terugreden. Op vele plaatsen kon de Belgische Rijks wacht ingrijpen om een eind te maken aan de massale aankopen van levensmiddelen en verbruiksartikelen. De Belgische politie is even wel niet talrijk genoeg om een strenge controle uit te oefenen. Vooral door het veld trekken de ï'ranse smokkelaars, hierin ijverig bijgestaan door de Belgische grensbewoners, haar luilekkerland België, om met sigaretten en chocolade naar het berooide Frankrijk terug te keren. De Franse franc daalde 'tot 100 Franse francs voor 12,50 Belgische francs. Enige dagen geleden moest men voor 100 Franse francs nog ongeveer 15 Belgische francs betalen. Inmiddels is de Rijkswacht aan de grens versterkt. Zij schijnt opdracht gekregen te hebben drastisch tegen de smokkelaars op te treden. In de omgeving van de grens liggen overal ledige benzineblikken langs de wegen verspreid, klaarblijkelijk afkomstig van Franse automobilisten, die van de gelegenheid gebruik hebben gemaakt in België te tanken. In Huissen houdt men van schijn gevechten. Dat bewezen reeds sedert Jaren zijn militante gilden. Biele mannen gingen elkander op de schuttersfeesten joelende te lijf en juist wanneer de toeschouwer begon te vrezen dat het menens werd, zag hjj hoe de kemphanen er in de beste harmonie „eentje op gingen pakken" Waaróm zou fluissen dan niet Mars, •aan wie het tijdens de rampspoedige jaren van de oorlog een zo zware tol heeft moeten betalen, brutaal- w-eg nodigen op z(jn zeshonderjarig feest? Om nog eens over te doen. maar dan voor een groot publiek, wat hij in het voorjaar van 1945 heeft geënscenseerd tussen Canadezen en Duitsers. Alle nog in Nederland aanwezige onderdelen van 't garde regiment Prinses Irene hebben Huissen onthaald op een grootse re prise van de slag om de karbrug, die de Linge overspant. Daarbij stonden duizenden toeschou wers op de weg. commentaar leverend, kersen etend, luisterend naar de me talen stem van de luidspreker die verklaringen gaf. Er is ontzettend veel lawaai geproduceerd. De jongens heb ben een schijngevecht uitgevoerd, dat de realiteit af en toe beklemmend dicht scheen te benaderen. En dat al les, terwijl er geen bloemkoolplant geknakt is geworden en misschien al leen een geschrokken coloradokever van zijn aardappelstruikje is gevallen. Vier Spitfires van de luchtstrijd krachten waren van Deelen opgeste gen om de Duitse tegenstand te elimi neren. Als roofvogels stortten zij zich oo hun prooi en juist op het goede ogen blik drukte een duim iri 't geheim op het contact, dat een verborgen spring lading tot ontploffing bracht. Het re gende stenen- en zand-imaginaire bom men. Tijdens hun opmars hebben de „Ca nadezen" meer risico moeten nemen dan zij gewoon zijn. Het was nu een maal show en waren niet honderden^ meisjesogen op de helden van het Maple Leaf gericht? Niemand laat zich uit het veld schieten noch bom barderen. „Als ik", zo vertelde ons 'n opgewonden vurende „Duitser", dis kerels in werkelijkheid op deze ma niet voor de loop kreeg daar kwam d'r niet één door". Nu echter waren de Germanen ten ondergang gedoemd. Zo wil het de historie, zo wilde het ook de staf, en wel volgens een plan, dat men in de koolvelden „regie", op het slagveld „strategie" heet. Dus sprongen de aan vallers op een gegeven ogenblik in de Linge,'die koud was en niet ondiep en waadden'naar de overzijde om er de vijand zoveel kruitdamp in de neus te pompen, dat hij traag de handen op stak of al vechtend werd uitgescha keld. Onderwijl sloegen anderen snel een hulpbrug voor de troepen, die volg den. Ziekendragers ijlden met hun ba ren over het strijdtoneel en iedereen schudde de opgestoven Huissense klei van zijn kleren. De jongens hebben 'n oefening gehad van een realiteit, wel ke zij slechts zelden meemaken tijdens hun eerste opleiding, En Huissen had vrolijkheid, kruitdamp en lawaai. De luchtbrug naar Berlijn verslindt grote sommen gelds. De Engelsen maken zich daarover echter geen zorgen, daar ze volgens hun zeggen deze kosten van de door de Russen te ontvangen Duitse herstelbetalingen zullen aftrekken. Hier onderhoudt de Britse generaal Robertson (tweede van links) zich op het vliegveld Gatow met enkele R.A.F.-officieren. 9 QOK IN DE NATUUR wordt de strijd voor het dagelijks brood gestreden. Vooral de vogels en de zoogdieren voe ren iedere dag weer hun offensieven tegen de honger. Er zijn dieren, die op een vredelievende wijze aan hun kostje komen, maar moeder natuur kent ook haar rovers, dat zijn de die ren, die door een of andere instinctieve drang overgaan tot het bemachtigen van 't eten, dat zij voor de instand houding van hun lichaam nodig heb ben. En het behoeven niet altijd leeuwen of tijgers te zijn, die het viees en bloed van hun streekbewoners verzwelgen, nee dat kunnen ook heel kleine en ogenschijnlijk onnozele, zelfs onschul dige diertjes zijn. Denkt u b.v. eens aan onze insectenetende zangvogeltjes, die in voorjaar en zomer onze tuinen heerlijk opvrolijken met hun sympho- nieën. Of aan de egel, die muizeneter! ,Een egel is een nuttig dier, want hij eet muizen", hoor ik u reeds zeggen. Goed, wij mensen houden niet van muizen en daarom vinden wij de egel en de gewone huiskat dieren, die ver dienen om te leven. Arme muizen, zij weten het immers ook niet beter of ze möeten van de voorraden der mensen knagen. Als we nu eens getuige waren van het schouwspel, waarop een rat een jong poesje doodbeet, dan zouden we het uitschreeuwen van: „O die gemene rat".en in feite is dit toch hetzelfde! De bunzing is een kippenrover bij uitnemendheid en daarom mogen de pluimveehouders hem niet. Het dier staat nu eenmaal op de zwarte lijst, omdat hij van ons mensen de hoenders doodt, en u weet, dat zodra als een of ander dier aan de bezittingen van ons komt, er niet veel nodig, is om Het bijzonder gerechtshof te 's-Gra- venhage deed vanmorgen uitspraak in de zaak tegen de soldatenmoeder mevr. M. A. Hiddinkde Haan, die er van verdacht werd gedurende de be zetting een politie-instantie te Amers foort te hebben ingelicht, dat de hoofd verpleger C. H. van het rijkshospitaal te Den Haag anti-Duits was, waarop H in 1944 gearresteerd werd en enige tijd in het kamp te Vught werd opge sloten. Voorts zou zij ook omtrent enige an dere personen inlichtingen aangaande hun anti-nationaal socialisme hebben verstrekt. De procureur-fiscaal bij het Bij zonder Gerechtshof requireerde een ge vangenisstraf van 11 maanden, dit is de tijd die verdachte reeds in bewa ring heeft doorgebracht, voorts ont zetting uit de beide kiesrechten voor 't leven en ontzetting uit het recht „om bij de gewapende macht te dienen". Het Hof veroordeelde mevr. Hiddink hedenmorgen conform de eis, en ont zegde haar het recht om in cassatie te gaan. t" Kanaal van Korinthe, dat dc Aegeïsche Zee met de Golf van K^lnthe verbindt werd in de oorlog door de Duitsers onbruikbaar gemaakt. Het^kanaal is^thans weer hersteld en bevaarbaar voor schepen tot 10.000 torn Een vaartiig met de Griekse minister-president'Tsaldar.s aan boord, vaart als eerste schip weer tussen de steile rotswanden door. De buitenlandse reiziger in het rijk van Negus Haile Selassie, die vol ver rassing en niet te verzadigen nieuws gierigheid even buiten Addis Abeba de hoge bergen is ingereden en van daar neerkijkt op die verzameling van houtlemen hutten en witgepleisterde huizen en gebouwen, omkranst met 't donker-groen der eucalyptusbossen, of die bewonderend rondziet over de vruchtbare hoogvlakte, soms meer dan 3000 meter boven de zeespiegel, zou kunnen uitroepen: „En dit is nu Abessinië!" Maar de geestdriftige be wonderaar van dat (gedeeltelijk) Be toverend-schone Oost-Arikaanse land tussen de evenaar en de kreeftskeer kring zal er op bedacht moeten zijn, dat geen toevallig passerende onder daan van de Negus hem hoort. Want jong of oud, hij zal de vreemdeling met een licht-boosaardige blik aanzien, hem verder geen oog meer gunnen en zijn weg vervolgen, of hem met een ongeduldig, maar waardig accent in zijn stem, waar de trots door heen klinkt, toevoegen: „U bent in Ethio pië". ABESSINIë, FOEI-LELIJK WOORD. „Abessinië" klinkt de Enthiopiër in de oren als de Brabander in Oetel- donk of waar ook bezuiden de grote rivieren het spottende „kikkerland" of het trotse „Holland". Men kan het nationale of provinciale eigenwaan noemen, maar voor de Ethiopiër be tekent Abessinië nu eenmaal „alle gaartje". En hij is van die naam niet gediend. De Fransen, zo hoffelijk als zij overigens spreekwoordelijk zijn, hadden het ongeluk op de plaats van de Ethiopiërs tijdens de Parijse vre desconferentie in 1946 het bordje „Abessinië" te hangen. De vertegen woordigers van H^ile Selassie dachten er niet aan eerder plaats te nemen dan nadat het lelijke en verfoeilijke woord gewijzigd was. Maar wellicht speelde hun tevens een zekere ran cune parten; de Ethiopiërs zijn Frankrijks beste vrienden niet. Toen zij tijdens hun vrijheidsoorlog voor hun militairen gebruik wilden maken van de enige spoorlijn in heel dat uitge strekte land, dat bijna 25 maal zo groot is als Nederland, weigerden de Fransen zjj exploiteren die lijn van Addis Abeba naar Djibouti in Frans- Somaliland die faciliteit te verle nen. En zij weten ook, dat Parijs on gaarne zou zien, dat Ethiopië's eisen op Eritrea aan de Rode Zee ingewil ligd zouden worden. Djibouti, thans nagenoeg de enige doorvoerhaven van het keizerrijk, zou ongetwijfeld aan belangrijkheid inboeten. Sinds de Italianen Ethiopië onder de voet liepen, is het land, dat men „ver weg" waande en waarbij men maar „min of meer" geïnteresseerd was, dichter bij gekomen in de ver beelding van de West-Europeanen en de gehele wereld. Toen vooral en na dien dacht men aan dat zwarte rijk, in de oudheid het land der Aithiopes („met de verbrande gezichten"), dat de rijke joodse koning Salomon het goud leverde, dat Egypte 'had over heerst en dat in de 5e eeuw geker stend werd. Oud van oorsprong, bleef het oud in zijn ontwikkeling. Men vindt het thans als een rijk uit onze Middeleeuwen, een feodale staat, maar met een „verlichte monarch"; dertien provinciën met drie a vier onder provinciën, bestuurd door vrij onaf hankelijke gouverneurs; waar nog geldt ,,'s lands wijs, 's lands eer" met slechts een elementaire wetgeving. GEEN AMBTENAAR BUR GERLIJKE STAND. Daarom treft men er geen eigen lijke „burgerlijke stand" aan. Het aan tal van 10 millioen inwoners ver moedelijk te hoog, als men de volks gezondheid van Ethiopië kent is een ruwe schatting. En, al zijn de be woners voor het grootste deel aan hangers van de Koptische Ritus zij beweren het oudste christelijke volk ter wereld te zijn en de Ark des Verbonds 'ift Aksum te bezitten er worden slechts weinig „kerkelijke" huwelijken gesloten. Men trouwt er, zo men die uitdrukking zou willen bezigen, „in geweten". De man, die een vrouw heeft gekozen, is moreel verplicht haar bij zich op te nemen en te onderhouden. Maar, ondanks de primitieve wetgeving, is de vrouw geenszins een slavin. De buitenlander staat overigens meestal voor raadselen. Als hij in het binnenland langs de geblakerde wegen zo'n eigenaardige stoet voorbij ziet trekken van twee keuvelende mannen op een muilezel in de voorhoede, dan een met huiden beladen troep ezels, het exportmiddel der Ethiopiërs bij uit stek, en achter de ongeduldig slaande staart van het laatste dier wat vrouwen, sjouwend met een 20 liter waterkruik op het hoofdr is hij geneigd aan alles behalve emancipatie der vrouw te den ken; maar even later kan hij een glim lachende vrouw, gekleed als de eersten in een eenvoudige katoenen jurk en met een shama gedrapeerd over de schouder, nonchalant langs het lichaam afhangend, op een Arabisch dwerg- paardje voorbij zien komen. Men kan dan moeilijk aan die rijdende vrouw, schuilend tegen de hitte onder een cb- quet klein zonnescherm, denken als aan een slavin. Ethiopië, en daarmede is het het beste getypeerd, is een land, dat op de drem pel staat der moderne beschaving, dat zich los wil rukken uit het isolement der eeuwen-oude autarkie; dat de be langstelling van buiten zijn grenzen, na 1935 opgewekt, voelt, maar dat nog steeds beducht is voor een slachtoffer worden van het politieke spel der gro ten. En in die schroom liggen er voor de kleinere landen, vooral ook voor Nederland, grote mogelijkheden. Zo kan het geen verwondering wekken, dat het Afrika-instituut enige tijd geleden een Eoodwill-missie naar Ethiopië zond terr- einde contacten op te nemen (zij wa ren er vrijwel niet) op elk gebied, zo wel van handel en nijverheid als land bouw en cultuur. het een kruisje achter z'n naam op de lange lijst te geven. „A la bonheur" denkt de bunzing, „als men mij dan niet goed kan zetten in de bewoonde wereld, dan zal ik mij er zo af en toe maar in wagen om iets te stelen en voor 't overige deel van mijn leven houd ik mij op in de stille natuur." Na dit besluit heeft de bunzing zich toen teruggetrokken in het struikge was der duinen. Ook daar maakt hij jacht op allerlei klein wild. Het was op een zonnige voorjaars middag. Af en toe beroerde een geu rig briesje de uitbottende takken van heesters en struiken. Heel in de verte klonk de zich telkens weer herhalen de roep van een scholekster, die over het duinlandschap zich in de richting van de zee spoedde. Verder was alles in het verlaten duinenland doodstil en tussen de rukjes zoele wind door hin gen de takken roerloos, 'n Heerlijkheid op deze aarde, zo'n stil en werkelijk rustig duinparadijs. Hoe zeldzaam te vreden en opgelucht voelde ik me, hier te mogen zwerven met alleen de ontwakende lente ver rondom en niets anders om aan te denken, dan de verre wijde natuur, die mij van alle zijden tegenlachte. Opeens verbrak een klein gilletje, dat opsteeg vanuit het struikgewas, waar door heen m'n schreden 'voerden, de stilte. Heel even schrok ik, maar dat was spoedig voorbij, toen ik een don ker kastanjebruin diertje *>p de rug van een jong konijntje, dat zich wringend door de takken en de dode helm heenworstelde, zag dat met zijn scherpe tanden in de nek van het weer loze knaagdier vasthield. Nog een klein stukje sleepte het konijntje zich voort. Toen kraakten de takkén en boog de helm niet meer. Ik liep naar de plek waar de bun zing, want deze was de boosdoener, zich nog steeds op de rug van z'n slachtoffer vastklemde. Zodra de ko nijnenmoordenaar mij gewaar werd, hief dete zijn nijdige kop naar mij op en keek me met zijn zwarte glinste rende kraalogen even doordringend aan. Het warme bloed ^roop vantussen zijn tanden en de damp sloeg van zijn snuit af de frisse lucht in. Heel even bleef hij mij zp aankij ken, maar zodra ik nog een ^tap in zijn richting deed. draalde hij niet lang en zonder ook nog maar even naar zijn buit om te kijken verdween hij met een paar lichte en geruisloze sprongetjes in het struikgewas.1 Hij was verdwenen! En daar op wat dode helm temidden van wat jolig opschietende lentegroen lag het arme konijntje. Ik nam het even in m'n handen, z'n hartje voelde ik nog vaag en zwakjes kloppen, ech ter heel onregelmatig. Een stroompje warm bloed vloeide vanuit de kapot- gebeten halsslagader langs de oren op de grond. Twee bruine glazige gebro ken ogen staarden mij aan. Ik legde het diertje, dat nog maar ternauwer nood voor zes weken het levenslicht aanschouwd had weer neer op de plek, waar de brute bunzing het achterge laten had. Ik ging verder en was minder opge wekt, ik had op deze plek met die paar lage struiken en wat gewrongen kreupelhout, geleerd dat de strijd om het bestaan bij de dieren in de vrije natuur ook hard, ja wreed en verbeten zijn kan! BOB BROERSMA Jr. Alamak, Rotterdam-Norfolk, passeer de 14 Juli Ouesant. Amsteldijk, Rot terdam-Norfolk, 14 Juli 134 mijl Oost Kaap Henry. Corilla (T), 12 Juli van Poeloe Samboe naar Balilc. Amster dam-Kaapstad, passeerde 14 Juli Da kar. Indrapoera, Batavia- Rotterdam, 14 Juli te Suez. Johan van Oldenbar- nevelt, 14 Juli van Semarang naar Soerabaja. Kamerlingh Onnes, 23 Juli van Balik «Papan te Tarakan ver wacht. Klipfontein, Mombassa-Am- sterdam. 14 Juli te Antwerpen. Ker- tosono, Batavia-Rotterdam, 14 Juli van Singapore. Kota Agoeng, New York Makassar, 10 Juli te Palembang. Kota Inten, 16 Juli van Rotterdam te Quebeck verwacht. Lissekerk, Per zische Golf-Rotterdam, 14 Juli te Aden Maaskerk, 14 Juli van Tacoradi te Accre. Macuba (T), AbadanSinga pore. 14 Juli dwars van Colombo, v Marken. Rotterdam-Batavia, passeerde 14 Juli 14 uur Finisterre. Manoeran, Amsterdam-Batavia, passeerde 14 Ju li Kaap Guardafui. Maetsuycker, 14 Juli van Singapore naar Batavia. Meliskerk, 14 Juli van Lobita naar Mocamedes. Nigerstroom, Dakar Amsterdam, passeerde 14 Juli Las Pal- mas. Ondina (T), Abadan-Havre, passeerde 14 Juli Aden. Ootmarsum, Baltimore-Rotterdam, passeerde 14 Ju li Wight. Sibajak, 15 Juli 5.40 uur van Batavia te Rotterdam. Utrecht, 13 Juli van New Orleans naar Kaap stad. Weltevreden, Batavia-Rotter dam. passeerde 14 Juli Kaap Guardafui Zeeman, 15 Juli van Soerabaja naar Batavia. Westerdam, vertr. 15-7 n.m. van Ant werpen naar Rotterdam, alwaar 16-7 vm verwacht. Aardijk, 14-7 van New Orleans naar R'dam. Bali, 15-7 van New Orleans te Galveston. Delftdijk 14-7 van Antwerpen te Londen, ver moedelijk 24-7 te R'dam verwacht. Garoet, 15-7 van Probolingo te Pana- roekan. Kaimana, R'damBatavia, pass. 12-7 Point de Galle. Kedoe, Ba taviaR'dam. pass. 15-7 Gibraltar. Nieuw Amsterdam. R'damNew York, 15-7 7 uur vm. te Southampton.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1948 | | pagina 3