v/ordt tot nieuw leven JEANNE pe schone s/aapster in het bos gewekt Lisse komt tien jaren lang een geweldige tentoonstelling ven honderdduizenden bloemen in het troetelkind, dat hij tot n,enw£e„ £we£ hTftV liever zelf ontdekken. In het voorjaar zet 7ii d, ti" okjesbos, in welks weelderig struweel sinds JTTSLT. Cultureel Nieuws AMSTERDAMS PODIUM Tentoonstelling De Experimentalisten Of: Hei Vagevuur der Schoonheid FILM, DIE TE VEEL OP HET UITERLIJKE IS GEBASEERD Vijf doden bij treinaanslag op Jaya ïï&'-arJfsap ZATERDAG 12 NOVEMBER 1949 onze reizende redacteur.) LISSE, November. HET VERHAAL, dat mr. W. Lamhnnv Lisse tussen Haarlem en Leiden, onsdezer^een d Tvf' bloen,bol|endorp de Schone Slaapster in het Bos AU d» p klonk a,s 't sprookje en, voerde h« de Bennebr^se '«it^ft000"1100816 "akk" (én voet had gezet, om elkeen te ontvanien die he^T fT"1' niemand °0i' haar kleurrijke schoonheid Ti-., an?ste'lmg mocht hebben van men. Ik ben er een paai keer in ver- dwaald ge raakt. Met een paar ar beiders ont dekte ik een rij prachtige oude beuken een grote vijver met een eiland, een levens gevaarlijk ven (men kan er on verwacht tot de nek toe in wegzak ken) een kreek, een met braam struiken be- W6ÊBÈÈÈÈSSÊÊÈBÊÊ groeide laan en allerlei Een kijkje in het bos van „Zandvliet" te Lisse, zoals aardige plek- het er op het ogenblik uitziet. Rondom de vijver jes, d.w.z. er worden de bloemperken aangelegd. waren aardi ge plekjes van te maken. Toen heb ik er, vertelde, heer Van der Lee, een hoop mensen in gestuurd met bijlen om de boel open te gooien. Een kaart van het gebied was er niet en een overzicht was niet te krijgen. Daarom moest ik van dag tot dag improviseren om er een smaakvol geheel van te maken. Hoe hij geïmproviseerd heeft hebben wij gezien. Op vele plaatsen heeft het hakhout plaats gemaakt voor gazons met bedden, waarin vakmensen bezig waren de bollen te planten, die in het voorjaar hun prachtige bloemen ten toon zullen spreiden. De rij beuken vor men nu een laan met 24.000 tulpen in haar kleurrijke schoonheid. Tien weken iamr zal dl In het begin van de vijftiende eeuw, toen de ongelukkige Jacoba van Beieren Gravin van Holland was, bezat zij een jachthuis ergens in het oerwoud, dat zich achter de duinen langs Neerlands jcust uitstrekte. Het lag er temidden van de eenzame bossen, waar zich een me nigte van herten, reeën, fazanten, ko nijnen, eenden en ander al dan niet ge vleugeld wild ophield. Haar jagers had den de opdracht ervoor te zorgen, dat de keuken van het grafelijk slot Teylin- gen bij het naburige Sassenheim steeds j„ voldoende mate van het kostelijke voedsel werd voorzien. Vandaar, dat de omgeving van dit jachtslot als „de Keu- kenbossen" werd aangeduid. Die pro zaïsche naam is een wanklank in het sprookje, maar wij mogen de waarheid geer. geweld aandoen. Jacoba stierf en haar bezittingen gingen van geslacht tot geslacht in an dere handen over. Ruim honderd jaar geleden verkocht een baron van Schuylenburg het aan de familie Ten Hove, van dewelke het overging in handen van de familie Steengracht; het gezin, dat het jachthuis betrok bestond uit zeven leden. Er waren vier zonen en een dochter. Toen deze vijf de huwbare leeftijd bereikt hadden, kocht papa voor zijn oudste zoon het slot „Mooyland" bij Kleef, voor de tweede het land/goed „Heerjansdam" in Gelderland, voor de derde de Hol landse burcht „Duivenvoorde", voor de vierde het Zeeuwse buiten „Bierscho- ten". Aan zijn dochter bood hij beu kenhof' aan, zoals het eeuwenoude jachthuis toen heette. Het arme meisje vond, dat zij er maar bekaaid afkwam en wist haar vader te bewegen het aanzienlijk te verfraaien met torens en anderszins. Daarna trouwde zij met een baron van Pallandt, wien zij slechts een dochter schonk, die op haar beurt een graaf Van Lynden huwde. De oude graaf en zijn echtge note leven ook al niet meer, zijn zoon heeft zich op een boerderij onder Vught teruggetrokken. Het jachthuis wordt nu bewoond door een aantal arbeidersgezinnen. „Zandvliet" r\E BOSSEN rondom zijn kleiner ge worden, maar nog beslaan zij een aanzienlijke oppervlakte. Zij vallen in twee delen uiteen: het eigenlijke „Keu kenhof" ten Zuiden van de weg, die Lisse met Noordwijkerhout verbindt, en „Zandvliet ten Noorden daarvan. Het sprookje, nu, waarvan hier sprake is, speelt zich af op „Zandvliet", een bos van 25 ha. Al vaak hadden de bloem bollenhandelaren en -kwekers van de streek het oog laten vallen op dit ter rein, dat zich zo buitengewoon goed zou kunnen lenen om er een bloemen tentoonstelling te maken. En nu zijn zij er eindelijk in geslaagd de graaf te overreden het voor dat doel af te staan, nog wel voor de tijd van tien jaren met vijf optiejaren. Toen zij zover wa-j ren werd het besluit genomen er gedu rende tenminste tien achtereenvolgende jaren een bolbloemententoonstelling in te richten. Het toeval wil, dat de eer ste keer voorjaar 1950 zal samen vallen met de viering van het vijftig jarig bestaan van de Bond van Bloem bollenhandelaren, die grootse plannen heeft voor een luisterrijk feest. Deze bond, die driehonderd leden telt wij mogen wel zegen, dat het driehonderd wereldreizigers zijn, want de Neder landse bloembollen worden voor meer dan 98 pet. in het buitenland verkocht zal dit jaar een omzet van tachtig milioen gulden (aan deviezen) kunnen rapporteren; hij hoopt het in 1950 tot honderd millioen te brengen. Oerwoud. Er zijn in deze streek achtduizend bollenkwekers en zestig van de besten en grootsten daaruit zullen de voor treffelijkste voorbrengselen van hun tuinen tentoonstellen op „Zandvliet Dezer dagen hebben wij er tijdens een Zuidwesterstorm rondgewandeld in ge zelschap van Sprookjesprins Van der Lee, die qualitate qua onder de modder zst. Hij, de directeur van de Nationale Bloemententoonstelling „Keukenhof" (zo noemen ze me tenminste wel eens. zei hij bescheiden) vertelde, dat hij zijn eerste bezoek aan het bos had gebracht met de bijl in de hand en het hakmes aan de riem. Je kon er anders gewoon weg niet doorkomen, lichtte hij toe, het akkermaalshout was meters hoog en zo dicht dooreengestrengeld, dat men het htet anders dan ontoegankelijk kon noe langs de kant in 24 verschillende kleu ren en soorten, om een enkel voorbeeld te noemen. Langs de vijver ligt nu een pad. Er zijn een paar bruggen. De kreek zal omzoomd worden met crocusjes. Er is een pergola gebouwd, die straks uit bloembedden omhoog zal rijzen. Kort om, het is een tuin geworden, die zelfs op een stormachtige herfstochtend een bron van schoonheid bleek te zijn en die over een half jaar zeker niet zal onderdoen voor het Sprookje van Doornroosje en haar Prins. Om er nog een paar nuchtere dingen van te vertellen: de bouw van een semi-permanent restaurant is aanbe steed; een 3 hectare groot parkeerter rein is in aanleg, de weg ernaar toe wordt aanzienlijk verbreed en verbe terd, er komen waterleiding en electri- citeit, de treinen zullen weer in Lisse stoppen. Het volgend jaar komt er bo vendien een uitzichtoren, vanwaar men een groot deel van de bloeiende bollen velden kan overzien. En het bestuur zoekt samenwerking met de kwekers van rozen en andere sierstruiken, op dat men naderhand de hele zomer open kan blijven telkens met andere bloem soorten. Reeds is er een half millioen in „Zandvliet" geïnvesteerd, maar nie mand maakt zich ongerust over de vraag of dat geld er wel weer uit zal komen. |)E SCHILDERSGEMEENSCHAP is door het tumult in het Stedelijk Museum in hevige beroering geraakt. Er zullen behalve in de dagbladkolom men ook bij Eijlders, het kunstenaars café in de Korte Leidsedwarsstraat wel harde noten gekraakt zijn. Of het vol gende met dat al in verband staat is ons niet bekend, doch wij koesteren zekere vermoedens. Een aantal Am sterdamse schilders heeft zich n.1. aan eengesloten in een groep, genaamd „De Spontanisten". Zij spraken over „de noodzaak van heroriëntering" en achten deze slechts mogelijk „wanneer wij ons richten naar de bron, die di rect uit het leven zelf ontspringt, het pulserend element, dat aan al onze na tuurlijke functies ten grondslag ligt, n.1. de spontaneïteit". Teneinde aan hun opvalingen meer bekendheid te geven, zullen zij in het Gildehuis te Amsterdam "an 23 No vember tot 12 December een tentoon stelling houden. Het museum Boymans te Rotterdam '-.eeft van mevr. J. de Graaf-Bachien- :e. wonende in Zuid-Frankrijk, ter na gedachtenis aan haar echtgenoot, een -chenking van elf schilderstukken en -es beeldhouwwerken ontvangen. Er zijn o.a. schilderijen bij van Henri Ma- 'Jsse, Constant Permeke, Leon de Smet en beeldhouwwerken van Rik Wouters, George Minne, Henri Moore en Ossip Zadkine. De kunstwerken zullen begin 1950 worden tentoonge steld. De in ons land reeds enige tijd ip tourriée zijnde tentoonstelling van werken van H.K.H. Prinses Wilhelmina is tot 5 December ondergebracht in de zalen van de Rotterdamse Kunstkring. 'N HET HAAGSE gemeentemuseum zijn tot 22 November de werken van 8 Finse schilders en beeldhouwers te ewonderen. De expositie maakt een ournée door Europa. Na Brussel is de .esidentie de tweede stad, welke de eer geniet deze kunst te mogen expo seren. Men ziet er o.a. werk van Al- bert Edelfelt, bekend door zijn por tret van Pasteur, door zijn Parijse stadsgezichten en zijn uitbeeldingen van het Finse volksleven. Van Waino Aaltonen, de meester van het bronzen en marmeren beeld en baanbreker van het gebruik van graniet zijn ook di verse werken aanwezig. Van ongeveer 150 manuscripten en met de hand geschilderde miniaturen in de bibliotheek van de Grieks- Orthodoxe kerk te Jeruzalem, waar van sommige uit de zesde eeuw stam men, zal een microfilm worden opge nomen. Een internationale groep ge leerden heeft n.1. copieën nodig voor een nieuwe critische studie van b- Griekse nieuwe testament |N PARIJS is een Frans-Italiaans cul tureel verdrag ondertekend. Voor J^'IETS Is RISKANTER dan te schreven over abstracte kunst in het alge meen en over de groep „Experimentalisten", die thans exposeert in het Stedelijk Museum te Amsterdam, in het bijzonder. Mant zegt men: ik vond liet mooi, indrukwekkend, pakkend, meeslepend, origineel, geniaal en van een moordende actualiteit, dan wordt men met wiskundige zekerheid inge deeld by de categorie snobs, die maar alleen doen alsof ze het mooi, indrukwekkend, pakkend, enz. enz. vinden. Zegt men daarentegen: ik vind het dwaas, grotesk, idioot, gezocht, fantatiek, leugenachtig, verbasterend brutaal en anti-artistiek, dan wordt men met even wiskundige beslistheid gerekend tot de verfoeiiykste en meest perfide reactionnaire bende. Ge zult het uw kroniekschrijver dan ook niet ten kwade duiden, dat hfl ditmaal slechts een zo objectief mogeiyke weergave pleegt van enkele fei telijkheden, die de moeite waard z\jn voor het dankbare nageslacht bewaard te biyven. De groep Experimentalisten, Ne derlandse en buitenlandse, heeft kans gezien 't Museum en de pers in rep en roer te brengen, door vorige week Zaterdagavond op een „literaire avond" het artistieke peil op te voeren tot een handgemeen. Er vielen, ter bevordering der Cultuur, rake klap pen, hetgeen overigens een gezond kunstleven slechts ten goede kan ko men. Er is al saaiheid, verveling en dufheid genoeg in de picturale en li teraire vaderlandse alkoven, bedste den en kabinetten. Ik vond deze start der experimentale avant-garde dan ook dermate stimulerend, dat ik een kort bezoek aan het Stedelijk Mu seum niet wilde nalaten en ik moet U zeggen: dat bezoek was meer, aan zienlijk meer, waard dan de zes dub beltjes verplichte entree. Er werd in dat uur niet gevochten. Er vielen geen klappen, en er werden geen bezoekers uitgeworpen. Enkele Experimentalisten hielden zich in de expositieruimte op. Hun experimentele instelling was zichtbaar aan dassen, die op uranium-explosies geleken; hun hemden, truien en slipovers waren als knallende revolverschoten, hun sokken bollenvelden van kleurigheid. Daar de wedstrijd voor letterkunde van de provincie Antwerpen werden 146 proza werken en 76 dichtwerken ingezonden Prijzen gingen o.a. naar René Berghen voor zijn roman „Instituut Astree", Frans van Isacker voor zijn eerste werk „De wereld verandert" en Lode Baekelmans voor zijn totale oeuvre. Het rijksmuseum Kröller-Müller in het park „De hoge Veluwe" werd in het derde kwartaal van dit jaar door 44.171 personen bezocht, waaronder vele buitenlanders. Het museum blijft ook in de wintermaanden geopend en wel op werkdagen van 1017 uur. op Zondagen van 1317 uur. [tft: yAN WEINIG GEBEURTENISSEN uit het verre verleden 4ifn wq zo goed op de hoogte als van de geschiedenis van Jeanne d'Arc, het Franse boerenmeisje, dat de stoot gaf tot de bevrijding van Frankrijk, maar door haar vijanden tot de brandstapel werd veroordeeld. Lijvige kronieken van de rechtszittingen z.yn bewaard gebleven en bieden ons de mogelijkheid heel die merkwaardige, heldhaftige, glorieuze en tragische geschiedenis te re construeren, Op detze kronieken is de film gebaseerd, die vorig jaar in Hollywood tot stand kwam met Ingrid Bergman in de hoofdrol. ljET IS een lange film geworden: ze aan uiterlijkheden: voor de kronings- duurt bijna twee en een half uur. scène heeft de filmmaatschappij het Heel het leven van Jeanne d'Arc, de originele kostbare zilveren doosje kun- maagd van Orléans, brengt ze in nen lenen, waaruit eertijds aan de beeld. Eerst de episode in haar ge- dauphin de keizerlijke zalving werd boortedorpje Domrëmy in Lotharingen, toegediend. De wapenen, pijlen, bo- waar zij bovennatuurlijke „stemmen" .gen, lansen, knotsen, zwaarden zijn hoorde, die haar opdroegen Frankrijk, nauwgezet nagemaakt naar originele dat toen in 1427 de honderd- modellen uit de tijd van Jeanne d'Arc. jarige oorlog zo goed als verloren had, Precies werd gereconstrueerd, hoe een te redden van zijn vijanden, het Fran- boerengezin uit die tijd gekleed ging, se leger te leiden naar de overwinning werkte en at. En zo kan men door- op de Engelsen en de troonopvolger tot gaan. Vier en een half millioen dollar keizer te doen kronen. Dan de episode kostte de film. Daarvoor kon men heel aan het hof van deze troonopvolger, wat betrouwbaarheid kopen en daar- de slappe dauphin Charles, die tegen voor heeft men dan ook ontegenzeg- wil en dank in Jeanne's zending moest gelijk een knap en interessant schou,w- geloven. Daarop de strijd om Orléans spel gemaakt, te ontzetten en de overwinning die leidde tot de kroning van de dauphin rfwr Reims. Dan begint voor Jeanne een MAAR MEN beeIt nagelaten de fi- Dg hg,din VUUrt haar troepen aan in de strijd voor Frankrijks vrijheid. donkere tijd. Keizer Charles, die af- guur van deze Jeanne d Are en eunstig is op haar succes en roem, die van haar tegenstanders werkelijk wer er intens dooi geraakt wordt, dat kelijk heel innig en diep->aangrqpend Gebiedt haar de strijd voor Frankrijks leven te geven. Men heeft alles te hij het gevoel krijgt geplaatst te wor- de verlaten Jeanne. hevriidine op te geven, haar soldaten- mooi gemaakt en de inhoud vergeten, den voor een aangrijpend menselijk kleren af te leggen en hofdame te Ingrid Bergman is gebruikt als show- drama. £)E FILM is knap, heel knap ge worden Zij weigert, vecht door en girl, als mannequin voor bizarre cos- Dat gevoel krijgt de toeschouwer maakt. Regisseur Victor Fleming •ordt eevangen genomen door de tuums tot een aluminium harnas toe. maar heel even. Maar dan is de film is ten slotte geen onbelangrijke fi- Roureondiërs die haar daar Char- Bont en fleurig zijn de beelden van al zover, dat Jeanne d'Arc al ontluis- guur, hij heeft gevoel voor monumen- les haar verraadt aan de op wraak Ingrid als Jeanne d'Arc, die in haar terd is, gevangen zit en voor haar taliteit, hq weet in het bijzonder ende Engelsen verkwanselen. Deze wapenrusting ten strijde trekt, op haai rechters en beulen gesleept gaat wor massa-scènes boeiend te ensceneren en Zln ren haar in Rouaan voor een ker- voordeligst geschminkt in technicolor. den. Dan is Ingrid Bergman niet meer hij had hier prima cameramensen en k°bik gerecht dat echter een werk- En 't is daarbij prettig te weten, dat een aantrekkelijke verschijning op een vooral ook prachüg spelersmateriaal Keiqa g m„„v,tv,„v,hors ieder schroefie en schakeltie aan dat verkleednarttitie. met leuk-golvende tot zrin beschikking De film r+ik Vijf personen werden gedood, vier zwaar en vier licht gewond, toen Don derdag een goederentrein van Suraba- la naar Madium zes km ten Westen van Modjokerto op trekbommen liep- e slachtoffers waren remmers en clandestien op de bordessen van de goederenwagens meerijdende passa- giers. Vijf en twintig goederenwagens reden op elkaar en ontspoorden of kan telden, doch het verkeer werd niet gestaakt. In deze omgeving is ook Dinsdag een trein op een trekbom ge reden. tiiifr is van de'politieke machthebbers, ieder schroefje en schakelt je aan dat verkleedpartijtje, met leuk-golvende tot zijn beschikking. De film is rijk v Teanne wordt geëist, dat zij haai harnas volkomen volgens de histori- haren, fleurige wangen en kersrode aan treffende typeringen en daar- t en" zal verloochenen en zal sche werkelijkheid is. Maar dat alles lippen. Dan is alle show en alle sex- onder is vooral de dauphin van de „stem ketterse en een heks te kan nog zo mooi en volmaakt zyn, appeal van het filmdoek verdwenen, begaafde acteur Jose Ferrer opmer- eF Martelingen kunnen een ogen- het maakt nog niet, dat de toeschou- maar dan speelt Ingrid Bergman wer- keiyk. Maar haar eigen tekort kan de zÖn- i-*„ Ko„-drifpn film niet opheffen; niet door haar his torische betrouwbaarheid, niet door het soms zeer fraaie camerawerk, niet door de schreeuwerige kleuren- wirwar van de technicolor en evenmin door het over het algemeen zeer goede spel. Ze mist het werkeiyke, inner lijke leven: alles zit hier juist iets te veel aan de buitenkant. Ziet men de film aan, dan daingt zich het gevoel op: „Deze film is razend knap ge maakt, maar teveel maakwerk, niet- echt! Niet gemaakt om werkelijk te ontroéren, maar om te verbluffen door een reeks ontstellend knappe en mooie plaatjes!" En de technicolor draagt hier inderdaad voor een groot deel, maar toch lang niet ten volle, dé schuld van. Dat is „Jeanne d'Arc", een film, die veel te veel te lawaaiig is om ons de figuur van haar heldin nabij te kun nen brengen. Maar tevens een film. die als documentatie van een bewogen stukje geschiedenis wel bijzonder in teressant is en zeker twee en een half uur van uw tyd waard! LONG-&HOT. blik van innerlijke zwakte bewerken maar Jeanne blijft ten slotte haar .stemmen" getrouw en wordt - wat éverigens al voordat het schijnproces begon een uitgemaakte zaak was veroordeeld tot de vuurdood. PEN STAF van geleerden en onder- L zoekers heeft maandenlang voor deze film studiemateriaal verzameld, opdat de film een volkomen |el^nd nnrtret zou opleveren van de histo- alleen betrouwbaar, wat ha, de gedragingen en zelfs de woorden van Jeanne d'Arc betrof, maar ook waar het aankwam op zeden en ge woonten op het Franse platteland en aan het hof en in de wijze van oor- wvoeren van die tqd. Maar ook al Ke film tot in elk detail historisch verantwoord, toch mist zq iets en daardoor spreekt zij niet zo tot Jeanne d'Arc (Ingrid Bergman) ontmoet de kroonprins Charles (Joeé Ferrer waren felle snorren boven verbeten monden. En daar waren oudtestamen tische baarden onder driest-gepronon- ceerde kinnen. Rondomme hingen de doeken. En de dingen, die men voor de goede orde „doek" noemt. Daar hingen ze, de mensen met #e beestengezichten, de beesten met de mensengezichten, de vrouwen met de vier monden, satir- koppen, bloedige weefsels, hele en ge deeltelijke lichaamsdelen, zonder ove- Het verlangen naar vrijheid zoekt tn de verschrikking zijn eerste vervulling. SLAVERHOFF. rig verband met lichamen. Kille vis sen en verschroeide huisdieren. Het was alles indrukwekkend van tomeloze wildheid en indrukwekkend van zo maar voor de vuist weg neergewor pen verf. Doch dit was slechts een begin. Er was meer, daar in de koele hoge zalen van het Stedelijk Museum. Daar waren totempalen, besmeurd met bloed van verraderlijke bleekge- zichten, die ook eens de euvele moed hadden opgebracht een penseel en tekenstift in de hand te nemen. Daar waren ontzaglijke gedrochten en ijzingwekkende demonen. Daar waren nachtmerrie-achtige verfpartqen, ul- tra-bizarre tekeningen en satanische ontploffingen. Beurtelings werd het mij heet en koud te moede, maar noch tans was het alles zeer boeiend en pakkend. Het toonde op tumulteuzs wflze de grondeloze naaktheid onzer eeuw. Er was nog meer. Er was ook poë zie. Schokkende vaerzen tooiden de muren, soms twee meter lang. Geen dier vaerzen droeg het Kainsteken van onbenulligheden als Vondels, Gorters en Rolanden Holst. „Er is een lyriek, die wij afschaffen," schuimbekken er gens de Experimentalisten, maar naast deze negatieve instelling bieden zij terstond een positieve. Ik geef U daarvan enkele interessante specimina. Dat is bijvoorbeeld van de heer Jan Elburg, het heet „Fragmenten" en we vonden het in het tijdschrift „Cobra", dat als tentoonstellingsgids wordt uitgereikt: Ik wou nou koud water branden want ze hebben het ja nagelaten ja nagelaten ik wou nou blauw zijn oudevrouwsblauw maar ben gedoodverfd rood welaan rood Rome brandt ik wou nou Iwanow heten een naam van bladaarde een blauw blad blaar- en biltong o komaan nu laat haar gaan welaan rood Rome brandt Zelfs de meest decadente reaction- nair zal het met mij eens zijn, dat hier iets in zit, dat hier nieuwe we gen worden ingeslagen, dat hier sprake is van een onmiskenbare, zy het nog schuchter-aangrijpende, poëti sche wedergeboorte. Beter, kernachtiger, pittiger, di rect aansprekender dunkt ons echter deze proeve van poëzie, afkomstig uit de experimentele dichtader van de heer Lucebert: A'u is er een hol Nu is er een kom waar ga ik men my letter my Is my Is my My Frys My Is My Voelt U ook dat merkwaardige vers- rhythme, dat nauw-ontloken, toch ge durfde voortvleugelen der fantasie van de heer Lucebert? En ge zult het met mij eens zijn, lezer, dat hier aan salon-rqmelaars als Bloem en Nijhoff, Aafjes en Vasalis, slechts nog 't schaamrood op de lyrische kaken past. En zo beleefden wq daar onze ure van bezonkenheid, meditatie en vuur en het was een goede, een zeer goede ure. Een ure zonder de vloekwaardige spinnewebben des geestes, zonder de ondraaglqke last der vunsheid van deze tqd, zonder de brallende ballast en veile voosheid dezer jaren, die ons tot in de uiterste uithoeken van hart en hoofd doorp rangen. En ik dwaalde voort, van zaal tot zaal, van 't ene experimentele labora torium in 't andere, van slangenkuil tot slangenkuil, stil genietend, geluk kig in m'n argeloze alleenheid, door drenkt van dankbaarheid voor zoveel nobele schoonheid en zoveel jong- oprankend vuur. Mogen velen na my daar dwalen. Hetzij alleen, hetzq in burgerlqke kudden. Dwalend en drentelend in het nirwana der Nieuwe Kunst. ANTHONY VAN KAMPEN. GEZANTE VAN IERLAND Naar wij vernemen is spoedig de be noeming te verwachten vin de eerste Ierse vertegenwoordiging bij het Ne derlandse Hof. De Nedeilandse Rege ring heeft bewilliging verleend voor de benoeming van mevrouw Johanca Mac Neill als gezante van Ierland.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1949 | | pagina 5