Bram Charité vertelt uit zijn loopbaan Démarche in Moskou Prikkeldraad Landaanwinning: eerst het land droog, daarna bedijken Tegenstellingen tussen Tsjang en Mao dreven Kuo Min Tang naar rechts Gewichtheffen is geen krachtpatserij hfoe een opgeschoten jongen een halter tilde en kampioen gewichtheffer werd Reis naar de gezondheid DE DRAAK ONTWAAKT! (3) JEF LAST MAANDAG 23 JANUARI 1950 (Van onze sportredacteur). HETi! n^tILIhK vei*!aren "aarom bepaalde sporten in be paalde laaiden P™ctisch geen publieke belangstelling trekken. Voor een belangrllk deel zal dat afhankelijk zijn van de volksaard en of de beoefenaren van (Me sporten prestaties leveren, welke internationaal meetellen In dit eerband herinneren w.j ons nog de Olympische Spelen van Berlijn waar onze zwemsters zo uitstekend voor de dag kwamen. De belangstelling voor de zwemsport werd na die Spelen aanmerkelijk groter. De organisatoren van .atletiekwedstrijden konden na de Spelen te landen er verzekerd van ziin dat dank zjj de resultaten van Fanny Blankers—Koen en Wim Slijkhuis de „imo stelligi aanmerkelijk groter was dan daarvóór. Zo zullen er nog meer- ^,en "iet alleen lan<lelÜk' maar regionaal en ook plaat- „elifb. Rotterdam telde jaren achtereen een aantal boksers v an naam en er Is wellicht geen plaats in Nederland waar van naam en er de „noble art" zo druk wordt be- oefend en vvaar zoveel publ.eke belangstelling bestaat als in onze grootste havenstad. Den Haag .s b., uitstek geschikt om een kamp tussen gewicht- heffers te organiseren en dat is wellicht alleen maar te danken aan het feit, dat Bram Charité internationaal behoorlijk meeteelt en in de voormalige Residentie woonachtig is. W'il de belangstel ling echter blU- Tend zijn. dan moet die sport toch aan bepaalde voorwaarden vol doen. Zij. die nog nimmer een wed strijd tussen ge- wichtheffers zagen zullen vermoede lijk veronderstel len dat het Haagse publiek binnen kort wel niet meer naar dit soort wedstrijden zal ko men kijken. Alge meen wordt toch verondersteld dat ar weinig aantrek kelijks schuilt in die „krachtpatse rij" zoals gewicht heffen m de volks mond maar al te vaak wordt ge noemd. Niets is échter minder waar. Als men eenmaal die, veel al prachtig ge bouwde, athleten één het werk heeft gezien, de intense spanning heeft mee beleefd en de prestaties op de juiste waarde heeft leren schatten, zal men tot de vaste toeschouwers gaan beho ren. De wereldkampioenschappen welke het vorig jaar in Scheveningen werden georganiseerd, zijn dan ook een succes geworden. Duizenden zijn naar „het Circus" getrokken en hebben daar van prachtige sport kunnen genieten. Er was echter één man voor wie deze kampioenschappen een bittere teleur stelling betekenden. Dat was Bram £harité. Ónze Nederlandse crack had aich maanden lang op deze belangrijke wedstrijden voorbereid. Zijn prestaies groeiden met de week en hij koesterde de gerechtvaardigde hoop, dat zij nog beter 2ouden zijn dan op de Olympische Spelen, waar hjj de derde plaats bezet- t'fe achter de geduchte Amerikanen Da- vis en Sdhemansky. Ben wedstrijd in gewichtheffen be staat uit drie delen. Drukken, trekken en stoten. In de Empress Hall te Lon den stootte onze landgenoot 160 kg. en «lp maand vóór de wereldkampioen schappen bereikte hij in training een gewicht van 167 kg. Als men nu weet, dat Charité in wedstrijden altijd tbt hetere prestaties komt dan tijdens de training, dan is het wel duidelijk dat zijn hoop óp een betere plaats al leszins gerechtvaardigd was. Daarom Jtiist was het zo'n bittere teleurstelling Vöo* hem toen veertien dagen vóór de Epioenschappen één klein spiertje lijn reusachtige body hem in de c liet. Verscheiden specialisten hebben ge tracht die onwillige spier tot de orde té roepen. Op de dag, dat hij in het circus op het podium moest verschij nen, kreeg hij een aantal inspuitingen in zijn arm, waarvan men hoopte, dat zij onze zwaargewicht in staat zouden stellen tot een behoorlijke prestatie te komen. Met spanning verbeidde het Nederlandse publiek de binnenkomst van de populaire Hagenaar. Door de behandeling, die hij moest ondergaan was Mj enige minuten te laat en men vreesde al dat de Nederlandse kam pioen van deelname zou afzien. Dat is echter niets voor Charité, die zich qan gen laatste strohalm zou vastgrij pen om zijn kansen te verdedigen. Op geducht en langdurig applaudisseerde BRAM CHARlTé ...zwaar op de hand... het publiek op het moment dat hij eindelijk in de zaal verscheen. Dood stil werd het, toen hij op de halter met de grote zware schijven toestapte. Even stond Charité stil om zich te concentreren om dan plotseling met een resoluut gebaar zijn eerste poging te wagen. Met moeite kreeg hij het gewicht voor zijn bor^t, doch zijn po ging de zware halter te drukken faal de; zijn arm met de geblesseerde spier liet hem volkomen in de steek. Een klein onbeduidend spiertje maakte deze krachtige, jonge kerel machteloos. Charité begreep het, spoedde zich ijlings naar zijn kleedkamer, draaide de deur op slot en barstte in tranen uit. Acht lange maanden van voorbe reiding waren tevergeefs geweest en de angst dat hij wellicht nooit meer in zijn geliefde sport kon uitblinken, benauwde hem. Weer in training ponder enige opsmuk vertelde Bram Charité ons dit tragische voorval uit zjjli sportcarrière. Nogmaals be leefde hij die avond, waarvan hij zich zoveel had voorgesteld en hij werd 'er wat stil van. „Hoe is het nu met je arm?" Charité veerde weer op. „Veertien dagen geleden ben ik gelukkig weer genezen verklaard en ik heb alweer Als in de zomermaanden het weer het toelaat, vindt Charité zijn trai ningcentrum in de buitenlucht. een paar maal getraind. Het mooiste is dat ik in het geheel geen last meer van die spier ondervind." „Wat denk je van de toekomst?" „Ja wat moet ik daar op zeggen? Het klinkt natuurlijk wat verwaand, maar ik denk dat ik mijn prestaties nog eens zal verbeteren". Dit vertrouwen van Charité in zijn eigen kunnen heeft zeker niets met verwaandheid te maken. Het zal slechts een stimulans voor hem zijn bij zijn zware training. „Lang, dun en lekker" „Wanneer en waarom ben je'met het gewichtheffen begonnen?" „Dat zal ik je vertellen. Enige jaren vóór de oorlog was ik lid van een voetbalvereniging. Ik was toen nog een opgeschoten jongen, zo eentje van het type lang-dun-en-lekker. Mijn vader had er helemaal geen vrede mee dat ik voetbalde, want die had zijn hart ver pand aan de krachtsport. Verschillende keren had hij mij al eens gevraagd of ik niets voor gewichtheffen voelde, maar ik dacht er zelfs niet over. Op een keer liep ik met mijn vader door Den Haag toen wij voorbij een lompen pakhuis kwamen, waar tussen een sta pel vodden een halter lag. Mijn vader vroeg of hij dat ding voor mij kopen zou, maar ik zei hem dat hij dat ge rust kon laten, daar ik het toch niet zou aanraken. Een paar weken later kwam ik thuis en struikelde over een hard voorwerp, dat onder een laken op de overloop lag. Mijn vader had de hal ter toch gekocht. Nog prakkizeerde ik er niet over om dat ding zelfs maar aan te kijken, tot ik eens alleen thuis was. Ik zat mij een beetje te vervelen en probeerde voor de aardigheid of ik het gewicht boven mijn macht kon tillen. Dat ding woog maar 50 kg., maar ik kon hét niet eens voor mijn borst krij gen. Meteen had ik er genoeg van en de halter verhuisde naar zolder, waar hij ruim anderhalf jaar in een hoekje lag. Het vreemde van het geval is, dat ik dat roestige ding toch maar nooit kon vergeten. Vermoedelijk had ik er on bewust geen vrede mee, dat ik er hele maal niet mee overweg kon. Op een avond, wat nu eigenlijk de oorzaak was weet ik nog niet, ging ik naar boven om het nog eens te proberen. Na een paar maal lukte het en na die avond ging ik regelmatig oefenen. Het eind van het liedje was, dat ik het voetbal len er aan gaf en mij volledig aan het gewichtheffen ging wijden. Langzamerhand werden mijn presta ties beter en vooral de internationale wedstrijden, waaraan ik na de oorlog kon deelnemen, hebben mij een stuk in de goede richting gestuurd. Maar het meeste heb, ik toch te danken aan mijn vader. Ik werk bij hem in de zaak, maar al wil ik de hele dag trainen dan heeft hij er nog geen bezwaar te gen. En trainen is voor gewichtheffen misschien nog wel belangrijker dan voor iedere andere sport. Eigen trainingslokaal. Aan de overkant van zijn woning heeft Charité een gelegenheid waar hij ieder uur van de dag kan trainen. In een klein kamertje staat daar een aan tal ingewikkelde instrumenten, waar mee hij iedere gewenste oefening kan maken. Wil men als gewichtheffer tot behoorlijke prestaties komen, dan is het namelijk niet voldoende om dag.in dag uit met een halter te oefenln. Iedere spier moet ontwikkeld worden en moet er op ingesteld zijn om in een fractie van een seconde tot het uiterste te worden gespannen. Met overleg is Charité thans bezig om zijn vorm te vinden en wij zouden ons al sterk vergissen als hij hierin niet zou slagen. DUSLAND, zo wordt ons steeds weer verteld, wenst de vrede. Zijn ver tegenwoordigers spreken van vrede en houden de wereld het Kremlin voor als een bolwerk tegen de oorlogsophitsers. Maar toch, wanneer voor Rusland de tijd gekomen is een vredesverdrag te ondertekenen, is er uitstel van onbe paalde duur en klaarblijkelijk zonder zin. De ambassadeurs van de V.S., Gr.- Brittannie en Frankrijk in Moskou heb ben zich thans rechtstreeks tot de Rus sische regering ge wend, omdat de on derhandelingen tus sen de plaatsver vangers van de ministers van Bui tenlandse Zaken der Grote Vier na de tweehonderd-en-zoveelste bijeenkomst opnieuw door de Sowjets onderbroken zijn. De verklaring, die zij daarvoor ge geven hebben, is, dat bepaalde bilaterale onderhandelingen tussen Rusland en Oostenrijk over vorderingen, die zij op het bezette land zouden hebben, nog niet afgesloten zijn. De sommen, waar het om gaat, zijn niet groot. De werke lijke hindernissen voor eén definitief ac- coord zijn uit de weg geruimd geduren de de zich over vele jaren uitstrekken de besprekingen tussen de vertegen woordigers der Grote Vier. Waarom sluiten de Russen dan niet eindelijk de vrede, die zij zeggen zozeer te bemin nen? Er is maar één verklaring moge lijk. Het verdrag eist de ontruiming van Oostenrijk door de gealliëerde troepen. Bovendien dienen de Russische troepen in Hongarije en Roemenië op het ogen blik theoretisch ter bescherming van de verbindingslijnen met Oostenrijk. Zij moeten worden teruggetrokken, zodra het Oostenrijkse vredesverdrag is gete kend. Maar dit zou de Sowjet-druk op Zuid-Slavie verzwakken en misschien de Hongaren en de Roemenen er toe brengen, naar Tito's sirenenzang te luisteren. De zaak is niet zonder ironie. Lange tijd waren de door Rusland ge steunde Zuidslavische aanspraken op Oostenrijks grondgebied een van de struikelblokken op de weg naar een vredesverdrag. Toen Tito met zijn ketterij begon, namen de Russen wraak door hem hun steun te ontnemen. Dat deed de hoop op een spoedig ver drag voor Oostenrijk aanmerkelijk groeien. Maar dezelfde tegenstelling tussen de Kominform en Tito maakt de Russen nu geheel en al weigerachtig om Oostenrijk te verlaten. De thans door de Westerse ambassadeurs in Moskou on dernomen stap is wellicht in staat, dit voor de gehele wereld duidelijk te ma ken. opdat een ieder wete, wat er van de Russische vredesfanfares waar is. hoofdzaak in Zeeland en Groningen. Landaanwinning leidt steeds tot pol ders, nooit tot droogmakerijen. Het is een werk, dat eeuwen geleden begon nen en sindsdiens nooit beëindigd is. Soms wordt er veel, andermaal wei nig gedaan, maar nooit niets. Er zal, wat de Waddenzee betreft, pas een eind aan komen als de Eilanden zijn bereikt. En dat kan nog vele jaren du ren. De afstand is 12 kilometer. Op de grote plas, die Zuiderzee heette, draait men daar z'n hand niet voor om; hier ziet men er jaar-in-jaar-uit tegen aan, omdat men het zich hier met recht en reden zo moeilijk maakt. Waar om? Daarover een volgende keer. De elfjarige John Taylor uit Kaap stad heeft dezer dagen een „reis naar de gezondheid" ondernomen. De jongen lijdt aan een ernstige longziekte, waar aan men hem in Zuid-Afrika niet kan of durft opereren. In Amerika ziet men daar wel kans toe Dus is hij met zijn moeder per KLM van Kaapstad naar Amsterdam gevlogen, om vandaar de grote sprong naar de Nieuwe Wereld te wagen. De familie Taylor had voor deze tocht en voor de operatie niet voldoende geld. Wat haar ontbrak is door mee levende stadgenoten bij elkaar gebracht. In het vliegtuig was een speciaal zuur stofapparaat geïnstalleerd, dat John eenter niet heeft behoeven te gebrui ken. HET'EINDE DER EILANDEN (3) (Van onze reizende redacteur) „Hoofd en Hand maken 't Wad tot Land", staat er in sierlijke letters op de schoorsteen van de werkkamer van ir. W. Kooper, chef van het Bureau Land- aanwinningswerken in de provincie Groningen te Baflo, maar Harm van def Velde zegt, dat de mosselen het doen. Ze hebben allebei gelijk. Behalve Hoofd, Hand en mosselen komen er ook nog contanten aan te pas, dit jaar ten bedrage van ruim twee millioen guldens. Dat is niet veel, vergeleken bij de duizeling wekkende bedragen, die er in de Zuiderzeewerken worden gestoken, maar men komt met jaarlijks een bedrag van deze orde langzaam maar zeker aan zijn doel. In het Noorden van Groningen De eigenlijke polders vindt men 1,1 zijn gemalen overbodig Langzaam, het zij met nadruk vast gesteld. Niet om de heer Kooper en zijn staf tot spoed aan te sporen, maar om u duidelijk te maken, dat het niet anders kan. Men is bij dit werk zo zeer afhankelijk van de medewerking der natuurelementen de zoeven genoem de mosselen inbegrepen dat het tem po der werkzaamheden niet door Hoofd en Hand bepaald kunnen worden zon der de goede resultaten te kort te doen. Men kan om nu maar bij Groningen te blijven vóór het einde van het nu begonnen jaar een dijk leggen van de kust naar Schiermonnikoog en naar Rottumeroog, waarna men dan met vol doening kan vastsellen, dat er weer twee eilanden minder zijn, maar daar gaat het nu eenmaal niet om. Er heeft al eens een dijk gelegen van de Friese kust naar Ameland. Die is stuk gesla gen en nooit hersteld. Er is ook geen enkel plan om hem te herstellen en toch zal na verloop van tientallen jaren Ameland ook een deel van het vaste land zijn. Begint men bij de Zuiderzeewerken met een dijk te maken om daarna het door die dijk omsloten land droog te maken, hier aan de Wadden bij de Landaanwinningsv/erken is de werkwij ze net omgekeerd: eerst het land droog en daarna een dijk. Men maakt hier ook polders in de oude zin van het woord, geen droogmakerijen. Het is misschien goed eraan te herinneren, dat het begrip polder al eeuwenlang be stond voor men in staat was meren of bedijkste stukken zee droog te malen. Men verstond onder polders bedijkte stukken land, grenzend aan een rivier of aan zee, waarvan het peil boven de laagwater- en beneden de hoogwater stand lag. Het droog houden bestond in het openen van sluizen bij laag wa ter en het sluiten ervan bij hoog wa ter. Dit waren dan uitwateringssluizen; sommige zijn sinds lang door gemalen vervangen, waarvan men de werking te alen tijde kan regelen; andere be staan nog steeds. De Dokkumer Nieu we Zijlen aan de Lauwerzee zijn er een voorbeeld van. Ook aan de Groningse Waddenkust vindt men deze uitwate ringssluizen, die men daar eveneens zijlen noemt. Het bekendste is 't Noord- polderzijl in de Noordpolder bij Us- quert, vanwaar men verbinding heeft met het eenzame Rottumeroog. De oudste droogmakerijen, die men in hoofdzaak in Noord- en Zuid-Hol land vindt, dateren van kort voor de Tachtigjarige Oorlog. Deze hebben al le een peil, dat beneden dat van het omringende water ligt. Initiatiefnemer was in dezen Lamoraal graaf van Eg- mond dezelfde, die tegelijk met de graaf van Thora of Hoorne op de Gro te Markt te Brussel zou worden ont hoofd hij was 24 jaar, toen hij in 1546 het Kromwater in de Warmenhui- zerban en het Kerkmeer in de ban van Oudkarspel ter bedijking uitgaf aan Willem Jansz. van Alkmaar. Later liet hij de Zuidergreb, de Weidgreb en het Dergmeer volgen. Sindsdien zijn zowel benoorden als bezuiden het IJ honder den droogmakerijen ontstaan, waarvan de Haarlemmermeer (18000 ha) wel de grootste is. In feite zijn de Zuiderzee polders ook droogmakerijen, maar die benaming is nu eenmaal in onbruik geraakt. J)E REVOLUTIE van 1912 was in de eerste plaats een nationale revolutie tegen het volkomen corrupt geworden regime der buitenlandse Mands- joevorsten. Zij slaagde slechts, doordat zich twee in wezen tegengestelde groepen met elkaar verbonden: de opkomende burgerij der kuststeden en de halffeodale klasse van regenten en grootgrondbezitters in het binnenland. Deze laatste trok, onder Yuan Shih Kai, de macht aan zich en regeerde dictatoriaal. De Chinese bourgeoisie van de kuststeden, onder leiding van Soen Yat Sen, kon zich niet tot een werkelijk krachtige groep kapitalisten, ontwikkelen, omdat de heerschappij der buitenlanders over de invoerrech ten en hun concessiepolitiek de industrialisatie van China in de weg ston den. Na de Russische revolutie, waarbij de Sowjetunie aan China vrijwillig alle extraterritoriale rechten teruggaf, zocht Soen Yat Sen contact met .iusland, dat hem organisatorische en militaire adviseurs stuurde. De burgc - Iijk-progressieve Kwo Min Tang verbond zich met de Chinese communistische partij en begon op massale basis vakverenigingen en boerenorganisaties te stichten onder ideologische leiding van de studenten, terwijl Tsjiang Kai Sjek een echt volksleger opbouwde. Kort na de dood van Soen Yat Sen in 1925 bleek de geweldige krachtj, van deze beweging, toen de volkslegers de ene feodale generaal na de andere onder de voet liepen en de eenheid van China herstelden, terwijl enorme boycot- en stakingsacties de buitenlanders dwongen tot het prijsgeven van hun voorrechten. Overwinnende communisten moeten grote moeilijkheden de baas worden £)E overwinning was echter, in 1927, nog niet volledig behaald, toen dit eenheidsfront, tussen bourgeoisie, ar beiders en boeren reeds uiteen spatte. De arbeiders eisten hogere lonen en betere arbeidsvoorwaarden, de boeren wilden geen pacht meer betalen. Hoe wel in China slechts in het Noorden grootgrondbezit bestaat, heeft de ge hele bourgeoisie haar bsparingen be legd in landbezit. Van de pacht laat zij haar zonen, die de intellectuele lei ders en officieren waren, studeren. Bovendien vormen deze pachten vrij wel de enige nationale bron van kapi taalvorming. De bourgeoisie zeide: Wij moeten China industrialiseren! Door buitenlandse leningen kunnen wij slechts een economische kolonie wor den, wij moeten dus doorgaan met de uitbuiting van de boer om kapitaal te vormen en als de industrie wil groeien, moet de arbeider tegen lage lonen voor de armste afnemer ter werelu blijven produceren. Tsjiang Kai Sjek ondernam een staatsgreep en maakte zich in alle Door grote centra van de macht meestei. De leider der communistische partij. Li Li San, kreeg van Moskou opdracht zich met het proletariaat der grote steden te verbinden. Hij deed een tegenaanval, maar werd in Kanton verpletterd. Mao Tse Toeng had in de communistische partij het afwijkende, standpunt verdedigd, dat de partij moest steunen op de boeren. Hij trok zich terug in het achterland en sticht te daar agrarisch-communistische Sowjet-republieken, die weldra een ge bied met 50.000.000 inwoners omvat ten, maar die niet op de hulp van Rusland konden rekenen, dat een ver bond met Tsjiang Kai Sjek sloot. De oorlog tussen deze Sowjetrepu- blieken en Tsjiang Kai Sjek duurde zeven jaar en ten slotte werden zij uit hun gebied verdreven, maar na de geweldige „grote trek" van hun ge hele bevolking, die twee jaar duurde, stichtten zjj een nieuwe republiek in het Noordelijke bergland. JNMIDDELS was Japan uit het Noorden steeds verder China bin nengedrongen, doordat Tsjiang van mening was, dat hjj niet op twee fron ten kon strijden. In 1935 echter werd Tsjiang in Tsjiangfoe door de commu nisten gevangen genomen, waarbij 't tot een compromis kwam, met het doel gezamenlijk de Japanners te be strijden. In de eerste jaren na dit compromis vallen de geweldige krachtsinspanning en de reorganisatie van het nieuwe China, die w(j in een vorig artikel beschreven. De samenwerking tussen Tsjiang en Mao in deze jaren was mogelijk, om dat Mao, die door de neutraliteit van de Sowjetunie tegen Japan geen hulp van die kant kon verwachten, zeer gematigd optrad, terwijl anderzijds Tsjiang door een reeks van progressie ve wetten (progressieve inkomstenbe lasting, nationalisatie van de rijst oogst, een nieuwe landwet enz.) aan de verlangens der communisten tege moet kwam. Maar naarmate de over winning in zicht kwam, werd de ver houding tussen de bondgenoten van dag tot dag slechter. De situatie ver anderde geheel toen Rusland na de capitulatie van Japan met Japanse wapens en Russische instructeurs in Mandsjoerije een rood volkslegers op bouwde, waarvan de oorspronkelijk naar Rusland uitgeweken Li Li San politiek commissaris werd. Totnogtoe was er een zeker even wicht geweest, omdat Tsjiang met zijn staand leger meester was langs de verkeerswegen en Mao met zijn boe- renguerrilalegers het achterland be heerste. Nu moest Tsjiang zich echter tegen een modern staand leger verde digen. Hij zwenkte naar rechts en zocht steun bij de Chinese en buiten landse kapitalisten. De Chinese han- delsbourgeoisie dwong hen, de Ame rikaanse leningen voor de import van weelde- en consumptiegoederen in plaats van voor industrialisering te gebruiken. Een verschrikkelijke infla tie was het gevolg, terwijl de regering steeds meer in handen kwam van enkele corrupte grootkapitalisten. In massa liepen de boerensoldaten met hun Amerikaanse wapens naar de communistische troepen over, terwijl ook de intelligentsia door Tsjiangs dictatoriale schrikbewind tot vertwij feling gebracht werd en de midden partijen verpletterd werden. Het ge volg was de vrijwel volledige commu nistische overwinning, die wij thans beleven. QOK de overwinnende communisti sche partij echter zal voor de moei lijkheden komen te staan, die wij hierboven aanduidden. Zij zal China in snel tempo moeten industrialiseren. Daarvoor bestaan slechts twee mo gelijkheden: het lenen van kapitaal, dat wel uit Amerika, maar niet uit de Sowjetunie kan komen, of het vervangen van privé-uitbuiting der boeren door een sterke staatsuitbui- ting, zoals dat in de Sowjetunie ge beurd is. Dit laatste wordt mogelijk wanneer de boerenguerrilla's, waarop Mao Tse Toeng steunt, naar huis terug keren om het land te verdelen en het staande leger van Li Li San als ter- reurleger van de partij gebruikt wordt. Net als in de Balkanlanden zou dat waarschijnlijk het einde van de „na tionale held" Mao Tse Toeng beteke nen, die, juist omdat hij uit eigen kracht zegevierde, gemakkelijk door de omstandigheden de kant van een Chinese Tito kan worden opgedron gen. Dat Mao Tse Toeng intussen, on danks zijn vurige verklaringen van trouw aan Rusland en de partij, poogt zijn macht in de nieuwe regering te DIT WOELIGE LEVEN JN HET PAROOL van Zaterdag is een schrijveer aan het woord, die zich bekommerd gevoelt over de ont_ wikkeling van het nationalisrrte in Duitsland. Hij treurt over het feit, dat er aan de legkaart der machtsverhou dingen, waarin de geallieerde wijsheid wijlen het Derde Rijk heeft verdeeld, het belangrijkste stuk ontbreekt. Te weten: Europees besef. Alle Duitsers, westelijken en oostelijken, „fouten" en „goeden", willen maar één ding: her stel van Groot-Puitsland met het eikenloof en alle kruisen die er op volgen. Wie daarover in Nederland bekom_ merd is, mag men niet onverstandig heten. Uit die Duitse geaardheid blijkt helaas maar al te duidelijk, dat Hein- rich en Liselotte niets geleerd en alles vergeten hebben. En dat ze de schuld voor al dé hellesmart en het ten hemel schreiende leed, dat over geheel Euro pa kwam, op iedereen behalve op zichzelf schuiven. En intussen hard werkend en nog harder kankerend al weer met verrekte halzen uitzien naar een nieuwe Messias met 'n spuug lok voor z'n ogen, die het gezongen ideaal van het „über alles" in de frisch-fröhliche werkelijkheid zal om. zetten. Met laarzen en sabels en veel parades! Wat doen we daartegen, vraagt de schrijver in Het Parool zich af. En hij stelt de vraag: zouden we van Duits land maar niet een groot concentra tiekamp maken? Prikkeldraad langs alle grenzen en laat ze dan maar in d'r sop gaar koken? Aannemend, dat met de gedachte aan zulk een immens concentratie, kamp de ideeënrijkdom van de schrijver niet is uitgeput, wacht ik af wat hij nog méér aan medicijnen heeft. Maar voorlopig dient in ieder geval zijn prikkeldraad-remedie te worden gekenschetst als een blunder. Komen we er zo? Laten we dan beginnen met alle export naar Duits land stil te zetten. Laten we dan onze beste klant even schrijven, dat we op verdere relaties geen prijs stellen. Komen we er zo? Laten we dan het Atlantisch Pact bijzetten in het museum van oudheden en laten we dan bij het potentieel van een even tuele toekomstige overweldiger van West-Europa veertig millioen men sen bijtellen. Komen we er zo? Laten we dan vaststellen, dat de tweede wereld, oorlog totaal voor niets is gevoerd, dat alle offers zinloos waren en dat de dwaling, die we thans begaan, tienmaal gevaarlijker is dan al ons lichtzinnig dolen in de jaren vóór 1940. Want als we niets beters weten voor het probleem-Duitsland dan een paar duizend kilometer prikkeldraad dan zal tenslotte niet Duitsland een concentratiekamp worden maar de halve wereld. En dan zullen daar andere bewakers zijn dan de mensen, die zulke domheden schrijven en als de kortzichtige leuteraars, die het nog mooi vinden ook. De wereld is nog nooit genezen van prikkeldraad. JEREMIA BLOM. versterken, blijkt onder andere uit de benoeming van de weduwe van Soen Yat Sen tot minister. Zjj geniet in China zeer grote populariteit, maar was steeds een tegenstandster van Stalin en zijn politiek. Hoe deze ontwikkeling in de toe komst verlopen zal, kan geen mens voorspellen. Het hangt ook in grote mate van de politiek af, die Amerika en Engeland zullen volgen. Maar dat een geconsolideerd China onder een zo bekwaam regime als dat van Mao thans reeds blijkt te zijn, ook voor de omliggende landen van definitieve be tekenis zal zijn, staat wel vast. De Chinese revolutie kan, ten goede of ten kwade, voor onze tjjd worden, wat de Russische revolutie voor de periode tussen de beide wereldoorlogen geweest is.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1950 | | pagina 3