De Gorrel danste de horlepijp om een gejut vat ,,pietrolie
VARA zendt hoorspel uit over de
„Blauwe Zeeridders van Den Helder"
Bemanning van de „Marsdiep
Dinsdagnacht druk geweest
Jan Kater was in de finale iets sneller
dan Teun Sluiter
Wethouder L. F. van Loo opende
eerste kleuterschool te Julianadorp
PIET SCHMIDT
IS
Door een nagelgat stroomde water naar binnen
IJsclub „De Jutter" was ook gisteren paraat
In het korf
Tussen Haaks en Ruitje
Voorlopig gevestigd in gebouw Pniël
Candidaten van de V.V.D.
De pianist Iskar Aribo
speelde op schoolconcert
0/E GORREL was een redder van groot formaat, maar ook een eerste klas
vrijbuiter en strandjutter. De witte hel op de JPannekoek"de razende
schuimende grondzeeën, de „witte menerenwaren voor de Gorrel nooit en
nimmer barrières! H\j lapte alles onverschrokken aan zijn hozen! Ik heb reeds
meermalen vernaien over hem in de Stormklok geschreven. Honderden mensen
heeft h\j gered! Ouwe Janus Kuiper en Dorus Rijkers zeiden altijd: „Die Gor
rel, dat is een kerel, daar kon je mee uit vissen en redden gaan! Die was voor
de duvel en zijn moeder niet bang! Hy Is nu al vele jaren geleden gestorven,
maar de herinneringen aan zijn daden leven voort. Hij woonde in een klein,
heel armoedig krot, in de oude Helder, met zijn ruige broers „Tabbie" en de
„Gul".
's Avonds, voor
al als het storm- -
de, zat ik vaak
bij hen. Het was
een hele toer.
wat van hen
aan de weet te
komen! Bij een
„interview"
moest ik elk
wcrord letterlijk
uit hun keel
trekken.
„Je had haring
trekker motte
worre, in plaats
Van inktklad-
der, dat had je"
zei de Gorrel
nijdig tegen me
„Als ik zoveui
harinkies en
pietermannen
uit 't Marsdiep
had getrokken
as jij woorden
uit mijn strot
Sou ik nou geen
fcouwe bene
hebben! Jij bent
niet nieuwsgie
rig, maar je
weet graag al
les! Niks hoor!
Uit mijn trek je
geen letter
meer. Af is oe
kous! Ik ben zo
atom van na-
vend als een
gerookte ma
kreel, ik zeg
niks!
„Weet je wat ik doen", vervolgt de
Gorrel, met schor stemgeluid, „weet
je wat ik doen, ik ga naar me kooi.
morgenochtend om 4 uur mot ik d'r
weer uit.
Wat mot je zo vroeg uitsproke
om vier uur 's morgens in de winter.
't is dan nog hardstikke donker, zeg
ik tegen hem. Je bent toch ook geen
jong broekie meer.
Nee, om de dooie dood, ik bin
geen snotjonge meer, ik loop ok al
teuge de tachtig, maar ik kan nog best
teuge een infanterist opmarchere. Och
man, och man, denk Je dat ik 's mor
gens na viere in mijn kooi kan blijve?
Dan mot ik er uit, of 't zomer of win
ter is, of 't hagelt of sneeuwt; hoe
meer wind en storm, hoe liever dat ik
1 dan heb, dan kan ik niet in huis
blijve.... dan roept me de zee. En as
die me roept, dan ga ik in de donker
de dijk Op en dan gaan ik lope op de
stene en kijk ik als maar naar de zee
en as ik dan zo'n klein ballekie, zo'n
plankie zien drijve en kan oppike, dan
ben ik er bij. Veul vind je daar niet
teugeswoordig. Een plankie en een
ballekie, maar as ik 't vind, dan pik ik
't uit het water.neem 't op me nek
en sjouw 't naar huis.... as 't dan ge
droogd is en stuk gehakt, dan hebbe
we weer een brandje voor 't fornuis.
Juttersbloed.
In de Gorrel leeft de echte oude jut
ter.... Wat in zee drijft is voor hem.
Voor ieder ander zou 't de moeite van
't meenemen niet waard zijn, zo'n nat
te verotte plank of een balk, die mis
schien ergens in Manheim of Keulen
van een houtsleep losraakte, toen de
Rijn afdreef, in zee terecht kwam.
door de storm naar de Helderse kust
werd gevoerd en daar door de oude
78-jarige, de zeevlakte afloerende
Gorrel, 's morgens om 4 uur bij het
bleke maanlicht op de stenen van de
Helderse zeedijk wordt gehaald en in
triomf wordt weggejut.
Nog geen dubbeltje waarde, maar
daar is bet de Gorrel en de jutters niet
om te doen.het is om de sport. Het
echte, oude juttersbloed, van vader op
zoon, leeft in hem voort, bruist en gist,
het is z n trophee, dat ballekie. Hij
is er even trots op als de burchtridder
uit de middeleeuwen, die een schone
jonkvrouw krijgsgevangen had ge
maakt.
Dat ballekie uit zee, dat zaagt de
Gorrel met heel andere gevoelens,
dan de balk, die hij bij de brandstof
fenhandelaar gekocht heeft.... dat ge
jutte ballekie is zijn buit.... hem door
de zee als cijns afgestcan
Wat op zee drijft, is van hem... Als
de Gorrel een portemonnaie met een
dubbeltje er in op de dijk vindt, hij
zal geen ogenblik aarzelen. Dat dub
beltje hou we, geld, dat niet van hem
is? Niks hoor! Hij zal 't direct aan de
pelisie brenge... want dat geld is niet
van hem, dat is op land gevonde, de
Gorrel steelt niet.
Dat is recht!
Een balk, die op een weiland ligt, of
in een sloot, de Gorrel denkt er niet
an, die mee te pikken... die balk is var
een ander... maar... maar... as ie door
de zee is angespoeld dan is ie voor de
Gorrel, dat is recht, dat is zo klaar as
een klontje.
Heb ik me deres dood gelache om
die plank van de zwemclub „Frissche
Morrege" Dat ding leit nou altijd in
zee hè? 's Zomers en 's winters! Afijn
staan ik zo op de dijk te koekeloere
bij de stene hofies. kijk ik zo naar die
plank, denk ik: dat ding lijkt wel los
.de ouwe Gorrel, een gehaaide Jutter.
te wurme. Afijn, ik kijk hè, veel kan
het me nog niet schele, want ik heb
met die plank niks te make, die plank
is van de „Frisscne Morrege"-club,
want die zit nog spijkervast, die plank
was dus niet van mijn. Maar ik blijf
kijke hè en ture... Daar komt weer een
meneer met wit voor, zo'n hoge, zware
gekuifde golf— rang... slaat-ie met
kracht teuge die plank... As de meneer
met wit voor terugloopt is de plank
foetsie, losgeslagen, drijft-ie tusse de
hofies. Staat een lid van „Frissche
Morrege" in zijn hcmmetje, (toen had-
de ze nog niet zc'n mooi zwemhokkie),
te jirremejere. Zcit-ie, de plank is
weg, die is naar zijn moer...
Niks naar z'n moer, zeg ik, die plank
gaat naar zijn vaar... en zijn pa bin ik
nou! Neem ik een klein vletje, spring
er in en roei naar die plank, pik 'm
an boord en trek met een maat het
vletje weer op de stene...
Nou neem ik die plank op m'n nek
Die knul van „Frissche Morrege" zeit:
Leg 'm daar maar neer, visserman. Dat
zal ik wete, zeg ik, waar ik die plank
zal neerlcgge, ik zal 'm in 't fornuis
legge. Die plank is van mijn!
In zjjn hemmetje...
Die plank is van „Frissche Mor
gen". schreeuwt dat magere scharmin
kel, die in zijn hemmetje stond te bib
beren van kou en van kwaadheid... die
plank daar blijf je met je fikke af, die
is van de Zwemclub „Frissche Morre
ge", die is van ons!
Of ie nou van ons of van pond is,
kan me geen klap schele, maat, zeg ik
Zolang as ie vastgespijkerd zat, was ie
van jullie, maar toen ie los sloeg,
werd 't een wrakstuk, dreef ie onbe
heerd, zonder kapitein aan boord, op
de vrije zee. Wat op zee drijft, is niet
van jou daarvan krijgt degeen, die 't
oppikt een derde van de waarde, das
de Wet en niet aars, da's Zeerecht!
Zeit die magere zwemmer, die ia
zijn hemmetje als een juffers schoot
hondje stond te bibberen, zeit-ie: Wat
mot dat nou met die plank, maak geen
lol, we motte toch zwemme kenne. We
kenne zo niet over die scherpe, gladde
stene vol met krukels lopen, dan krijge
we bene met gate d'r in scheure we
ons t vel stuk of glije we uit over de
kwalle!
Krab 'k op m'n kop en zeg: das
waar, daar hei je gelijk in, wij vinden
't ok niet lollig, asse we met haring-
trekke onze nette scheure. Maar wat
dan? Die plank is in zee gevonden.™
dreef zonder kapitein en ekwipage....
die plank is f 7.50 waard, das wis. Weet
je wat, geef mijn me derde deel vin
dersloon, een knaak, dan is ie weer
voor de „Frisse Morrege".
Twee gulde, pingelt die vent in
zijn zwembroekie.
Een derde geeft de wet me, zegt
me maat. Ik hou me an de wet... een
knaak en anders gaat ie de kachel in..„
Wet is wet.
Krijg ik de knaak! Wat op land ia
daar bemoeie we ons niet mee, al
wasse 't zakke met gouwe tientjes,
maar zo'n dood plankie, van de „Fris
sche Morrege"-club asse we daar een
paar natte pote voor gewaagd hebbe,
dan mot de wet van de zee gelden,
een derde voor de vinder.™ zo is 't en
niet aars....
Bij Poe la Radja
De Gorrel is tóch nog maar niet
naar zijn kooi gegaan want Tabbie en
de Gul (zijn broers), willen nou niet
achter die geblomde, sitse gordijnen
kruipen...
Stil! hou je kap dicht Gorrel, zegt
Tabbie, de wind schiet lillijk uit. Al
ben ik oud, as de Noordwester giert,
gaan ik niet maffen!
Verdraaid, aan maffe heb een
goeie haringtrekker niks, niemendal!"
Een jutter mot altijd, dag en nacht zijn
ogen opeh hebben, hnders gaan balie-
kies en plankies en vaatjes zijn neus
voorbij.
Toen we nog jonge kerels ware, toen
was het aan de kust voor zijn pet, toen
gebeurde er noggeres wat. En vroeger
beleefde we meer met haringvisse dan
teugeswoordig, zegt de ouwe Gul. Daar
hei je nou de Gorrel. dat was me d'r
een, die het heel wat met de visserij
meegemaakt, wat jij, hè Gorrel?
Nou en of, zegt deze. Tjonge, tjonge...
We hebben het meegemaakt met
Morrie. We waren eres bij Poela
Radja....
Bij Poela Radja? Waren jullie dan
in Indie? vraag ik, verwonderd.
Niks hoor, ik ben nooit Wijer wag
geweest, in me hele leven, as tot Rot
terdam. Ik mot zover niet van 'nis...
Daar in Indie. kluive de meskiete je
op, die steke je bont en blauw. Nee,
dan he bik nog liever een stee* van
een vette pieterman. Nee, Poela PadjT,
dat weet iedere haringtrekker, das is
de Helderse kust. Weet je wie daar
nog verdronke is, die Morrie, waar :k
zoeven over sprak.... Morrie was een
gepensionneerde van de Marine en hij
wou met alle geweld haringtrekke,
maar iedereen is nog geen haringtrek
ker he? Nou dan, mot je wete, de haam
van Morrie bleef an de lat zitte! Een
baam is een zeel he. toen kon ie 't
touw niet meer over ze hoofd krijge
en toen sleept-ie met net en al zelf in
t zeewater.
't Was hardstikke donker, midde in
de nacht.... niemand had er wat van
gemerkt, dat Morrie met het haringnet
in 't water was geraakt.
Hij zonk als lood
Hij had hoze an, en toen ie te water
plofte, liepen die borende vol... hij
zonk als lood... 't Net kwam uit het
water, vol vis, maar Morrie was ner
gens meer te bekenne, die was a3 een
stuk lood met volle hoze recht toe
recht an naar de diepte gezonke... nooit
is ie meer bove gekomme... Morrie was
foetsie, lillijk foetsie, nooit hebie een
begrafenis kenne krijge en dat is lil
lijk, heel lillijk!
Ja, dat was een lillijk ding, op Poela
Radja... maar we hebbe wel reuzelol
ok gehad op datzelfde Poela Radja,
zegt Tabbie, de oude haringtrekker.
't Was eres reuze koud hè, we wasse
kompleet bevrore. Onze handen ware
helemaal stijf en we konde 't net niet
hantere. In ene loopt de Gorrel naar
de kust. Zeit ie: wat drijft daar in
zee? Die Gorrel heb oge as een valk
hè, echte juttersoge... die kijkt en koe
keloert altijd over zee as een kok
meeuw..'. dat heb is ze hele leven ge
daan. Afijn, hij ziet wat, zeit-ie. 't Is
een vat pieterolie, zeit-ie. Dés pieter
olie voor de Jutters!
Wij d'r naar toe. De Gorrel heit ge
lijk, 't is een vat petrolie.
We slepen 't an wal... Zeit de Gor
rel: slaan 't deksel er af... en geef me
een lucifer... Ik mot eerst kijke of 't
petrolie is, 't kan wel bietewater weze.
Houdt de Gorrel dat lucifertje met zijn
stomme kop te dicht bü die pieterolie
en in ene staat die 'iele situwasie in de
vlam. Een vlam man, we ware persies
Roodhuide. Die Gorrel danste om dat
brandende vat de horlepijp en alle ha
ringtrekkers huppelden de polka ma
zurka, niet op van die fijne balschoe-
Op Woensdagavond 15 Febrvflri,
van 21.40-22.45 uur, zendt de
VARA over Hilversum 11 (415
meter) een hoorspel uit, getitel
T)e Blauwe Zeeridders van Den
HelderHet werd geschreven
door S. de Vries Jr. naar gege
vens van Levy Grunwald. Een
van de figuren uit dit hodrs?f
dat onder regie van de schryve
zal worden opgevoerd, is
Gorrel", één van de drie gebroe
ders Bakker. De Gorrel, Tabbie
en De Gul, wat hebben zij aan
Levy Grunwald (oftewel Yve
Dlawnurg!) een stof tot schrijven
bezorgd. Het is mede aan deze
promotor van het Dorus Rijkers-
fonds, Levy Grunwald, die op 13
Januari de 65-jarige leeftijd be
reikte te danken dat de Blauwe
Zeeridders half -historische, hall-
legendarische figuren zijn gewor
den. Over „De Gorrel", die ge
haaide Jutter en dappere zeered-
der, aan wie honderden schip
breukelingen hun leven dankten,
vertelt Levy Grunwald in neven
staand verhaal.
(Colbert costuumo naar maat
Excl. dessins - Vertrouwd adres
Ruyghweg 74 Tel. 3176
n
De mensen van „Texel's Eigen Stoomboot Onderneming" hebben het geduren
de de afgelopen strenge winterse dagen al evenmin gemakkelijk gehad als
andere mannen die op het water of op straat de hevige koude moesten trot
seren. Toch heeft de dienst Texel-Den Helder niet eens veel stagnatie onder
vonden. Alleen eigenlijk Dinsdag en Woensdag is het even scheef gegaan, door
dat de wind de „Marsdiep" en de „Dokter Wagemaker" belette de haven van
Ondeschlld binnen te lopen. Maaar toen gisteren de wind draaide, en het
ijs langzaam maar zeker een uitweg vond, was het ergste leed geleden.
Het ijs is er niettemin in geslaagd
de „Marsdiep" enige schade toe te bren
gen. Dinsdagavond om ongeveer elf
uur ontdekte een van de leden van de
bemanning die aan de voorkant zou
slapen, dat er water naar binnen
stroomde. De boot lag gelukkig aan de
Nieuwediepse steiger, zodat men zich
geen grote zorgen behoefde te maken.
Men heeft onmiddellijk de oorzaak van
de lekkage gevonden. Het bleek, dat
een klinknagel uit de romp was ge-
De jongens en meisjes die gistermiddag zonden deelnemen aan de wedstrijden
die de Helderse IJsclub „De Jutter" voor hen had georganiseerd, hebben enige
tijd in angst gezeten dat hun op het laatste ogenblik dat heerlijke schaalsfeest
zon worden ontnomen. Belangstellend en met grote ogen staarden zij naar de
heren Van Kaisbeek, Mallet en De Jong, d>e met de politie overleg pleegden of
het verantwoord was, de kinderen op de baan van de Loodsgracht toe te la
ten. Maar eindelijk wisten zij het, en toen de startvlag werd gezwaaid steeg
nit tientallen kinderkelen een luid gejuich op.
Ja, het bestuur van „De Jutter" heeft
zich niet laten wegcijferen door de
plotseling invallende dooi. Men bleef
niet bij de pakken neerzitten, en.de
jeugd kon de schaatsen aanbinden. Vei
ligheidshalve mochten echter alleen de
deelnemende jongens en meisjs op de
baan. De talrijke supporters, vaders en
moeders moesten op de kant blijven
doch dat was natuurlijk geen bezwaar
Bij de jongens is grote strijd gestre
den tussen Jan Kater en Teun Sluiter
die na enkele ritten te hebben gewon
nen in de finale moesten uitmaken wie
met de eerste prijs zou gaan strijken
Jan Kater was een fractie van een se
conde sneller dan Teun Sluiter. Beide
jongens reden de honderd meter m
tien seconden. Van de dertig deelnemers
schaatsten orderstaande jongelui zich in
de prijzen: derde prijs Piet Veen, vier
de prijs Jan Kraak, vijfde prijs N Post
zesde prijs P. Bakker, zevende prijs R
Eelman, achtste prijs J. Wiggers, troost
prijzen A. de Heer en W. Hufkens.
H. Isakson legde bij de meisjes be
slag op de eerste prijs. Niet minder
keurig reden L. Bais (tweede prijs), M
Gilkes (derde prijs), C. Koorn (vierde
prijs), M. Bais vijfde prijs) en C. Rij
kers (troostprijs).
Het programma dat op niet al te best
ijs werd verreden, is zeer sportief en
spannend verlopen. De jongens en
meisjes reden om beurten, waardoor het
geheel zeker attractiever werd.
Het bestuur van „De Jutter" heeft
tijdens de wedstrijden een flink aantal
steunbonnen verkocht en smaakte te
vens het genoegen enkele nieuwe leden
te mogen noteren. Het behoeft geen
verwondering te wekken, dat deze
wakkere ijsclub slechts node voor de
nieuwe .luchtstromingen" uit de weg
is getreden. Men heeft ons in de oren
gefluisterd, dat er een wedstrijdpro
gramma op de bestuurstafel gereed
heeft gelegen voor minstens veertien
dagen. Of het waar is weten wij niet,
maar wij weten wel dat Den Helder
een ijsclub als „De Jutter" in ere moet
houden. En voor we het vergeten: de
prijzen van de Helderse zakenlieden
hebben hun bestemming wel gevonden
Tegen het einde van de middag stond
er water op het ijs, maar de prijzen
waren binnen en de jeugd heeft voor
dit seizoen op waardige wijze af
scheidt?) genomen van de ijspret.
sprongen, wat een rond gat tot gevolg
had.
Toen begon voor de mannen een
uitersb moeilijk karwei. Het water
moest worden weggepompt en het lek
moest met een nieuwe bout worden ge
stopt. Vooral dit laatste was geen klei
nigheidje. In de boot zat iemand met
een stukje ijzerdraad waaraan een
haakje was bevestigd. Het gehele
„werktuigje" diende om door het gat
een bout te trekken, die dus buiten
boord onder water voor het lek werd
gehouden. De herstelwerkzaamheden
hebben geduurd tot gistermorgen zeven
uur. Eerst toen was het water verwij
derd en de bout die het lek stopte van
een moer voorzien.
Intussen was de kapitein van de
„Dokter Wagen.aker" uit zijn bed ge
haald. Zijn boot zou eerst om drie uur
gistermiddag naar Den Helder varen,
doch de wind was naar het Westen ge
draaid en men nam het zekere voor het
onzekere, daar nog niet bekend was of
de „Marsdiep" weer bijtijds in orde
zou komen. Deze kon echter om acht
uur een nieuwe reis naar het eiland
beginnen, met aan boord enkele geluk
kigen die anders geruime tijd hadden
moeten wachten op de volgende „aan
sluiting".
En die heeft de „Dokter Wagemaker"
om drie uur waargenomen. Tot dat tijd
stip verbleef de bemanning aan boord
in de stad of in het wachtlokaaltje van
de T E S O. De „Dokter Wagemaker"
heeft gistermiddag nog eenmaal de reis
naar Nieuwediep aanvaard; later, tegen
de avond, keerde zij naar Oudeschild
terug.
De tweede lezing van dr. J. Suys
voor de Helderse Volksuniversiteit,
die morgenavond in de Vakschool
voor Meisjes zou worden gehouden
is een week uitgesteld.
Hedenavond geeft het Amsterdams
Toneelgezelschap in Tivoli de V.U.-
voorstelling van „De Lindenboom".
De heer J. A. Nflkamp zal Zater
dagavond van zeven tot acht en van
acht tot negen uur, en Zondagmid
dag van drie tot vier en van vier tot
vijf uur weer lezingen houden in het
Natuurhistorisch Museum aan de le
Vroonstraat.
nen, as de manne teugerswoordig
drage... van die gladde, glibberige lak
schoenen met neuze, maar ze dansten in
hun gelooide zware hoze Dat was een
gezicht om je stuk te lachen! En we
wasse tenminste warm geworre en
hadde lol... maar t bleef evengoed
kouwe bene, kouwe bene, wat ik je
brom, want toen we visse, haringtrek
ke gonge, vonge we niks. Kouwe bene.
man, kouwe bene!
We hadde geen stuiver verdiend. Al
leen maar reuze keet gehad, met die
gloeiende pietrolie. Maar van de lol
kan je niet bikke!
LEVY GRUNWALD.
Wees een heer in 't verkeer 8„h
ven wjj gisteren, doelend 0p
scheepje, dat de loodsschoener v**
meeuw" voor niets had laten uitvak
Het blijkt echter toch een heer 0f iT
ter gezegd een dame, te zijn gewJ*"
De Zweedse kustvaarder „Christw
(deze naam had de „Zeemeeuw" ZT
opgekregen) werd gistermorgen dn
de nieuwe Wieringer motorkotter
67 aangetroffen ten Noorden van h t
lichtschip „Terschellingerbank". rf
coaster had met motorpech te kamD*
en werd door de Wieringer kotter mT
de haven van Nieuwediep gesleept 7»
kreeg ligplaats nabij de Koopvaarder,
schutsluis. Het is te hopen, dat d"
schade spoedig hersteld zal zijn. wni
de „Christina" heeft een lading veri
haring aan boord, bestemd voor Bom
logne.
De kustwacht te Huisduinen nam
gisteravond omstreeks half zes een on
bekend scheepje waar. dat te dicht on"
der de wal in Noordelijke richting Voe'
Aangezien het even later niet meer
vorderde, vermoedde men dat het
scheepje on de Haaksgronden was vast.
gelopen. De reddingboot „Dorus RH.
kers" voer om zeven uur uit, may
heeft het scheepje niet meer kunnen
ontdekken. Ze keerde om kwart over
negen in de haven terug. Waarschijn-
lijk heeft het onbekende vaartuig er-
van geprofiteerd, dat het juist hoos
water was.
Hr. Ms. sleepboot „Orkaan" heeft
gisteren een reisje gemaakt naar
„Terschellingerbank" om het licht,
schip van een lading olie te voorzien
De „Orkaan" kwam om negen uurgigi
teravond terug.
De Nederlandse kustvaarder „Me.
rel", die in de haven was komen bij.
leggen, heeft gisteren de reis naar
Embden voortgezet.
Het is morgen hoog water om 8.20
en 2015 uur, en laag water om 2 35 en
14.20 uur. De temperatuur van hetzee
water was 1.7 graden Celsius.
De Chr. Geref. Kerk heeft tot pre-
dikant beroepen ds. W. Ruiter te Sneek.
Dinsdagmiddag verzamelde zich in de zaal van de heer C. Rol te Julianadorp
een groot aantal genodigden voor de officiële opening van de Nutskleuterschool.
De voorzitter van de Commissie van Beheer van de Nutskleuterscholen, d«
heer L. Daalder, heette in het bijzonder de heer L. F. van Loo, wethouder van
onderwijs, hartelijk welkom. In zijn openingsrede nitte de heer Daalder ln da
eerste plaats zijn dankbaarheid jegens de gemeente, die heeft toegezegd dat
op de vereiste snbsidie mag worden gerekend. In de tweede plaats heeft ij)
't gymnastieklokaal van de openbare school voor een gedeelte ter beschikking
gesteld als speellokaal voor de kleuters.
Behalve de heer Van Loo werden
vervolgens hartelijke woorden gespro
ken tot mevrouw Hamel en de heer
Smit, van wie bekend is dat zjj ijve
ren voor goede kleuterscholen. In dit
verband noemde de spreker ook de
heer Hoornsman, die in de raad meer
malen heeft aangedrongen op de ves
tiging van een kleuterschool te Ju
lianadorp.
Aan de rede van de heer Daalder
ontlenen wij nog het volgende: „Har
telijk welkom heet ik ook de verte
genwoordiger van de Kerkeraad der
Gereformeerde Kerk en ds. Hamming.
Het doet ons goed, dat ook u aan
onze uitnodiging gevolg hebt willen
geven omdat u het ons door het ver
huren van uw kerkgebouw mogelijk
hebt gemaakt de kinderen reeds
thans een goed onderdak te geven.
Ik acht het voorts mijn plicht een
woord van welkom en tevens van
dankbaarheid te richten tot de ver
tegenwoordigers Van enkele vereni
gingen uit Julianadorp, te weten van
de Gemeenschap Julianadorp, de Plat
telandsvrouwen vereniging, de Chr.
jonge vrouwenvereniging, de Zuster-
kring en de drie buurtverenigingen"
Na nog even de heer Kaptein, hoofd
der school voor gewoon lager onder
wijs, in zijn welkomstwoord te heb
ben betrokken, wendde de heer Daal
der zich tot de ouders van de kinde
ren en vertelde, dat de directrice,
mej. Van Lopik, door ziekte verhin
derd was te komen. Haar rechter
hand, mej. Schoonheid, was wel aan
wezig. De heer Daalder sprak de
wens uit: „Laat geheel Julianadorp
tonen dat de roep naar kleuteronder
wijs met een opwelling van het ogen
blik is geweest, en laat het gehele dorp
met zijn omgeving en met ons alles
in het werk stellen om zo spoedig
mogelijk te komen tot een eigen ge-
Candidaten van de VVD
De Volkspartij voor Vrijheid en De
mocratie heeft voor de verkiezing voor
de Provinciale Staten op 26 April voor
de Statenkieskringen Den Helder, Hoorn
en Zaandam de volgende candidaten-
lyst vastgesteld:
1 P. Blaauboer, Barsingerhorn; 2 W
Voorthuizen, Alkmaar; 3 J. h' Avis
Midwoud; 4 dra. A. Bakker, Zaandam;'
5 mevr M. Visser-Bakker, Schagen; 6
mr. J. Lieuwen, Purmerend; 7 s Prins
Den Helder; 8 mr. dr. C. Berkhouwer
fo KmHrwLmr- w' S" Winkel' Hoo™=
10 K. H Kroeze, Wienngermeer; 11 mw
?2 J r"TCengS' Alkmaar;
12 J. Klok. Warder; 13 N. Kaan Wie-
nngen; 14 Chr. Kieft, Limmen; 15 K
Zijp Beemster; 16 P. de Boer, Schagen;
XT w H? b,fgen' Den H°lderi 18
H. W. Holsmuller, Alkmaar- 19 w n
Niestadt, Schagen. D
Bij het op 31 Januari gehouden
eindexamen voor het diploma bleken
verp egnng A slaagden de dameB J
H. Verkuyl, J. C. H Knol N. J Rn
zemond en de heer B. Klewiet Reeds
eerder slaagden voor de aantekening
Kraamverpleging de dames N. Snoek
C. T. Wagemaker en H
Paard,
van der
bouw. Houdt u daarbij voor ogen ds
spreekwoorden: „Vele handen makea
licht werk", en „Eendracht maakt
macht". Over veertien dagen, als de
eerste groep leerlingen wat is inge
werkt, zullen de overigen een oproep
voor de school ontvangen".
Ten slotte bracht de heer Daalder
dank aan mevrouw Papineau Salm,
die zich bereid heeft verklaard gods
dienstonderwijs te geven, en aan de
heren Muts, de secretaris der commis
sie, Körber, P. de Graaf en T. Speur.
Wethouder Van Loo memoreerde
onder andere dat reeds voor de oor
log stemmen waren opgegaan om te
komen tot de oprichting van eea
kleuterschool te Julianadorp. Hij wees
voorts op het wetsontwerp voor het
kleuteronderwijs dat bij de regering
aanhangig is gemaakt, waarna hij de
school voor geopend verklaarde.
Na de heer Van Loo voerden het
woord ds. Hamming en de voorzit
ter van de contactcommissie, de heer
Henderikx. Van de Maatschappij tot
Nut van 't Algemeen, de Nutsspaar-
bank en het Departement van 't Nut
waren schriftelijke gelukwensen bin
nen gekomen.
Alle aanwezigen begaven zich ten
slotte naar het gebouw van de kleu
terschool, de eerste kleuterschool in
het plattelandsgedeelte van de ge
meente. Daar stond een vijftigtal ta
feltjes en stoeltjes netjes gerang
schikt, keurig uitgevoerd, en gereed
om de kleuters te ontvangen.
De serie schoolconcerten onder het
motto „Eén uur muziek" werd voort-
gezet met een instructief piano-recital
door iskar Aribo. Ook deze middag be
antwoordde weer volkomen aan zijn
doel, omdat de pianist zijn soli door een
voortreffelijke toelichting vooraf liet
gaan. Men kan zeggen, dat goede mu
ziek voor zichzelf moet spreken, an
derzijds staat vast dat de luisteraar deze
taal eerst moet leren verstaan. In het
eerste uur heeft Aribo zijn jeugddig®
toehoorders ingeleid tot de muziek van
Debussy, de FaUa, Ravel, Moussorgsky
en Chopin, De wijze, waarop hij de
verschillende nummers utivoerde ("3
noemen de „Dai.se rituelle du feu" vaIJ
De Falla en de As-polonaise van Cho
pin) oogstte terecht de bewondering
van de toehoorders. Zeker zullen til
met meer belangstelling dan tevoren
opletten, wanneer de muziek van d®
genoemde componisten voor de radio
of elders wordt uitgevoerd.
In het tweede uur beperkte Aribo
zich tot het oeuvre van Moussorgsky)
dat hij dan ook wat meer diepgaan
behandelde, aan de hand van „Les 'a"
bleaux d'une exposition" van deze corn*
ponist, waarin Moussorgsky de stem*
mingen verklankt, die bij hem werden
opgewekt door een bezoek aan een ten
toonstelling. Zonder toelichting
deze expressionistische muziek voorJ?,l
'eupdige gehoor weinig-zeggend
geweest Nu hebben de jongens
meisjes met klimmende belangstelling
er naar geluisterd en de vertolker me
een davend applaus beloond.