Voorting maakte en won tweede
Ronde van Den Helder
Moedige Trompetter werd tiende
Het Rode Kruis bezorgde invalide
stadgenoten een onvergetelijke dag
Oud-Lombokstrijders brengen officieel
bezoek aan Den Helder
„De Zeven Provinciën wordt
morgen te water gelaten
Duijf (eerste in 1949)
nu zevende
Christelijke Oranjevereni
ging organiseert kinderfeest
Broodbezorging weer
normaal
Per autobus naar het Bloemendaalse Kopje
Door de mooiste dreven
van Noord-Holland
Kranslegging bij monumentVoor hen die vielen"
Ontvangst ten Raadhuize
en diner in de Cantine
Koningin verricht de plechtigheid
Bouw was in 1940 nog
in beginstadium
Vacatures bij het L.O.
Nieu
we avonturen van Pim, Pam en Poi
MAANDAG 21 AUGUSTUS 1950
Besmeurd en bezweet, vermoeid maar verheugd en met opgeheven arm
ging Adrie Voorting na 2 uur, 38 minuten en 5 seconden als eerste door de finish
van de tweede Ronde van Den Helder, die op voorbeeldige wijze door de Eerste
Helderse Wielrenvereniging „D.O.K." werd georganiseerd. Vele ronden lang
speelde de Haarlemmer, die over een formidabele sprint en een enorme hardheid
beschikt, een zeer voorname rol in de achtervolging van de D.O.K.-renner Trom
petter uit Wieringen, van wie gezegd kan worden dat hij de prestatieprijs, welke
hem ten slotte als tiende aankomende ten deel viel, ten volle heeft verdiend. De
Wieringer oogstte aller bewondering voor de wijze waarop hij amateurs met
betere namen, als Voorting, Hofland en Dujjf, reeds spoedig, onzcs inziens te
vroeg, uitdaagde. Vooral het grote aantal ronden met de Beverwijker Hofland
die een ronde achterstand had opgelopen, aan zijn wiel, is Jan Trompetter niet
best bekomen. Hij kreeg de genadeslag toen een hond hem ten val bracht. Dat
gebeurde in de twaalfde ronde.
Eelsing was van zijn fiets gestapt. Hof
land pikte nog even twee premies voor
de neus van de beide koplopers weg,
waarover zij blijkbaar in het geheel
niet ontstemd waren. Voorting dacht er
echter anders over. Toen hij de wagen
van de jury passeerden, schreeuwde
hij, dat Hofland er uit moest. Deze
kon immers Trompetter en Holleeder
een ronde helpen uitlopen, waardoor
hij zelfs weer met het grote peloton
gelijk zou komen! Maar Hofland bleef
en hij speelde zijn rol. Een nieuwe pre
mie viel hem ten deel.
Veel teleurstelling verwekte de tij
ding, dat Holleeder had moeten losla
ten. Want men meende terecht, dat
Trompetter, die nu de enige was met
bijna een ronde voorsprong, Hofland er
dóór zou moeten slepen. Deze mening
werd nog onderstreept toen Holleeder
uitgeput het parcours verliet. Dat was
in de negen en dertigste ronde! Trom
petter raakte inderdaad in moeilijkhe
den, want Hofland bleek niet in staat
te zijn kop te doen, waardoor de Wie
ringer het vuile werk alleen moest
verzetten. Toen viel de Zaandammer
Timmerman terug. Een kleine inzin
king. Onmiddellijk wilde hij weer weg.
Trompetter en Hofland profiteerden er
van, en aan zijn wiel belandden zij in
het peloton, waarmee de Wieringer een
volle ronde was uitgelopen! Op het
moment dat Trompetter bij kwam los
ten Van Leeuwen (Haarlem) en Pran
ger (Anna Paulowna). Goed bekeken
van dit tweetal, dat zich op het juiste
momente distancieerde. Van Leeuwen
ging met een premie strijken, zonder
dat hij strijd kreeg van Pranger. Nog
één-en-twintig ronden. In eerste posi
tie Pranger en Van Leeuwen. In twee
de positie een ploegje met „groten"
(Duijf, de winnaar van de eerste Ronde
van Den Helder, en Voorting). Daarna
kwam de groep, waarin Trompetter de
andere renners beloerde. Pranger moest
loslaten. Van Leeuwen probeerde het
nog, maar alleen was hem de tocht te
zwaar. Voorting rukte aan zijn peda-
lo- en wèg was de voorsprong, die met
zoveel moeite was verkregen.
De amateurs trokken anders heviger
van leer dan de nieuwelingen, die na
een speechje en het startschot van bur
gemeester Rehorst hun strijd begonnen
Het aantal deelnemers was al aanzien
lijk geslonken, toen werd omgeroepen
dat de nummer 38, 13 en 1 een ronde
achterstand hadden opgelopen en het
parcours moesten verlaten. Deze ren
ners waren Verseveld (Aalsmeer), De
Ruiter (Beverwijk) en De Neeve (Den
Helder). Enkele ogenblikken later za
gen wij, hoe Lukken uit Oostzaan en
Eelsing uit IJmuiden van fiets moes
ten verwisselen. Pech voor die jongens,
met nog slechts vijftien ronden voor de
boeg. Met nog vier ronden te rijden
werden Wals (Amsterdam), Vondrack
(Hoorn) en Bos (Amsterdam) door het
grote peloton achtervolgd. Zij waren
gauw weer ingehaald. Van de Helderse
nieuwelingen was alleen nummer 4,
Bosch, nog over. De andere Nieuwedie-
pers moesten door pech of een val
partij de strijd staken. Bosch toonde
zich een moedig renner. Hij reed de
wedstrijd uit, al kostte hem dat zeer
veel moeite. Een premie was zijn be
loning.
Het kleine Zaandammertje Havik
won de wedstrijd. Hij had voor de vijf
tig kilometer 1 uur, 25 minuten en 3
seconden nodig. De Oostzaner Dral
ging met de tweede prijs strijken. De
andere belangrijke plaatsen werden in
genomen door: 3. J. Hofland (Bever
wijk), 4. S. de Graaf (Zevenhoven), 5.
H. S. Kuitwaard (Velsen), 6. R. G. Al-
tink (Amsterdam), 7. K. Kager (Zui-
dermeer), 8. J. Kramer (Haarlem), 9.
W. Stoker (Haarlem), 10. N. G. van
Roselaar (Nieuwe Niedorp).
De amateurs
Voor de wedstrijd voor amateurs over
honderd kilometer startten negen en
veertig renners. Het was bepaald een
verrassing, dat Adrie Voorting aan de
start verscheen. Hij had ter elfder ure
ingeschreven, zodat zijn naam niet eens
op het programma was vermeld. Voor
ting, die Zaterdag nog de Ronde van
Vlaardingen won, kreeg nummer één
en vijftig. De toeschouwers (over het
aantal kan de organiserende vereni
ging tevreden zijn, menen wij) verga
ten dat nummer onmiddellijk toen zij
Voorting zagen draaien. Hij bleek een
renner van formaat, die een weds ijd
kon maken. Wie zo heeft gedacht, en
dat waren er velen, heeft gelijk gekre
gen. De eerste premie bracht bij de
finish reeds de nodige sensatie. Ha,
moet Voorting hebben gedacht, die
premie is voor mij, v/ant hoewel de
Zaandammer Kleyn een twintigtal me
ters vóór de streep nog twee lengt ;n
vóór zat, trok Voorting zich met enkele
machtige rukken langs de jury. Kleyn
zag dat er toch niets aan te doen was,
waarna hij genoegen nam met het vol
gen van de gele trui vóór zich. Intus
sen waren Bijl (Den Helder) en Nijs-
sen (Nieuw Vosmeer) reeds door het
pechduiveltje overvallen. Dat kostte
hun een ronde, die niet weer zou wor
den ingelopen. Korte tijd later waren
zij van het toneel verdwenen.
Ook de tweede premie was voer
Voorting. Een derde premie werd door
de Amsterdammer W. Holleeder in de
wacht gesleept. Plotseling zagen wij
Bijl niet terug en vlak daarop kwamen
Visser (Wieringen), Zwart (Egmond
aan Zee), Obbes (Amsterdam) en Smit
(Amsterdam) met een ronde achter
stand door. Op kop trokken toen T.
Hofland (Beverwijk) en W. Holleeder.
Vlak er achter zaten Trompetter en het
grote peloton. Op een gegeven moment
waagde de Wieringer de sprong naar
de vluchtelingen, die hunkerend naar
een derde man omzagen. Daar moest
zwaar werk gedaan worden aan de kop!
Toen de bel ging voor de vierde premie,
stoof Trompetter als eerste door. Hij
zag zich voor de premie evenwel op
de streep door Holleeder geslagen. En
daar werd omgeroepen dat Kooper en
Nijssen de baan uit moesten. Zij lagen
twee ronden achter. Vrijwel tegelijker
tijd werden Megoul en Boersma door
pech uitgeschakeld. Vier man minder
dus!
Mislukte poging.
En Kleyn kwam weer naar voren.
Zijn moedige poging om de drie vluch
telingen in te halen mislukte jammer
lijk. Het tempo lag te hoog. Zijn dap
pere rijden kwam hem duur te staan
want hoewel hij nog trachtte met
de grote stroom mee te komen, moest
hij ondervinden dat zijn spieren het
niet langer deden.
De drie vluchtelingen kregen steun
van Eelsing, die evenwel een ronde op
hen te kort kwam. Om beurten namen
deze vier renners de kop. Toen vijf en
twintig ronden waren afgel gd, kreeg
Hofland een lekke band. Trompetter
Holleeder en Eelsing joegen door. Hoi
land moest een andere fiets nemen en
tegelijk een ronde achterstand. Hij be
keek zijp race goed en liet zich terug
zakken naar Trompetter en Holleeder.
Twintig gulden
Met nog veertien ronden voor de
boeg verliet Hofland het strijdperk.
Trompetter kwam weer in zicht, maar
nu achter in het peloton en op een
andere fiets. Hij was over een hond ge
vallen. Voorting, die zich enkele pre
mies had laten ontgaan, spitste de oren
toen hij hoorde van een nieuwe premie
van twintig gulden. Het publiek fluis
terde elkaar toe: „Nu komt Voorting
wel". En Voorting kwam. Fn de twin
tig guldens werden hem!
Met nog negen ronden te rijden acht
te Voorting zijn tijd gekomen. Het don
kere hoofd werd dichter naar het glan
zende st»ur gebogen, de schouders ston
den breder, en in een razende spurt
trok hij zich los van het groepje dat
met hem van plan was de ronde voor
sprong van Trompetter teniet te doen.
Het groepje kon Voorting, die vrijwel
voortdurend voor leider had gespeeld,
nu eens voorin, dan weer achterin het
peloton, niet bijhouden. Het zag hem
gaan, en het was machteloos. Zulk een
machtsvertoon was te veel! In een om
mezien keek Voorting de Wieringer
Trompetter in de rug, en het volgende
ogenblik passeerde hij deze, nam zelfs
et grote voorsprong. Trompetter haal
de de schouders op. Meer niet. Voor
hem was Voorting winnaar.
Met nog zeven ronden te rijden wer
den de renners Pranger, Hulscher, De
Booy (Alkmaar), Willemsen en Kei-
sers uit het parcours gelicht. Twee ron
den achterstand. Ergens ver achter
Voorting, die zich van niets en nie
mand wat aantrok hoewel hij de Am
sterdammers Groepenhof en G. Hol
leeder (op één ronde) op sleeptouw
moest nemen, draaide in zijn dooie
eentje Duijf, de winnaar van verleden
jaar. Een rènner weliswaar, maar foch
was hem dit tempo te straf geweest.
Om de tweede prijs
Zonder verder tegenstand te ontmoe
ten stoof Voorting op de eindstreep af,
waar men hem voor zijn prachtig rij
den op een ferm applaus onthaal' e.
De belangstelling ging thans uit naar
Cornelisse (Halfweg) en Timmerman
(Zaandam), die zouden vechten om de
tweede en derde plaats. Timmerman
was in de sprint iets sneller. Corne
lisse werd dus derde. De Haarlemmer
Drost legde beslag op de vierde plaats,
de Alkmaarder Ottenbros werd vijfde,
de Amsterdammer Pafort zesde, Duijf
zevende. Op één ronde volgden G. Hol
leeder, Groepenhof en Trompetter. On
getwijfeld 'n teleurstelling voor Trom
petter, die een goed deel van de wed
strijd maakte en door een inzinking in
de laatste kilometers de prijzen moest
laten lopen. Verheugend was daarom
de mededeling dat 'e prestatieprijs
voor hém was. Met de nummers één
en twee, Voorting en Timmerman,
mocht Trompetter een ere-rondje rij
den. Het drietal werd voor het kranige
rijden luide toegejuicht.
In „Musis Sacrum" werden de prij
zen uitgereikt.
TER GLI.EGENHEID VAN DE
VERJAARDAG VAN
H.K.H. PRINSES WILHELMINA
Evenals verleden jaar organiseert de
Christelijke Oranjevereniging hier ter
stede een kinderfeest ter gelegenheid
van de verjaardag van H.K.H. Prinses
Wilhelmira. Op Zaterdagmiddag 2
September worden wedstrijden gehou
den op het sportterrein aan de Meeu
wenstraat. De Oranje-Harmoniekape)
heeft muzikale medewerking toege
zegd. Het zal de eerste maal zijn, dat
deze onlangs her-ongerichte muziek
vereniging zich in het openbaar laat
horen.
De wedstrijden worden uitgeschre
ven voor kinderen van leden der Chr.
Oranjevereniging. Jongens en meisjes,
van zes tot veertien jaar, die willen
meedingen naar de fraaie prijzen die
beschikbaar worden gesteld, kunnen
zich op Zaterdagmiddag 26 Augustus
tussen drie en vijf uur opgeven in hel
gebouw Irene, Hoogstraat. Op vertoon
van het bewijs van lidmaatschap van
hun ouders over het tweede halfjaar
1950 ontvangen dan de kinderen 'n be
wijs van deelneming.
Vandaag voor 't laatst zullen de
huismoeders hun dagelijkse gang naar
de bakkerswinkels of standplaatsen
moeten maken. Dit kleine ongerief,
dat zij ongetwijfeld graag hebben over
gehad om ook de bakkers in de gele
genheid te stellen, een weekje met
vacantie te gaan, is morgen dus weer
achter de rug. Ook voor de bakkers is
dat pleizierig, want het verwerken
van een dubbele hoeveelheid brood en
aanverwante artikelen heeft de nodi
ge kopzorgen opgeleverd, vooral op de
Zaterdagen, wanneer zelfs een vier
voudige hoeveelheid moest worden
geproducee-d en omgezet. Morgen
zijn alle bakkers weer normaal aan de
gang en de huismoeders kunnen dus
morgen weer hun broodje aan de deur
in ontvangst nemen.
II
QP DE VELSERPONT stond Zaterdagmiddag tegen vijven de nieuwste touring
car van de fa. Van Koningsbruggen uit Den Helder. Voor de passagiers wasi
het prettig, dat de bus helemaal vooraan de pont kwam te staan, want zij kon
den niet als schooljongens naar buiten dartelen om even te kijken naar dat
grote vrachtschip, de „Arundo", dat juist passeerde. Een dertigtal invalide
stadgenoten, voor het merendeel ouden van dagen, had zich omstreeks één uur
toevertrouwd aan de goede zorgen van majoor Winter van het Rode Kruis en
enkele leden van de Colonne Den Helder. En deze delegeerden een belangrijk
deel van hun verantwoordelijkheid aan chauffeur J. L. Andringa, die het gezel
schap door de schoonste dreven van Noord-Holland koerste.
Het was om één uur begonnen met
een „ophaaldienst". De bus kruiste
langs een vooraf ui'gestippelde route
naar de huizen, waar de reizigers
reeds in gespannen afwachting waren.
Een enkele kon zelf naar de bus
strompelen, maar voor degenen wier
benen dat niet konden volbrengen
stonden de hulpvaardige Rode-Kruis
mensen klaar. De dames De Zeeuw-
Boot en J. de Man, en de heren J. Ko
ningstem en J Greib hadden al meer
met dit bijltje gehakt. Keurig netjes
werden de „klanten" op hun plaatsje
gezet en al om twee uur, toen in Huis
duinen de laatste passagier op de ach
terbank was geplaatst, kon de grote
reis worden aanvaard.
Voor verscheidene van de deelne
mers was het alweer een jaar geléden,
dat zij buiten Den Helder kwamen.
Na het vorige Rode-Kruisritje hadden
zij het grootste deel van hun dagen
binnenshuis moeten doorbrengen, een
enkele maal afgewisseld misschien
met een tochtje in 'n invalidenwagen
door de stad. Was het dus te begrij
pen, dat de reizigers stil en diep ge
noten, Zaterdagmiddag, toen 't prach
tige Noordhollandse landschap langs
de raampjes van de bus voorbijgleed?
De echt-Hollandse wolkenlucht was
mooier dan ooit. Boven de duinen
stapelden zich de bolle gevaarten, die
door het stralende zonnetje 'n schitte
rende rand kregen.
De tocht ging naar het Kopje in
Bloemendaal, maar onderweg werd
eens opgestoken in „De oude herberg'
te Heiloo, een aardig zaakje met een
Oud-Hollandse sfeer. En op de pont
kwam de ..verplichte pauze", die een
aantrekkelijk kantje kreeg door het
voortijvaren van de hoog op 't water
liggende „Arundo". Het fraaie nieuwe
vrachtschip liet ongegeneerd een flink
stuk van zijn rood-geverfde buik zien.
en hielp 't vlijtig trekkende slefcertje
van Goedkoop met enkele lome sla
gen van de grote schroef, waarvan de
bladpunten boven water uitkwamen.
Geen half uur later laveerde chauf
feur Andringa zijn bus door de nauwe
ingang van het restaurant op 't Bloe
mendaalse Kopje. Haarlem en de
Bloemendaalse duinen, de Hoogovens
en heel de Noordzee lagen aan de
voeten van de Helderse reizigers, die
JN DE NACHT van 24 op 25 Augustus 1894 werden de op Lombok gelegerde
Nederlandse troepen van zee. en landmacht verraderlijk overvallen. Dat is één
der vele belangrijke data in de Nederlandse koloniale geschiedenis. Het eiland
Lombok was sinds 1888 een steeds onafhankelijker positie gaan innemen. Het
kwam zelfs zover, dat de vorst weigerde, een brief van zijn hoogste chef, de
Gouverneur-Generaal, in ontvangst te nemen. Door hem en de zijnen, die van
Balinese afkomst waren, werd de inheemse bevolking van Lombok, de Sasaks,
op gruwelijke wijze onderdrukt. Omdat protesten van Nederlandse zijde niet
hielpen, besloot het gouvernement, zich krachtig te doen gelden, Onder bevel
van generaal Vetter ging een flinke troepenmacht aan land. Dat was voldoende
om de vorst voor de Nederlandse eisen te doen zwichten. Naar later bleek, was
het een schijnmanoeuvre, want reeds na enkele dagen volgden de verraderlijke
overval.
Nieuwe troepen werden aangevoerd
en generaal Vetter maakte zich achter
eenvolgens van alle zwaar versterkte
vijandelijke stellingen meester. Toen
op 18 November 1894 Tjakra Negara
was genomen, was alle verzet gebro
ken. Het vorstenbestuur werd afge
schaft en het gehele eiland onder
rechtstreeks Nederlands bestuur ge
bracht. Dearmede werd een grote
dienst bewezen aan de bevolking, die
zich weldra zeer ingenomen toonde
met de ommekeer.
Van de Nederlandse militairen van
zee- en landmacht, die aan deze acties
op Lombok hebben deelgenomen, zijn
thans nog een tweehonderdtal in le
ven De je- gs»e oud-Lombokstrijder is
nu 73 jaar en de oudste 82. Zij hebben
:ich verenigd in het Landelijk Comité
van Oud-Lombokstrijders, dat afde
lingen heeft in Amsterdam, Rotter
dam, Den Haag, Schiedam, Vlaardin
gen en -Haarlem. Ook in Den Helder
zijn nog enkele Oud-Lombokstrijders
woonachtig.
Velen van deze OudLombokstrijders
naar verwacht wordt omstreeks hon
derd, komen op Vrijdag 25 Augustus
een officieel bezoek brengen aan Den
Helder. Het zal dan precies zes en
vijftig jaar geleden zijn, dat de over
val op Lombok plaats vond. Ter her
denking van dit historische feit zal
een krans worden gelegd bij het mo
nument „Voor hen die vielen" dat
thans immers geldt als een gedenkte
ken ter ere van allen, die hun leven
m de dienst aan 't vaderland hebben
""geven.
Programma.
De afdeling Den Helder van de Ko-
unklijke Nederlandse Bond van Oud-
Onderofficieren, die het bezoek aan
Den Helder organiseert, heeft het
volgende programma samengesteld:
11.00 uur: aankomst van de drie
bussen met deelnemers bij de Bascule-
brug, waar een deputatie van de K.N.
B.O. ter ontvangst gereed zal staan
Langs Binnenhaven, Zuidstraat, Kei
zerstraat, Prins Hendriklaan, Konings
plein, Polcerweg, Krugerstraat en
Singel wordt naar het Raadhuis gere
den, waar de Oud-Lombokstrijders
door het College van B. en W. worden
ontvangen. Na deze ontvangst wordt
via Kanaalweg en Hoofdgracht naar
het Havenplein gereden.
12.00 uur: kranslegging bij het Mo
nument „Voor hen die vielen", waar
na de reünisten langs de Buitenhaven
wandr/en naar de Marinecantine.
Daar wordt hun door de Koninklijke
Marine een warme maaltijd aangebo
den, gevolgd door een korte filmvoor
stelling.
14.00 uur: aanvang vaartocht op het
Marsdiep, eveneens aangeboden door
de Koninklijke Marine. Bij ongunstig
weer kunnen de deelnemers, die geen
„zeebenen" hebben rustig aan de wal
blijven en zich vast begeven naar de
Marinecantine, waar het gezelschap
om pl.m. 15.00 uur een kopje thee
wordt aangeboden door de Comman
dant Maritieme Middelen. Hier zal al
le gelegenheid bestaan, om van ge
dachten te wisselen en oude herinne
ringen op te halen. Na de thee kan
men een wandeling maken door de
stad. om kennissen te bezoeken of het
Den Helder van 1950 te vergelijken
met vroeger
18 00 uur: verzamelen voor de te-
-"Afreis.
Ten overvloede zij medegedeeld dai
in Den Helder woonachtige Oud-T.om-
bokstriiders het bezoek van het h»ein
tot het einde kunnen bijwonen Or,
hun belangstelling en aanwezighei'5
wordt zelfs hoge prijs gesteld.
Zoals bekend, zal Koningin Juliana morgen van de werf van de Rotier^.
nriiiivdok Maatschappij te water laten de kruiser „De Zeven I rovinclèn»
se Droogdok Maa PPU yan Marine bericht men ons, dat reeds on
marinebegroüng van 1938 gelden waren uitgetrokken voor de aanbouw van
tv^e nieifwc kruisers, die zouden dienen ter vervang.ng van de l925/.28 ,n
dienst gestelde kruisers „Java" en „Sumatra
lengte over alles 185.70 m., grootste
breedte 17.25 m. en de diepgang 6 4n
m. De hoofdbatterij zal bestaan mt
8 kanons van 15 cm., opgesteld in 4"
dubbeltorens, 2 op de bak en 2 op het
achterschip. De luchtdoelbatterij 2a,
geheel aan de eisen des tijds beant
woorden en bestaan uit 8 kanons van
57 mm., eveneens in vier dubbelopstej.
lingen. Daarnaast komen nog i2 mi.
trailleurs van 40 mm., alsmede een
aantal „Oerlikons" van 20 mm. De be-
manning zal uit ongeveer 950 koppen
bestaan. De machine-installatie zai
worden gevormd door 2 stel parsons
turbines met tandwieloverbrenging
die zal worden gevoed door 8 met olie
gestookte yarrow ketels. Er zal een
vermogen van 78.000 APK worden ont
wikkeld. De snelheid zaj ca. 33 mijl
bedragen.
Verder wordt het schip met de mo-
dernste radar-installatie uitgerust.
Samenvattend kan men zeggen, dat
de Marinestaf in de jaren na de be
vrijding zoveel wijzigingen heeft aan
gebracht in de oorspronkelijke opzet
zowel wat betreft de bewapening a'.s
de bescherming en de inrichting, dat
de beide kruisers, wanneer zij eenmaal
afgebouwd zijn, gerekend worden te
behoren tot het modernste materiaal
tei wereld. In feite zijn het alleen de
oorspronkelijke casco's, die men nog
voor de bouw van deze moderne oor
logsbodems heeft weten te benutten.
Reeds in 1653,
Het eerste schip, waarvan historisch
vaststaat dat het de naam „De Zeven
Provinciën" heeft gevoerd, was niet
het vlaggeschip van admiraal De Ruy-
ter, want reeds in 1653 was er een „De
Zeven Provinciën" ingedeeld bij het
eskader van Jan van Galen, bij de zee'
slag voor Livorno. Admiraal De Ruy-
ter heeft zijn vlag gevoerd op de twee
de „De Zeven Provinciën" van 1666 tot
1674, maar ook na het sneuvelen van
haar grote bevelhebber heeft het schip
nog vele jaren dienst gedaan, tot het
in de slag bij La Hogue lekgeschoten
werd. Men achtte reparatie toen niet
meer lonend, en nog hetzelfde jaar ein
digde het schip zijn bestaan onder slo
pershanden.
Een nieuw en groter linieschip, met
92 stukken (12 meer dan het admiraal
schip) erfde de naam van zijn voorgan
ger en werd eveneens vlaggeschip. On
der bevel van vice-admiraal Philips
van der Goes van Naters nam deze
derde „De Zeven Provinciën" o.m. deel
aan de aanval op Vigo in 1702. In
1706 is het schip op de Maasvlakte
vergaan.
Eerst in de annalen van 1782 leest
men dan weer van een „De Zeven Pro
vinciën een linieschip van 74 stuk
ken, dat in dit jaar te water gelaten
werd door de admiraliteit van het
Noorder Quartier. Vast staat, dat dit
schip in 1795 niet meer bestond. De
laatste „De Zeven Provinciën" werd in
1909 te water gelaten en was een pant
serschip met 19 stukken geschut, w.o.
twee kanons van 28 cm. en vier van
15 cm. Van 1911 tot 1918 was het schip
in Indië vlaggeschip van het eskader.
In 1933 werd „De Zeven Provinciën"
buiten dienst gesteld en geheel ver
bouwd tot schoolschip. Als zodanig
heeft het onder de naam van Hr. Ms.
„Soerabaja" na 1937 dienst gedaan bij
de kustverdedigingsschepen in Indie.
De nieuwe kruisers zullen een wa
terverplaatsing bezitten van omstreeks
3.350 ton standaard, dat wil zeggen
zonder brandstof, voedingwater en
munitie. Geheel beladen zal de water-
verplaatsing 9.472 ton bedragen, de
opdracht voor de bouw van de beide
kruisers was oorspronkelijk gegund
aan de Dok- en Werf maatschappij Wil
ton—Feijenoord te Schiedam, doch bij
nader inzien werd besloten één der
kruisers te bouwen op het etablisse
ment van de Rotterdamse Droogdok
Mij te Rotterdam. Op 19 Mei 1939 werd
daar de eerste kielplaat gelegd voor de
kruiser „De Zeven Provinciën".
Toen de Duitsers in Mei 1940 -vons
land binnenvielen, verkeerde de bouw
van de beide kruisers nog in een be
ginstadium. De casco's werden door
de Duitse marine in beslag genomen
en de werven kregen de opdracht de
schepen te voltooien. Eensdeels sabo
tage, doch anderzijds gebrek aan ma
terieel en personeel, waren er de oor
zaken van, dat de schepen niet wer
den afgebouwd. Uiterst langzaam vor
derden de werkzaamheden en telken
male werden er veranderingen aange
bracht, waardoor de bouw nog meer
werd vertraagd. Op dolle Dinsdag
stonden de beide kruisers nog steeds
op stapel. Bij de capitulatie stond de
romp van de kruiser „De Zeven Pro
vinciën", onvoltooid, nog steeds op de
helling.
Radar-installatie.
De afmetingen van de kruiser zijn
hier ogen tekort kwamen. De jongste
leden van het gezelschap, voor wie
het nog niet hoog genoeg was, be
klommen de trappen van de Belvedère
en tuurden in de richting van 't pijl
tje „Londen 350 kilometer". Daar lag
de blikkerende oppervlakte van de
zee, overgoten door een weelde van
zonlicht.
Er moest een einde komen aan dit
verblijf in hoger sferen. De dames en
heren van de colonne deden weer vlot
hun plicht en droegen de reizigers
naar hun vorstelijke zetel in de bus,
waar juist de radio het laatste nieuws
vertelde. Nagewuifd door de beide
kellners van het restaurant, die al
spoedig goede maatjes waren gewor
den met hun Nieuwediepse gasten,
verliet de bus het hoogste en verste
punt van de reis om weer de steven
naar Den Helder te wenden.
Een groet van verre
Er werd niet veel gezongen onder
weg. De dames en heren van het
Rode Kruis zorgden dat het de rei
zigers agn niets ontbrak. Zij maakten
een praatje hier en een babbeltje
daar, stouwden waar nodig egn kus
sen cn gingen verschillend^ malen
met een snoepje rond. Zo werd de
stemming uitermate gezellig, maai
uitbundige zang hoorden wij niet. De
passagiers beleefden wel zoveel vreug
de aan het reisje op zichzelf, aan hei
bewonderen van het steeds afwisse
lende landschap, dat zij geen feest
liederen nodig hadden om in de stem
ming te komen. Maar toen het een
maal donker was geworden, na het
bezoeken van de laatste pleisterplaats
(„De Rode Leeuw" in Schoorl), kwa
men de tongen los in vrolijk gezang
van „We gaan nog niet naar huis",
over „toffe jongens" en „Sarie Marijs".
De stralen van Lange Jaap wenkten
reeds van verre een groet, toen de bus
via Camperduin, Petten en Callants-
oog huiswaarts reed.
Om tien uur begon in Huisduinen
de debarkatie en om elf uur was de
laatste reiziger netjes voor zijn huis
afgezet. Dat was de blinde „Ome Jan"
Bomhof, die op deze dag wel zeld
zaam had genoten. Uit de reacties op
het slotspeechje van de heer Winter
en de hartelijke woorden van afscheid,
die we telkens opvingen, bleek wel
overduidelijk, dat de reizigers nu
reeds verlangend uitzien naar het uit
stapje van volgend jaar. Laten wij
hopen, dat allen dan gezond en wel
wederom van de partij kunnen zijn!
Ter vervulling van de vacature van
de heer P. van Zandwijk aan de open
bare lagere school nr. 6 aan de Go-
versdwarsstraat, hebben B. en W. de
volgende voordracht opgemaakt: 1 de
heer D. Bark, Den Helder; 2. mej. L.
J. Modder, Den Helder; 3. mej. A. C.
Quant, Den Helder
Wegens uitbreiding van het aantal
klassen bestaat ook een vacature aan
de openbare lagere school Banka-
straat. Ter voorziening hierin is de
volgende voordracht opgemaakt: 1-
mej. L. J. Modder. Den Helder; 2. de
heer D. Bark, Den Helder- 3. mej. A.
C. Quant, Den Helder.
Pim W°lf ®S zeer ln z»n sas- dat
Pim, Pam en Pom ontslagen zijn
tuurdijk oh 6r ntieiE Va" merken r,a-
uuriijk. „Oh, wat jammer, dat die
lieve jongens van U nu door miin
schuld hun baantje hebben verloren"
roept hij uit „Nee dat wij ik toch niet
op mijn geweten hebben. Ziet U ik
-et,Wathet ïel?gen wil. Ik heb zelf
en fkjzZenoSi "!Üe3_ elgenlijk n°g
ik zoek al zolang naar een op.
'r hen- Dan kan ik zelf ook noz
eens de deur uit, ziet U. Anders zit
ik altijd maar thuis. Ik zou mijn
schatjes voor geen geld van de wereld
alleen laten!" Moeder Woeffie knikt
maar eens. „Wat denkt U, zouden die
e jongens van U twee maal in de
week een avond kunnen komen op-
Passen? U helpt er mij mee", gaat de
wolf verder, als hij ziet dat Moeder
oeffie er niet veel voor voelt. „En
'k betaal een goed loon!" „Ik zal het
hen vragen", zegt Moeder dan en M
gebeurt het, dat Pim, Pam en Pom
e volgende avond op pad gaan.