Voorting maakte en won tweede Ronde van Den Helder Moedige Trompetter werd tiende Het Rode Kruis bezorgde invalide stadgenoten een onvergetelijke dag Oud-Lombokstrijders brengen officieel bezoek aan Den Helder „De Zeven Provinciën wordt morgen te water gelaten Duijf (eerste in 1949) nu zevende Christelijke Oranjevereni ging organiseert kinderfeest Broodbezorging weer normaal Per autobus naar het Bloemendaalse Kopje Door de mooiste dreven van Noord-Holland Kranslegging bij monumentVoor hen die vielen" Ontvangst ten Raadhuize en diner in de Cantine Koningin verricht de plechtigheid Bouw was in 1940 nog in beginstadium Vacatures bij het L.O. Nieu we avonturen van Pim, Pam en Poi MAANDAG 21 AUGUSTUS 1950 Besmeurd en bezweet, vermoeid maar verheugd en met opgeheven arm ging Adrie Voorting na 2 uur, 38 minuten en 5 seconden als eerste door de finish van de tweede Ronde van Den Helder, die op voorbeeldige wijze door de Eerste Helderse Wielrenvereniging „D.O.K." werd georganiseerd. Vele ronden lang speelde de Haarlemmer, die over een formidabele sprint en een enorme hardheid beschikt, een zeer voorname rol in de achtervolging van de D.O.K.-renner Trom petter uit Wieringen, van wie gezegd kan worden dat hij de prestatieprijs, welke hem ten slotte als tiende aankomende ten deel viel, ten volle heeft verdiend. De Wieringer oogstte aller bewondering voor de wijze waarop hij amateurs met betere namen, als Voorting, Hofland en Dujjf, reeds spoedig, onzcs inziens te vroeg, uitdaagde. Vooral het grote aantal ronden met de Beverwijker Hofland die een ronde achterstand had opgelopen, aan zijn wiel, is Jan Trompetter niet best bekomen. Hij kreeg de genadeslag toen een hond hem ten val bracht. Dat gebeurde in de twaalfde ronde. Eelsing was van zijn fiets gestapt. Hof land pikte nog even twee premies voor de neus van de beide koplopers weg, waarover zij blijkbaar in het geheel niet ontstemd waren. Voorting dacht er echter anders over. Toen hij de wagen van de jury passeerden, schreeuwde hij, dat Hofland er uit moest. Deze kon immers Trompetter en Holleeder een ronde helpen uitlopen, waardoor hij zelfs weer met het grote peloton gelijk zou komen! Maar Hofland bleef en hij speelde zijn rol. Een nieuwe pre mie viel hem ten deel. Veel teleurstelling verwekte de tij ding, dat Holleeder had moeten losla ten. Want men meende terecht, dat Trompetter, die nu de enige was met bijna een ronde voorsprong, Hofland er dóór zou moeten slepen. Deze mening werd nog onderstreept toen Holleeder uitgeput het parcours verliet. Dat was in de negen en dertigste ronde! Trom petter raakte inderdaad in moeilijkhe den, want Hofland bleek niet in staat te zijn kop te doen, waardoor de Wie ringer het vuile werk alleen moest verzetten. Toen viel de Zaandammer Timmerman terug. Een kleine inzin king. Onmiddellijk wilde hij weer weg. Trompetter en Hofland profiteerden er van, en aan zijn wiel belandden zij in het peloton, waarmee de Wieringer een volle ronde was uitgelopen! Op het moment dat Trompetter bij kwam los ten Van Leeuwen (Haarlem) en Pran ger (Anna Paulowna). Goed bekeken van dit tweetal, dat zich op het juiste momente distancieerde. Van Leeuwen ging met een premie strijken, zonder dat hij strijd kreeg van Pranger. Nog één-en-twintig ronden. In eerste posi tie Pranger en Van Leeuwen. In twee de positie een ploegje met „groten" (Duijf, de winnaar van de eerste Ronde van Den Helder, en Voorting). Daarna kwam de groep, waarin Trompetter de andere renners beloerde. Pranger moest loslaten. Van Leeuwen probeerde het nog, maar alleen was hem de tocht te zwaar. Voorting rukte aan zijn peda- lo- en wèg was de voorsprong, die met zoveel moeite was verkregen. De amateurs trokken anders heviger van leer dan de nieuwelingen, die na een speechje en het startschot van bur gemeester Rehorst hun strijd begonnen Het aantal deelnemers was al aanzien lijk geslonken, toen werd omgeroepen dat de nummer 38, 13 en 1 een ronde achterstand hadden opgelopen en het parcours moesten verlaten. Deze ren ners waren Verseveld (Aalsmeer), De Ruiter (Beverwijk) en De Neeve (Den Helder). Enkele ogenblikken later za gen wij, hoe Lukken uit Oostzaan en Eelsing uit IJmuiden van fiets moes ten verwisselen. Pech voor die jongens, met nog slechts vijftien ronden voor de boeg. Met nog vier ronden te rijden werden Wals (Amsterdam), Vondrack (Hoorn) en Bos (Amsterdam) door het grote peloton achtervolgd. Zij waren gauw weer ingehaald. Van de Helderse nieuwelingen was alleen nummer 4, Bosch, nog over. De andere Nieuwedie- pers moesten door pech of een val partij de strijd staken. Bosch toonde zich een moedig renner. Hij reed de wedstrijd uit, al kostte hem dat zeer veel moeite. Een premie was zijn be loning. Het kleine Zaandammertje Havik won de wedstrijd. Hij had voor de vijf tig kilometer 1 uur, 25 minuten en 3 seconden nodig. De Oostzaner Dral ging met de tweede prijs strijken. De andere belangrijke plaatsen werden in genomen door: 3. J. Hofland (Bever wijk), 4. S. de Graaf (Zevenhoven), 5. H. S. Kuitwaard (Velsen), 6. R. G. Al- tink (Amsterdam), 7. K. Kager (Zui- dermeer), 8. J. Kramer (Haarlem), 9. W. Stoker (Haarlem), 10. N. G. van Roselaar (Nieuwe Niedorp). De amateurs Voor de wedstrijd voor amateurs over honderd kilometer startten negen en veertig renners. Het was bepaald een verrassing, dat Adrie Voorting aan de start verscheen. Hij had ter elfder ure ingeschreven, zodat zijn naam niet eens op het programma was vermeld. Voor ting, die Zaterdag nog de Ronde van Vlaardingen won, kreeg nummer één en vijftig. De toeschouwers (over het aantal kan de organiserende vereni ging tevreden zijn, menen wij) verga ten dat nummer onmiddellijk toen zij Voorting zagen draaien. Hij bleek een renner van formaat, die een weds ijd kon maken. Wie zo heeft gedacht, en dat waren er velen, heeft gelijk gekre gen. De eerste premie bracht bij de finish reeds de nodige sensatie. Ha, moet Voorting hebben gedacht, die premie is voor mij, v/ant hoewel de Zaandammer Kleyn een twintigtal me ters vóór de streep nog twee lengt ;n vóór zat, trok Voorting zich met enkele machtige rukken langs de jury. Kleyn zag dat er toch niets aan te doen was, waarna hij genoegen nam met het vol gen van de gele trui vóór zich. Intus sen waren Bijl (Den Helder) en Nijs- sen (Nieuw Vosmeer) reeds door het pechduiveltje overvallen. Dat kostte hun een ronde, die niet weer zou wor den ingelopen. Korte tijd later waren zij van het toneel verdwenen. Ook de tweede premie was voer Voorting. Een derde premie werd door de Amsterdammer W. Holleeder in de wacht gesleept. Plotseling zagen wij Bijl niet terug en vlak daarop kwamen Visser (Wieringen), Zwart (Egmond aan Zee), Obbes (Amsterdam) en Smit (Amsterdam) met een ronde achter stand door. Op kop trokken toen T. Hofland (Beverwijk) en W. Holleeder. Vlak er achter zaten Trompetter en het grote peloton. Op een gegeven moment waagde de Wieringer de sprong naar de vluchtelingen, die hunkerend naar een derde man omzagen. Daar moest zwaar werk gedaan worden aan de kop! Toen de bel ging voor de vierde premie, stoof Trompetter als eerste door. Hij zag zich voor de premie evenwel op de streep door Holleeder geslagen. En daar werd omgeroepen dat Kooper en Nijssen de baan uit moesten. Zij lagen twee ronden achter. Vrijwel tegelijker tijd werden Megoul en Boersma door pech uitgeschakeld. Vier man minder dus! Mislukte poging. En Kleyn kwam weer naar voren. Zijn moedige poging om de drie vluch telingen in te halen mislukte jammer lijk. Het tempo lag te hoog. Zijn dap pere rijden kwam hem duur te staan want hoewel hij nog trachtte met de grote stroom mee te komen, moest hij ondervinden dat zijn spieren het niet langer deden. De drie vluchtelingen kregen steun van Eelsing, die evenwel een ronde op hen te kort kwam. Om beurten namen deze vier renners de kop. Toen vijf en twintig ronden waren afgel gd, kreeg Hofland een lekke band. Trompetter Holleeder en Eelsing joegen door. Hoi land moest een andere fiets nemen en tegelijk een ronde achterstand. Hij be keek zijp race goed en liet zich terug zakken naar Trompetter en Holleeder. Twintig gulden Met nog veertien ronden voor de boeg verliet Hofland het strijdperk. Trompetter kwam weer in zicht, maar nu achter in het peloton en op een andere fiets. Hij was over een hond ge vallen. Voorting, die zich enkele pre mies had laten ontgaan, spitste de oren toen hij hoorde van een nieuwe premie van twintig gulden. Het publiek fluis terde elkaar toe: „Nu komt Voorting wel". En Voorting kwam. Fn de twin tig guldens werden hem! Met nog negen ronden te rijden acht te Voorting zijn tijd gekomen. Het don kere hoofd werd dichter naar het glan zende st»ur gebogen, de schouders ston den breder, en in een razende spurt trok hij zich los van het groepje dat met hem van plan was de ronde voor sprong van Trompetter teniet te doen. Het groepje kon Voorting, die vrijwel voortdurend voor leider had gespeeld, nu eens voorin, dan weer achterin het peloton, niet bijhouden. Het zag hem gaan, en het was machteloos. Zulk een machtsvertoon was te veel! In een om mezien keek Voorting de Wieringer Trompetter in de rug, en het volgende ogenblik passeerde hij deze, nam zelfs et grote voorsprong. Trompetter haal de de schouders op. Meer niet. Voor hem was Voorting winnaar. Met nog zeven ronden te rijden wer den de renners Pranger, Hulscher, De Booy (Alkmaar), Willemsen en Kei- sers uit het parcours gelicht. Twee ron den achterstand. Ergens ver achter Voorting, die zich van niets en nie mand wat aantrok hoewel hij de Am sterdammers Groepenhof en G. Hol leeder (op één ronde) op sleeptouw moest nemen, draaide in zijn dooie eentje Duijf, de winnaar van verleden jaar. Een rènner weliswaar, maar foch was hem dit tempo te straf geweest. Om de tweede prijs Zonder verder tegenstand te ontmoe ten stoof Voorting op de eindstreep af, waar men hem voor zijn prachtig rij den op een ferm applaus onthaal' e. De belangstelling ging thans uit naar Cornelisse (Halfweg) en Timmerman (Zaandam), die zouden vechten om de tweede en derde plaats. Timmerman was in de sprint iets sneller. Corne lisse werd dus derde. De Haarlemmer Drost legde beslag op de vierde plaats, de Alkmaarder Ottenbros werd vijfde, de Amsterdammer Pafort zesde, Duijf zevende. Op één ronde volgden G. Hol leeder, Groepenhof en Trompetter. On getwijfeld 'n teleurstelling voor Trom petter, die een goed deel van de wed strijd maakte en door een inzinking in de laatste kilometers de prijzen moest laten lopen. Verheugend was daarom de mededeling dat 'e prestatieprijs voor hém was. Met de nummers één en twee, Voorting en Timmerman, mocht Trompetter een ere-rondje rij den. Het drietal werd voor het kranige rijden luide toegejuicht. In „Musis Sacrum" werden de prij zen uitgereikt. TER GLI.EGENHEID VAN DE VERJAARDAG VAN H.K.H. PRINSES WILHELMINA Evenals verleden jaar organiseert de Christelijke Oranjevereniging hier ter stede een kinderfeest ter gelegenheid van de verjaardag van H.K.H. Prinses Wilhelmira. Op Zaterdagmiddag 2 September worden wedstrijden gehou den op het sportterrein aan de Meeu wenstraat. De Oranje-Harmoniekape) heeft muzikale medewerking toege zegd. Het zal de eerste maal zijn, dat deze onlangs her-ongerichte muziek vereniging zich in het openbaar laat horen. De wedstrijden worden uitgeschre ven voor kinderen van leden der Chr. Oranjevereniging. Jongens en meisjes, van zes tot veertien jaar, die willen meedingen naar de fraaie prijzen die beschikbaar worden gesteld, kunnen zich op Zaterdagmiddag 26 Augustus tussen drie en vijf uur opgeven in hel gebouw Irene, Hoogstraat. Op vertoon van het bewijs van lidmaatschap van hun ouders over het tweede halfjaar 1950 ontvangen dan de kinderen 'n be wijs van deelneming. Vandaag voor 't laatst zullen de huismoeders hun dagelijkse gang naar de bakkerswinkels of standplaatsen moeten maken. Dit kleine ongerief, dat zij ongetwijfeld graag hebben over gehad om ook de bakkers in de gele genheid te stellen, een weekje met vacantie te gaan, is morgen dus weer achter de rug. Ook voor de bakkers is dat pleizierig, want het verwerken van een dubbele hoeveelheid brood en aanverwante artikelen heeft de nodi ge kopzorgen opgeleverd, vooral op de Zaterdagen, wanneer zelfs een vier voudige hoeveelheid moest worden geproducee-d en omgezet. Morgen zijn alle bakkers weer normaal aan de gang en de huismoeders kunnen dus morgen weer hun broodje aan de deur in ontvangst nemen. II QP DE VELSERPONT stond Zaterdagmiddag tegen vijven de nieuwste touring car van de fa. Van Koningsbruggen uit Den Helder. Voor de passagiers wasi het prettig, dat de bus helemaal vooraan de pont kwam te staan, want zij kon den niet als schooljongens naar buiten dartelen om even te kijken naar dat grote vrachtschip, de „Arundo", dat juist passeerde. Een dertigtal invalide stadgenoten, voor het merendeel ouden van dagen, had zich omstreeks één uur toevertrouwd aan de goede zorgen van majoor Winter van het Rode Kruis en enkele leden van de Colonne Den Helder. En deze delegeerden een belangrijk deel van hun verantwoordelijkheid aan chauffeur J. L. Andringa, die het gezel schap door de schoonste dreven van Noord-Holland koerste. Het was om één uur begonnen met een „ophaaldienst". De bus kruiste langs een vooraf ui'gestippelde route naar de huizen, waar de reizigers reeds in gespannen afwachting waren. Een enkele kon zelf naar de bus strompelen, maar voor degenen wier benen dat niet konden volbrengen stonden de hulpvaardige Rode-Kruis mensen klaar. De dames De Zeeuw- Boot en J. de Man, en de heren J. Ko ningstem en J Greib hadden al meer met dit bijltje gehakt. Keurig netjes werden de „klanten" op hun plaatsje gezet en al om twee uur, toen in Huis duinen de laatste passagier op de ach terbank was geplaatst, kon de grote reis worden aanvaard. Voor verscheidene van de deelne mers was het alweer een jaar geléden, dat zij buiten Den Helder kwamen. Na het vorige Rode-Kruisritje hadden zij het grootste deel van hun dagen binnenshuis moeten doorbrengen, een enkele maal afgewisseld misschien met een tochtje in 'n invalidenwagen door de stad. Was het dus te begrij pen, dat de reizigers stil en diep ge noten, Zaterdagmiddag, toen 't prach tige Noordhollandse landschap langs de raampjes van de bus voorbijgleed? De echt-Hollandse wolkenlucht was mooier dan ooit. Boven de duinen stapelden zich de bolle gevaarten, die door het stralende zonnetje 'n schitte rende rand kregen. De tocht ging naar het Kopje in Bloemendaal, maar onderweg werd eens opgestoken in „De oude herberg' te Heiloo, een aardig zaakje met een Oud-Hollandse sfeer. En op de pont kwam de ..verplichte pauze", die een aantrekkelijk kantje kreeg door het voortijvaren van de hoog op 't water liggende „Arundo". Het fraaie nieuwe vrachtschip liet ongegeneerd een flink stuk van zijn rood-geverfde buik zien. en hielp 't vlijtig trekkende slefcertje van Goedkoop met enkele lome sla gen van de grote schroef, waarvan de bladpunten boven water uitkwamen. Geen half uur later laveerde chauf feur Andringa zijn bus door de nauwe ingang van het restaurant op 't Bloe mendaalse Kopje. Haarlem en de Bloemendaalse duinen, de Hoogovens en heel de Noordzee lagen aan de voeten van de Helderse reizigers, die JN DE NACHT van 24 op 25 Augustus 1894 werden de op Lombok gelegerde Nederlandse troepen van zee. en landmacht verraderlijk overvallen. Dat is één der vele belangrijke data in de Nederlandse koloniale geschiedenis. Het eiland Lombok was sinds 1888 een steeds onafhankelijker positie gaan innemen. Het kwam zelfs zover, dat de vorst weigerde, een brief van zijn hoogste chef, de Gouverneur-Generaal, in ontvangst te nemen. Door hem en de zijnen, die van Balinese afkomst waren, werd de inheemse bevolking van Lombok, de Sasaks, op gruwelijke wijze onderdrukt. Omdat protesten van Nederlandse zijde niet hielpen, besloot het gouvernement, zich krachtig te doen gelden, Onder bevel van generaal Vetter ging een flinke troepenmacht aan land. Dat was voldoende om de vorst voor de Nederlandse eisen te doen zwichten. Naar later bleek, was het een schijnmanoeuvre, want reeds na enkele dagen volgden de verraderlijke overval. Nieuwe troepen werden aangevoerd en generaal Vetter maakte zich achter eenvolgens van alle zwaar versterkte vijandelijke stellingen meester. Toen op 18 November 1894 Tjakra Negara was genomen, was alle verzet gebro ken. Het vorstenbestuur werd afge schaft en het gehele eiland onder rechtstreeks Nederlands bestuur ge bracht. Dearmede werd een grote dienst bewezen aan de bevolking, die zich weldra zeer ingenomen toonde met de ommekeer. Van de Nederlandse militairen van zee- en landmacht, die aan deze acties op Lombok hebben deelgenomen, zijn thans nog een tweehonderdtal in le ven De je- gs»e oud-Lombokstrijder is nu 73 jaar en de oudste 82. Zij hebben :ich verenigd in het Landelijk Comité van Oud-Lombokstrijders, dat afde lingen heeft in Amsterdam, Rotter dam, Den Haag, Schiedam, Vlaardin gen en -Haarlem. Ook in Den Helder zijn nog enkele Oud-Lombokstrijders woonachtig. Velen van deze OudLombokstrijders naar verwacht wordt omstreeks hon derd, komen op Vrijdag 25 Augustus een officieel bezoek brengen aan Den Helder. Het zal dan precies zes en vijftig jaar geleden zijn, dat de over val op Lombok plaats vond. Ter her denking van dit historische feit zal een krans worden gelegd bij het mo nument „Voor hen die vielen" dat thans immers geldt als een gedenkte ken ter ere van allen, die hun leven m de dienst aan 't vaderland hebben ""geven. Programma. De afdeling Den Helder van de Ko- unklijke Nederlandse Bond van Oud- Onderofficieren, die het bezoek aan Den Helder organiseert, heeft het volgende programma samengesteld: 11.00 uur: aankomst van de drie bussen met deelnemers bij de Bascule- brug, waar een deputatie van de K.N. B.O. ter ontvangst gereed zal staan Langs Binnenhaven, Zuidstraat, Kei zerstraat, Prins Hendriklaan, Konings plein, Polcerweg, Krugerstraat en Singel wordt naar het Raadhuis gere den, waar de Oud-Lombokstrijders door het College van B. en W. worden ontvangen. Na deze ontvangst wordt via Kanaalweg en Hoofdgracht naar het Havenplein gereden. 12.00 uur: kranslegging bij het Mo nument „Voor hen die vielen", waar na de reünisten langs de Buitenhaven wandr/en naar de Marinecantine. Daar wordt hun door de Koninklijke Marine een warme maaltijd aangebo den, gevolgd door een korte filmvoor stelling. 14.00 uur: aanvang vaartocht op het Marsdiep, eveneens aangeboden door de Koninklijke Marine. Bij ongunstig weer kunnen de deelnemers, die geen „zeebenen" hebben rustig aan de wal blijven en zich vast begeven naar de Marinecantine, waar het gezelschap om pl.m. 15.00 uur een kopje thee wordt aangeboden door de Comman dant Maritieme Middelen. Hier zal al le gelegenheid bestaan, om van ge dachten te wisselen en oude herinne ringen op te halen. Na de thee kan men een wandeling maken door de stad. om kennissen te bezoeken of het Den Helder van 1950 te vergelijken met vroeger 18 00 uur: verzamelen voor de te- -"Afreis. Ten overvloede zij medegedeeld dai in Den Helder woonachtige Oud-T.om- bokstriiders het bezoek van het h»ein tot het einde kunnen bijwonen Or, hun belangstelling en aanwezighei'5 wordt zelfs hoge prijs gesteld. Zoals bekend, zal Koningin Juliana morgen van de werf van de Rotier^. nriiiivdok Maatschappij te water laten de kruiser „De Zeven I rovinclèn» se Droogdok Maa PPU yan Marine bericht men ons, dat reeds on marinebegroüng van 1938 gelden waren uitgetrokken voor de aanbouw van tv^e nieifwc kruisers, die zouden dienen ter vervang.ng van de l925/.28 ,n dienst gestelde kruisers „Java" en „Sumatra lengte over alles 185.70 m., grootste breedte 17.25 m. en de diepgang 6 4n m. De hoofdbatterij zal bestaan mt 8 kanons van 15 cm., opgesteld in 4" dubbeltorens, 2 op de bak en 2 op het achterschip. De luchtdoelbatterij 2a, geheel aan de eisen des tijds beant woorden en bestaan uit 8 kanons van 57 mm., eveneens in vier dubbelopstej. lingen. Daarnaast komen nog i2 mi. trailleurs van 40 mm., alsmede een aantal „Oerlikons" van 20 mm. De be- manning zal uit ongeveer 950 koppen bestaan. De machine-installatie zai worden gevormd door 2 stel parsons turbines met tandwieloverbrenging die zal worden gevoed door 8 met olie gestookte yarrow ketels. Er zal een vermogen van 78.000 APK worden ont wikkeld. De snelheid zaj ca. 33 mijl bedragen. Verder wordt het schip met de mo- dernste radar-installatie uitgerust. Samenvattend kan men zeggen, dat de Marinestaf in de jaren na de be vrijding zoveel wijzigingen heeft aan gebracht in de oorspronkelijke opzet zowel wat betreft de bewapening a'.s de bescherming en de inrichting, dat de beide kruisers, wanneer zij eenmaal afgebouwd zijn, gerekend worden te behoren tot het modernste materiaal tei wereld. In feite zijn het alleen de oorspronkelijke casco's, die men nog voor de bouw van deze moderne oor logsbodems heeft weten te benutten. Reeds in 1653, Het eerste schip, waarvan historisch vaststaat dat het de naam „De Zeven Provinciën" heeft gevoerd, was niet het vlaggeschip van admiraal De Ruy- ter, want reeds in 1653 was er een „De Zeven Provinciën" ingedeeld bij het eskader van Jan van Galen, bij de zee' slag voor Livorno. Admiraal De Ruy- ter heeft zijn vlag gevoerd op de twee de „De Zeven Provinciën" van 1666 tot 1674, maar ook na het sneuvelen van haar grote bevelhebber heeft het schip nog vele jaren dienst gedaan, tot het in de slag bij La Hogue lekgeschoten werd. Men achtte reparatie toen niet meer lonend, en nog hetzelfde jaar ein digde het schip zijn bestaan onder slo pershanden. Een nieuw en groter linieschip, met 92 stukken (12 meer dan het admiraal schip) erfde de naam van zijn voorgan ger en werd eveneens vlaggeschip. On der bevel van vice-admiraal Philips van der Goes van Naters nam deze derde „De Zeven Provinciën" o.m. deel aan de aanval op Vigo in 1702. In 1706 is het schip op de Maasvlakte vergaan. Eerst in de annalen van 1782 leest men dan weer van een „De Zeven Pro vinciën een linieschip van 74 stuk ken, dat in dit jaar te water gelaten werd door de admiraliteit van het Noorder Quartier. Vast staat, dat dit schip in 1795 niet meer bestond. De laatste „De Zeven Provinciën" werd in 1909 te water gelaten en was een pant serschip met 19 stukken geschut, w.o. twee kanons van 28 cm. en vier van 15 cm. Van 1911 tot 1918 was het schip in Indië vlaggeschip van het eskader. In 1933 werd „De Zeven Provinciën" buiten dienst gesteld en geheel ver bouwd tot schoolschip. Als zodanig heeft het onder de naam van Hr. Ms. „Soerabaja" na 1937 dienst gedaan bij de kustverdedigingsschepen in Indie. De nieuwe kruisers zullen een wa terverplaatsing bezitten van omstreeks 3.350 ton standaard, dat wil zeggen zonder brandstof, voedingwater en munitie. Geheel beladen zal de water- verplaatsing 9.472 ton bedragen, de opdracht voor de bouw van de beide kruisers was oorspronkelijk gegund aan de Dok- en Werf maatschappij Wil ton—Feijenoord te Schiedam, doch bij nader inzien werd besloten één der kruisers te bouwen op het etablisse ment van de Rotterdamse Droogdok Mij te Rotterdam. Op 19 Mei 1939 werd daar de eerste kielplaat gelegd voor de kruiser „De Zeven Provinciën". Toen de Duitsers in Mei 1940 -vons land binnenvielen, verkeerde de bouw van de beide kruisers nog in een be ginstadium. De casco's werden door de Duitse marine in beslag genomen en de werven kregen de opdracht de schepen te voltooien. Eensdeels sabo tage, doch anderzijds gebrek aan ma terieel en personeel, waren er de oor zaken van, dat de schepen niet wer den afgebouwd. Uiterst langzaam vor derden de werkzaamheden en telken male werden er veranderingen aange bracht, waardoor de bouw nog meer werd vertraagd. Op dolle Dinsdag stonden de beide kruisers nog steeds op stapel. Bij de capitulatie stond de romp van de kruiser „De Zeven Pro vinciën", onvoltooid, nog steeds op de helling. Radar-installatie. De afmetingen van de kruiser zijn hier ogen tekort kwamen. De jongste leden van het gezelschap, voor wie het nog niet hoog genoeg was, be klommen de trappen van de Belvedère en tuurden in de richting van 't pijl tje „Londen 350 kilometer". Daar lag de blikkerende oppervlakte van de zee, overgoten door een weelde van zonlicht. Er moest een einde komen aan dit verblijf in hoger sferen. De dames en heren van de colonne deden weer vlot hun plicht en droegen de reizigers naar hun vorstelijke zetel in de bus, waar juist de radio het laatste nieuws vertelde. Nagewuifd door de beide kellners van het restaurant, die al spoedig goede maatjes waren gewor den met hun Nieuwediepse gasten, verliet de bus het hoogste en verste punt van de reis om weer de steven naar Den Helder te wenden. Een groet van verre Er werd niet veel gezongen onder weg. De dames en heren van het Rode Kruis zorgden dat het de rei zigers agn niets ontbrak. Zij maakten een praatje hier en een babbeltje daar, stouwden waar nodig egn kus sen cn gingen verschillend^ malen met een snoepje rond. Zo werd de stemming uitermate gezellig, maai uitbundige zang hoorden wij niet. De passagiers beleefden wel zoveel vreug de aan het reisje op zichzelf, aan hei bewonderen van het steeds afwisse lende landschap, dat zij geen feest liederen nodig hadden om in de stem ming te komen. Maar toen het een maal donker was geworden, na het bezoeken van de laatste pleisterplaats („De Rode Leeuw" in Schoorl), kwa men de tongen los in vrolijk gezang van „We gaan nog niet naar huis", over „toffe jongens" en „Sarie Marijs". De stralen van Lange Jaap wenkten reeds van verre een groet, toen de bus via Camperduin, Petten en Callants- oog huiswaarts reed. Om tien uur begon in Huisduinen de debarkatie en om elf uur was de laatste reiziger netjes voor zijn huis afgezet. Dat was de blinde „Ome Jan" Bomhof, die op deze dag wel zeld zaam had genoten. Uit de reacties op het slotspeechje van de heer Winter en de hartelijke woorden van afscheid, die we telkens opvingen, bleek wel overduidelijk, dat de reizigers nu reeds verlangend uitzien naar het uit stapje van volgend jaar. Laten wij hopen, dat allen dan gezond en wel wederom van de partij kunnen zijn! Ter vervulling van de vacature van de heer P. van Zandwijk aan de open bare lagere school nr. 6 aan de Go- versdwarsstraat, hebben B. en W. de volgende voordracht opgemaakt: 1 de heer D. Bark, Den Helder; 2. mej. L. J. Modder, Den Helder; 3. mej. A. C. Quant, Den Helder Wegens uitbreiding van het aantal klassen bestaat ook een vacature aan de openbare lagere school Banka- straat. Ter voorziening hierin is de volgende voordracht opgemaakt: 1- mej. L. J. Modder. Den Helder; 2. de heer D. Bark, Den Helder- 3. mej. A. C. Quant, Den Helder. Pim W°lf ®S zeer ln z»n sas- dat Pim, Pam en Pom ontslagen zijn tuurdijk oh 6r ntieiE Va" merken r,a- uuriijk. „Oh, wat jammer, dat die lieve jongens van U nu door miin schuld hun baantje hebben verloren" roept hij uit „Nee dat wij ik toch niet op mijn geweten hebben. Ziet U ik -et,Wathet ïel?gen wil. Ik heb zelf en fkjzZenoSi "!Üe3_ elgenlijk n°g ik zoek al zolang naar een op. 'r hen- Dan kan ik zelf ook noz eens de deur uit, ziet U. Anders zit ik altijd maar thuis. Ik zou mijn schatjes voor geen geld van de wereld alleen laten!" Moeder Woeffie knikt maar eens. „Wat denkt U, zouden die e jongens van U twee maal in de week een avond kunnen komen op- Passen? U helpt er mij mee", gaat de wolf verder, als hij ziet dat Moeder oeffie er niet veel voor voelt. „En 'k betaal een goed loon!" „Ik zal het hen vragen", zegt Moeder dan en M gebeurt het, dat Pim, Pam en Pom e volgende avond op pad gaan.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1950 | | pagina 2