Amerika weet het Kremlin er lief meer van dan is Zestig procent der Nederlanders verwacht nieuwe wereldoorlog Raadselen op bodem van Oceanen Lekkèn in hei IJzeren Gordijn Een vrouwenleven uit de 18e eeuw RUSLANDS STERKE ÈN ZWAKKE PUNTEN Operatie „Regenboog" Had last van storingzenders India en Pakistan sluiten een overeenkomst Verzetsmonument wordt door Prins Bernhard onthuld De meeste binnen twee jaar Van reusachtige kerkhoven en een bewegende bodem Grote schommelingen LETTE R KUNDIGE I IX I Hl 1 De uitvoer van strategische goederen in de V.S. Breezand I Jmuiden Visserijbesommingen HT5-3SS DINSDAG 19 St/fxLjiBEB 1950 (Van onze correspondent te New-York) De koude oorlog: tussen de belde grote wereldmogendheden wordt in de eerste plaats met informaties en inlichtingen gevoerd. Toch biedt de nuch tere werkelijkheid niet veel plaats voor die romantische ideeën, die het on derwerp vormen van vele spionnagefilms. Negen tiende van alle inlichtingen, fie een land over zijn tegenstander verzamelt, wordt verkregen door nauw keurig uitpluizen van algemeen toegankelijk materiaal, zoals officiële pu blicaties, kranten, technische tijdschriften e.d. Maar de rollen zijn hier wel erg ongelijk verdeeld: de Westelijke wereld schijnt geen geheim te maken van mededelingen betreffende sterkte en uitrusting, terwijl de Sowjetunte het degenen, wier taak het is inlichtingen over haar verzamelen, erg moeilijk maakt. De officiële vertegenwoordiger# van de Geallieerden in Rusland leven onder strenge bewaking en volkomen afge scheiden van het land zelf. Zij be schikken niet meer, zoals vóór de oor log en tjjdens de korte periode van 1945—1947, over officiële gegevens, me dedelingen van de commissariaten, sta tistieken, enz. Ze mogen zelfs geen provinciekranten meer kopen en het Russische Staatsblad krijgen buiten landers niet meer in handen. In tech nische tijdschriften, die in Moskou te krijgen zijn, staat niets, waar ook maar iets uit te halen zou zijn. Natuurlijk worden ook in geen enkel blad berich ten gepubliceerd over de industriële ontwik ring, de toestand van de land bouw c cijfers over bevolkingsbewe gingen. Het eigenlijke gebied van de bewapening is helemaal potdicht. En toch weten de Amerikanen meer over Rusland dan het Kremlin wil zelfs meer dan het beseft. Ten eerste is het IJzeren Gordijn niet zó dicht, of er druppelen voortdurend wel informaties doorheen. Er zitten voor slimme toeschouwers nog steeds gaatjes in b.v. in Polen, waar de liefde voor de Russen ondanks (of door?) de communistische overheer sing niet erg groot is en waar al een volledige ondergrondse beweging ont staan is, maar ook in de Oekraine, de vroegere Baltische landen, in Honga rije en Tsjechoslowakije. De gebeurte nissen in Korea hebben wel bewezen, dat alle nodige informaties over de mi litaire voorbereidingen van de Noord- Koreanen aanwezig waren, al werden er ook ter bevoegder plaatse niet de juiste conclusies uit getrokken. Net zo goed is de C.I.A., de Central Intelli- gence Agency, op de hoogte van de tegenwoordige stand van de militaire voorbereidingen in de satellietenstaten. Een bijzondere bron van inlichtingen vormen de Russische overlopers. Zij zijn zeer talrijk, vooral zijn er veel officieren onder. Zó veel, dat de Ame rikaanse inlichtingendienst erg moet oppassen, of er geen verkapte agenten van Moskou onder zijn. Tot nu toe zijn er 15.000 overlopers, onder wie zes Sowjetrussische generaals, verhoord. Hun mededelingen worden natuurlijk geheim gehouden, want de Russen mo gen op hun beurt niet weten, wat de Amerikanen op deze wijze over hen gehoord hebben. Cijfers Vit ontelbare berichten en informa ties wordt zodoende door uiterst zorg vuldige berekeningen een betrouwbaar beeld van de sterkte der Russen sa mengesteld. Amerikaanse deskundigen hebben o.a. uitgerekend dat de Russi sche bevolking vorig jaar boven de 200 millioen gekomen is. Op dezelfde wijze is men tot de conclusie gekomen, dat de staalproductie minstens de 25 millioen ton moet hebben bereikt. De Sowjetunie produceert per jaar 260 millioen ton kolen, 75 a 80 milliard kilowattuur electriciteit, 35 millioen ton ruwe olie. Dit betekent, dat de Russische staalproductie ongeveer ge lijk staat met de Europese en dus een kwart van de Amerikaanse bedraagt De herftsoefeningen van het Ame rikaanse leger in de Amerikaanse zone van Duitsland zijn Maandagmid dag geëindigd. De verbindingen tussen het hoofdkwartier van het Amerikaan se leger en de troepen „aan het front" werden Maandag bijna geheel verbro ken door storingzenders, die op de zelfde golflengte uitzonden als de Amerikanen. Men heeft niet kunnen ontdekken of dit een welbewuste sto ringpoging was van zenders achter „het Ijzeren gordijn" of een toevallige storing van vaste zenders. Verbindings vliegtuigen moesten nu de troepen in het veld door het uitwerpen van strooibiljetten berichten, dat de „oefe ning regenboog" was geëindigd. OVERVAL OP BERGTUIN TE TJIBODAS Vijftig gewapende bendeleden heb ben Vrijdagnacht een overval gepleegd in de bergtuin te Tjibodas ten zuiden van Bogor, waarbij de assistent-hortu- lanus werd vermoord. Toen Sukarno, die momenteel op Borneo vertoefd, te Samarinda het bericht vernam, zond hij tijdens zijn oponthoud te Balikpa- pan zijn adjudant naar de aldaar wonende zuster van de vermoorde om sïjn deelneming te betuigen. COMMANDANT LUCHTVERDEDIGING. Tot eommandant van het onlangs opgerichte Commando Luchtverdedi ging Nederland is benoemd de kolonel VL wn. J. v. d. Werft Aan het eind van deze week zul len te Washington waarschijnlijk in leidende besprekingen over een vw- met Japen beginnen- met de kolen komt Rusland ook bijna even hoog als de Europese productie, maar dit is slechts 50 pCt. van de Ame rikaanse en met de petroleum komt het nog maar op één tiende van de Amerikaanse cijfers. De bevoegde Ame rikaanse instanties zijn er zich echter wel van bewust, dat de Russen snelle en constante vorderingen maken. Toch zijn de Amerikanen er van overtuigd, dar het Russische industriële potentieel tot nog toe hoogstens een vijfde van het Amerikaanse bedraagt. In de oorlog met Duitsland moest de Russische industrie uit de Oekraine, het Donbekken en de omgeving van Leningrad geëvacueerd worden. Sinds dien zijn deze fabrieken nog steeds niet teruggebracht en zij zullen ook niet meer teruggebracht worden. Mensen en machines blijven waar ze zijn. De in dustriële wederopbouw van de door de oorlog verwoeste gebieden geschiedt slechts zeer langzaam. Zestig percent van de middelen van het Vijfjarenplan worden besteed aan de nieuwe indus triecentra in Azië, dat reeds het groot ste gedeelte van de Europees-Russische industrie opgeslokt heeft. De grote ste den ten Westen van de Oeral hebben daardoor behalve Moskou hun vroegere aantal inwoners niet meer bereikt. Wit-Rusland is vrijwel ont volkt en de bevolking van de Oekraine is gelijk gebleven. De Amerikaanse deskundigen gelo ven enige zwakke punten in de Rus sische oorlogsberekeningen te hebben ontdekt. Daar is ten eerste het ontbre ken van éen verkeersnet, dicht genoeg om het risico van luchtaanvallen te kunnen verdragen. Duitsland kon ai- leen daardoor zo lang weerstand bie den aan de bombardementen, omdat het over een fijnverdeeld net van spoorlijnen, auto- en landwegen be schikte. Een tweede probleem is de schaarste van o.a. benzine en smeer olie. In hun oliebronnen in eigen land hebben de Russen zich sterk vergist. De productie loopt langzaam terug; vorig jaar is er 6,9% minder geprodu ceerd dan men geschat had. Met het oog op de eisen van de gemotoriseerde oorlog, maar ook die van de gemotori seerde landbouw, acht men dit gebrek zeer belangrijk. Bovendien schijnt de beste Russische benzine maar een oc taangehalte van 91 te bezitten, wat voor de moderne vliegtuigmotoren veel te laag is. Vei der bestaat er nog gebrek aan koper, lood en molybdeen (noodzake lijk voor de harding van staal), wol en katoen. Natuurlijke rubber ontbreekt in Rusland geheel. Vorig jaar wilden de Russen de gehele rubberoogst van Ceylon kopen, maar de Amerikanen waren hen voor. Zodoende is Moskou alleen op synthetische rubber aange wezen. Dat de Russen de atoombom bezit ten, daarvan is de Amerikaanse inlich tingendienst zeker. Wat de vervaardi ging hiervan betreft, neemt men aan, dat Rusland momenteel tussen de 15 en 50 bommen bezit en per maand tus sen de 3 en 6 bommen maakt. De bestuurscommissie van het na tionaal congres van India heeft haar goedkeuring gehecht aan de in April gesloten overeenkomst tussen India en Pakistan over de minderheden in bei de landen. Aan deze overeenkomst gingen uitgebreide ongeregeldheden tussen Hindoes en Mohammedanen in beide landen vooraf. Na het sluiten der overeenkomst trokken duizenden vluchtelingen van het ene land naar het andere. Woensdag 20 September zal Z. K. H. prins Bernhard te Terneuzen een ver zetsmonument onthullen. Bij haar be zoek in 1945 aan Zeeuws Vlaanderen heeft koningin Wilhelmina de plaats voor dit monument aangewezen. De gelden voor dit monument zijn door de bevolking van Terneuzen bijeenge bracht. President Truman heeft aan het Congres een plan toegezonden voor de bescherming van de burgerbevolking tegen een mogelijke atoomaanval. Voorts heeft hij een wetsvoorstel in gediend tot oprichting van een „fede raal verdedigingsbureau". pERIODIEK onderzoekt het Neder lands Instituut voor de Publieke Opinie hoe het staat met de vrees voor een derde wereldoorlog onder het pu bliek. In tegenstelling met wat men wel eens hoort, is het zo, dat op het ogen blik niet iedereen een wereldoorlog verwacht, al zijn er heel wat mensen, die een derde wereldoorlog vrezen. De antwoorden van vele mannen en vrouwen uit alle lagen van de Neder landse bevolking op de vraag: „Wat verwacht u: komt er nog een wereld oorlog, of niet?" zijn als volgt verdeeld: 60% verwacht een nieuwe wereldoorlog 21% geloven van niet 19% geen oordeel. Er is dus altijd nog ruim een vijfde deel van het publiek, dat geen derde wereldoorlog verwacht. Dat na het uitbreken van de Koreaan se oorlog velen de schrik om het hart geslagen is, spreekt wel van zelf. En het is daarom interessant na te gaan, hoe de stemming sinds de bevrijding geweest is. Dit zijn de resultaten van de tot nu toe gehouden NIPO peilingen sinds 1945: Verwachten wereldoorlog December 1945 59% December 1946 63% September 1948 71% Juni 1949 55°/» September 1949 53% Nu 60% Ondanks het feit, dat de politieke spanning sinds de bevrijding een hoog tepunt bereikt heeft, zijn er in vorige jaren tijdstippen geweest, waarop meer mensen een wereldoorlog verwachten dan nu. In September 1948 verwachtte 71°/o, in December 1946 63% van het publiek een wereldoorlog. Nu minder en wel 60%!! JJAAR STAAT echter tegenover, dat de tijd waarbinnen men een oorlog verwacht op het ogenblik korter is dan ooit. Op de vraag van het NIPO: „Over hoeveel jaar denkt n dat die volgende wereldoorlog zal beginnen?" zijn de resultaten: Verwacht die oorlog: Binnen een jaar 8% twee jaar 10% drie jaar 6% vier jaar 2% vijf jaar 8% 610 jaar 7% 11—15 jaar 1% Over langer dan 15 jaar 2% Geen oordeel 16% (Nadruk verboden)' (Van een bijzondere medewerker) [)E GEDACHTE, dat de bodem van de Oceaan een tamelijk gelijkmatige vlakte zou zijn, is door de resultaten van talrijke onderzoekingen naar de toestanden en het leven ver onder de zeespiegel volkomen weerlegd. Integendeel: dit ons overigens geheel onbekende gebied ziet er precies een» der uit als de oppervlakte van de aarde: doorboord, door kloven ulteengva scheurd en door bergketens in afgesloten stukken verdeeld. Als de mens dit onderzeese landschap zou kunnen zien, zou hij een waarlijk indrukwekkende en bizarre wereld ontdekken. Er is echter een belangrijk verschil tussen de bodem van de zee en de „vast© wal": de diepte van de zee blijft niet stt*e, S gelijk. Op sommige plaatsen kan men een voortdurend ryzen en dalen con stateren. Daarbij schommelt de bodem soms tussen minus 150 en minus 5000 meter op en neer. In deze diepten borrelt een onderaardse heksenketel. De krachten, die invloed hebben op de vorm van de aardkorst, hebben een sterkte, die wij ons niet kunnen voorstellen. derd millioen vierkante kilometer, 1» met een kalklaag bedekt. De kalk- houdende modder verbindt zich in da loop der eeuwen met de groeiende koraalriffen en schelpenbanken tot machtige rotsblokken. Daarbij gaat 't inderdaad om enorme hoeveelheden. Dat bewijst de berekening van een Amerikaanse onderzoeker: een opper vlakte van tienduizend vierkante ki lometer was, zo ontdekte hij, bedekt met een laag dode zeedieren van twee meter dikte. Warm water is arm aan zuurstof. De meeste vissen kunnen er niet in leven. Daardoor sterven op iedere plaats, waar de warme golfstroom de koude zeeën kruist, duizenden water bewoners. Zonder ophouden zinken daar cadavers naar de bodem der zee. Op deze plaatsen hopen zij zich op. Op deze diepte vindt geen rottings proces plaats. De cadavers vallen uit een. Door de grote druk van de watermassa er boven ontstaan nieuwe minerale producten, zoals aardolie. Men mag dus aannemen, dat er ver onder de zeebodem nog grote hoeveel heden van deze zozeer begeerde stof aanwezig zijn. Of de exploitatie hier van nog mogelijk is, is een kwestie van technische ontwikkeling. Wij willen hier niet spreken over de talloze monsters, die aan de grote druk van het water zyn aangepast en die blijkbaar tot in de ditepste diepten leven. Deze wezens, die over de groot ste kerkhoven ter wereld glijden, tot dat hun cadavers zelf een kleinig heid tot de uitbreiding ervan zullen bijdragen, zijn de spoken van de oce aanbodem. De ontdekkers, die dit le ven misschien eens te zien zullen krij gen, zullen de mensheid nog vele ver rassingen kunnen bereiden. De bewering, dat er op de aardbol geen witte plekken meer bestaan, gaat alleen op voor de werelddelen. De bo dem van de Oceanen is nog steeds on bekend gebied. J7EN VAN DEZE gebieden, waar voortdurend werking en beweging te constateren valt, is de Oceaanbo dem naby de Azoren. In 1858 werd ten Westen van deze eilandengroep een diepte gepeild van 5000 m. In 1932 vond men een diepte van 200 m. en drie jaar later leverden de metingen alweer een resultaat op van 3000 M. Dit cijfer is intussen ook al weer van de zeekaarten geschrapt, want nu komt men nog slechts tot 150 m. Door het grote tijdsverschil tussen de me tingen kan men niet zeggen, op welke tijdstippen en met welke snelheden de zeebodem hier op en neer is gegaan. De bodem van de Oceaan is niet alleen een wild landschap, wilder en ontoegankelijker dan dat van de maan hij is ook een groot kerkhof. Alle zeedieren, die in de loop van duizen den jaren gestorven zijn, alle resten van planten en ander vuil, door de rivie ren de zee ingespoeld, vormen in de diepte een modderlaag, waarop een laag water van vaak vele duizenden meters hoogte een zware druk uit oefent. Ontelbare zeedieren, van de kleinste organismen tot de grootste monsters, hebben hier hun laatste rustplaats gevonden. Wat er intussen aan mensenwerk naar de zeebodem is gezonken, vormt in dit reuzenkerk- hof slechts een kleinigheid. Deze kerkhoven zijn overigens aller minst onbekend. De geweldige kalk- gebergten, die wij thans kennen, zijn vaak op dezelfde wijze ontstaan, toen de zee nog het grootste deel van de thans bekende wereld overdekte. Steeds is er wisseling geweest: de zee week voor het land, het land voor de zee. Er is nauwelijks een stukje grond te vinden, dat niet eens door de zee overspoeld is geweest. Minerale olie Hoe warmer de zee is, hoe groter de kalkafscheiding wordt. Bijna een derde gedeelte van de gehele zee bodem, een oppervlakte van byna hon- verschijningen,' Ue l\unst van de Plaatsvervanger Siegfried E. van Praag: Caba ret der Plaatsvervan gers, tweede herziene druk. N.V. Em. Querido's Uitgeversmij. Amsterdam. Julie de Les- p i n a s s e, H. P. Leopolds Uit geversmij. N.V., 's-Gravenhage. giegfried van Praag is een veelzijdig auteur. Een jaar geleden werd hij vijftig jaar en toen stond hij aan het hoofd van een oeuvre, waarop menige oudere trots zou zijn, zowel wat de omvang als de geaardheid betreft. Ro mans, studies, essays vloeiden uit zijn pen en hoewel de stroom allengs wat trager is geworden (behalve op es sayistisch gebied) schijnt men in de naaste toekomst alvast weer het een en ander te kunnen verwachten. Inmiddels zijn er thans, twee her drukken verschenen van eerder gepu bliceerd werk, en er is aanleiding om daar even by stil te staan. Het is op het ogenblik een beetje komkommer tijd op de boekenmarkt. De uitgevers wachten met hun nieuwe productie liever tot diep in het najaar, wanneer Sinterklaas en andere feestdagen in het verschiet komen en de vraag toe neemt. Zo'n rusttijd in het vooruit zicht overigens van een niet te ver werken vloedgolf leent er zich toe om eens terug te zien op wat werke lijk van waarde en betekenis was, en daartoe behoreii zonder twijfel, ieder in hun soort, de thans in herdruk ver schenen romans van Van Praag, waar van „Cabaret der Plaatsvervangers" in 1932 en „Julie de Lespinasse" in 1934 het licht zag. Waai Praag is Jood, en daarbij zeer representatief voor zijn volk. H(j ervaart er ook het noodlot van. Door twintig eeuwen noodzakelijkheid van zich handhaven in vreemde milieux zhn er eisen &an het aanpassingsver mogen gesteld waaraan andere eisen wel opgeofferd moesten worden. Zo vindt men onder de Joden meer re producerende dan scheppende kunste naars. De voortdurende omgang met anders geaarden eiste een zich ver plaatsen in de mentaliteit van die om- eeving en door de Wisselkring, welke ontstond is vooral de Joodse P™*™- tie beïnvloed. Men speurt er bijna al tijd invloeden van buitenaf in of con stateert een zich (in een perfectie inleven in anderer stijl of uitdrukkings wijze. Het zal interessant zijn om waar te nemen - het nageslacht zal er pa» toe in de gelegenheid zyn of de^vor ming van de Joodse staat, van een ge heel eigen geestelijk, sociaal en econo misch centrum tot de vorming van een oorspronkelijke Joodse cultuur teVJt gij Daniël Silberstein, de hoofdper soon in „Cabaret der Plaatsver vangers" is het één doorlopende strijd tegen het lot, slechts plaatsvervangend, niet scheppend, te kunnen optreden. Silberstein is een cabaret-zanger, die uitmunt in het weergeven van ver schillende genres, die zijn Spaanse lied jes zingt als een Spanjaard, zijn Ita liaanse als een Italiaan en zijn Parijse als een Parijse jongen yan de vlakte. Een mede-artist, Paryzenaar, verwijt hem, dat hij zelf niets is, en zeker geen „vertegenwoordiger" zoals hy zichzelf eens genoemd heeft. Althans niet iemand, die het recht zou hebben, namens andere groepen of volkeren op te treden omdat hy eruit zou voort komen. Als hij dan al vertegenwoor digt, dan is het als degeen, die ko-mt omdat de baas zelf verhinderd is, als plaatsvervanger dus. Silberstein worstelt het hele boek door met dit lot. Als enig verweer stelt hjj: „als ik zeg „vertegenwoor digen", denk ik niet aan naapen. Uw ogen stellen u in staat na te doen. Alleen uw bloed stelt u in staat te vertegenwoordigen." Aan het slot krijgt men wel het be sef, dieper te zyn gevoerd tot het be grip van de zielsgesteldheid van deze zwerverde, losgeslagen Joodse ca- baretartist (en een tikje tot die van zijn collega's) maar men behoudt toch het wrange gevoel, geconfronteerd te zijn met een wereld waarin men zich niet alleen niet thuis voelt, doch waar van men de bestaansnoodwendigheid moeilijk kan erkennen. Waartegenover men voorzichzelf kan stellen, dat dit een tamelijk provinciaals standpunt is, en dat volgens Hegel alles wat be staat, redelijk is. Dat kan dan verder uitgevochten worden; de erkentenis dient te blijven, dat Van Praag boeiend heeft verteld over de wereld, die, of men het nu nuttig, nodig of aange naam vindt of niet, in elk geval be staat, én wel degelijk haar invloed uitoefent op de loop van zaken in het algemeen. gen gans andere uitwerking heeft de lectuur van de roman „Julie de Lespinasse", al komt ze juist voort uit de geestesgesteldheid waarmee Da niël Silberstein zo omtobt. Want Van Praag treedt hier op als „plaatsver vanger" van de befaamde vrouw uit het Parijse leven van vóór de revolu tie, de bel esprit en grande amoureu- se, die de grootste geesten van haar tyd wist te boeien en die, op haar wij ze, een steentje by droeg tot de voor bereiding der Franse revolutie. Van Praag heeft van uit het wezen van deze vrouw zijn boek geschreven: hij heeft ztoh met haar vereenzelvigd; MJ heeft zelfs de styl van de tyd in zyn schrijftrant overgebracht. Men krijgt de gewaarwording, een boek uit de tyd zelf te lezen. Julie de Lespinasse (17321776) was de illegitime dochter van een Franse edelvrouwe, Julie d'Albon; ze kwam, na het overlijden van haar moe der, wonen op het kasteel van haar stief-zwager, Gaspard de Vichy— Champrond, moest ontwaren, dat deze, die haar tyranniseerde, in feite haar vader was, en won het hart van Gas- pards zuster, de markiezin du Deffand, die te Parijs woonde en er een litterai re salon hield die door Voltaire, de encyclopedisten en vele andere lieden van geest en verstand bezocht werd. De belangstelling van sommige dezer mannen ging al spoedig sterker naar de jeugdige Julie dan naar de be jaarde madame du Deffand uit, wat de naijver van de laatste natuurlijk op wekte, zodat zy er ten slotte toe over ging, Julie de deur te wijzen. Met behulp van haar vriendin sticht te Julie nu een eigen „salon". Zij woonde er samen met de secretaris van de Académie Frangaise, de wijs geer en grootste wiskundige van zyn tijd, d'Alembert, die tot haar dood haar platonische vriend is ge bleven. Julie heeft twee grote liefdes in haar leven gehad, één voor de Spaanse markies Mora, zoon van Spanje's ambassadeur te Parijs, die aan longtering bezweek en één voor de krijgsman en auteur Guibert. Om streeks 1800 is de correspondentie van deze belangwekkende en hartstochte lijke vrouw gepubliceerd. Ze vormt 'n bydrage van belang voor de kennis van het Paryse leven onder Lodewijk XV en Lodewijk XVT. giegfried van Praag, die een groot bewonderaar van Frankrijk, een uitstekend kenner van de Franse ge schiedenis, wijsbegeerte en kunst is, heeft in de publicaties over Julie de Lespinasse en in haar brieven mate riaal genoeg gevonden om zich een beeld van de tyd en de persoon te vor men. Maar hy heeft dat beeld dan toch wel voortreffelijk uitgewerkt, met veel gevoel voor maat en verhouding. Zo als gezegd, tracht de schrijver de tyd te ondergaan zoals Julie hem moet ondergaan hebben. Het eerste deel van de roman heeft hy de vorm van mé moires gegeven, door Julie voor haar vriend Mora geschreven. In de volgen de delen treedt hyzelf wel als vertel ler op, maar last hij voortdurend brie ven en uitingen van zyn heldin in. Bo venal biyft Julie by hem vrouw, dus niet iemand, die met het manneHjk in tellect van een schrijver de gebeurte nissen van haar tyd, de wantoestan den, de politieke en wetenschappelyke kwesties, welke haar vrienden bezig houden, aanschouwt en at meer SIEGFRIED EMANUEL VAN PRAAG, de op 8 Aug. 1899 te Amsterdam geboren en thans te Brussel wo nende romanschrijver, novellist, essayist en vertaler, van wie twee boeken in nevenstaand artikel besproken worden als spreekbuis fungeert voor een auteur, die zijn ideeën en inzichten wil ventileren. Wèl schetst Van Praag uit de volheid van zijn kennis een beeld van de omgeving waarin Julie verkeer de, van de salons, kastelen, landgoe deren waar men destyds leefde, geeft hij allerlei aardige kunsthistorische bijzonderheden, maar ook dat doet hy uitsluitend voorzover het zyn heldin op de één of andere manier raakt. In de beschryving van een feest op het landgoed Moulin Joli van Watelet overtreft de schrijver zichzelf, het geen in dit geval veel zegt. Het is zo suggestief gegeven, dat men het zon der veel moeite voor zich ziet en des te gemakkeiyker de aandoeningen van Julie op dit feest kan meevoelen. Maar wat ons bovenal, het hele boek door, ontroert, dat is de spraak van een gevoelige, tedere en liefheb bende vrouwenziel. Zy is vervat in een lenig en helder Nederlands dat soms byna Frans aandoet (en wel eens te veel, er komen gallicismen in voor, zoals „tevreden" waar de Ne derlander „biy" zou zeggen). Ze ge tuigt van het verlangen naar geluk, naar liefde, dat van alle tyden is, en van de angst voor het bereiken van 't ideaal, het onderbewuste besef van 't menselijk onvermogen. Paul Hoffman, leiaer van de ECA, heeft nogmaals zijn afkeuring uitge sproken over het voorgestelde verbod van Amerikaanse steun aan landen, die strategische goederen aan Rusland of zijn bondgenoten verkopen. Men verwacht deze week een stemming van bet Huis van Afgevaardigden over deze kwestie. 1809 METER PER MINUUT De duiven van „Altijd Verder" vlo gen j.L Zondag vanaf Vilvoorde, een afstand van 220 km. Gelost om 7 uur, arriveerde de eerste duif om 9.01 uur. De snelheid was 1809 meter per mi nuut. Prijzen en punten behaalden: A. Liefhebber 1, 7, 12, 13, 16, 18, 20 met 303 pt.; W. Blaauboer 2, 3, 5, 8, 11, 14, 15, 21 met 325 pt.; C. Okkerse 17, 19 met 216 pt.; H. van Dalen 6 met 138 pt.; Gebr. Janssen 9, 10 met 228 pt.; S. Brommer 22 met 31 pt. 42 VISSERTJES VINGE& 163 VISSEN De Helderse hengelsportvereniging hield Zaterdag en Zondag alhier een visconcours voor de adspirantleden Er namen 42 leden aan deel, die teza men 163 stuks vingen. De uitslag was: 1. Jac. Wiggers Lz., 14 stuks; 2. G. Wiggers Mz„ 12 st.; 3. C. van Stein, 12 st.; 4. D. de Vries, 9 st.; 5. G. van Da len, 9 st.; 6. C. Berbee, 8 st.; 7. G. Schouten, 7 st.; 8. R. Zijp, 6 st.; 9. M. Wiggers Lz., 5 st.; 10. K. Daalder, 5 st.; 11. R. Zwirs, 5 st.; 12. H. Gerrits, 5 st.; 13. K. Hoekstra, 5 st. De extra prijs voor de grootste baars (29 cm) was voor B. Zwirs en die voor de grootste witvis, 24 cm, voor J. Wig gers Lz. De besommingen van Maandag wa ren: trawlers: IJM 49 f 7490, 57 f 9950, 31 f 1400, 38 f 9250 (allen gedeeltelijke lading); loggers: IJM 129 f 10.200, 204 f 3240, 53 f 1960, KW 84 f 8550, 51 f 10.000, 17 f 7520, 140 f 3340, 6 f 3950, 65 f 1350, 59 f 8560, 89 f 8880, 155 f 4690, 110 f 1340, 104 f 24, 91 f 3300, 168 830, HEL 87 8690; kustvissers: BU 33 f 4180, KW 58 f 1840, 77 f 3570, 94 f 2990, 27 f 3380, IJM 229 f 3830, 228 f 3180, 267 f 3250. Prijzen per kg: heibot 3.15. gr. tong 3.30—2.90 grm. tong 2.45—2.15, kim. tong 1.73—1.36, kl. tong I 1.49— 1.25, idem n 1.41—1.16, tarbot I 1.97— 1.48. Prijzen per 50 kg: tarbot II 89— 72, tarbot III 61, tarbot IV 52—43, tong schar 83, gr. schol 71—62, grm. schol 75—65, kim. schol 68—60, kl. schol I 62— 54, idem II 4818.50, schar 3115, verse haring 159.50, makreel 258, kim. schelvis 62.50—48, kl. schevls 53.50— 43.30, idem II 40—26, wijting 24—1(1 gr. gul 4832, mid. gul 37—27, kl. gul 35—22.50. Prijzen per 125 kg: gr. kabel jauw 232114. De aanvoer bedroeg 11170 kisten, waarvan 7700 kisten

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1950 | | pagina 7