Churchill en de apen van Gibraltar
Hoe Texel het Sunderklaasfeest vierde
Moderne behandeling van doofheid
Eari der amusanisie episoden uii de
historie van de tweede wereldoorlog
Wat traditie en bijgeloof
vermogen
Per jaar moeten 15000
agrariërs emigreren
KERKELIJK NIEUWS
„De Waarheid" veroordeeld
wegens belediging
Een sigarettenaansteker
zonder vuursteentjes
Waf in de memoires vergeten werd
DONDERDAG 14 DECEMBER 1950
EUS06 ES/ <51615 MeCHlEtSe^)
AiS PKSóELMEETJE. 6N »Vf
VfiOUWTJE
/gg8gggt««*g£
y iMrövË^W
NA Af DOP VONOBN W6
METTy WUIS 8E5!-hST
KNAPPER.
AWa-1^.!
|N DE LENTE van het jaar 1943 werd
Sir Alan Brooke, chef van de Gene
rale Staf van het Britse Imperium, op
een nacht om twee uur door een drin
gend, geheim staatstelegram in zijn
slaap gestoord. De Duitse Weermacht
stond diep in Rusland, de geallieerde
opmars in Italië verliep niet al te vlot
en in alle rapporten van de Intelligen-
ce Service was sprake van Hitiers ko
mende terreurwapen de V-l. Dus
brak Sir Alan het telegram open
vol sombere voorgevoelens. Welke ca
tastrofe had zich ditmaal weer voltrok
ken?
Hij las:
„Hoor met spijt, dat apen uitsterven
stop Neem onverwijld tegenmaat
regelen stop Churchill".
Churchill bevond zich op dat mo
ment in Marakesch in Marokko, om te
herstellen van een aanval van influen
za. Zijn telegram had klaarblijkelijk
betrekking op de apen van Gibraltar,
welker verzorging sinds tweehonderd
jaar tot de beste tradities van het
Britse Imperium behoorde. Een oud
spreekwoord zei, dat de Engelsen van
de Rots van Gibraltar zouden worden
verdreven op de dag, waarop de apen
verdwenen. Daarom was het welhaast
een nationale plicht, ervoor te zorgen,
dat de dieren de oorlog zouden over
leven.
Hoe waren die apen eigenlijk naar
Gibraltar gekomen? De kale rots was
van nature geen plaats, waar ze zich
vrijwillig zouden hebben gevestigd.
Blijkbaar kwamen ze oorspronkelijk
uit Marokko en de zoblogen breken
zich nog altijd het hoofd over het pro
bleem, hoe de dieren er in zijn ge
slaagd, de Straat van Gibraltar over te
steken. Volgens sommige theorieën
zijn ze door de Moren, die meer dan
duizend jaar geleden Spanje binnen
vielen, als huisdieren meegebracht. Een
andere, ietwat fantastischer lezing is,
dat een troepje rondzwervende apen
in een tunnel onder de zee-engte, die
fcfrika van Europa scheidt, verdwaald
zou zijn en ten slotte aan de Europese
zijde te voorschijn zou zijn gekomen.
Volslagen apenspul.
Hoe dan ook, de macaca sylvana.
zoals Linnaeus ze eenmaal noemde,
hebben de lange reeks veroveraars van
Gibraltar al verscheidene eeuwen lang
het leven zuur gemaakt. Ze hebben
geen staart, zijn geelgroen van kleur,
wegen in volwassen staat ongeveer
zestig pond en zijn, wat hun geestes
gesteldheid betreft manisch-depressief
zoiets van „himmelhoch jauchzend,
zum Tode betrübt". Het is vaak voor
gevallen, zo vertelt Die Weltwoche,
waaraan we dit ontlenen, dat zij uit
hun holen in de rots naar omlaag
klauterden, de straten van Gibraltar
in, en de hele stad onveilig maakten.
Zij richtten vernielingen aan in levens
middelenwinkels, plunderden uitstal
lingen, sloegen kinderen om de oren
en knepen jonge meisjes in de benen
De eerste Britse gouverneur van Gi
braltar schreef met bittere humor
naar Londen, dat hij het plan had, de
dieren inkomstenbelasting op te leg
gen. Een paar jaar geleden presen
teerde een officier de Admiraliteit in
Londen een rekening van zestig Pond
Sterling voor het herstel van schade,
die een horde apen in zijn verblijf had
aangericht. De troep was zestig dieren
sterk opgekomen, had het dak van zijn
villa gesloopt, de boomgaard geplun
derd en het hek kapotgetrokken. On
geveer tezelfdertijd beklaagde een
"te luitenant van de Royal Engi-
neers er zich over. dat een aop zijn
uniformbroek had gestolen.
Jules Mochde Franse Minister
van Defensie heeft dezer dagen een
inspectiereis dóór de Franse bezet
tingszone in Duitsland gemaakt.
In Baden-Baden voerde hij bespre
kingen met de Opperbevelhebber
der Franse bezettingstroepen, Ge
neraal Augustin Cuillaume, en
diens staf. Minister Jules Moch
(links) betreedt het gebouw waar
tor zijner ere een ontvangst werd
gegeven.
Het gevoel voor traditie van de Brit
ten en hun bijgeloof waren ech
ter zo sterk, dat ze zo langzamerhand
een formeel bureau voor de apen
stichtten. Daar de dieren woonden op
de winderige hoogten, waar de En
gelse artillerie-opstellingen waren ge
maakt, werd het beheer aan de toen
malige commandant van het regiment
artillerie opgedragen. Deze beklagens
waardige officier voerde hij zijn titel
in alle officiële documenten de aan
duiding O.A.,- Opzichter der Apen
kolonie. Hij moest de dieren met noten,
bananen en sinaasappelen voeren, en
ervoor zorgen, dat ze op koude win
terdagen voldoende whisky kregen.
Ook moest hij het Colonial Office te
Londen geregeld rapport uitbrengen
over de welstand zijner pleegkinde
ren en iedere gezinsuitbreiding zorg
vuldig noteren. De doopnamen, die hij
hun gaf, waren gewoonlijk die van
hoge Britse persoonlijkheden.
Ministerie in rep en roer.
£JANK ZIJ deze ontroerende zorgen
bevonden de apen van Gibraltar zich
op het moment, dat de oorlog uitbrak,
in blakende welstand. Toen echter werd
plotseling de vooruitgang van twee
eeuwen teniet gedaan. De oorlogspsy
chose, die op de rots heerste, greep de
arme dieren hevig aan. Als er luchtaan
vallen waren ondernomen, kwamen ze
dagenlang niet van hun plaats, beten op
hun nagels en zaten kwaad te moppe
ren. Ze lieten hun eten staan en als
ze kouvatten, reageerden ze zelfs niet
op whisky. Het ergst van al: ër. wer
den geen jongen meer geboren. De
O.A. deed alles wat in zijn vermogen
lag, om hun het leven aangenaam te
maken. Hij had echter in die dagen ook
nog wel eens wat anders te doen. Zo
kwam het, dat in het voorjaar van 1943
de apenkolonie, die eens uit tweehon
derd gezonde dieren had bestaan, nog
slechts een zestal armzalige beesten
telde.
Toen dit Churchill ter ore kwam, zét
te hij zich vastbesloten aan de oplos
sing van de apencrisis. Na zijn drin
gend telegram trad Sir Alan Brooke
terstond met overste Oliver Stanley, de
staatssecretaris van Koloniën in ver
binding. Een levendige uitwisseling van
brieven, verzoeken, orders en tengen-
orders volgde; deze hield gedurende de
gehele oorlog aan. Zelfs werden er,
behalve de voornaamste Britse hoog
waardigheidsbekleders ook twee bui-
tenlahdse regeringen in betrokken. Deze
documenten, die de heer Churchill in
zijn memoires heeft vergeten te vermel
den, vormen een uniek en leerzaam
beeld van het Britse karakter. Hier
volgen enige boodschappen:
Telegram van de staatssecretaris aan
de gouverneur van Gibraltar:
Premier is over apencrisis zeer be
zorgd stop hij wenst dat apen onder
geen voorwaarde uitsterven stop Stan
ley.
Memorandum van de gouverneur
aan de directeur der kolonie in Gi
braltar:
Het voortbestaan van de rotsapen is
voor de premier een zaak van de
grootste persoonlijke belangstelling.
Boodschap van de directeur der ko
lonie aan de O.A.. Gibraltar:
In opdracht van de eerste minister
verzoek ik u. allé sterfgevallen onder
de apen onmiddellijk te mijner kennis
te brengen.
Brief van de dirécteur der kolonie
aan de Britse consul te Rabat (Frans-
Marokko) en Tetoean (Spaans-Ma-
rokko);
„Met enige aarzeling richt ik mij tot
u met een verzoek, wat u waarschijn
lijk triviaal zal voorkomen. Maar gij
zijt wellicht op de hoogte van de oer
oude traditie hier in Gibraltar. Wij
zouden n uitermate dankbaar zijn
wanneer u ons enige nieuwe apen
zoudt willen zenden om het even of
het mannelijke of vrouwelijke dieren
zijn".
Overal... apen!
LIET WAS een zeer delicate taak, om
apen in goede conditie te vangen.
Er verliepen dan ook verscheidene we
ken, voordat de consul in Rabat gast
vrijheid moest verlenen aan een men-
senetende reuzenaap. De Fransen, die
het dier zonden, hingen het een kaartje
om de hals met het opschrift: „Wij ho
pen, dat dit lieftallige schepsel een
trouwe onderdaan van uw moge blij
ken te zijn".
Kort daarop was de consul in Tetoean
in staat, de directeur der kolonie in
Gibraltar mede te delen: „Dit is een
roemrijke dag. Eerst de berichten over
onze overwinning in Italië, en nu de
blüde mededeling, dat twee nieuwe
apen uit het gebergte onderweg zijn
Toen zo langzamerhand steeds meer
apen de consulaten gingen bevolken, in
afwachting van hun transport door de
lucht naar Gibraltar, viel er al vrij
spoedig een wat somberder toon m de
correspondentie te beluisteren. „Zo
gauw wij er een ontvangen schreef de
consul te Rabat met die typisch Engel
se terughoudendheid, „voelen wij
nn ge wens in ons opkomen, om er
spoedig weer van verlost te worden.
Feitelijk is ons consulaat met al te
be t ingericht op het herbergen van
een of meer levenslustige volwassen
aPDe "geallieerde vliegvelden in Marok
ko kregen toen bevel, voorrang te vei
lenen ean de verzending van de apen.
Smsdien werd het lot van de consuls
ietwat draaglijker.
Churchill inspecteert de apen.
JN HET JAAR 1944 ondernam Chur
chill, die intussen weer geheel her
steld was, een inspectiereis naar Gi
braltar. Reeds in de eerste ogenblik
ken van zijn verblijf gaf hjj uiting aan
zjjn wens, zelf de toestand der apen
in ogenschouw te nemen. Tot zijn ge
ruststelling trof hij een dozijn dieren
aan, van welke de meeste zich zeer
op hun gemak schenen te voelen. Een
aantal wijfjes had weer jongen ge
kregen en Churchill vond in het dag
boek van de O.A. allerlei blijde ge
beurtenissen vermeld.
„Daisy," las de premier met zicht
bare voldoening, „schonk de troep op
13 Juni, 's morgens om 10.10 een flin
ke jongedame. Elleen en Joan zullen
wel spoedig huwbaar zijnBlijk
baar neemt de troep deel aan het aan
de verzorging der jongen verbonden
werk. Wanneer Beatrice klaar is met
het zogen van haar baby', geeft zij
deze aan Bessy, die hem teruggeeft,
wanneer haar dit wordt verzocht. Dit
is zeer interessant, daar de moeder ge-
woonijk wild wordt, wanneer iemand
haar kind aanraakt. Zelfs de manne
tjes leggen een zekere reserve aan de
dag tegenover moeders met zuigelin
genPeggy is als verzorgster van
Belinda's baby ontslagen. In plaats
daarvan verzorgt vader Stanley de
baby zelf. Deze neemt nu rijlessen op
de rug van zijn verzorger."
Churchill gaf bevel, dat het aantal
apen in de toekomst nimmer meer be
neden de vier en twintig mocht komen
De Britse consuls werd verzocht, hun
inspanningen te verdubbelen. Het
resultaat is, dat op het ogenblik op de
rots van Gibraltar wederom vijftig wel
geschapen apen wonen en dat steeds
tenminste twaalf van de wijfjes in
blijde verwachting zijn. De jaloezie
van de mannetjes is zo groot, dat zij
vaak proberen een soort privé-harem
te stichten en alle andere apen af
rammelen, die het wagen, zelfs maar
naar de dames te kijken. De strijd om
de leden der andere sexe blijft door
gaans beperkt tot de béide sterkste
leden van de troep. Voor en aleer zij
de beslissende strijd met elkaar aan
binden, moet de troep in twee groepen
worden verdeeld. Dat gebeurtdoor
dat men twee voederplaatsen inricht
die een behoorlijk eind van elkaar
verwijderd zijn.
Soldaat Portlock en zjjn pleeg
kinderen.
TEGENWOORDIG komen de
nog maar zelden in de straten
Gibraltar, daar men een systeem van
Centraal orgaan noodzakelijk
Een door de minister van Sociale Za
ken ingestelde commissie, die advie»
had uit te brengen omtrent het vraag
stuk der landbouw-emigratie en de
daarvoor benodigde organisatie, heeft
dezer dagen haar rapport uitgebracht.
Daarin wordt het wenselijk genoemd,
dat wordt gestreefd naar een regelma
tige stroom van emigranten uit d»
agrarische beroepsbevolking van on
geveer vijftienduizend mannelijke ar
beidskrachten per jaar met de bij erf
behorende gezinnen. Ook zal moeten
worden gestreefd naar het verkrijgen
van goede vestigingsmogelijkheden in
het buitenland.
Om de te nemen maatregelen te doen
slagen is een centraal punt nodig,
waarop een uitgebreide documentatie
kan worden bijeengebracht. Het dient
een gemengd orgaan van overheid en
maatschappelijke organisaties te zijn,
dat beide zijden zijn gegevens ontvangt.
voederen heeft ingesteld, dat de voor
naamste oorzaak van hun zwerflust
heeft weggenomen. De maaltijden wor
den iedere dag op dezelfde tijd en
plaats uitgereikt, hoog op de rots en
verwijderd van elke bewoonde plek.
De man, die met deze taak is belast,
is de artillerist Wilfred Portlock, die
reeds de helft van zijn veertig levens
jaren in diepe vriendschap met de
apen verbonden is. Terwijl de O.A.,
zijn chef, zich met de grote lijnen van
de verzorging bezighoudt, neemt Port
lock de details van diëet, opvoeding en
verloskunde voor zijn rekening. Hij is
zo doorkneed in de psychologie van
de apen, dat hij ontheven is van alle
de dagelijkse verplichtingen van een
artilleriesoldaat, om zich geheel en al
te kunnen wijden aan de hartstocht
van zijn leven. Zijn kameraden zeg
gen, dat hij niet slechts de taal van
de apen verstaat en spreekt, maar
ook als een aap denkt en soms zelfs
voelt.
Portlock beweert, dat de apen on
derling net zoveel verschillen als men
sen. Sommige van zijn pleegkinderen
zijn altijd goedgemutst en hulpvaar
dig, anderen hebben neiging tot pie
keren en zijn grote egoïsten. Hij kan
het slechtst overweg met een reus
achtige, gorilla-achtige aap, die geen
gelegenheid voorbij laat gaan om hem
een poets te bakken. Een bezoeker,
die Portlock kortelings vergezelde,
toen hij een tros bananen naar een
voederplaats droeg, vertelde, hoe deze
angstaanjagende reus plotseling ach
ter een rots vandaan sprong, de sol
daat de bananen uit de armen rukte
en schaterend van leedvermaak het
struikgewas instormde. Portlock ging
dier achterna en spoedig hoorde
nog slechts van verre de
uitroep: „Kom terug, Winston!
hier, Winston, kwajongen!"
MEN moet erg voorzichtig zijn, wanneer men over behandelingsmethoden
tegen doofheid gaat schrijven! De hoop om chronische doofheid zoals die
zich zo dikwijls op sluipende wijze ontwikkelt, te kunnen genezen, is even
oud als de wereld zelf, maar ze is reeds dikwijls teleurgesteld. Men moet er
dus vooral voor oppassen, dat men geen jjdele hoop opwekt, waardoor men
eventueel lijders zou kunnen duperen. Het is nu eenmaal een bekend feit, dat
doven veel meer onder hun kwaal gebukt gaan dan b.v. blinden, die over het
algemeen meer berusting aan die dag leggen. Toch zijn er in de laatste jaren
tegen doofheid enige behandelingsmethoden gevonden waarmede in bepaalde
gevallen reeds zulke goede resultaten zijn bereikt, dat men zeker het recht
heeft het publiek er van op de hoogte te stellen. Eén van deze methoden is
weer eens een treffend bewijs van wat men door middel van een volmaakte chi
rurgische techniek bereiken kan.
Tn de eerste plaats is het echter daar
voor nodig dat men nauwkeurig
vaststelt met welke vorm van chroni
sche doofheid men te maken heeft.
Want de bovengenoemde chirurgische
behandeling is alleen maar aangewe
zen bij die vorm van doofheid welke
op otosklerose berust. Binnen in het
oor bevinden zich drie gehoorbeentjes.
„de hamer", „het aambeeld" en „de
stijgbeugel". Door onbekende oorzaak
kan zich nu aan de voet van de stijg
beugel nieuw been vormen, waardoor
dit gehoorbeentje gefixeerd wordt. Het
is daardoor niet meer in staat de ge
luidsgolven, die het trommelvlies aan
de buitenkant treffen, voort te plan
ten en doofheid is van deze weefsel
verandering, die men otosklerose
noemt, het gevolg. De techniek van de
operatie bestaat nu hierin, dat van
ütenaf een „venster" wordt gemaakt
it in het binnenste oor uitmondt, 7.6
lat de geluidsgolven de weg langs het
verstijfde middenoor niet meer behoe
ven te passeren.
Otosklerose is een vrij veelvuldig
voorkomende vorm van doofheid. Uit
de wijze waarop het proces zich ont-
0NP6R 06 PONKTECE. NACHTHEMEL VAN/
TEXBL ONTROLDE- 12ICH 8SN UITBoNDK?
EEN SPAAv£e stMovE -
-Jool5 van Santen/
O MET-S
VEttL
CRH5 V.t>. KOt-k; (lOO.J)
-•oud surtzetts vCouwng
*t?.T 8£AWDftNt>6 PGoSLEEM
VAN TEXEL
DE PONT
LüiT Sox acS
XARLöY
DE IO-JARI6& -JAN
KUyPSR AiA »D6 HEXSï
HET SöNDERKtAASPEBST DovKDE
TOT VGOE6 IN De ENV
iS voor mn CouaSA DE REPoEtcC
EN VOOR M<J E6N PuuJR KORT
NACHie. WSSST-S-
TEXEL
wikkeld heeft, is het al dikwijls moge
lijk de diagnose te stellen. De patiënt
weet ons gewoonlijk te vertellen, dat
zijn doofheid aan beide oren reeds op
betrekkelijk jeugdige leeftijd is begon
nen en geleidelijk aan erger is gewor
den.
Vrouwen lijden er meer aan dan
mannen in een verhouding van 6 op L
Het is dus een geheel andere vorm van
doofheid dan die welke in aanslui ing
van een acute middenoorontsteking is
ontstaan. Een chronische ettering van
het middenoor met een geperforeerd
trommelvlies is dus een absolute con
traindicatie voor het doen van een der
gelijke operatie. Bij ongecompliceer
de otosklerose vindt men dan ook
altijd een normaal trommelvlies. Het
is een typisch symptoom, dat derge
lijk paitënten wel goed de telefoon
kunnen verstaan en beter horen te
midden van lawaai, dus b.v. in een
tram of trein.
Aangezien bij hen de beengeleiding
normaal is, is de bovengenoemde fe-
nestratie operatie (fenestra venster)
niet het enige middel, waardoor hun
hulp kan worden verschaft, maar kan
zulks ook geschieden met een van de
moderne gehoorapparaten, die reeds
een grote mate van volmaaktheid heb
ben bereikt. Wanneer dus de oorspe
cialist heeft uitgemaakt dat zijn geval
voor een operatie in aanmerking komt,
blijft aan de patiënt in laatste instan
tie de keuze, welke van de twee thera
peutische middelen hij prefereren zal.
Vele factoren spelen daarbij een rol.
Vele patiënten houden niet van ge
hoorapparaten, hoe uitstekend ze ook
zijn. Ook de leeftijd is van invloed.
Tussen 18 en 50 jaar zijn de resulta
ten beter dan op hogere leeftijd.
Maar het meest opmerkelijke b|j
hen, die een fenestratie-operatie met
goed en blijvend succes hebben onder
gaan is wel de psychische verande
ring, die er het gevolg van is. Alle in-
ferioriteitsgevoelens verdwijnen en als
zelfbewuste, gelukkige mensen zien
zij opnieuw het leven onder de ogen.
Dr. P. H. VAN DER HOOG
Gereformeerde Kerken.
Beroepen te Wildervank: S. Gre-
ving te Zierikzee.
Onder verantwoordelijkheid van de
hoofdredacteur, de heer Fred Schoo-
nenberg, verscheen onlangs in De
Waarheid een artikel, waarin over de
Katholieke Actie werd gesproken als
over een geruchtencentrale en een
leugencentrale. De KA daagde de heer
Schoonenberg wegens belediging voor
de Amsterdamse politierechter. Deze
heeft gisteren de communistische jour
nalist deswege veroordeeld tot f75
boete subs. 5 dagen hechtenis. De eis
was f 250 subs. 25 d. h. Mr. Benno Stok
vis pleitte vrijspraak.
wmmSSi
J7E/V Britse firma heeft een siga
rettenaansteker vervaardigd,
die zonder vuursteentje werkt
De aansteker is voorzien van
enige kleine batterijtjes en heeft
een pitje, gemaakt van asbest,
dat in een reservoir voor ben
zine past en waaraan aan de an-
deze zijde een handvat is beves
tigd. Bij het uittrekken van de
pit springt een vonk over, waar
door de pit begint te branden. De
aansteker, die ongeveer twee mi
nuten achtereen blijft branden,
is geschikt zowel voor gebruik
door rokers als in het huishou
den.
Staatscommissie adviseert