Amerika's beleven schoonheidskoninginnen weinig glo rie Testament verhindert bouw van een orgel te Wemeldinge Ontmoeting aan het Lago di Carezza GEEN ORGEL IN DE KERK Haar vorstelijk bestaan valt bar tegen Overpeinzingen bij een kreupel jubileum Ook ongeregeldheden in Eindhoven Kersenslag EUROPA REIST. (4) Van kakelende vrouwen en een zwijgzame zakenman juridisch onoplosbaar Probleem is Bouw van nieuwe kerk de enige weg? De kleine fuin MAANDAG 6 AUGUSTUS 1951 maakte de handtekening van haar moe- der na. Toen zij dit, de ochtend na haar glo rierijke inhuldiging, aan de organisa toren meedeelde, was er aan alle zijden paniek. Een advocaat (door Pageant gehuurd) vertelde haar, dat het zetten van valse handtekeningen een strafbaar feit was. En als ze nu maar zoet deed, wat de Pageant-organisatoren voor schreven, dan zou ze er geen last van hebben. Venus, zeer onvrouwelijk en weinig koninginnelijk, beaamde dit al les nederig. Zij werd' meegenomen naar New York, waar zij inri rdaad in het befaamde Waldorf Astoria logeerde zij het in een zolderkamertje. Haar te lefoongesprekken werden gecensureerd door haar begeleider. Zij werd bewaakt als een gevangene. Waarop Venus prompt haar hyena-kant toonde, uit de band sprong en de hele affaire open baar maakte. Op dat ogenblik was het de Pageant, die niet zozeer in badcostuum, als wel in het hemd stonden. Want het contract met Venus was uiteraard ongeldig. Mama Venus had niets getekend en ijl de naar de hoofdstad met visioenen om de Pageant te doen vervolgen en scha devergoedingen van millioenen dol lars te eisen wegens „het veroorzaken van verdriet aan een minderjarige" of „wegens wreed optreden" tegen een kind. Om kort te gaan, Venus en de Pageant sloten vrede buiten het ge rechtshof. Maar Venus was de dupe. Kostbare weken waren voorbijgegaan, waarin hotelrekeningen waren opgelo- (Van 9nze corresP°ndent te New York) DIT wordt een „zeer Amerikaans" relaas. Fr. de tot hoofdschudden geneigde lezers .e waarschuwing hopen wü blik af tc wenden naar veiliger kolommen on e/enhe,d ,te hebben gegeven de ronde taal gesproken over de illusie die in H* ta?*6 Want hler wordt blijkt te zijn: Amerika's schoonheidskoninginnen eerdef een "^'merrie éénjarige regering. Voor wie in Nederland in een huti? n "Var'nfen haar dat 48 van de allermooiste meisjes in Athnt! r» u P hel woont en leest- uit haar eigen schoentjes (wij prefereren een m°sen drinken natuurlijk erg verlokkend. Maar w« hebben er het l er)' kUnkt dat voor: het valt bar tegen. Cn W het woord Vad d« dames zelf PASSEND bij deze trieste .onthulling is dan ook het verhaal van het iet wat kreupele jubileum, dat dit jaar ge vierd wordt door de „Miss America Pa geant of Atlantic City, New Yersey. Incorporated", de organisatie wier der tigjarig bestaan wordt herdacht en wier grootste verdienste is, dat zij ten slotte méér publiciteit over de hele we reld heeft verkregen dan de 22 schoon heidskoninginnen gezamenlijk tranen hebben geschreid. Ge hebt deze kreupe le situatie prompt door. Dertig jaar met 22 koninginnen; daar klopt iets niet. Zo is het ook. In 1921 was het wijlen onze collega Herbert C. Test, die in een vergadering met een aantal hoteliers uit het vacantie-ressort Atlantic City het denkbeeld opperde om ieder jaar een „Miss America" te benoemen. Min of meer tegen hun zin verzamelden de hotelmensen ruim 5000 dollar voor de eerste ronde. Margaret Gorman werd Miss America No. 1 (een precedent, dat zij overigens in goede gezondheid heeft overleefd) en daarna, aldus voelde men het, zat men aan een „traditie" vast. Er kwam evenwel een kink in de ka bel, toen een van de rechters, die in de eerste jaren van Atlantic City's schoon- heidstoumooi de Paris-uitspraak moest verrichter, de neiging scheen te hebben „grapjes uit te halen" met de costuums (heel zedige, in het licht van heden) die de candidaat-koninginnetjes droegen. Damesverenigingen, opper machtig in politiek, financiën en mo raal, kwamen prompt in de oppositie tegen de arme man, en het gevolg was, dat er na zeven (niet noodzakelijk „vette") jaren in Atlantic City een einde werd gelast aan het „onsmake lijk en degraderend schouwspel". Edoch, het bloed, kruipende alwaar het niet kan gaan, en de mode-op-badpak- gebied, welke langzamerhand in de richting van deux-piéces costuums was gegleden, leidden tot nieuwe pogingen In 1933, na zeven jaar interruptie, werd koningin nummer 7 gekroond. Na num mer 9 volgde echter een kaal bank roet. Doch toen had men de smaak toch beet, zette de zaak opnieuw op. die zich van die datum af wist te hand haven als een van Amerika's jaarlijk se grote kermissen. De oppositie van de Damesclubs werd het hoofd ingedrukt, door aan dit Ju weel van een vlezig tafereel de facet ten „intelligentie" en „talent" te ver binden. Zussen, die ietwat kwalijk zin gen of tap-dansen, doch wier vormen overeenkomstig de moderne Ameri kaanse traditie zijn, kunnen thans een „studiebeurs" winnen ter waarde van 3000 of 5000 dollar, teneinde zich in het vak harer keuze verder te bekwamen. Dit verleent, zoals elkeen begrijpt, een veel gedistingeerder atmosfeer aan het gebeuren. Het maakt het opvoedkundig, niet alleen voor de toeschouwers, maar ook voor de deelneemsters. Het is wel gebleken, dat de druk van de koninginnekroon ontnuchtering en loutering veroorzaakte. Want met zeer enkele uitzonderingen is het de dames schoonheidskoninginnen in haar na- Miss-Amerikaanse leven vrU goed ge gaan. Het is waar, dat geen van de win naressen het totde sterrenhemel van Hollywood heeft gebracht. Slechts Joan Blondell, die in Atantic City op nie mand voldoende indruk had gemaakt, wist in deze zin faam en dukaten te verwerven. Beruchtheid, in de zin van dagbladpubliciteit, viel slechts aan Charlotte Nash (Miss St. Louis, 1927 die in de finale te Atlantic City hek- kenslultster was) ten deel. Zij schoot haar rijke echtgenoot naar de Elyseese jachtvelden. Wat de Miss America's zelf betreft: van de 22 Mary Catherine Campbell won de titel twee maal en is thans zo beu van de publiciteit, dat zij zich zelfs niet in de vacantie door haar familie laat fotograferen zijn er maar vier van haar echtgenoot gescheiden (het geen beneden het Amerikaanse gemid delde van echtscheidingen ligt). De rest heeft zo'n afgrijselijke tijd als Miss America doorgemaakt, dat zij dol ge lukkig waren, dat er een man kwam aanzetten, die haar uit deze misère verloste. Het verhaal van Venus JUISTER naar het rondboezemig re laas van Venus Ramey, Miss Ame rica in 1944, de enige der Koninginnen wier voornaam toepasselijk was, ook al moet men vermelden dat zij 3}^ centimeter kleiner was dan het Griekse voorbeeld. Venus Ramey dan, had zich aange meld voor een concours in haar ge boortestad Washington. De winnares zou worden afgevaardigd naar Atlantic City. Voor deze voorronde had zij ech ter een contract moeten tekenen, waar bij zij er vast in toestemde om, zo zij Miss America zou worden, onder aus piciën van de „Miss America Pageant of Atlantic City. N.J." een reis door het land te maken en de producten aan te bevelen, die met deze organisatie wa- ren verbonden. Aangezien Venus min derjarig was en haar moeder ver weg woonde, tekende zij het contract en pen en de verdiensten hadden stilge staan. In arren moede liet zij zich door een toneel-agent overreden om op tour nee te gaan langs de kleine schouw burgjes in de kleinste stadjes. „Het was zo bar", vertelt Venus, „dat ik mij soms in de kleedkamer moest barrica deren om mij de mannen van het lijf te houden. Ik was natuurlijk geen ac trice. Niemand had mij ook maar ge leerd om op het toneel te lopen. Het was vreselijk zowel voor het publiek als voor mij". Een tweede phase in haar bestaan was het zingen van ietwat zil tige cabaret-liedjes in nachtkroegen. Doch Venus staat thans te boek als eigenaresse van een plantage in het Zuiden des lands. Voor wie geïnteres seerd is: Venus is nog niet getrouwd. Miss America 1948, BeBe Shopp, heeft grote sensatie verwekt door tijdens haar reis naar Parijs critiek uit te oefe nen op de „bikini"-zwempakjes van haar Franse zusteren. En zij was „nieuws" voor de pers, toen zij, na een avond een glaasje witte wijn te hebben gedronken, door haar vader door de transatlantische telefoon op haar nummer werd gezet. Gelijk vele van haar mede-koninginnen is BeBe niet zo voor mannen geporteerd. De mildste uitspraak over het sterke ge slacht was echter van Yolande Betbe- ze, Miss America 1950. „Mannen", zei zij vol verachting, „ik heb niets tegen jullie. Ik vrees alleen, dat jullie voor goed hier op aarde zijn". Evenals in' Middelburg hebben zich ook in Eindhoven gisteravond tussen negen en twaalf uur, enstige relletjes voorgedaan1, die veroorzaakt werden door militairen uit het kamp Oirschot, die in Indonesië hadden gediend en thans voor herhalingsoefeningen waren opgekomen. De moeilijkheden ontston den tussen de militairen en de militaire politie, maar later kwamen er ook bur gers aan te pas. Er werden charges uit gevoerd door de gemeentepolitie, de marechaussee en de Engelse militaire politie. Meer dan 200 militairen werden opgebracht en er vielen harde klappen. Engelse, Duitse, Deense, Zweedse en Nederlandse studenten kunnen door toedoen van het Franse „Vliegende Leger" een goedkope vacantie genieten in een tentenkamp in het hartje van Parijs. De studenten nuttigen de maaltijden in de open lucht. Mijn buurvrouw i» een allergemoe- delijkste, bedaarde dame, die zich zel- den oj nooit kwaad maakt. Al trachten haar ook de baldadigste en brutaalste lieverdjes uit de hele buurt te jennen, dat de stukken er af vliegen zv blijft zichzelf gelijk en is zelfs in staat, de sinaasappelpaedagogiek van Jan Ligthart met stukken te slaan. Dat levert haar wel eens moeilijk heden op. Niet iedereen laat zich dooi dergelijke zachte krachten overwin nen. Soms ware het beter, dat zij op de vuist ging en de boosdoeners met meer doorslaande argumenten duidelijk poogde te maken, hoe ongepast hun gedrag is. Maar een enkele opmer kingtegen ons ouderen gemaakt, be wijst haar innerlijke rust, ja haar vol slagen onverschilligheid voor al dit gedoe. Daarom was het een groot wonder, dat 'Wij haar enkele dagen geleden in een staat van volslagen razernij van de markt zagen terugkeren. Aanvankelijk meenden wij, dat zij een nieuwe jurk had gekocht in een zeer moderne kleurstelling, en dat zij over deze aan winst grotelijks opgetogen was. Maar al. spoedig ervoeren wij het tegendeel. Buurvrouw was zeer boos. Kom ik daar op de markt bij zo'n vent en wil een kilo kersen van hem kopen, vertelde ze. Ik vroeg: zijn ze goed? Ik wil geen bedorven hebben Ze zijn prachtig, zegt die man te gen me. Vers van de boom. Beter kun je ze niet verlangen. Goed zeg ik, geef me maar een kilo. Bij ze afwegen en daar zie ik, dat hij er een heleboel aangestokenen en zelfs rotte tussendoor probeert te smok kelen. Hé, vaderzeg ik nog, dat komt niet uit. Ik zou goeie van je hebben. Ze zijn toch goed, zegt hij, kiji. dan maar. En meteen houdt hij me een handvol voor. Die zagen er wel aardig uit. Maar toen ik de zak nog eens opendeed, wist ik het Wel. Een en al beroerdigheid wat er aan was Ik terug naar die kerel, en me be klagen. Eerst in het gemoedelijke, maar daar wou hij niets van weten. Toen heb ik hem eens even de waar heid gezegd. Als je mij nou tuk wilt nemen, zei ik, moet je vroeger opstaan. Hier heb jij je rommel terug en nou me centen hier. Nou mens, zo vervolgde buur vrouw haar verhaal, daar ging me die man toch te keer. Wat of ik nou eigen lijk wel wou. Hij had goeie waar ge leverd en als ik ze plat kneep, dan was dat mijn zaak, maar dan moest ik hem niet zWart proberen te maken. Nou en dat was mijn eer te na, hè? Dat ik die zak bij een eind gepakt en hem de hele rotte kliek in het gezicht gesmeten. Ik zeg: ik zal jou leren, zeg ik. om een eerzame weduwvrouw zo te beduvelen. Hier man, daar heb je het spul terug. Tot zover buurvrouw. Het tafereel, dat toen volgde, moet een film uit de oertijd van Charlie Chaplin hebben overtroffen. Want de kersenkoopman, ook niet mis, bleef het antwoord allerminst schuldig en repliceerde op een manier, die de wit hete vrouw in een van kersenbloed druipende furie en haar lichte jurk in een stemmig donkerpaars gewaad ver anderde. Waarop buurvrouw helemaal over haar toeren geraakte, links en rechts kersen graaide en van zich af smeet op een wijze, die grote averij aanrichtte onder de klederen van hei op dit relletje beluste publiek. Een £EN avond en een ontbijt lang hebben wij hen kunnen gadeslaan, de kleine groep van landgenoten, die met ons logeerde in het schone Dolomietendorp Canazei. Zij waren gedrieën, hij, zij en hun dochter. Hij was een nogal gezette rakenman uit de provincie Groningen. Zij voelde zich, zoals men dat noemt: een frêle vrouwtje, met grote blauwe droomogen en een hevig artistiekerige inslag, kenneiyk gebukt gaande onder het noodlot, getrouwd te zUn met een dikke zakenman. De dochter was nau welijks ontloken en muntte uit door een verbazingwekkende alwetendheid en een even verbluffende paraatheid van oordeel. Zij stonden met ons aan de oever van het Lago di Carezza, waar zij kennelijk reeds eerder waren geweest. Spiegel glad strekte het kleine meer zich uit in zijn kom. Rondom stonden de gril lige Dolomietengevaarten, twee en der tig honderd meter hoog, half bedekt met praohtige groene wouden, half kale rots, zilvergrijs en dofrose van kleur. De meeste tinnen waren verborgen in de laag hangende wolken, hier en daar echter staken zij torenhoog boven de wolken uit. Daar staan, naar die berg gevaarten turen, naar die scherpgekan te toppen, naar dat rimpelloze water en daarin de spiegeling van de bergen, het is de wensdroom van millioepen. Neen, ze vallen me tegen, die Dolo mieten, schetterde de halfontloken dochter met een prachtige Groningse tongval. Paps, je hebt nu wel voort durend geroepen, dat die Dolomieten nog grootser zijn dan de Alpen, maar het doet me niets hoor. Ze vallen me tegen, ze imponeren me niet en ik hoop te zo, dat ik geïmponeerd zou worden. Het spijt me kind, zei de goedige zakenman, die naar later bleek zelden iets zei, het spijt me, maar de Dolo mieten nog grootser maken, daar ziet zelfs je vader de kans niet toe..,. Ach, zei het frêle vrouwtje met de blauwe droomogen, wie verlangt dat nu van je. Bovendien is het hatelijk wat je zegt. Kan dat kind er iets aan doen, dat ze niet onder de indruk is? De Groninger zweeg en keek jaloers naar twee eenzame mannen die aan de meeroever zaten te vissen, Het vrouwtje bezong in hoogdravende woorden de schoonheid van het Largo de Carezza en trachtte Annie te overtuigen, dat het meer toch een juweeltje was en de ber gen een wonder van grootsheid. Nee, zei Annie, het laat me Sibe risch. En al die toppen in de wolken. ik had ze zonder wolken willen zien Des avonds zaten ze in het zelfde hotel, een tafeltje van ons vandaan. De dochter vond de wijn te zuur en haar moeder stemde daarmee in. De soep was te koud en de aardappelen roken niet als in Groningen. Het vlees was vertegenwoordiger van het openbaar gezag maakte ten slotte een eind aan de bataille. Het ziet er overigens naar uit, dat zij toch nog het haasje in deze historie wordt. Want de kersenman heeft een klacht wegens vernieling ingediend. Helaas voor buurvrouw dient gezegd, dat hij de wet achter zich heeft.... yROUWE MARIA COOMANS stierf reeds meer dan honderdzestig jaar geleden in de stad Ter Goes cn het mag geen wonder heten, dat de Goesenaren haar vergeten hebben. Alleen een grafsteen in de Grote Kerk herinnert aan haar ge slacht, waarvan de leden eertijds tot de burgemeesters en schepenen der stad behoorden. In Wemeldinge kan men U echter nog precies verteilen, wie Vrouwe Maria was, want haar testament is er de oorzaak van, dat in de Hervormde Kerk van Wemeldinge geen orgelklanken worden gehoord en dat er Zondags in deze kerk wordt gezongen als eertyds in de eerste Christengemeenten: aan gevoerd door een voorzanger. Dat is het werk van Vrouwe Maria Coomans, die zich in haar testament „bejaarde dogter en ambagtsvrouw van Wemeldinge" noemt en die er wellicht nooit aan gedacht zal hebben, dat bykans twee eeuwen later vele juristen er over zouden peinzen, hoe een zonderlinge bepaling uit haar testament omzeild zou kunnen worden. gebeurde ongeveer veertig jaar geleden en toen kwam het testament ter tafel Men ging de bepalingen eens nalezen en men meende dat er wel een mouw aan te passen was. Er stond namelijk dat er geen „orgel „voor rekening" van de kerk zou mogen komen, dus zo redeneerde men dan brengen we het geld bijeen, kopen een orgel en plaatsen het in de kerk, zonder dat kerkvoogdij of kerkeraad er enige bemoeienis mee heeft. Een actief comité ging aan het werk, een fonds werd gevormd en wel dra kwamen de giften binnen. Na enige tijd bleek echter, dat ook op deze wijze de bepaling in het testament niet ont doken kon worden en daardoor kwam er een eind aan de actie van het orgel fonds. Het geld werd voor andere doel einden gebruikt. Wemeldinge kerkte verder zonder orgel. Maria Coomans legateerde aanzienlijke bezittingen aan de Hervormde Ge meente van Wemeldinge, o.a. de nog bestaande Stelhoeve, op voorwaarde echter, dat er in de kerk geen orgel ten dienste van de gemeentezang" zou worden gesticht, want anders zou het legaat vervallen aan „den Aalmoese niers of groten Armen.... Op 24 Maart 1787 tekende zij dit tes tament en toen na haar overlijden de zonderlinge bepaling aan het kerkbe stuur bekend werd gemaakt, was er geen enkel lid, die bezwaar had om het legaat te aanvaarden. Men was in die dagen, zoals in zo veel plaatsen van ons land, nie* erg voor orgelmuziek in de kerk. Jaren achtereen ging het te Wemel dinge goed en niemand vond het vreemd, dat er geen orgel was. Eens echter zou er een generatie ter kerke komen, die zich verwonderd afvroeg: Waarom hebben wU geen orgel?" Dat Vele pogingen. Vijftien jaar geleden werd de zaak opnieuw onderzocht en sindsdien komt deze kwestie steeds weer ter sprake. Er werden weer eens rechtskundige adviezen uitgebracht, maar geen enkele luidde positief: het testament was des kundig opgemaakt en het bleek prac- tisch een net zonder mazenOok al zouden de „Aalmoeseniers", het te genwoordige Burgerlijk Armbestuur, van hun rechten afzien, dan nog wor den andere erfgenamen aangewezen, zodat het weinig helpt om de rechte van het Burgerlijk Armbestuur af te kopen. Men kwam dus tot de conclusie, dat er niet veel anders zou opzitten dan het prijsgeven van de bezittingen, want dan pas was er een mogelijkheid om een orgel in de kerk te plaatsen. Nu geeft men in deze tijd dergelijke kapitale goederen niet graag prijs, maar men was wellicht genegen om deze geste te overwegen, ware het niet, dat de moge lijkheid groot is, dat ook de inkomsten dezer goederen terug betaald moeten worden over al de jaren sinds de sterf dag van Vrouwe Maria. Het is begrij pelijk, dat dit voor de Hervormde Ge meente van Wemeldinge niet te doen is, omdat hiermede een groot kapitaal gemoeid zou zijn, dat onmogelijk kan worden opgebracht. De kerk zou zich in de schuld moeten steken om de vor dering te voldoen. Daarom is het te be grijpen, dat men niet snel tot het op geven van het legaat zal komen. Nieuwe richting. Thans probeert men het in een an dere richting te zoeken: het testament spreekt van „orgel", dat wil dus zeggen naar de begrippen van 1787 een instru ment met pijpen. Tegenwoordig zijn er evenveel harmoniums en pijploze orgels, waarvan vooral de laatste ten opzichte van de bouw maar zeer weinig gemeen hebben met het „echte" orgel. Vrouwe Maria spreekt niet in haar testament over een verbod voor een harmonium of een Hammond-orgel, zodat men zich in Wemeldinge misschien op deze wjjze kan redden. Wanneer het echter tot een proces zou komen, is het echter de vraag of een rechterlijk college met deze interpretatie zou meegaan, temeer omdat het testament uitdrukkelijk spreekt van „een orgel ten dienste van het gesang...." Nieuwe kerk. Dan is er nog één mogelijkheid voor de orgelloze gemeente, die ongetwij feld afdoende is: namelijk een nieuwe kerk bouwen. In het uitbreidingsplan van de gemeente is met een nieuw kerkgebouw rekening gehouden. Deze oplossing is misschien de enige, die een definitief einde kan maken aan de testamentperikelen. Bovendien heeft zij nog dit voordeel, dat de kerk op een meer centrale plaats in de gemeente komt, dan thans het geval is, want in tegenstelling tot de meeste dorpen van Zeeland, bevindt zich te Wemeldinge de Hervormde Kerk niet in het cen trum van het dorp, maar aan de rand. De kerkvoogdij, die in deze orgelkwes tie zeer actief is en al het mogelijke doet en heeft gedaan om haar kerk aan een orgel te helpen, heeft ook dit plan in studie. WAAROM? Nog één vraag blijft bij dit alles: Waarom heeft Vrouwe Maria Coomans de zonderlinge bepaling in haar testa ment opgenomen? De documenten laten hierover niets los, maar wel wordt er in Wemeldinge verteld, dat Maria het heeft gedaan, omdat de kerkeraad wei gerde een orgel te aanvaarden, dat zij ten geschenke had aangeboden. Hier over is echter niets terug te vinden, zodat het zéér de vraag is of dit ver haal juist is. Wanneer evenwel Vrouwe Maria in onze tyd had geleefd, waarin juist het kerklied en de orgelkunst in het mid delpunt der belangstelling staan, dan zou zU nooit en te nimmer een derge- lUke bepaling in haar laatste wilsbe schikking hebben opgenomen. Helaas heeft deze „bejaarde dogter en ambagts vrouw" blijkbaar nooit het geluld van Jonge stemmen gehoord, die vol geest drift en begeleid door schone orgel klanken, het lied der Kerk zooffen.,,. tc taai en dat al die Italianen macca- roni aten en spaghetti was idioot.... Buiten was de hemel opgeklaard. Da Dolomieten stonden te vlammen in da ondergaande zon, zij werden van diep oranje schelrood en van rood zachtrosc en van rose donkerpaars. Dat eeuwig wisselen der kleuren, het is de attractia van dit deel der Alpen. Maar de enige, die er iets van zag, was de zakenman die naar buiten keek en de vrouwen liet kakelen. De volgende morgen straalde de zon, de hemel was wolkenloos, ragfijn teken de zich het kantwerk der bergspitsen tegen de diepe blauwen af. De dochter voerde het woord. De thee kon niet halen bij Neder lands slootwater, het brood was zo „vers" dat de stukken uit het raam vlogen als je het sneed, het ei was te zacht en het moest zeker nog gelegd worden voor het gebracht werd en dat de zon scheen was heel aardig, maar het beloofde een affreus-hete dag te worden. Het moedertje stemde volmondig met dit allee in. Alleen de zakenman genoot van het uitzicht uit het hotelraam. En wij gingen maar heen, de bergen in en zeiden tegen elkaar: Zo kun je inderdaad ook reizen,.. MU wij met vacantie gaan, zal ook even aandacht aan de tuin besteed moeten worden, want als we die aan zijn lot overlaten, vinden we straks bij onze terugkomst een wildernis. Een tuin ziet er zeer spoedig verwaarloosd uit; daarom zullen we alles in het werk moeten stellen vóór het vertrek alles prima in orde te brengen. De schoffel en de hark moeten dus nu eens extra hun best doen. Schoffe len doen we alleen bij zonnig weer, anders heeft het totaal geen zin. Ook al staat er geen onkruid tussen de plan ten, dan is het toch goed dat er ge schoffeld wordt; de bovengrond moet los blijven, lucht en warmte kunnen dan beter tot de plantenwortels doordrin gen. Bovendien houdt dat rulle, droge bovenlaagje het uitdrogen van de grond tegen en dat is in deze tijd van het jaar van veel belang. De dahlia's ontwikkelen zich nu prachtig, maar de hoog groeiende soor ten kunnen nu eenmaal niet op eigen benen staan. Wij voorzien ze dus nu nog tijdig van een stevige stok. Die stokken plaatsen we zó, dat ze zo min mogelijk opvallen, dus als het kan, achter de plant. Laagblijvende soorten hebben geen stokken nodig, doch zij zullen beslist nog vóór ons vertrek van uitgebloeide bloemen verlost moe ten worden. Die lage perk-dahlia's heb ben de onhebbelijke gewoonte veel zaad té vormen en als mén dat allemaal maar ongehinderd zijn gang laat gaan, zullen ze zoveel kracht gebruiken, dat er voor het vormen van nieuwe bloem knoppen geen tijd meer over blijft. Loshangende ranken van diverse klimplanten zullen óf afgeknipt moeten worden, óf we binden ze netjes tegen de ijzerdraden of tegen het huis vast. Wanneer die scheuten of ranken lustig in de wind blijven slingeren, zullen ze straks de scheuten, die nog vast zit ten, meetrekken en dan ligt bij onze terugkomst alles op de grond. Losge waaide klimplanten zijn niet zo een voudig meer overeind te krijgen, dat kost veel moeite en geld: voorzie daar in dus tijdig. Het gras moet natuurlijk vóór ons vertrek nog eens extra kort gemaaid worden, anders is het er straks met de machine niet meer af te krij gen. Dan moet de tuinman er met de zeis aan te pas komen en dan kost het veel geld, hetgeen niet nodig was ge weest. Knip de kantjes nog eens netjes bij of steek ze af, terwijl ook de ligustrumhagen nog eens een knipbeurt verlangen. Er is dus nog voldoende werk, doch als alles gereed ls, zal het er straks bij onze terugkomst toch nog netjes uit zien en dat kan niet anders dan prettig zijn. De vroegere Britse minister van gezondheid Aneurin Bevan en zijn echtgenote, die met vacantie in Joego-Slavie zijn, hebben Zondag een bezoek gebracht aan maarschalk Tito Greetje Wielema Nederlands Kam pioene 100 meter rugslag op de Nationale Kampioenschappen te Sittard.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1951 | | pagina 5