WRIJFWAS „GLIM"
VALDA
f Pim, Pain en Pom in Zwitserland
IT/UIANC
HUIDKLACHTEN
DÉBRALINE
De wagen
in het Kloosferbos
JIMMY BROWN AL AUTORENNER
Neem een doos echte
UW HOEST
Het Radioprogramma
MOPSIE VAN
ZWARTE PIET
5. Jimmy Brown verrichtte zijn
werk bij Rinus Roest naar diens volle
tevredenheid. Jimmy sloeg de oude
auto's inderdaad zo plat als een dub
beltje en dat deed zijn baas een ont
zaggelijk plezier, zo zelfs, dat hij Jim
my na een week reeds een stevige
loonsverhoging beloofde. Jimmy zelf
echter deed zijn werk met een zekere
tegenzin. Hij kon de hekel die zijn
baas had aan alles wat automobiel was,
niet delen, maar ja, geld verzoent de
arbeid en Jimmy was al lang blij, dat
hij wat te doen had. „Ellèndige dingen
zijn het", zei Rinus Roest vaak. „De
man, die de automobiel heeft uitgevon
den, hadden ze moeten vierendelen. Die
heeft de wereld alleen maar ongeluk
en rampspoed gebracht. Ik begrijp niet,
Brown, dat jij dat ook niet inziet. Er
vallen elk jaar meer slachtoffers door
auto-ongeiukken dan door welke ziekte
ook. Als er iemand ziek wordt, bewe
gen ze hemel en aarde om hem weer
zo gauw mogelijk beter te maken, maar
denk je, dat iemand op het idee komt
de fabricatie van automobielen te be
teugelen? Nee hoor, hoe meer hoe liever.
Sufkoppen zijn het. Maar i k Rinus
Roest, werk hier niet aan mee. Ho*
méér van die karren ik kan opruimen,
hoe gelukkiger ik mij voel. Ik wou
maar Brown, dat jij dat nou eindelijk
óók eens begreep!"
biA
(Advertentie. Ing. Med.)
1I1ETON
(DOOR
MARIORIE 7^-
VERNON
100)
Maar aan de andere kant.had mj
die stille, gespannen blik van iemand
die bitter is gekwetst
„O neen?" zei ze luchtig. „Maar mis
schien had ik niet moeten komen,
misschien bent u niet op bezoekers ge
steld". Rossiter's s'renge gezicht ont
spande zich een beetje. „Vergeeft u
me, ik was erg onbeleefd", sprak hij
met die charme die Peta zich van het
dansfeest herinnerde. „Komt u binnen
en laten we een kopje thee drinken
natuurlijk vind ik het prettig u te zien,
maar ik was zo allemachtig verbaasd
en
Hij hield op en draaide zich om, om
haar vóór te gaan naar het huis en
Peta aarzelde een fractie van een se
conde alvorens hem te volgen. Neville
zou het wel begrijpen en hij kon in de
auto blijven zitten roken en de kran-
PASTIL- L_ E= S
VOOR
(Advertentie, Ing. Med.)
ten lezen die ze op de achterbank had
neergelegd. Ze kon toch niet dadelijk
met de deur in huis vallen en hem op
de man af vragen waarom hij Daphne
in de steek had gelaten, dan zou ze
haar doel voorbijschieten. Ze had een
delicate zending te vervullen en ze
moest het onderwerp Daphne met veel
tact te berde brengen. Peta volgde
hem door wijde openslaande deuren in
een gezellige lichte kamer, met tere
aquarellen aan de muur en overal
fleurige cretonnés. Er lag een dik zacht
oud rose kleed op de vloer. Rossiter
bood haar een stoel aan en belde om
thee en ze praa'ten ongedwongen over
ditjes en datjes tot een wat oudere
dienstbode het theeblad binnen bracht
en het aan Peta overliet om in te
schenken.
„Hij is aardig", concludeerde Peta,
die haar gastheer op onopvallende
wijze had opgenomen. „Wat er ook is
gebeurd, ik weet zeker dat hij niets
opzettelijk onaardigs heeft gedaan".
„U was zeker erg verbaasd om me
te zien?" vroeg ze ten slotte bij wijze
van proef, want ze wist niet goed hoe
ze het onderwerp het beste zou aan
snijden. Dat had hij weliswaar al ge
zegd, maar voor het ogenblik was dat
de enige indirecte opening die ze kon
bedenken.
„Ja, dat was ik zeker. Maar
voegde hij er galant aan toe, „het was
natuurlijk een bijzonder prettige ver
rassing. Ik had niet gedacnt dat ik u
ooit terug zou zien". ,Neen", sprak
Peta peinzend, terwijl ze een stukje
cake naar haar mond bracht en hem
niet aankeek. „U heeft alle contact
met Lynford wel zeer plotseling en
radicaal verbroken, is het niet?"
„Zoudt u dat in dezelfde omstandig
heden ook niet hebben gedaan?"
Peta slaakte een zucht van verlich
ting, maar voelde tevens een hevig
verlangen om het fijne van de zaak te
weten te komen. Het zou dus niet zo
moeilijk zijn, hij was niet van plan
ronduit te weigeren over Daphne of
zijn privé-zaken te praten, zoals ze
even had gevreesd, maar scheen he*
daarentegen als vanzelfspreken aan te
nemen dat ze volledig op de hoogte
was.
„Ik ken de omstandigheden niet. Ik
weet alleen maar dat Daphne met een
wanhopig verstarde blik rondloopt
sinds uw vertrek." (Wordt vervolgd)
zoals puistjes, vetwormpjes en mee-
eters die Üw huid aantasten en ont-
sieren verdwijnen spoedig met het
sterk desinfecterende huidgenees-l
middel met „dieptewerking"
I HELDERE VLOEISTOF, GEEN GAAS I
GEEN PLEISTERS. GEEN VLEKkE?'
(Advertentie, Ing. Med.)
WOENSDAG 28 NOVEMBER
HILVERSUM I. 402 m.: 7.00—24.00
NCRV. 7.00 Nieuws. 7.15 Een woord
voor de dag. 7.30 Zendersluiting. 9.00
Nieuws en weerberichten. 9.10 Voor de
zieken. 9.30 Waterstanden. 9.35 Gram.-
muziek. 10.15 Idem. 10.30 Morgendienst.
11.00 Gram.muziek. 11.30 „Zo je doet,
zo je ontmoet", hoorspel. 12.00 Sopraan
en piano. 12.30 Land- en Tuinbouwmede-
delingen. 12.33 Zi'geunermuziek. 12.59
Klokgelui. 13.00 Nieuws. 13.15 Protestants
Interkerkelijk Thuisfront. 13.20 Mandoline-
muziek. 13.50 Gram.muziek. 14.00 Prome
nade-orkest en solisten. 14.45 Voor de
meisjes. 15.00 Omroeporkest en soliste.
15.45 Voor de jeugd. 16.30 Zendersluiting.
18.00 Nieuws. 18.15 Pianoduo. 18.30 „Ap
pèl geblazen", causerie. 18.45 Gram.
muziek. 19.00 „Spectrum van het Christe
lijk organisatie- en verenigingsleven".
19.15 Literaire wedstrijd. 19.30 Gram.
muziek. 19.40 Radiokrant. 20.00 Nieuws
en weerberichten. 20.10 Commentaar Fa
milie-Competitie. 20.20 Kamerorkest en
solist. 21.00 „De Bijbel als Boek", cause
rie. 21.20 Koor en orgel. 21.X0 Internatio
naal Evangelisch commentaar. 22.00 Piano
recital. 22.15' Harp-muziek. 22.45 Avond
overdenking. 23.00 Nieuws en SOS-berich-
ten. 23.15 Gram.muziek. 23.20 „Hoe zit
dat met mijn kind?", causerie. 23.35
24.00 Gram.muziek.
HILVERSUM II, 298 m.: 7.00 VARA,
10.00 VPRO, 10.20 VARA, 19.30 VPRO,
20.00—24.00 VARA. 7.00 Nieuws. 7.15
Ochtendgymnastiek. 7.30 Zendersluiting.
9.00 Nieuws en weerberichten. 9.12 Gram.
muziek. 9.50 Voor de huisvrouw. 10.00
Schoolradio. 10.20 Voor de huisvrouw.
10.30 Gram.muziek. 10.45 Voor de vrouw.
11.00 Gram.muziek. 12.00 Voordracht.
12.15 Accordeon-orkest en solist. (12.30
12.33 Land- en Tuinbouwmededelingen.
12.3312.38 Voor het platteland.) 12.55
Kalender. 13.00 Nieuws. 13.15 Dansmuziek.
13.50 Regeringsuitzending: „De brieven
bus gaat open", correspondentie-club o.
1. v. Regina Zwart. 14.00 Gesproken port-
tret. 14.15 Strijkkwartet. 15.00 Kinderkoor.
15.20 Piano-recital. 15.30 Voor de jeugd.
16.10 Idem. 16.30 Zendersluiting. 18.00
Nieuws. 18.15 Vara-varia. 18.20 Actuali
teiten. 18.25 Amusementsmuziek. 18.50
„De sluipende volksvijand", klankbeeld.
19.20 Gram.muziek. 19.30 Voor de jeugd.
20.00 Nieuws. 20.05 Politiek commentaar.
20.15 Joegoslavische volksmuziek. 20.40
Aetherforum. 21.20 Operamuziek. 22.10
Gevarieerd programma. 22.45 „De wol-
handkrab", causerie. 23.00 Nieuws. 23.15
Gram.muziek. 23.40—24.00 Orgelspel.
(Advertentie, Ing. Med.)
4. De Kerstvacantie leek nog zo
heel ver af, maar de weken vlogen
voorbij en het duurde niet lang meer
of Pim, Pam en Pom en hun klasge
nootjes moesten bij het Hoofd komen
om hun Kerstrapporten in ontvangst te
nemen. Met kloppende harten nader
den Pim, Pam en Pom de tafel, waar
aan meneer Bigmans, het hoofd der
school, had plaats genomen. Maar ze
zagen het al aan het glimlachende ge
zicht van meneer Bigmans. Alles was
in orde. Ze hadden prachtige rappor
ten. Wat zou Moeder blij zijn. Zij kon
nu met een gerust hart op reis gaan.
Pim, Pam en Pom hadden laten zien,
dat zij niet alleen goede speurders wa
ren, maardat zij óók op school
goed hun best konden doen! „Zo jon
gens", zei meneer Bigmans toen alle
rapporten uitgereikt waren. „En nu
maar fijn vacantie vieren, we zullen
hopen, dat er flink sneeuw zal vallen,
zodat jullie sleetje kunnen rijden!" „Ja[
Enig! Reuze!" riepen alle kinderen
door elkaar, maar meester Bigmans
hief nog even zijn hand op voor stilte,
„Ik heb gehoord Pim, Pam en Pom",
zei hij, „dat jullie alleen zullen zijn in
de vacantie. Als jullie je soms mocht
vervelen, je weet waar ik woon!" „Niet
nodig meester", antwoordde Pom. „Het
hele dorp heeft ons al uitgenodigd. We
zullen ons geen moment behoeven te
vervelen, wanneer Moeder weg is".
HERSENGYMNASTIEK ANTWOORDEN
1. Dichlorodiphenyltrichlooraethaan. 2.
Marianne, Uncle Sam en John Buil. 3.
Uit 5 regels, waarvan 1ste, 2de en 5de op
elkaar rijmen. 4. Van het Utrechtse
plaatsje Breukelen. 5. Kameel heeft twee
bulten, dromedaris slechts een. N. Nieuw-
Amsterdam. 7. Ca. 2500 kg. 8. In Hel
sinki (Finland). 9. Afgeleid van G.P.
General Purpose (voor algemene doelein
den). 10. Rossinant.
(Advertentie, Ing. Med.)
OPLOSSING KRUISWOORDPUZZLE
Horizontaal: 1. tikar; 5. hades; 9.
olympiade; 12. RK; 14. tsa; 15. sla:
16. we; 17. aas; 19. tafel; 21. nar; 22.
smid: 24. sar; 25. vete; 26. prak; 28.
rage; 29. dat; 30. vod; 31. Oder; 34.
terp; 36. veel; 37. ven; 39. roos: 41.
ene; 42. baker; 44. elp; 45. ie; 46.
eer; 47. dis; 49. o.a.; 50. estafette: 52.
elite; 53. eagle.
Verticaal: 1. tiras; 2. k.o.; 3. alt; 4.
rijst; 5. hall; 6. Ada; 7. de; 8. stere;
10. maas; 11. Iser; 13. kampioene; 16.
waterpolo; 18. Sir; 20. fat; 21. neg;
23. dadel; 25. vader; 27. kar; 28. rot;
32. Dee; 33. Lek: 35. roe; 36. veine;
37. VARA; 38. Nede; 40. spade; 42.
bete; 43. rite; 46. Est; 48. sta: 50. ei;
51. eg.
fat tekkaxe. midde£
Ug&n v£\koudfaid
TONNEMA - SNEEK
(Advertentie, Ing. Med.)
Het was vlak voor Sint
Nicolaas. Boven de stad
stond een grote volle maan
en het vroor dat het kraak
te. Slechts hier en daar
brandde nog een lichtje,
haast alle mensen sliepen en
de straten waren verlaten.
Nee, toch niet helemaal.
Een donker figuur gleed
langs de huizen. Met lenige
sierlijke passen snelde het
langs de zijstraten en zocht
dan weer zoveel mogelijk de
beschutting van de huizen.
Het was Piet, de knecht van
Sint Nicolaas. „Brrrr..
rilde hij af en toe. „Brrrr...
geef mij maarrr het warrr-
me Spaanse zonnetje!" Plots
bleef Piet stilstaan. Het
leek wel of hij een zacht ge
kreun hoorde. Hij speurde
rond en Piet zou geen Piet
zijn als hij het niet spoedig
had gevonden. „Och... wat
errrg zielig!" mompelde hij.
Hij boog zich over een klein
hondje, dat bibberend van
de kou en hongerig in een
hoekje van een portiek lag.
Met zijn zwarte handen til
de hij het beestje op, deed
het onder zijn warme jasje
en snelde weer verder het
diertje teder beschermend.
Piet de knecht deed flink
zijn best. Dagen en nachten
klom hij over de daken
overal luisterend, strooiend
of bestraffend. Maar steeds
vond hij toch de tijd om snel
even naar het hoofdkwar
tier "an Sint Nicoleas te
wippen en zijn hondje te
verzorgen. „Mopsie" had hij
het beestje gedoopt en het
sprong tegen hem op steeds
als hij kwam. Na tien dagen
waren Piet en Mopsie grote
vrienden maar de tijd na
derde dat Piet weer naar
Spanje moest.
Sint Nicolaas wist nog
niets van Mopsie of. „Ja",
dacht Piet „ik moet het
hem toch gaan vertellen!"
Hij nam Mopsie met mandje
en al op, zette het voor de
voeten van de Sint en ver
telde hoe hij aan het hondje
was gekomen. „Je hebt je
best gedaan. Pieter!" sprak
de Sint goedig. „Je hebt
zeer hard voor me gewerkt
en daaromals je zo
moeilijk van je hondje kunt
scheiden zal er wel een
plekje voor hem aan boord
te vinden zijn. Je mag Mop
sie mee naar Spanje ne
men!"
Piet lachte, zodat zijn
witte tanden allemaal zicht
baar werden. „Harrrtelijk
dank!!" zei hij en was
roetsssweer met zijn
hondje verdwenen.
Door duizenden kinderen
werd de Sint uitgeleide ge
daan. Juichend en zingend
stonden ze opgesteld langs
de weg en hoog vanaf ziin
schimmel wuifde hij naar
alle kanten. Achter het
paard liep Piet met Mopsie
aan een touwtje. De toe
juichingen golden ook hem.
Trots stapte hi1 voort en
deelde links en rechts han
den vol pepernoten uit aan
de kinderen. De boot lag al
onder stoom. Sint was reeds
aan boord gegaan maar Piet
was vlak bij de loopplank
blijven staan bii een klein
meisje. Het had rafelige
kleertjes aan en hapte gre
tig de pepernoten van Piet
naar binnen, want ze had
honger. Teder aaide ze Mop
sie over zijn kopje.
„Waarom is Sint niet bij
mij geweest?" vroeg ze met
een klein stemmetje. „Ik
was óók zoet maar Sint is
onze deur voorbij gegaan!"
Ontsteld hoorde Piet de
woorden van het meisje aan.
Hij wilde nog het schip op-
snellen om een prachtig ca
deau voor haar aan Sint te
vragen maar de bisschop
stond al ongeduldig te wach
ten. Toen gaf Piet Mopsie
weg. Snel duwde hij het
touwtje in het kleine handje
en rende de loopplank op.
De boot maakte zich lang
zaam van de kade los. Een
oorverdovend gejuich steeg
op maar Piet keek met tra
nen in zijn ogen naar Mop
sie en het overgelukkige
meisje.
ZOMER èn WINTER
Een verhaaltje
en een puzzie
Kleine Peter werd bii Sint
Nicolaas geroepeN.
SchuchTer kwam d£ jon
gen naaR de fraai versier
de stoel waarop de bis
schop had plaats genomen.
„Dag beste Peter!", zei de
Sint. „Dag Sinterklac
antwoordde Peter, verle
gen aan zijn dasje peute
rend. Sint Nicolaas paKte
een groot boek en begon
er in te bLaderen. „Ik
lees hier, Peter", zei hij,
„dat je vAder en moeder
nogAl tevreden over je
zijn. Ja, ze zijn op het
ogenblik zelfS héél tevre
den, maaréén ding
moet je me toch eens ver
tellen. Waarom ben jij al
leen maar oppassend in de
winter? Als je dan toch
braaf Kunt zijn waarOm
ben je het dan niet het
hele jaar door? 'sZoMers
ben je een echte belhamel,
lees ik hier!" PeTer kreEg
Een hoog rode '-'Qur. Hij
keek van de SiNt naar
Piet, maar die KekEn
allebEi zo eRnstig, dat hij
zijn blikken maar snel
neersloeg. „Ik.... ik weet
het niet!".stotterde hij.
„Maar ik dacht.... dat....
dat ik een sPoortrEin zou
kRijgen!" „Zo-zo!", brom
de de Sint. Ja.. jA. d*e
zou je 's winters ook wel
verdienen, m/sr je ge-
dRag 's zomers Is alleeN
maar goed, om diep in de
zak te komen. Is Het niet,
Piet?" Piet grOmde Lang
achter in zijn keeL en Pe
ter voelde zich hopeloos
ongelukkig. „Luister eens,
Peter!", zei de Sint nu,
terwijl hij het boek dicht
klApte. „Je weet toch dat
mijN knechten het hele
jaar Door hier in Holland
zijn en alles noteren wat
ze Maar ziEn en horen!"
„Oh.... oh ja SinT?", zei
Peter ongeLovig. „Natuur
lijk!", sprak dE Sint ver
der, „anders zou ik toch
niet alles Kunnen weten,
Kereltje!" „Oh", zEi Pe-
teR Schuchter. „Dan heb
ik me Vergist, Sint!"
„Waarom?", vrOég de
Oude man." „Ik dacht dat
gedrukte hoofdletters in
de vakjes van nevenstaand
figuur. De letters hebben
de volgorde zoals ze van
voor tot achter in het
stukje tekst voorkomen en
je moet ze in de vakjes
plaatsen van links naar
rechts en bovenaan begin
nen. De uitkomst is een
zin, die op Sint Nicolaas
slaat.
ik alleen maaR Zoet mOest
zijn als U in hEt land was
maar... maar krijg ik nu
mijn spoorTrein niet?!"
Sint Nicolaas En Piet ke
ken elkaar nadenKend
aan. Toen greep Piet plot
seling In zijn zak en haal
de er eeN grote doos uit.
„Sint Nicolaas een kin-
Derrrvriend is!", zEi hij.
„Jij tóch je tRrrein krij
gen, maarrrvoortaan
h£t héle jaarrr zoet zijN
hoorrrrr
Plaats de hierboven in de
tekst voorkomende schuin
Miesje is maar een
klein muisje,
Maar tóch kent ze
Sinterklaas,
Die hier jaarlijks op
bezoek komt,
Met zijn zwarte Pieter baas
Plotseling klonk er in
de schoorsteen,
Een geraas als nooit
gehoord.
Miesje dacht: „Ha,
strakjes komt het!"
En ging hard met zingen
voort.
„Weet je", dacht ons
muisje pienter,
„Sint komt vast door
deze stad,
Als ik nu een lied ga
zingen,
Misschien strooit hij
dan wel watt"
„Rang, Boem, Past!",
daar vloog het lekkers,
Rom-bom door de kamer
heen.
Miesje schrok zich haast
een hoedje,
Bleef met moeite op
de been.
Toen de maan scheen
door de bomen,
Stapte Miesje uit haar hol,
Zong wel drie, vier
mooie liedjes,
Het was prachtig mooi
en vol.
Hele grote pepernoten,
Zuurtjes, koekjes door
elkaar.
Miesje zat vol blauwe
plekken,
Maar,het snoepgoed
taas voor haarl