Honderd jaar geleden verging de stoomboot „Birkenhead" Anton H. Molkenboer tachtig jaar Weinig Australie-emigranten gaan naar de boerderij Klassiek drama van doodsverachting discipline en ridderlijkheid Het Elfje ïilJCen PleCdtige her<,enkin^ie"8t grote deel het leven liet, is er het beste bewijs 72"dat'lt'ÏLriSk Ïi Jeke" tot de verbee,dinK spreekt die het Niemand dacht aan zich zelf Laag water opdeWadden Postboot en beurtschepen vastgelopen ANWB vraagt om afdoende oplossing te Wassenaar A/gemene angst voor eenzaamheid Sober en actief leven Uk*. - - ■*- afm, l - m Hollandse boer wil wel aan stadsrand werken Ambonezen overwegen een civiel proces O.E.E.S. bestudeert de Franse invoerpolitiek Morgen verkiezingen in Zuidwest-Duitsland 'Van onze correspondent in Zuid-Afrika) QP 26 FEBRUARI 1852 verging bU Danger Ponit in de Valsbaai (Z -Afrika) de 1400 ton metende Engelse rarters(nnmh„ 4 valSDa»' (/-Afrika) de u a raderstoomboot „Birkenhead-, de eerste ijzeren stoomboot die voor de marine was gebouwd Het feit a a «couuwa. Met feit, dat thans honderd iaar Tijithpjfi der a" p weergaloze doodsverachting en de sublieme rid- derlgkhe.d der opvarenden van de Birkenhead heeft voor altijd een wet ge schreven in het geweten van iedere zeeman: dat bij een ramp allereerst vrou wen en kinderen worden gered en dat alle mannelijke opvarenden, indien nodig, sich daarvoor, in koene discipline hebben op te offeren TN DIE Februarimaand van het jaar 1 1852 waren er gevechten aan de gang op de grenzen van Kaapprovin cie en Transvaal; de achtste kaffer oorlog woedde in alle felheid en de commandant der Engelsen, Sir Harry Smith, had dringend om versterkingen gevraagd. Voor een deel waren die verse troepen uit Engeland gekomen op de Birkenhead. De rest van de troepen zou het schip opnemen in Si- monsbaai. En dat gebeurde. Twee da gen lag de nieuwe oorlogsbodem daar voor anker om, behalve de troepen, ook kolen en proviand aan boord te nemen. Om zes uur in de avond van 25 Fe bruari 1852 lichtte het schip het anker en voer uit, bij schitterend weer en kalme zee, in de richting van Port Elizabeth. Dat zou de laatste haven zijn, die de Birkenhead aandeed alvo rens binnen te lopen in de monding van de Buffalo-rivier, waar de soldaten moesten debarkeren. Er waren 630 zie len aan boord, vrijwel allen militairen. Maar een aantal dier mannen had zijn gezin meegenomen; in totaal waren het twintig vrouwen en kinderen. LIIJ zat met een blij gelaat op de rand van het zwembassin, terwijl zijn bleke benen in het water bungelden. Beneden zijn middel was het een bur germannetje, maar daarboven een verbeterd soort kettingworstelaar. Jammer, dat zulke mensen geen lange broeken in het zwembad moeten dra gen. Inmiddels overzag hij met veld heersblik het bad en toen wij naast hem opdoken keek hjj ons aan alsof We met een gek hoedje op zomaat een stafvergadering waren binnengelopen. Zijn ogen vernauwden zich tot spleet jes en toen kwam de herkenning. „Ik was 'n klein beetje an 't observeer- tiere", sprak hij, ons de hand reikend. Zijn blik waarde naar de duikplank waar een meisje met badpakfragmen ten veelbelovende hlnk-stap-spronge- tjes uitvoerde, zonder nochtans te duiken. Nu was het ons bekend, dat de heer Sokkenwater {want hij was 't) geen scherp gezichtsvermogen had en dat hij in de welgeklede maatschappij een bril met telescooplenzen droeg. We verdachten hem nu dus met enig recht van bedriegerij: óf hier, óf daar buiten. Vooral toen hij zei: ,,'t Is puur zo'n knapperd, dat maidje", wroette de angel van het wantrouwen bepaald hinderlijk in ons gemoed, ,,'k Zif 'r al de hille taid naar te kaike", consta teerde de heer Sokkenwater. ,,'t Is 'n allemachtig pittig kind! Mot ïe zulke biene zien.' De jongedame poogde nu niet direct haar benen te verbergen. Ze zwiepte ze elegant omhoog en al met al \as het heel wat erger dan die naakte plaatjes voor de badinrichting fan Alphen, die B. en W. daar niet wilden hebben. Kijk, daar balanceerde ze op één been, blijkbaar met de be doeling om te duiken. Doch dat ge beurde niet. We prezen ons gelukkig, dat handel in blanke slavinnen in dit land verboden is; ook al omdat ons zakgeld dergelijke aankopen als die van de soepele juffrouw op de spring plank niet zou toestaan. Ongetwijfeld wist hemeisje indruk te maken. Kijk ze nou haar toeuallige achtergrond be nutten! Daar stond namelijk op het eind van die duikplank (tegen de muur uiteraard) een houten en loden pop, die mensenredders-in-wording ge bruiken bij hun oefeningen. Stram, zo als het een houten pop betaamt, stond het ding daar, de afgeschilferde ka ken stupide naar boven geheven. Zijn staken van benen waren gewoon lachwekkend. De loden verrader was er een knapperdbij. En tegen dat décor dartelde ons slavinnetje, pardon, dat meiske, met een souplesse, dat we even rilden. Daar stond ze naast de houten imitatie-drenkeling. Eén spron getje, en daar danste ze lichtvoetig over de veerplank, om zacht Wiepend terug te lopen naar de houten Klaas. Een elfje met badmuts en enig textiel ,,'t Is 'n Venus!", zeiden we klassiek tegen Sokkenwater, die al in trance was. Hij knikte bewogen. „Dat zulke skoónhaidies bestaan kennel", fluister de Hij. We begrepen nu, dat het belet op de springplank het preludium was tot een fenomenale duik van d"t godinne tje. Ze zette zich af tegen de houten drenkeling.... een dierlijk-schone 'sprong en daar zweefde ze al. Toen ze in het water erecht kwam was het. alsof ze dat slechs tot ons genef deea; ze had ook kunnen blijven zweven, desgewenst. Sokkenwater en wi) zuchtten diep. „Fantastisch", lispelden U>ü; over het water zoekend vaar het ranke silhoue van de Elf. Sokkenwater heek nog. steeds vervoerd naar de zij eens gestaan had. „n Sk,ttr kind!", lispelde hij. ,,'k Ben blaid dat die iene kerel d'rof J*:® kon 't maisie amper zienWe kunnen ons vergissen, maar U'e zagen naa. zéker, dat de Houten Klaas een knin- oogje gaf en dat hij een grijns op zijn geverfd gelaat had. De kapitein hield koers dicht onder de kust, om zo snel mogelijk de troe pen te bestemder plaatse aan land te kunnen brengen. Maar zijn haastige spoed was minder dan ooit goed, hij voer te dicht onder de kust. Op de rots 70 NADERDE de Birkenhead tegen het ochtendgloren Dangèr Point, waar een lange, rotsige uitloper zich over een afstand van ruim een mijl dicht onder de golven in zee uitstrekt. Er_ in 1852 was er op die plaats nog géén vuurtoren De ramp kwam geheel onverwacht. Op de rotsen, een mijl uit de kust, liep de Birkenhead in de vrcege ochtend van 26 Februari 1852 omhoog. Een schok.... een snel ontwakeneen lek in de romp.... Het water stroom de met ontembare kracht naar binnen en de vuren werden in minder dan geen tijd gedoofd. Degenen, die in het onderste ruim hadden geslapen, ver dronken de anderen renden naar het dek. Daar heeft zich toen een won der van discipline en massale zelfbe heersing afgespeld. Want de soldaten stelden zich in het gelid op als gold het een parade. Sommigen werden aan de pompen gezet, anderen kregen op dracht de reddingboten te strijken. Slechts drie boten konden te water worden gebracht en de eerste daarvan werd ogenblikkelijk toegewezen aan de vrouwen en kinderen. Terwijl de soldaten keurig aangetreden bleven staan, gingen de wanhopige vrouwen en de schreiende kinderen in de boot. Ook de twee andere boten werden snel bemand en verlieten, tegen de bran ding optornend, zo snel als mogelijk was de plaats van de ramp. En nog altijd stonden daar honderden militai ren correct aangetreden. Tien minu ten na het omhoogvaren brak de Bir kenhead; één der masten kwam om laag en doodde tientallen mannen aan het dek. Toen kwam het bevel: „Every man for himself!" HE DRIE reddingboten dobberden nog in de onmiddellijke nabijheid en zij waren reeds overvol. Eén der officie ren een held wiens naam onbekend gebleven is begreep op het laatste moment wat er gebeuren zou als de ruim vijfhonderd soldaten te water zouden springen in een laatste, despe rate poging om de nog in de nabijheid liggende boten te bereiken. Met twee, drie stappen stond hij voor de aange treden soldaten en bezwoer hen, om der wille van de vrouwen en kinderen niet van boord te gaan. „Gij moogt hun leven, dat nu gered is, niet in de waag schaal stellen!" zo'schalde zijn heldere stem. Stram bleven de vijfhonderd soldaten de dood in iet gezicht kijken, niet één van hen sprong over boord. Een paar minuten later zonk de ge broken Birkenhead weg in de koken de golven en schoten de haaien toe op hun hulpeloze prooien. De meesten van de mannen raakten verward in het ondoordringbare zeewier en ver dronken of werden verscheurd door de zeemonsters. Van de 630 opvarenden lieten er 438 het leven. Hunner is de onvergankelij ke glorie van dappere ridderlijkheid, die de ondergang van de Birkenhead gemaakt heeft tot een klassiek drama van menselijke grootheid en zelfopof fering. De leden van het nieuwe Egypti sche kabinet werden door Koning Faroek beëdigd. Minister-president Hilaly Pasha (midden voorste rij) en zijn ministers vooT het Kabbeh Paleis. De scheepvaart op de Wadden onder vindt de laatste dagen weer grote hin der van de lage waterstand. De postboot van Schiermonnikoog naar Oostmahorn kon gistermorgen niet meer vertrekken. Een poging hiertoe leidde tot een stran ding. De reddingboot Insulinde uit Oost mahorn heeft de passagiers van de post boot overgenomen en deze naar de vastewai gebracht. Drie beurtschepen, die uit Harlingen naar Ameland vertrokken, liepen op het Wad vast. Een amphibievaartuig heeft vijf en twintig passagiers en ook de post van het eiland in vier tochten naar de vaste wal gebracht. Ook gisteravond heeft de redding boot Insulinde een reis heen en terug naar Schiermonnikoog moeten maken. Twintig passagiers en enige vracht werden er heen gebracht, vijf en twintig passagiers vandaan gehaald. Het was echter zelfs de Insu linde niet mogeiijk, bg de aanlegstei ger te komen, zodat de opvarenden op het wad moesten uitstappen. De ANWB heeft bij de minister van Verkeer en Waterstaat aangedrongen op aanleg van de nieuwe rijksweg Ypenburg-Leiden, teneinde op deze wijze het doorgaande verkeer uit Wassenaar vandaan te halen. Op deze wijze zal de rijksstraatweg door dit dorp aanzienlijk minder gevaarlijk worden. Verder moeten de rijbanen worden gescheiden en enige veilige oversteekplaatsen voor voetgangers worden gemaakt. Doelmatige af scherming van rijwielpaden en rijba nen en aanleg van een behoorlijke ver lichting zijn voorts noodzakelijk. Een Britse schildwacht overziet vanaf zijn hoge standplaats bij het Suez Kanaal, het passeren van het troepentransportschip „Pasteur", dat met afgeloste Franse troepen uit Indo-China, op de thuisreis is. (Van onze correspondent in Australië) AUSTRALIE'S sterk verminderde voedselproductie en export is en blijft het gesprek van de dag en eist voortdurend kolommen in de dagbladen en tijd schriften op. Iedereen is het er over eens, dat er onmiddellijk wat aan gedaan moet worden. Doch het is niet zo'n eenvoudig probleem, dat men een, twee, drie kan oplossen. Sinds de oorlog zijn er in Australië ruim een half millioen immi granten binnen gekomen. Van deze ruimöOO.OOO hebben slechts een 30.000, oftewel een 6 als boer of boerenknecht het platteland bereikt. Bij de 170.000 ontheem den was het percentage nog lager, te weten 4V4 De „invoer" van ruim een lialf millioen mensen betekende een bevoikingstoeneming van 3 per jaar. De toeneming van de productie van voedingsmiddelen is in de afgelopen jaren slechts 1 per jaar geweest. Volgens Bartjes dus een steeds verminderd over schot voor export. Schilder en moza'iekwerker van zeer grote vitaliteit JN EEN LOKAAL der Mariascholen te Haarlem kan men het atelier vinden van de schilder en mozaiekwerker Anton Molkenboer, die 8 April tachtig jaar wordt. Het is een hoog en hol vertrek, dat zich in minder dan geen tijd vulde met de slordige nonchalance van een, die niet kan laten te scheppen wat zijn geest aan verbeeldingskracht opbrengt. Sinds 1942, toen de Duitsers hem uit Den Haag verdreven, werkt en woont hij in Haarlem. Nog steeds is hij helder van geest. Zijn lichaamskracht is nog ongebroken. De staalgrijze ogen kijken de bezoeker scherp aan. Hij werkt nog zonder bril. Zijn hand tekent de letters gaaf en vast op de achterzijde van de foto, die hij ter publicati^ afstaat. Hij bruist van activiteit en levenslust deze man, die van 's morgens zeven uur tot 's avonds in touw is en bet werken eenvoudig niet kan laten. TK HEB altijd gezond geleefd", zegt hij. „Een dood-enkele keer rook ik wel eens een sigaretje, maar het grootste deel brandt ongebruikt op. In het vuur van het gesprek leg ik het ding op een asbak en vergeet het. Op de Academie voor Beeldende Kun sten, waar ik mijn opleiding gedeel telijk ontving, verkoos ik mijn glaasje melk met suiker, waar anderen naar bier of Iets anders grepen. Ik vond bier niet lekker". Dit typeert deze kunstenaar. „In alles ben ik matig geweest, behalve in m'n werk. Grote activiteit is de bron van nieuwe mogelijkheden", zegt hij. „De laatste twee maanden schil derde ik nog veertien portretten. Dit hier is van burgemeester Cremers. En dit is mr. Simons. En dat is uw col lega Davld Koning. Een pracht-kop, nietwaar? Ja, als ik geen opdrachten heb voor mozaiekwerk, schilder ik. De één gaat biljarten in zijn vrije tijd, een ander vissen, ik schilder nu een maal graag". „Hoe is uw levensloop geweest?" wagen we te onderbreken. ,,Aan de Rijksnormaalschool voor tekenonderwijzers haalde ik m'n acte tekenen M.O. Vervolgens Rijksaca demie. Gewerkt onder prof. Allebé. Toen in Parijs kunstgeschiedenis ge studeerd aan de Sorbonne. Daarna Amerika: „The Student Art League" in New York, en vervolgens gewerkt in Los Angeies. In 1911 kwam ik terug naar Neder land om de familie en vrienden nog eens te ontmoeten. Ik kreeg echter zoveel opdrachten, dat er van terug- faan niets kwam. Er was o.a. een op- racht b(j om wandschilderingen te maken voor het St. Franciscus Gast huis te Rotterdam. Die heeft me rechtstreeks tot de mozaïeken ge bracht. In Italië en in Frankrijk ben ik deze kunst gaan bestudere: rip DE werktafel ziet men de kunste naar werken aan de rangschik king van kleurige mozaïeksteentjes zelf gehakt door de heer Molkenboer in de gewenste vormen tot een eenvoudig crucifix. Maar rechts in een hoek van het hoge vertrek hangt aan da zoldering een ontwerp voor een groot werk. Vijf jaar is er aan gewerkt. Het is een bevrijdingsstuk. Een mozaiek, voorstellende Amster- dam's verwoesting en opstanding en geïnspireerd op Vondels woord; „Zij zal met groter glans uit as en stof herrijzen". De Gijsbrechtfiguur is cen traal geplaatst In dit mozaiek, dat te zijner tijd een plaats zal krijgen in een nieuw stadhuis van Amsterdam. Het is het laatste grote mozaiekwerk dat de heer Molkenboer onder handen had. Maar niet z'n grootste werk is het geweest. Van nog heel ander formaat was het door hem vervaardigde gedenk- mozaiek voor de kerk St. Abt in Scheveningen. Het meet 12 x 17 m. Het bestaat uit 810 vakken, en werd vóór het zijn definitieve bestemming kreeg, geëxposeerd in Parijs en Rome. „Prachtig materiaal heb ik nog luist vóór de oorlog in Venetië ge kocht. Hier, kijkt u maar: Glas, waar in echt goud en zilver verwerkt is. Kostbaar goed, waar ik nog steeds mee kan werken. Andere plaatsen hebben ervan geprofiteerd, o.a. Ka- pelle in Zeeland, waar ik vorig jaar een Frans oorlogsmonument maakte". Een gesprek met de heer Anton Molkenboer, is niet in al zijn détails na te vertellen. „Wat wil u?" zegt hij zelf. „In tachtig levensjaren maakt een mens zo ontzaggelijk veel mee". Niet ieder mens, zouden we hier aan willen toevoegen. Alleen maar mensen, zoals deze driftig levende kunstenaar Molkenboer, wieng geesV- kracht op z(jn terrein niet onderdeed voor die van zijn vereerde broer, wjj- len prof. Molkenboer, de Vondelken ner van de Nijmeegse universiteit, of van zgn oom, de bekende professor Der Kinderen te Amsterdam. Een sprekend? voorbeeld van Mol- kenboers kunst: fragment van één zijner grote mozaieken. s««[«SS» WAARAAN is dit allemaal te wijten? Australië begon na de oorlog zijn grootscheepse immigratie-programma met het doel de bescherming van de natie en de uitbreiding van het leger arbeidskrachten. Op velerlei gebied is dit doel bereikt, doch alleen de boerde rijen ontvingen van deze aanvoer slechts een schimmetje. Men moet deze zaak echter rustig en goed bekijken. Indirect heeft het platteland wel dege-' lijk voordeel van dit leger nieuwe ar beidskrachten; dit zal in de toekomst nog in veel sterkere mate tot uiting komen. Neem bijvoorbeeld de spoorwegen in de staat Nieuw Zuid Wales voor het platteland van de grootste betekenis. Hier vinden thans 4000 nieuwe Austra liërs werk. Neem de staal werken in Newcastle en Port Kembla, voor de boeren van het grootste belang voor de productie van materialen als prikkel draad, kippengaas, dakijzer, landbouw machines en dergelijke, waaraan 'n be langrijk tekort bestaat. Ook hier von den duizenden nieuwelingen werk Neem het grote hydro-electrische werk in de Sneeuw Bergen De snowy Mountains de sleutel tot de agrari sche en industriële openlegging van het Australië van morgen. Dit zou zonder aanvoer van nieuwe Australiërs vast lopen. Neem het Sydney Waterstaat Departement, dat 3000 nieuwe Austra liërs kreeg, waarvan alleen reeds het voor het gehele gebied zo belangrijke Warragamba reservoir er 1300 kreeg. Neem de steeds met hun staf sukke lende ziekenhuizen en hospitalen in stad en land, waar 5000 nieuwe Austra liërs werken. Neem de kunstmestfabrie- ken, de aanleg van wegen en al die an dere industrieën en publieke werken, waarvan het platteland profijt trekt. Allen deelden in de stroom nieuwe ar beidskrachten. Urgent probleem DEHALVE de boerderij zeif. En dit probleem is nu nadat andere ga ten gevuld zijn aan de orde van de dag. Maar het is dan ook het moeilijkste probleem van alle. Want boeren is wat anders als wegen aanleggen, reservoirs bouwen en in de fabriek staan. Boeren is iets, waarvoor men geboren moet zijn en waarvoor men liefde moet heb ben. Men kan eea nieuweling naar een fabriek of een waterreservoir leiden, en hij zal ook al is hij niet bijster dol op zijn werk redelijke prestaties kunnen leveren. Doch leidt hem naar de boerderij, en hij Is "oor de boer waardeloos. Hoeveel voorbeelden hiervan zien wij niet iedere dag onder de Nederlandse immigranten? Niet-boeren van goeden wille, die wel even naar de boerderij zullen gaan, doch die in de meeste ge vallen spoedig met hangende pootjes terugkomen. Wie moeten er dan wel naar de boer derij? Naar de typische Australische boerderij? In de eerste plaats de Engel se boerenzoon en landarbeider. Want hij spreekt de taal en weet wat hem, buiten de radius van de stad, te wach ten staat. Zijn vrouw kent de taal en de smaak van de boerin, en de nieuwe lingen zijn spoedig ingeburgerd en nut tig. Doch het met een groot tekort aan voedsel tobbende Engeland wil zijn boerenzoons en boerenarbeiders liever niet laten gaan. Wat dan? De Nederlandse of de Duit se boerenzoon of landarbeider? Wat betreft de Hollanders, ja zover het de melkveebedrijven en groentekwekerij en in de buurt van de steden betreft. Neen, wanneer het om 't echte Austra lische „station" en de boerderij in „de Nu het geding voor de centrale raad wan beroep tussen de Ambonees Sap- tenno en de Nederlandse staat over het ontslag van de KNIL-militairen geen antwoord heeft gebracht op de vraag, of deze militairen mochten worden ontslagen voor hun afvloeiing naar hun uiteindelijke bestemmingsplaatsen, overwegen de in ons land gehuisveste Ambonezen een beroep op de burger lijke rechter. bush" gaat. De Nederlandse boer is ge wend aan het kleine. Hij kent de enor me uitgestrektheden, de heuvels en de woeste bergen niet, en zij beangstigen hem. Hem misschien nog niet eens zo erg, maar zijn vrouw In de eerste plaats. De „bush" is de Nederlandse boer te eenzaam. De afstanden naar het dorp en naar de school en de kerk zijn hem doorgaans te ver. Er is werk genoeg HE Hollandse boer en landarbeider u kan van het grootste nut zijn, wan neer men hem, door de invoer van dui zenden pre-fabs, in staat zou kunnen stellen in de buurt van de steden de zuivel-, vruchten-, eieren- en groenten- productie te helpen opvoeren. Dit was dan ook een van de mogelijkheden, wel ke op de zojuist in Canberra gehouden „Citizens Convention" het Burger schap Congres behandeld zijn. Voor de „bush" en de bergen zou de Duitse boer en landarbeider veel meer in aan merking komen. Doch met de emigra tie van Duitsers vlot het nog niet al te best. Ook op andere wijze werkt thans de federale regering in Canberra de terugtocht van de stad met de fabrie ken naar de boerderij in de hand. En wel in de eerste plaats door de strenge c'redietbeperkingen der laatste maan den. Van de niet essentiële industrieën vinden de arbeiders thans hun weg naar de wèl essentiële industrieën en „zelfs" naar het platteland. Minder „zachte" in. dustrieën, die steeds met een groot te kort aan arbeidskrachten worstelden, beginnen nu het volle pond te krijgen. En voor het eerst in vele jaren zijn er genoeg losse arbeiders voor de vruch- tenpluk. Werk is er nog meer dan ge noeg voor allen en voor nog vele tien duizenden nieuwelingen. Maar minder en minder het „zachte" werk, waarop zoveel zogenaamde landverhuizers en „pioniers" uit Nederland gebrand zijn en meer en meer het wat minder zachte werk, dat Australië zo nodig heeft en dat het thans zo sterk tegen de agrari sche productie gerichte getij spoedig kan doen keren. Geen nieuwe credieten van Belgie voor Frankrijk Een speciale commissie der OEES is gisteren begonnen met de bestu dering van de Franse invoerbeperkin gen en van de handelspolitieke maat regelen, die Frankrijk heeft voorge steld. Volgens berichten uit Parijs zou Frankrijk er de voorkeur aan geven de voorheen geliberaliseerde invoer en de gecontingenteerde invoer in gelijke mate te beperken, doch desverlangd zou het ook bereid zijn de gecontin genteerde invoer ongewijzigd voort te zetten en alleen op de voorheen geli beraliseerde Invoer beperkingen toe te passen. Als datum van ingang zou Frankrijk J April hebben voorgesteld. Tot die datum zal de invoer beperkt blijven tot noodzakelijke levensbe hoeften. België wacht thans de uitslag af van dit onderzoek door de OEES en zijn financiële en handelspolitiek ten aanzien van dit land in overeenstem ming te brengen met de te nemen be sluiten. Het is zeer onwaarschijnlijk, dat België nieuwe credieten aan Frankrijk zal verlenen, zelfs niet in het kader van de EBU. Graadmeter voor vertrouwen in Adenauer Morgen zullen in Zuidwest-Duiteland verkiezingen worden gehouden voor de grondwetgevende vergadering van de nieuwe Zuidwestduitse staat, die door samenvoeging van Wiirttemberg-Baden Wiirttemberg-Hohenzollern en Zuid- Baden is ontstaan. Vijftig procent der inwoners is pro testant, zeven en veertig procent R.K. Men is algemeen geneigd de toekom stige uitslag der verkiezingen te b°- schouwen als een teken van hetgeen de bevolking van Adenauers herbewape- mngspoiitiek denkt.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1952 | | pagina 5