Amerika s toekomstige boeren
DE FAMILIE DAVIDSON
ons
maar
heden
laat
ons dagelijks brood"
het bruin brood zijn
„Geef
Jeugdorganisatie voert vredelievende
strijd om eretitels en een inkomen
Twee
en een
hal
ve eeuw van
Hollandse tekenkunst
Verdienstelijk werk van
de F. F. A.
NOORDHOLLANDSE GESLACHTEN (2)
Werkloosheid steeg in
de maand Juli
Opkomst, bloei en verval in prenten uitgebeeld
Leerzame collectie in Fodor
te Amsterdam
Hefschroefvliegtuigen staken de Oceaan over
Het duurste toch niet
altijd het beste
MIFT <Va,n 0nze corresPondcnt te New York)
N Mossyrock in de sUat vSLto fS*" k'e,ne landbouw^meenschap
■cbappelUke landbouwbelangen onTe ÏT n JaarVCrsIa(r van hun Kemccn'
«n hebben p 'te11"!. De groep bleek in totaal een winst
kundlT jrl l T "-47M9 bü hct v"richten van tal van landbouw-
rrds wordt l„ dae Cn ,HCt kWam neCr °P 5 365 per h00fd! I" a»e ^.en des
TT de
n nationale organisatie van boerenzoons en
iren%;m .°P T V°°r rfkCnin* de slag zUn ge-
Van 1B rC,UUaten P°ver, een enkele zelfs eindigt met ver-
es. ar het merendeel dezer organisaties boekt aardige winsten, die soms
°P u PCr deelnemer. Driehonderdveertigduizend boerenzoons
op het Amerikaanse platteland zijn lid van de F.F.A. De voorwaarden voor lid
maatschap zjjn dal zij op school een speciale landbouw-cursus volgen, en In hun
vrije ut de theorie m practük brengen, onder supervisie van hun landbouw-
lnstructeur.
Het F. F. A.-lid begint doorgaans op
kleine schaal met het vetmesten van
een varken, het houden van een 25-tal
kippen, of het bebouwen van een lap
je akkerland. Als er ook maar enig
boerenbloed in hem steekt, maakt hij
een kleine winst met zijn onderneming.
Indien hij die verstandig belegt door
er een varken, of een paar kippen of
een stukje land bij te kopen, is hij
spoedig op de goede weg.
Een karakteristiek voorbeeld vaneen
lid van de F. F. A. is de 20-jarige Don
Staheli, een jongen uit het dorpje Hur-
ricane in de staat Utah. Vijf jaar gele
den begon hij zijn landbouwcarrière
met het vetmesten van een varken. Hij
won er op een plaatselijke landbouw
tentoonstelling de eerste prijs mee, ver
kocht het beest tegen een aardige prijs
en kocht er een kalf voor in1 de plaats.
Hij verzorgde het dier uitmuntend. Na
een jaar kon hij het voor voldoende
geld verkopen om er zich twee kalve
ren en een varken van te kunnen aan
schaffen.
Na vijf jaar heeft h(j nu voldoende
geld verdiend om een aandeel in de
boerderij van zijn vader te kunnen ko
pen. Hij is veehouder geworden en
verkocht deze zomer een prijsstier voor
1000. Don Staheli heeft bepaald niet
zijn sucessen te danken aan „geluk".
Duizenden leeftijdgenoten hebben zich
niet minder succesvol weten te ont
wikkelen, elk op eigen terrein.
Belangstelling wekken.
Het principe, dat aan de F. F. A.
ten grondslag ligt is de belangstelling
voor en de kennis van het landbouw-
wezen bij de leden aan te moedigen en
te verdiepen. De landbouwcurussen op
de H. B. S.'en en equivalenten worden
grotendeels gegeven door studenten van
landbouwhogescholen, die er een jaar
lang practisch werk komen verrich
ten. Elk van deze studenten moet zijn
cursus en zijn practisch werk aanpas
sen aan de behoeften, de klimatologi
sche en terreinsomstandigheden van' de
gemeente, waar hij komt te werken.
Met de cursus en het practische werk
Is uiteraard geld gemoeid. Er zijn
landbouwgemeenschappen als bij
voorbeeld in de armere bergstaten
waar zoonlief niet bij papa kan aan
kloppen om 50 voor de eerste aan
loopkosten van een miniatuur-boeren
bedrijf. In zulke gevallen helpt het
hoofdbestuur van de F. F. A. een der
gelijke afdeling. Men geeft een voor
schot, groot genoeg om er een paar
varkens van te kunnen kopen. Deze
varkens worden te leen gegeven aan
enkele leden. Zodra deze varkens ge
worpen hebben, betaalt de jonge boer
zijn lening af door twee biggetjes „in
de kas" te storten van de plaatselijke
afdeling van de F. F. A. Deze twee
worden weer te leen gegeven aan' an
dere leden. Er komt een ogenblik, dat
men plaatselijk over meer varkens be
schikt dan men kan gebruiken. Deze
worden dan verkocht en de opbrengst
wordt eerst gebruikt om het voor
schot van het hoofdbestuur terug te
betalen, terwijl het overschot besteed
wordt om andere landbouwprojecten te
entameren.
Een groot aantal van de „sneeuwbal"-
projecten is van veel belang voor de
gehele gemeenschap. In een deel van
het Zuiden des lands werd do°r de
boerenstand, naar het oordeel van
landbouwconsulenten en andere deskun
digen, onvoldoende aandacht besteed
aan het grasland. Toch bestond er in
dat district behoefte aan een uitbrei
ding van de veeteelt. Een belangheb
bende firma besloot een aantal kostbare
Hereford-stieren te kopen en die „uit
te besteden" aan een paar plaatselijke
afdelingen van de F. F. A., op soort
gelijke voorwaarden als was geschied
onder het hierboven beschreven var
kens-plan. Toen de boeren zagen, dat
hun zoons in de gelegenheid waren
gesteld een nrima veestapel op te bou
wen begonnen zij meer aandacht te be
steden aan het grasland. Na een paar
jaar is het resultaat dat men daar niet
langer afhankelijk is van de gebruike
lijke oogst van tabak, en katoen, maar
er een nieuwe winstbron van betekenis:
de veeteelt, heeft bijgekregen.
Administratieve krachten.
Er zijn er altijd onder de Jonge boe
ren, die meer aanleg tonen voor de
administratieve en statistische branche
van het boerenvak dan voor de prac-
tijk. Ook zij kunnen zich in het kader
van de F. F. A. ten volle ontplooien.
En wie een wetenschappelijke knobbel
heeft, kan zich toeleggen op het be
strijden vn kippenziekten, vn de co-
lorado-kever en soortgelijke projecten.
Vaak ook, wanneer een plaatselijke af
deling van de F. F. A. een goed jaar
achter de rug heeft, wordt besloten
het speelterrein van de school uit te
breiden, of een baseball-terrein aan te
leggen. Het bouwen van tribunes en
het gelijkmaken van het veld geschiedt
uiteraard door de leden, die daarvoor
hun arbeidskracht ter beschikking van
de gemeenschap stellen. Vaak ook
wordt er aan het eind van elk jaar een
bedrag uitgetrokken voor het aan
schaffen van landbouw-werktuigen, die
uiteraard coöperatief ter beschikking
van alle leden staan. Een speciale com
missie wijdt haar aandacht aan het
voorkomen van ongelukken, het ver
minderen van brandgevaar of het de
monstreren van de juiste (moderne)
methoden ter voorkoming van grond-
erosie.
Een aantrekkelijke facet van de
F. F. A. is voorts, dat er voortdurend
wedstrijden worden uitgeschreven
plaatselijke zakenlieden loven daar
voor graag prijzen uit die de leden
van de vereniging stimuleren tot har
der. beter of meer productief werk.
Voor de beste van de 340.000 leden
is er jaarlijks een beloning ter waarde
van 1000 plus de eretitel van „Ame-
rika's beste boer".
Het F. F. A.-project is als een mes
of moeten wij ploegschaar zeggen
dat naar vele kanten snijdt. De
jongeren worden gestimuleerd om hun
toekomst op het land te zoeken als
competente landbouwers. De ouderen
blijven op deze wijze „bij" voor zover
het nieuwe metboden betreft. De ge
meenschap als geheel vaart er wel bij.
De F. F. A. bestaat in 1952 precies
twee dozijn' jaar. Het aantal leden
neemt bij de dag toe. En wanneer, in
October a.s., de Conventie van de
F. F. A. plaats vindt, zullen 8000 boe
renzoons uit alle delen des lands, dank
zij hun zelfverdiende geld naar Kan
sas City kunnen reizen als vertegen
woordigers van de belangen der F.F.A.
en de uitreiking van prijzen ter waar
de van niet minder dan' 100.000.
In Amerika Is het moeilijk een boe
renzoon te overtuigen, dat hij „in de
stad" een beter leven kan leiden!
„In het jaar 1799, 26 September, Ig
voor mi), Michiel Johan de Lange, nota
ris te Alkmaar, in tegenwoordigheid
van hierna te noemen getuigen, ver
schenen: Zeger Davidzon, gewoond heb
bende te Venhuizen, momenteel gevan
gen gehouden in het gemeentehuis te
Alkmaar, die, veroordeeld zijnde door
den Hoogen Raad van Oorlog, reke
ning houdende met het feit dat zijn
laatste uur geslagen heeft, wil beschik
ken over zijn tijdelijke bezittingen".
Zo begint de laatste wilsbeschikking
van Zeger Davidzon, die, gedreven wel
licht door zijn Schots bloed, hulp ver
leende aan de in 1799 gelande Engels
Russische troepen en, daarop betrapt,
door de Krijgsraad te Velde werd ver
oordeeld tot de dood door de kogel.
Oude papieren, gebrekkig in taal soms
en beschreven met koele, zakelijke
woorden, verbergen meer dan eens een
diepe tragiek. In de bloei van zijn le
ven, echter met de dood voor ogen,
maakte Zeger Davidzon zijn testament
bij notaris de Lange. De volgende dag
zou hij, na afscheid te hebben genomen
van zijn vrouw en kinderen, vallen
onder het lood van het vuurpeloton. Al
zijn bezittingen liet hij na aan vrouw
en kinderen.
Een interessante reis.
Wanneer wij het geslacht Davidson
door de eeuwen volgen, is echter niet
alles tragiek. Integendeel, soms worden
we getroffen door typische aantekenin
gen, die we met een glimlach lezen. Het
verslag, dat Grietje Davidson Tim-
merman maakte van een omstreeks
1816 gemaakte vierdaagse reis door
Zuid-Holland en Utrecht, bevat ver
schillende opmerkingen, die ons doen
inzien, met welk een verwondering des
tijds de nieuwe uitvindingen van de
opkomende techniek werden aan
schouwd.
In de vroege morgen van de 16e Mei
begon de reis, per paard en wagen
Dirk Davidson met zijn vrouw, Piet
Hoek en Trijntje Balk waren de reizi
gers. Over Alkmaar, Heiloo, Limmen,
Heemskerk, Beverwijk, Zandvoort en
Schoten ging het gezelschap naar
Haarlem, waar o.a. De Groote Kerk en
het standbeeld van Lourens Koster
werden bekeken. Van Haarlem ging de
reis naar Leiden, daarna naar Den
Haag. „Gezien het Binnenhof, om een
uur de Troonzaal van onzen Koning
(gezeten op den troon)". Na een bezoek
aan Delft belandde men in Rotterdam,
waar men het standbeeld van Erasmus
zag „de Beurs van boven, waar alle
Kunsten en Wetenschappen zijn, welke
in de wereld bekend waren". En ver
der: „wij zijn geëlectriseerd". Welk een
gewaarwording voor deze mensen in
een tijd, dat men nog zo weinig wist
van het wonder der electriciteit!
Joe Harris uit Eagleville in Californië een V"UZieTde
Msreford-stieren. Hoewel nog maar twintig ^\°Xóudtrii
jonge boer al IS.000 dollar met zijn veehouderij.
up zyU
Joe als
De merkwaardigste ontdekking van
de reis is dit echter niet. Want: „nog
gezien een schip, dat zonder mast of
zeil in 18 uren gevaren was van Londen
tot Rotterdam, 't welk gestookt werd
door een vuurmachine"! Met wel zeer
grote ogen moet het gezelschap dit
wonderschip hebben bekeken! De be
zichtiging werd echter nog mooier, toen
bleek, dat ook de Koning voor dit doel
naar Rotterdam gekomen was. „We
hebben de Koning zeer van nabij ge
zien en weggejuicht".
Van Rotterdam ging het via Ouder
kerk en Nieuwerkerk naar Gouda. On
derweg. in Moordrecht, „het steenbak-
ken gezien van een knecht, die13000
steenen daags maakte voor 2 stuivers
per 1000". In Gouda werd de kerk be
keken en een kijkje genomen bij het
pijpenmaken. Na elk een pijp te heb
ben gemaakt gingen de vier reizigers
verder naar Utrecht, waar de Dom, „die
hoog is 464 trappen", werd bezichtigd.
In haar verslag vermeldt Grietje pre
cies" de namen en gewichten der zeven
klokken, wel een bewijs, met welk een
belangstelling dit bouwwerk werd be
keken.
Daarna ging het gezelschap weer we]
gemoed naar Venhuizen, ,,'s Avonds
half 9 gezond en frisch thuis".
Andere nakomelingen.
De in de omgeving van Venhuizen
wonende Davidsons oefenden bijna allen
het bero/i van landbouwer of veehou
der uit. De in het reisverslag genoemde
Dirk Davidson zag zijn huwelijk met
Grietje Timmerman gezegend met niet
minder dan 18 kinderen. Ondanks dit
aantal Is die tak thans echter uitge
storven.
Vreek Davidson, zoon van Willem
Davidson en Hillegond Valens en broer
van Dirk, maakte de tocht onder Napo
leon naar Rusland mee en is bij zijn
terugkeer waarschijnlijk in Duitsland
gebleven en daar ongehuwd gestorven.
A. MEKKEN.
De hertog van Edinburgh werd in
de „Bluebottle" (links) derde in een
race van 15 mijl voor Draken,
welke gehouden werd tijdens de
regatta bij Cowes.
Het aantal bij de arbeidsbureaux in
geschreven mannelijke werklozen is
in de afgelopen maand van 106.569 ge
stegen tot 110.560. Hieronder bevinden
zich 31.183 DUW-arbeiders (vorige
maand 28.503). Deze stijging moet
voornamelijk worden toegeschreven
aan de inschrijving van leerlingen
van ambachtsscholen en van lagere en
middelbare scholen, die in Juli het
cursusjaar beëindigden. Het aantal in
geschrevenen beneden negentien jaar
steag met 3326 en kwam daardoor op
5999. Voorts viel na 1 Juli een aantal
in verband met de invoering van de
werkloosheidwet tot die datum uitge
stelde ontslagen.
De, invoercommissie van de Duitse
Bondsrepubliek heeft toestemming ge
geven voor de invoer van fokvee uit
Nederland ter waarde van 350.000 DM.
7OLANG er mensen op deze aarde hebben gelopen, is er getekend. Onze Nean
derthaler voorouders tekenden omdat zij hun a.s. jachtbuit op deze wijzo
wilden bezweren, of om hun goden gunstig voor zich te stemmen. Middel
eeuwse monniken versierden hun getijdenboeken met heiligenprentjes en met
plaatsjes, die ons nu nog veel leren omtrent het gewone leven dier dagen. Met
de techniek ontwikkelden zich ook de middelen en met deze weer de verschel-
denheid in uitdrukkingsvormen. Maar de grondslag van alle beeldende kunst is
nog steeds de tekening, dat simpele samenstel van wat donkere lijnen en plek
ken op een wit papier.
DAS in de loop van de laatste paar
eeuwen heeft de tekening naast
het schilderij en de grafische kunst
haar eigen artistieke waarde gekre
gen. Nog kan een tekening een noti
tie zijn, welke aan een ander en groter
werk voorafgaat. Nog kan zij slechts
een studie zijn, welke de bedoeling
heeft, dieper door te dringen in het
geheimenis van een bepaalde vorm,
De beide Amerikaanse hefschroefvliegtuigen „Whirl-O-Way" en „Hop-O-
Long" zijn na een vlucht van twintig dagen over de Atlantische Oceaan op
het vliegveld Wiesbaden-Ebenheim in West-Duitsland aangekomen. De suc
cesrijke piloten bij hun aankomst. V.l.n.r. Lt. Moore, Kapt, Hambrick, Kapt.
McGovern en Kapt. Jeffers
|N VELE NOORDELIJKE LANDEN bestaat heden ten dage op het platte land
nog het gebruik, brood, dat op de grond gevallen ls, te kussen. In andere stre
ken is het traditie, dat een meisje, dat trouwen gaat, tevoren een „uitzet" bakt
aan brood. Reeds de alleroudste volken bakten brood; het gemalen graan werd
met water vermengd en tot deeg gevormd. Vervolgens liet men dit, in heel pri
mitieve vorm, in de hete as of op gloeiende stenen „gaar" worden. Pas later ging
men het deeg iaten „rijzen"; in warme landen treedt reeds een natuurlijke gis
ting op en elders bevorderde men dit proces door toevoeging van zuurdesem.
Het bakken van brood heeft te allen tijde en in alle landen veel zorg en arbeid
van de huisvrouw gevergd. Hoeveel gemakkelijker heeft de Nederlandse vrouw
het gekregen, nu de bakker deze taak van haar heeft overgenomen! Wel moppe
ren we nog maar al te vaak over het „oubakken" kadetje, 's morgens hij ons
ontbijt, maarbedenkt u eens even, dat, om u 's ochtends vers brood te
kunnen leveren, uw bakker 's avonds tevoren om elf uur met zijn werk moet
gaan beginnen! De wet beschermt de bakkers en verbiedt nachtarbeid en dit is,
uit menselijk oogpunt bezien, ook niet meer dan billijk!
Ook beschuit is een kostbare vorm
van brood. De verontschuldiging, „dat
zij zoveel lichter te verteren is", berust
slechts in zoverre op waarheid, dat men
gedwongen wordt tot beter kauwen (het
zelfde dus als bij oud brood; bij meer
en beter kauwen beter verteren van het
voedsel). Door oud brood te roosteren
bereikt men hetzelfde effect en men is
sneller verzadigd dan bij het nuttigen
van het vaak kleffe verse brood.
Wat nu te zeggen van het tegenwoor
dig zo in de mode zijnde „Hauser"
brood? Hieronder verstaat men voor
namelijk volkoren voltarwe cn
volroggebvood. Dl-. Hauser, de Ameri
kaanse bioloog en schrijver van het
vermaarde boek „Blijf jong, leef lang",
schrijft het bij zijn diëten voor, omdat
in tarwebloem heel wat meer voedings
bestanddelen -oorkomen dan in de
mooie witte patentbloem, zoals de hier
onder volgende tabel aantoont: 1 ons
voltarwemeel bevat: 12 gram eiwit, 32
milligram calcium en 4.7 milligram
ijzer.
1 ons patentbloem bevat: 10 gram el-
wit, 15 milligram calcium en 1.9 milli
gram ijzer, terwijl ook het vitamine B-
gehalte bij vol tarwemeel aanmerkelijk
hoger is.
DOVENDIEN is het eten van vers en..
van wit brood minder gezond dan
men wel aanneemt. Hier gaat nu eens
het gezegde van: „het duurste is altijd
't béste", niet op. In Nederland wordt
het brood gebakken uit tarwe; in ver
schuilende streken tot voor kort uit rog
ge. Wanneer de tarwe zó vermalen en
verfijnd wordt, dat zij voor het z-g-
„witte" brood verwerkt kan worden,
worden hieraan vele waardevolle
grondstoffen onttrokken. Er zijn landen
waar men dit tekort weer tracht aan te
vullen door toevoeging van chemische
bestanddelen, waardoor „enriched
bread" verkregen wordt. Uit econo
misch zowel als uit voedingsoogpunt
bezien verdient het heel wat meer aan
beveling, gebruik te maken van het
zuivere tarwe, het zogenaamde „brui
ne" brood; door het zoveel duurdere,
mooie witte brood te nemen verhoogt
men bovendien het huishoudbudget
aanmerkelijk. Het duidelijkst komt dit
wel tot uiting bij de luxebroodjes,
waarvan de prijs nog hoger is.
De zogenaamde Reformhuizen leggen
zich toe op het laten vervaardigen van
artikelen op basis van volledigheid van
samenstelling onder toevoeging van na
tuurlijke vitaminen, enz. Zo wordt er
brood, het zogenaamde „Demeter"
brood in de handel gebracht, waarvoor
het graan op natuurlijk bemeste grond
verbouwd wordt. Het spreekt echter
vanzelf, dat om een gehele wereldbe
volking te voeden, natuurlijke bemes
ting van gronden niet mogelijk is.
Bovendien is wetenschappelijk nog
niet vast komen te staan, dat dergelijke
broodsoorten werkelijk zoveel invloed
op de gezondheid zouden hebben. Het
gaat hiermede, zoals met vele zaken;
gelóóft men, dat men er zich beter bij
bevindt, dan zal men. inderdaad ook
doen. De psychologische factor speelt
ook hier een niet onbelangrijke rol.
Omdat tarwe een product is, dat in
gevoerd moet worden uit Amerika
hetgeen deviezen kostverwerkt
men bovendien andere meelsoorten in
ons dagelijks brood.
Statistieken wijzen uit, dat in de gro
tere steden méér wit brood gegeten
wordt dan op het platteland. Daar con
sumeert men naast het veel voedzamer
tarwebrood ook het gezonde rogge
brood, dat weliswaar moeilijker te ver
teren valt, maar daarentegen meer af
valstoffen bevat, die de spijsvertering
bevorderen. Bij zekere lag er van do
maatschappij schijnt echter nog altijd
een vooroordeel te bestaan tegen „bruin
en regeringsbrood". „Goed voor de var
kens!" zegt mijn prima, doch weinig in
telligente werkster en terwille van haar
neem ik enige malen in de week een.,
minder gezond, vers, maar dan ook
verblindend wit boordje! Zélf eten wij
het gelaakte tarwe- of volkorenbrood
en onze kinderen moeten (de arme
schapen!) genoegen nemen met oud
brood, dat desgewenst tot „lekker knap
pend" brood kan worden omgetoverd
in de broodrooster.
een beweging1, een uitdrukking, een
houding. Maar zij kan ook, met haar
eigen beperkte middelen, een aangrij
pende taal spreken. De relatie tus
sen tekenaar en beschouwer is vaak
intiemer dan die tussen schilder en
publiek. Het schilderij spreekt tot ve
len, de tekening slechts tot de enke
ling.
Hoe verscheiden de taal van zulk
een kunstvorm kan zijn men kan
er iets van ervaren in het Museum
Fodor te Amsterdam, waar tekenin
gen uit de periode tussen 1500 cc
1850 zijn bijeengebracht. Het eigen
bezit van het museum leverde het ma
teriaal voor deze collectie, die min of
meer internationaal van opzet is.
want meer dan eens hangen er naasl
Nederlandse werkjes tekeningen var.
beroemde buitenlandse tijdgenoten
Het is een vergelijking, die niet altijf.
in het voordeel van de Nederlander:
uitvalt. Tegenover werk van Leonard<
da Vinei en Fra Bartolommeo houden d.
precieuze prentjes van een Jacob d'
Gheyn en een Hendrik Goltzius he
vrij goed uit. Maar Barend Dirks:
met zijn vrij primitieve tekeningei
van het ophangen der wederdoper,
blijft hier beneden de maat. Overigen:
is de parallel zeer leerzaam; zjj bf
wijst, hoeveel onze kunstenaars toen
ter t(jd hebben geleerd en overgeno
men van Zuidelijker leermeesters.
De zeventiende-eeuwers spraken ii:
dat opzicht een veel onafhankelijke
taal, alle invloeden ten spijt. Een reu
als Rembrandt, met zijn vlotte krab
bels, die in een zeer persoonlijk schril
op papier zijn geworpen zijn ever
knie Rubens met zijn grote, path^ti
sche gebaar, de wat gemaniereerde An
thony van Dijck zij hadden a! de
ze vreemde invloeden verwerkt tot ee;
eigen vormidioom. Daaromheen stor
den vele begaaf tekenaars van d
twee rang, zoals Jan Li evens, Gerar
Dou, de romantische Claes P
Berghem, van wie we eveneens frar
werk zagen.
fEN SLOTTE dan de achttiend
en het begin van de negentiend
eeuw. Er is al vaker over het verve
van de kunsten in ons land in die pt
riode geschreven. Elke overzichtster
toonstelling levert er trouwens op
nieuw het bewijs van. dat de inheem
se kunstenaars er in die dagen toe
maar zeer weinig van terecht brac)
ten. Steeds weer waren het buiter
landers, die het weinig goed wer
maakten, dat er in omloop kwam. Z
de Fransman J. E. Liotard, die hit
te lande vele goede portretten heei
gemaakt en thans op deze expostt:
voorkomt met een paar fijne lanc
schapjes. En wat te denken van
Italiaan Tiepolo, met zijn figuren, di
sterk aan Daumier doen denken? E
van zijn landgenoot Guardi met zij
fraaie landschap Uiteraard is hc
niet alles goud wat er blinkt; een mo
dern mens krijgt een wee gevoel b
de sentimentele en vals-litteraire vooi
stellingen van de Fransman Greuz-
Maar hij zal toch niet kunnen oni
kennen, dat deze heer de kunst va
tekenen uitstekend meester was e
zijn middelen wist te gebruiken. B
dit alles vergeleken zijn de tekenir
gen en de aquarellen van Jacob Cal
maar doods peuterwerk en de Haags
stadsgezichten van La Farque allee..
maar lelijk.
De romantiek moge voor de lette
ren de waarde van een nieuwe impul
hebben gehad, voor de schilderkuns'
in ons land heeft ze weinig betekend
Een Joh. Bosboom zou ook zondei
haar wel zijn gekomen tot zijn fraaie
kerkinterieurs, waarvan er in Fodor
een mooi exemplaar te zien is. Schelf
hout werd er echter door geïnspireerd
tot een reeks van wat huisbakken-ro
mantiserende landschappen zonder
veel achtergrond, en Rochussen tot
historiestukken.
Het moet evenmin als de achttien
de eeuw een erg verheffende tijd zijn
geweest, die periode van 1800 tot 1850.
Maar zij is toch de aanloop geworden
tot een nieuwe opbloei, welker verto
ning buiten het bestek van deze ten
toonstelling viel. Deze eindigt daar
door met het verval, zonder de belof
te van een nieuwe opbloei zelfs maar
aan te duiden.
Niettemin is het een voortreffelijke
tentoonstelling, deze expositie van te
keningen, om de indruk die ze eeeft
van het artistieke besef van een be
langrijke periode uit onze historie. Als
zodanig is ze boeiend en leerzaam te-
gelfck. Van w<