Een recordjaar voor
Hollandse sleepvaart
f~"De uilen in de Ariis
Natie
het
aannemers
sleepbedrijf
stimuleerden
voor in nood
verkerende
schepen
GROEIT OP VELUWE GRAAN
UIT OUDE KONINGSGRAVEN?
Haagj
Politie-inva! in een
s speelhuis
250.000
mijten
owi ^ee
Hulp
Een fabeltje zeggen de geleerden
Jeugdige dragers van
Neêrlands roem
S.OS.. SOS.
tUij ótuieti eiAen een boot
J
Arabieren namen enkele
toeristen bij de neus
Fiches en geld werden in
asemmer teruggevonden
Twee doden te Groningen
door kolendamp
(Van onze speciale verslaggever).
DOOR het woelige water van de Maas voor Rotterdam en
door de havens van Neerlands grootste handelsstad trek
ken sterke kleine boten zwoegend en puilend zware
schepen naar de plaats van hun bestemming. Zij schieten
links en rechts tussen de oceaanstomers door, zoekend naar
hun „prooi". Met al de andere schepen, die nijdig door het
Maaswater ploegen en die hun .rookpluimen tot in de verte
uitwaaieren, verschaifen zij Rotterdam het typische karakter
van een grote en drukke werkstad. Zij tonen landgenoot en
vreemdeling, dat Nederland een zeevarend en een ondernemend
land is.
Niet alle sleepboten wier hulp in een grote zeehaven
onmisbaar is blijven zo dicht bij honk. De grotere zwermen
uit over alle wereldzeeën; zij varen naar alle uithoeken van de
aarde om er reusachtige drijvende objecten te brengen of te
halen. Zij zijn er als de kippen bij, als niet te ver van hen ver
wijderd, waar ter wereld zij zich ook bevinden, zeeschepen, die
door storm ol door andere oorzaken onklaar geraakt zijn, hun
assistentie nodig hebben. Maar hun voornaamste taak is en
blijft toch het slepen. Zij hebben ons land een grote naam be
zorgd; zij zijn Hollands glorie!
Er zijn in het buitenland uiteraard
wel sleepboten, die ongeveer de
zelfde vorm hebben als die van
L. Smit, maar behalve de schepen
en machines spreekt ook de mense
lijke factor bijzonder sterk. Men
moet een bepaalde aanleg hebben,
om het sleepwerk te kunnen ver
richten. Het bedrijf heeft niets aan
jongens met een mooi pakje aan,
die op de brug willen staan. Alle
kapiteins zijn begonnen als licht
matroos; zij hebben slechts een be
perkte studie achter de rug, doch
een reusachtige ervaring heeft hen
aan de top gebracht. L. Smit prefe
reert practische bruikbaarheid en
zin voor een avontuurlijk leven.
t. Smit Co's Internationale
Sleepdienst, de grootste onderneming
op dit gebied, heett in zijn boekjaar
van 1 September 1951 tot 81 Augustus
1952 met zestien zeesleepboten een
recordjaar bereikt. In totaal zjjn meer
dan 250.000 mijlen met vaartuigen van
allerlei soort op sleeptouw afgelegd.
Dat is meer dan in enig vorig jaar.
Sommige van deze sleepreizen gingen
zelfs over afstanden van 13.000 mijlen.
De zeesleepvaart is een imponeren'!
bedrijf. De heer Corn. J. M. van der
Hidde van L. Smit en Co's Internatio
nale Sleepdienst heeft ons er op ons
verzoek een en ander van verteld.
De oorsprong van het sleepwerk
ligt in het begin van de vorige eeuw.
Toen kwam de stoommachine tot ont
wikkeling; er verschenen stoomsche
pen op de zeeën, die door de in die tijd
nog algemeen gebruikte zeilschepen
te hulp werden geroepen, als zij ten
gevolge van windstilte niet konden
opschieten. L. Smit begon zich op het
slepen toe te leggen in 1842 en zijn
bedrijf ontwikkelde zich in bijzondere
mate, mede door een min of meer toe
vallige omstandigheid. Een omstan
digheid, die eigenlijk beslissend is ge
weest voor de roem, die ons land zich
in de wereld verworven heeft. Geen
land kan Nederland, wat de zeesleep
vaart betreft, evenaren. Het is op dit
gebied onbetwistbaar de eerste.
In Nederland waren talrijke bag
gerbedrijven, hetgeen op zichzelf
begrijpelijk is, aangezien ons land
door de eeuwen heen een verwoede
strijd tegen het water heeft moeten
voeren. Het buitenland deed meer
malen een beroep op deze bedrijven
en dan trok men met personeel en
materieel naar vreemde havens.
Van 1880 af is L. Smit zich gaan
toeleggen op het slepen van bag-
germaterieel, dat wil zeggen van
molens, zuigers en bakken. In de
loop der jaren is wel gebleken, dat
het baggerbedrijf het zogenaam
de natte aannemersbedrijf en het
sleepbedrijf elkaar niet weinig ge
holpen hebben om de vleugels uit
te slaan.
Toen de sleepmarkt zich uitbreidde
en het mogelijk was alle delen van de
wereld te bereiken, stimuleerde de
zeesleepvaart bovendien de ontwikke
ling en de uitbreiding van andere Ne
derlandse industrieën. Alle drijvende
voorwerpen, die in ons land voor bui
tenlandse opdrachtgevers werden ge
bouwd, zoal3 droogdokken, drijvende
kranen, graanelevators, pontons, tin
baggermolens en nieuwe schepen nog
zonder njachine, kwamen immers
prompt op hun bestemming.
Doordat Nederland vrijwel het eèr-
ste land was, dat zich op dit werk
toelegde, heeft het een schat van er
varing opgedaan, waardoor het zijn
voorsprong op olk ander land kon be
houden. Het grote vertrouwen, dat
men allerwegen in de bekwaamheid
en de betrouwbaarheid van de Neder
landers stelt, blijkt uit de lagere pre
mie, die de buitenlandse assuradeu
ren - elk object, dat gesleept moe
worden, wordt verzekerd - acccptërer
als een Nederlandse firma het wer
Men vaart nu uitsluitend met motor
boten.
Wjj kunnen met recht trots zjjn op
de roemruchte reputatie van onze
schepen en hun bemanningen. Als de
Nederlandse zeesleepboten in het bui
tenland verschijnen, vervullen zij de
mensen daar nog
altijd met grote
bewondering, om
dat men niet ver
wacht, dat in zo'n
klein schip een
sleepboot moet
klein zijn om han
dig te kunnen ma
noeuvreren zul
ke enorme krach
ten verscholen
liggen en omdat
ze zo netjes zijn.,
In elk schio ts dan
ook een ervaring
van jaren verdis
conteerd. Toen
Engeland en Ame
rika in de tweede
wereldoorlog ver
wikkeld raakten
en zelf sleepboten
moesten bouwen,
werden de Neder
landse tot voor
beeld genomen.
Als de „Zwarte Zee", de „Thames",
de „Oceaan", de ,Rode Zee" en hoe
de zestien zeesleepboten verder mo
gen heten, er op uittrekken, moeten
er mannen van stavast aan boord zijn
Een luxe leven kunnen zij er niet lei
den. De boten meten slechts van 300
tot ruim 600 ton. Die tonnenmaat
speelt eigenlijk geen rol, wel het aan
tal paardenkrachten dat zjj ontwikke
len. Dat varieert van 1000 tot 4200
P.K. De bemanning bestaat uit 16 tot
25 koppen. Voor een reis naar Aus
tralië is men wel eens 5V& maand on
derweg. Maar het gebeurt ook wel,
dat men lal y, jaar van huis is. Voor
het werk op dé gesleepte voorwerpen
heeft men speciale mensen in dienst:
de runners.
Op de sterke zeesleepboten, die
alle wereldzeeën bevaren, zijn
reeds enkele zeer jonge kapiteins
met het commando belast. Er is er
een van 27 jaar bij. Hij is uit het
echte zeemanshout gesneden.
De zeesleepvaart breidt zich uit;
evenals de luchtvaart. En, zoals in
de luchtvaart voor vele jongelui
een mooie toekomst is weggelegd,
zo is dat ook in de zeesleepvaart.
Daarin kan Nederland nog altijd
jongens met pit, kerels die de
handen uit de mouwen kunnen
steken, gebruiken.
In de zeesleepvaart vraagt men
niet in de eerste plaats naar stu
die, maar naar zelfstandigheid en
practische zin. En naar verant
woordelijkheidsgevoel: als aan een
jonge kapitein een baggermolen
van bijvoorbeeld vijf millioen
wordt toevertrouwd, moet hij hem
onbeschadigd en in de kortst mo
gelijke tijd op de plaats van zijn
bestemming brengen.
Het zeesleepvaartvak zit vaak in
de familie. Zo heeft L. Smit en
Co een kapitein in dienst, wiens
vier zonen eveneens op sleepboten
varen. Een van hen is inmiddels
tot kapitein opgeklommen.
Er melden zich wel jongelui
voor dit harde doch avontuurlijke
werk aan, doch wil Nederland
zijn grote naam behouden, dan zal
het toch gewenst zijn, dat bij de
tegenwoordige jongelui meer lust
bestaat om de roem der voor
vaderen te bevestigen.
PEN aparte organisatie riep L. Smit
en Co's Internationale Sleep
dienst in het leven voor schepen, die
in nood verkeren. Als er ergens ter
wereld een schip „in de knoei" raakt,
dan weet men dat binnen een uur op
het kantoor in Rotterdam en dan
worden eventueel in de buurt zijnde
sleepboten gewaarschuwd.
I I
r^E HEER C. J. M. van der Hidde, de algemene procuratiehouder van
I li L. Smit en Co's Internationale Sleepdienst, die kort geleden terug- g
gekeerd is van een reis naar Amerika, vertelde ons een paar staal- j
I tjes van Nederlandse ondernemingsgeest en doortastendheid.
Op een dag kreeg hij van zijn kantoor in Rotterdam de melding, dat S
j een Amerikaans schip bij Sicilië in nood verkeerde. Onmiddellijk stelde g
hij zich met de Amerikaanse reder in verbinding.
„En wat is nu uw bedoeling met deze mededeling", vroeg de reder.
„We kunnen u helpen", antwoordde de heer Van der Hidde.
„Dat duurt toch te lang", weerde de reder af.
Doch de heer Van der Hidde maakte hem duidelijk dat er zó een
1 Nederlandse sleepboot bij zou zijn. Binnen zes uur was deze boot ter I
plaatse.
Een maand later strandde een Amerikaanse boot bij Hongkong. Weer
1 kreeg de heer Van der Hidde een telefoontje uit Rotterdam en weer g
j belde hij de reder op, toevallig dezelfde als de eerste keer. De man
I wist nog niet eens, wat zijn eigen schip overkomen was.
„Nu kunnen jullie me tóch niet helpen", constateerde hij triest. Twaalf
uur later was sleepboothulp aanwezig.
Nog zes maanden later strandde een Amerikaans schip bij Bombay. j
De heer Van der Hidde kon toen de reder een ajidere vertellen,
dat er al een boot van L. Smit bij was!
Met zulke dingen heeft men bij de Amerikanen een geweldige entrée.
1 Doch dit succes is alleen te bereiken door een prima organisatie in g
1 Rotterdam, waar alles a la minute wordt afgehandeld.
i i
iiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiuiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiniiiiiiiiiiiiniiiiiiiimiiniiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiHiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiii
De Nederlandse zeesleepboot, de
„Witte Zee", brengt een reusachtig
droogdok naar de plaats van zijn
bestemming.
Van 1842 af is de leiding van het be
drijf in dezelfde familie gebleven.
Sinds ruim een eeuw heeft het een
onnoemelijk aantal schepen veilig
binnen gebracht: in totaal zijn circa
12.000 vaartuigen gesleept over af
standen van soms 13.500 mijl. Daarbij
was heel veel werk voor het buiten
land en vooral na de oorlog betekent
dit, dat de Nederlandse Zeesleepvaart
kostbare deviezen voor ons land ver
diend heeft.
Nu een wereldrecord is bereikt
want er is geen grotere onder'
neming dan die van L. Smit en in
geen enkel jaar tevoren werden
ruim 250.000 mijlen slepend afgelegd
is het goed nog eens op de grote
prestaties van Nederland op het
gebied van de zeesleepvaart de aan
dacht te vestigen.
De bladeren vallen, de herfst is in het land
IIET is alweer geruime tijd geleden, dat in Nederlandse landbouwkringen het
niet weinig sensationele nieuws de ronde deed, dat een inwoner van Elspeet
in net Veluwse zand graankorrels tot kieming had "gebrachtdie meer dan vier
duizend jaar oud zouden zijnDe korrels heetten afkomstig te zijn uit een
Egyptisch koningsgraf. Zë hadden tussen de windselen van een gemummW
ficeerde kóningin gelegen, Waar ze waren gedeponeerd door de verwanten, die
geloofden dat men de gestorvenen geschenken moest meegeven, zodat ze niet
arm in het dodenrijk zouden aankomen. Op die plaats hadden de korrels in
schijndode toestand veertig eeuwen gerust. Men beschouwde het als niet minder
dan een wonder, dat het oude Egyptische graan op de bodem van de Vel uwe
tot wasdom kwam, en een zij het schrale oogst opleverde. Dit verklaart
ook de diepe eerbied waarmee de Elspeetse landbouwer het graan in de grond
placht te leggen en de grote zorgen waarmee hij het opgroeiende gewas om
ringde. De experimenten op de Veluwe stonden in het brandpunt van de
publieke belangstelling. Er werd al voorspeld, dat er in Nederland eens brood
zou worden gebakken van het zogenaamde „Osirisgraan", gelijk nu reeds in
Frankrijk geschiedt. Brood van een voortreffelijke kwaliteit en met onge
ëvenaarde voedingswaarde.
MIJN oudste zoon had iets
horen verluiden over
een dierentuin en een rond
vaart, in Amsterdam. Aange
zien hij een enthousiast be
wonderaar is van alles, wat
de nauwe grenzen van de
normale orde van zaken te
buiten gaat, ondernam hij
herhaaldelijk demarches bij
zijn natuurlijke verzorgers.
Hij sprak er daarbij op steeds
dringender toon zijn mis
noegen over uit, dat hij al
-leze genoegens nog niet had
gesmaakt. Varen en vreemde
iieren zien welker namen
iij uit snrookjes en prenten
boeken kende dat leek
em het hoogste toe, dat een
ongen van zijn leeftijd ten
uitvoert en niet een andere mogend ,.yll
heid. Het gebeurt zelfs, dat de assu I deel zou kunnen vallen,
radeuren alleen vrillen verzekeren, als
L. Smit en Co's Internationale Sleep
dienst het karweitje opknapt.
QP het ogenblik beschikt dit bedrijt I
over een vrjj omvangrijke vloot,
namelijk ongeveer zestig schepen: ha-
vensleepboten, bergingsvaartuigen en;
zeesleepboten voor de lange afstand, i
In 1933 is men begonnen de sleepbo
ten uit te rusten met motoren in
plaats van met stoommachines en
sindsdien is de gehele vloot vernieuwd
Zo geviel het op een va
kantiedag, dat wij onze zo
en op de bromfiets laadden
■n naar Groot-Mokum togen.
Iet was prachtig weer en de
itemming was dienovereen-
omstig. De gebroeders hiel
en op hun tweepersoons
itje in de wandeling „de
ivan" genaamd luide dis-
ussies over al wat zij zagen
en legden een opmerkelijk
vernuft .in het verklaren van
onverklaarbare zaken aan de
dag.
In Amsterdam aangekomen
gedroegen de heren zich als
habitué's. Ze keurden het
drukke stadsleven met zijn
vele trams nauwelijks een
blik waardig, maar stevenden
rechttoe recht aan op een
aanlegsteiger af, waar zij een
rondvaartboot vermoedden.
Met vakkundig gebaar daal
den zij het trapje af, met niet
te stuiten beslistheid bezet
ten zij de beste plaatsen,
vlak vooraan. Zij hebben er
weinig gezeten. Want zij ont
dekten, dat een staanplaats
naast de bestuurder een bij
zondere bekoring had, om
dat men daar de bewegingen
van deze functionaris haar
fijn nauwkeurig kon volgen
en toch niets behoefde te
missen van hetgeen er onder
weg te zien viel.
Mijn oudste knoopte al ras
vriendschappelijke relaties
aan met de „kapitein" en
slaagde er op zeker moment
zelfs in, letterlijk en figuurlijk
het roer in handen te ne
men. Hij rondde boeien en
nam hoeken alsof het dage
lijks werk was en vond
zichzelf uitermate deskundig-
Tot in de dierentuin gaf hij
trotse beschouwingen weg
over zijn voortreffelijke na
vigatie.
Toen hij echter eenmaal de
papegaaien in het oog had
gekregen, verdween de her
innering aan de rondvaart
en derzelver geneugten tij
delijk uit zijn bewustzijn.
Jubelend stoof hij van de
ene ontdekking naar de an
dere. Met diep ontzag staar
de hij naar al die woeste ge
dierten, die er op de plaatjes
van zijn prentenboeken zo
onschuldig hadden uitge
zien. Leeuwen, tijgers, giraf
fen „Joh, wat een hoog
beest! zeeleeuwen, oli
fanten, apen, al de succes
nummers van de tuin pas
seerden achtereenvolgens de
revue. De wolven vielen
tegen, als je bedacht, dat die
uit het sprookje dan toch
maar een 'hele grootmoeder
en een heel Roodkapje had
opgeslokt, na te hebben ont
beten met zeven geitjes. Zijn
broertje voer in zijn kielzog
mee en fungeerde als klank
bord voor zijn opgewekt en
terzake kundig commentaar.
Uur na uur verliep en de
tijd begon te dring'cn. Op
het moment, dat we weg
zouden gaan, ontdekte zoon
lief nog een kooi met aller
lei vogels.
Wat zijn dat, pappie?
klonk zijn geïnteresseerde
vraag.
Uilen, jongen, zei ik, met
een half oog naar de rond
fladderende gevangenen.
Kom, we moeten weg.
Ik wil die uilen
zien, pap.
Dat kan niet, kerel,
hebben geen tijd meer.
Hij schikte zich ogen
schijnlijk in het onvermijde
lijke. Maar toen we, thuis
gekomen, de hele dag nog
eens de revue lieten passeren,
was zijn laatste, zeer nadruk
kelijke woord over deze
zaak:
Ik vond er niet veel an.
Ik heb geen eens de uilen
gezien....
nog
we
QOK in Frankrijk is namelijk jaren
geleden dit „Osirisgraan" uitge
zaaid, met verbluffende resultaten.
Het zaaigoed was afkomstig van een
oudheidkundige, die het in een pyra-
mide had gevonden. Althans, zo werd
gezegdNu is echter gebleken, dat
de aantrekkelijke verhalen over de
herkomst van het graan als uit de
lucht gegrepen moeten worden be
schouwd. De cultus, 'die zo langza
merhand rond het zaaien en oogsten
van het Osirisgraan was ontstaan,
heeft met één slag alle betekenis ver
loren.
Zoals te verwachten was, hebben
deskundigen; biologen en botanici,
jich op deze kwestie geworpen, en -
noewel men tot verschillende conclu
sies kwam - werd toch wel met hon
derd procent zekerheid uitgemaakt,
d»t het in Frankrijk en Elspeet ge
oogste graan allerminst een Egypti
sche voorgeschiedenis heeft.
De geschiedenis herhaalt zich.
J^EEDS meer dan een eeuw geleden
gingen er geruchten over kiem-
kraefctig, Egyptisch graan, uit de
oude koningsgraven afkomstig. Tegen
de eeuwwisseling was er een nieuwe
periode van belangstelling en in de der
tiger jaren deed een nieuwe golf van
enthousiasme zijn intrede. Een Frans
man had van een Britse officier en
kele graankorrels ontvangen, welke
gevonden waren in een sarcophaag
tie in het bijzijn van de officier voor
het eerst werd geopend.
Inderdaad heeft men meermalen
graankorrels in de pyramides aange-
V i a"f Pingen, in talrijke
aboratoria verricht, om de korrels te
laten kiemen, waren vruchteloos. Uit
onderzoekingen naar het uitganes-
punt voor de cultuur van het wonder-
graan, is gebleken, dat ai het zo-
jcnaamde „Osirisgraan", „Mumrny
Aheat of onder welke andere naati,
het door ondernemende lieden in de
handel wordt, gebracht, hehoort tot
een vertakte tanveaoort, welke in het
oude Egypte niet bekend was.
Handige Arabieren.
£EN vooraanstaand Nederlands bo-
tanicus loochent de echtheid van
het „Osirisgraan" op een andere ma
nier. Hij betoogt, dat een graankorrel
door zijn stofwisseling (ademhaling
zou men kunnen zeggen) zichzelf in
tienduizend jaar tijd volkomen ver
brandt. Dit bleek uit proeven, onder
voor het graan ideale omstandighe
den, welke in de koningsgraven niet
bestonden. Men kan aanvoeren, dat
het Egyptische graan een geringere
stofwisseling vertoonde, doch dit zou
een ontkenning inhouden van de on
geëvenaarde levenskracht van het
„Osirisgraan".
De vooraanstaande bioloog Julian
Huxley komt tot de veronderstelling,
dat handige Arabieren een gewone
graansoort aan goedgelovige reizigers
hebben verkocht, waarbij de kopers
natuurlijk graag de illusie aanvaard
den, dat het graan uit de koningsgra
ven afkomstig was
Hoe het zij, de Nederlandse pleeg
vader van de Egyptische graankor
rels, weigert, evenals de tientallen
ambitieuze landbouwers buiten onze
grenzen, te geloven dat zijn gewas tot
een recente graansoort behoort. Met
eerbied en overgave vlijt hij de korrels
in het Veluwse zand en tenzij Osiris
of Ramses II zelf komt verklaren, dat
de man bij de neus genomen is, zal
hij dat nog tal van jaren blijven doen.
Donderdagmiddag heeft de Haagse
recherche een speelhuis in de Fahren-
heitstraat opgerold. Om 16.00 uur gis
termiddag begaf de recherche zich naar
een eerste etage van de Fahrenheit-
straat, waar vermoeden bestond, dat
gespeeld werd- Toen op hci'haadeHjk
bellen niet direct werd opengedaan
forceerde de recherche de deur.
In de huiskamer werden rondom d®
tafel 9 personen aangetroffen, 5 man
nen en vier vrouwen, die net met spe
len waren begonnen. Allen waren Ha
genaars en onder hen bevonden zich
een paar bekende spelers. Het negen
tal werd naar het hoofdbureau van
politie overgebracht.
Na verhoor werden in verzekering
gehouden de 45-jarige koopman A.
W. O., de 43-jarige winkelier J. J-,v"
van S. en de 29-jarige G. M. F., echt
genote van L., bewoonster van het be
wuste perceel. Zij zijn de organisato
ren van deze speelclub. De overigen
zijn na verhoor heengezonden. De P°"
litie heeft de fiches en het geld in een
asemmer teruggevonden.
In een pension aan de Vismarkt te
Groningen zijn Donderdagavond twee
bejaarde iieden, die hun dochter een
bezoek brachten, door kolendampver"
giftiging om het leven gekomen. De
dochter is in bewusteloze toestand naar
een ziekenhuis overgebracht.