DE JEUGD OVER
HAAR LECTUUR
De enquête van Charlotte Bühler
DE VERMISTE OORRING
In het karakter kwam maar
weinig verandering
£at was de™-
De vergefen
categorie
Meisjes lezen meer
jongens
dan
£uiitek eenó tiaaA
£n nu dt o£v-mdt lajueJiLt
Het Radioprogramma
Dames! Vooral nu
Geschiedenis
Subjectieve keuze
Vergelijken kan ik
ze niet
De anderen
Winterhanden
PATRICIA WENTWORTH
antwoordde. Het was niet de eerste keer u?n 19 ^aar* deze week
gteld. Enkele jaren geleden onderzocht de WeeL i^V8" £e °rde werd Ke"
welke voorkeur er op dit punt bestond bj) niet mindeïï^tSo Sere^va^Stat
~0 Jaar, wy publiceren hierbij de statistiek,
le,^.P,ni k0msten van haar enquête ver
meldt. Zoals men ziet worden de cUfers voor
jongens en meisjes afzonderlijk genoemd. I)e
getallen geven nroeenten aan: 71 wil zeggen
dat 71 van de 100 kinderen (hier dus jongens)
van 8 tot 9 jaar de voorkeur geven aan
sprookjes, terwijl blijkt, dat 84 van de 100
meisjes hun hart aan deze verhalen hebben
verpand. Met „Overgangsliteratuur" bedoelt
Charlotte Bühler: historisch of technisch werk Cui T. UF bedoelt
wetenschappelijke geschriften e.dRSonXsVS^tt^#FPOpnIa,P-
die op onbewoonde eilanden leerden zich met nri over mensen,
te bondon; „onbruikbaar" waren dTgegev™s ?hl .i idf!en ,n !het.levcn
schema pasten; meisjesboeken komen alleen voor bH de ^weede
gens bleken zich daarboven te voelen DniddHk MMtt ïf.' /roep; de jon"
helangstelling voor sprookjes, bFmeUJW ets sterker daó bi Z**™} ?,at dP
de leeftijd; die voor de Robinsonverhalen, bij de longens «terLr df^hit f
Jes, stUgt tot het 11de jaar en begint dan te verHauwen- wt 8 "ES"
veel meer door Jongens dan door meisjes gelezen bil de eersten slUtt*!?. k de
sterk tot het 14de jaar, dan treedt een Uleidemke ve™?nderWU,^ begeerte
literatuur wordt veel meer door jongens dan door i 'n; overgangs-
meeste aandacht tussen 14 en 17 jaaTSlt typische meH IVtT,!6 ,rekt de
ressen van 13—15 Jaar; belangstelling voor romans ?eeI ,e7e'
bij de meisjes dan bij de Jongens en neemt mTd«b.ftSi t,Mrder
lezen meer wetenschaDncliike rMuthrift»*, «_j__ y gestadig toe; jongens
lezen meer wetenschappelijke geschriften dan meisjes.
pi onze rubriek interesseert ons na-
A tuurlljk het meest de voorkeur van de
13—20 jarigen. Zonder onbillijk te wor
den kunnen wij constateren, dat bij de
12 tot 15-jarige jongens de klemtoon
ligt op de avontuurlijke verhalen en de
overgangsliteratuur, bij de meisjes van
deze leeftijd in wat mindere mate op de
laatste en het typische meisjesboek, ter
wijl het kunstwerk al spoedig deze bak-
vislectuur verdringt. De 15 tot 20-jarige
jongens blijven de overgangsliteratuur
trouw, al is er een daling te bespeuren
ten gunste van de romans en de zuiver
wetenschappelijke lectuur; de meisjes
van 1520 jaar interesseren zich voor
de wetenschap veel minder dan de jon
gens, veel méér voor de prestaties van
artisten en wat minder voor overgangs
literatuur.
Latere onderzoekingen geven zo goed
als zonder uitzondering een bevestiging
van deze uitkomsten. Bij een enquête
onder alle leerlingen van de Alkmaarse
DAS LIED VON DER ERDE, een
symphonie van Gustav Mahler.
Eigenlijk een cyclus van zes lie
deren voor altstem en orkest,
maar de uitgebreide begeleiding
maakt de betiteling symphonie
allerminst overdreven. Mahler
maakte hiervoor gebruik van de
vertaling van zes drinkliederen
van de Chinese dichter Li Pai-Po,
een zeer sombere tekst die door
zijn muziek prachtig wordt on
dersteund. Kathleen Ferrier zingt
de solo-partij. Vooraf gaat de
Symphonie Phantast ique, van
Hector Berlioz, waarin hij het
leed en de ondergang van de
door de hartstocht gekwelde kun
stenaar tekent. (Vrijdag 13.15
over Hilversum I, 402 m.)
VRIJDAG 28 NOVEMBER
HILVERSUM I, 402 m.: 7.00—24.00
NCRV. 7.00 Nieuws. 7.13 Gram.muzlek.
7.45 Een woord voor de dag. 8.00 Nieuws
en weerberichten. 8.15 Gram.muzlek. 9.00
Voor de zieken. 9.30 Voor de huisvrouw.
9 35 Waterstanden. 9.40 Gram.muzlek.
10.30 Morgendienst. 11.00 Viool en piano.
11.30 Gram.muzlek. 12.30 Land- en Tuin-
bouwmededelingen. 12.33 Lichte muziek.
12.59 Klokgelui. 13.00 Nieuws. 13.15 Gra-
mofoonmuziek. 15.15 Voordracht. 15.35
Gram.muzlek. 16.00 ..Het Venusschoentje
als kamerplant", causerie. 16.15 Klassieke
muziek. 16.45 Gram.muziek. 17.00 Vocaal
Ensemble. 17.30 Militaire causerie. 17.40
Gram.muziek. 17.45 Fries programma.
18.00 Gram.muziek. 18.45 Huismuziek.
19.00 Nieuws en weerberichten. 19.10 Re
geringsuitzending: „Verklaring en toelich
ting". 19.30 Gram.muziek. 19 45 Literaire
wedstrijd. 20.00 Radiokrant. 20.20' Bijeen
komst van Mannenbonden. 21.30 Radio
Philharmonisch Orkest m. m. v. solist. 22.25
Kunstrubriek. 22.45 Avondoverdenking.
23.00 Nieuws en S.O S.-berichten. 23.15
Internationaal Evangelisatieprogramma.
23.3024.00 Metropole-Orkest en soliste.
HILVERSUM n, 298 m.: 7.00 VARA,
10.00 VPRO, 10.20 VARA, 12.00 AVRO,
16.00 VARA, 19.30 VPRO, 21.00 VARA.
22.40 VPRO, 23.00—24.00 VARA. 7.00
Nieuws. 7.10 Gram.muziek. 7.15 Ochtend
gymnastiek. 7.33 Gram.muziek. 8.00 Nieuws
en weerberichten. 8.18 Gram.muzlek. 8.50
Voor de huisvrouw. 9.05 Gram.muziek.
9.40 Voor de kleuters. 10 00 „Kinderen
en Mensen", causerie. 10.05 Morgenwij
ding. 10.20 Gram.muziek. 10.30 School
radio. 10.50 Orgelspel. 11.25 Radiofeuille
ton. 11.45 Vocaal dubbelkwartet. >2.00
Orgelspel. 12.30 Land- en Tuinbouwmede-
delingen. 12.33 Sport en prognose. 12 48
Gram.muziek. 13.00 Nieuws. 13.15 Mede
delingen of gram.muziek. 13.20 Amuse
mentsmuziek. 14.00 Voor de huisvrouw.
14.20 F»„it, sopraan en plano. 14.50 Boek
bespreking. 15.10 Viool en gitaar. 15.30
Lichte muziek. 18.00 Orgelspel. 16.30 Voor
de Jeugd. 17.00 Gram.muzlek. 17.20 Muzi
kale causerie. 18.00 Nieuws. 1815 Felici
taties. 18.45 „Denk om de bocht". 19.00
Gemengd koor. 19.15 Gram.muziek. 19 30
„Moreel Beraad", causerie. 19.45 „De Vrije
Gemeente te Amsterdam 75 jaar". 19.55
Berichten. 20.00 Nieuws. 20.05 Boekbespre
king. 20.15 Kamerkoor. 20.30 Benelux.
20.40 „Leven op de Aarde", causerie. 21.00
Metropole-Orkest en solisten. 21.35 „Het
leven betrapt". 21.55 Gram.muziek. 22.05
Buitenlands overzicht. 32.20 Lichte mu
ziek. 22.40 „Vandaag", causerie. 22.45
Avondwijding. 23.00 Nieuws. 23.15 „In
huwelijk en gezin", causerie. 23.30—24.00
Gramofoonmuziek.
Experimenteel Televisieprogramma van
de VARA. 20 15—21.45: 1. Actualiteit;
2. Dokter's televisite; 3. „Denemarken
llimdocumentalre; 4. Weeroverz cht.
Pauze. 5. „Triningel", cabaret.
R.H.B.S. vond ik de volgende conclu
sies:
I. JONGENS van 12 tot 15 jaar hou
den het meest van: 1. Avonturiersver-
er\.,'ïn b°eken, zeevertellingen,
vlieghlstories e.d.); 2 Geschiedkundige
verhalen; 3 Geestig bedoelde boeken
over Jongensleven; 4. Ernstig bedoelde
boeken over jongensleven. Met de leef
tijd komen ontdekkingsreizen en Jules
Verne meer in ere.
II. MEISJES van 12 tot 15 jaar lezen
de eerste rubrieken der jongensrubrie-
ken nauwelijks, iets meer de vierde.
Vooral echter boeken, door vrouwen
over meisjes geschreven.
Hl. JONGENS boven 15 jaar: er komt
critiek op Kari May e.d.; de echte na
tuurliefhebbers, ontdekkingsreizigers,
oceaanvliegers, detectives e.d. nemen
zijn taak over; romans met problemen
uit het leven van jongens en volwasse
nen komen steeds meer in trek.
IV. MEISJES boven 15 jaar: hetzelfde
verschijnsel bjj de roman: in hoofdzaak
kiest men lectuur over vrouwenleven en
vTouwenstrjjd.
^ERDER vermeld lk een onderzoek
van A. J. Jenkinson bij de leerlingen
van „Secundary and Senior Schools", dat
liep over 2900 kinderen van 12—15 jaar:
1570 jongens, 1330 meisjes. Daaruit
blijkt, dat de meisjes meer lezen dan de
jongens, meer schoolverhalen, minder
detective-histories, veel minder avon
tuurlijke vertellingen, veel meer lief
desgeschiedenissen; minder over tech
niek, meer boeken voor volwassenen
bestemd; minder kranten en tijdschrif
ten; meer gedichten en drama's.
En ten slotte enkele gegevens over
een onderzoek op een aantal middelbare
scholen in 1935. De vraag; „Welke in
Nederland verschenen boeken heb je de
laatste maanden gelezen?" werd door
898 jonge mensen tussen 14 en 20 jaar
beantwoord. Het resultaat was:
a. Meisjesboeken: Cissy van Marx-
veldt 323 maal, Mevr. Van Hitte
Gaerthé 156 maal, Top Naeff 51 maal,
enz.
b. Jongensboeken: Karl May 136
maal, Jules Verne 76 maal etc.
c. Romans door vrouwen geschre
ven: Ina BoudierBakker J85 maal,
SchortenAntink 123 maal, enz.
d. Romans door mannen geschreven:
Van Schendel 125 maal, Schorten
Antink 123 maal, A. M. de Jong 113
maal, Fabricius 101 maal, Van Eeden
92 maal, enz.
e. Reizen en Sport: Luchtvaart 294
maal Viruly 230 maal) totaal 332
maal.
f. Wetenschappen en Techniek:
Plant- en Dierkunde 70 maal, Tech
niek 55 maal, totaal 189 maal.
g. Gedichtenbundels: Boutens 6
maal; totaal 35 maal.
Een nieuw onderzoek zou hier en
daar èndere namen laten zien ver
moedelijk zou het karakter hetzelfde
Hamea-Gelei voor Uw handen
(Advertentie, Ing. Med.)
zijn. Wij wachten de uitkomsten af van
een grootscheepse enquête, de in Am
sterdam wordt gehouden.
Verwonderen doet deze keuze ons
niet. Dat jonge kinderen verzot zijn op
sprookjes spreekt vanzelf: ze zijn licht
bewogen wezens, niet gecompliceerd,
stellen wit tegenover zwart, engel tegen
over duivel en hun enige rechtsregel is:
voor wat, hoort wat, allemaal elemen
ten, die aan het sprookje zijn karakter
geven. En evenmin is het vreemd, dat
1011-jarigen, meestf.1 rustige, redelijke
kinderen met technische en zakelijke
belangstelling, zich aangetrokken voelen
tot Robinson, die zijn eigen wereld
moet scheppen. Terwijl de 1215-jarige
jongens gewoonlijk van nature opstan
dig zijn, rusteloos en lawaaiig, verlan
gend naar grote daden en geboeid door
helden, die ver uitsteken boven de ge
wone mensen, met wie de knapen uit de
vlegelperiode dagelijks moeten omgaan.
Is het vreemd, dat de meisjes van deze
leeftijd de heldinnen zoeken in de bak-
vissenroman en de oudere jongens én
meisjes zich graag verdiepen in de
romans, die de grote problemen van de
moderne mensheid gestalte geven in de
conflicten der dramatis personae?
PN nu de brieven, die lk de laatste we-
ken ontving. Hun aantal is niet groot
genoeg om cijfers te geven, die verge
leken kunnen worden met de getallen
uit de vorige onderzoekingen. Maar wel
is het mij duidelijk geworden, dat on
danks de andere schrijversnamen en
boektitels het karakter van de keuze
hetzelfde is gebleven. Ook hier typische
verschillen bij jongens en meisjes en
grote Invloed van de leeftijdspcrioden
der inzenders.
Wij publiceren eerst een brief van
een jonge leerling der Helderse Am
bachtsschool:
TN antwoord op uw vraag: „Wat lees
je het liefst?": Ik lees het liefst ge
schiedenisboeken; dat verrijkt onze
kennis. Een jongen of meisje, dat b.v.
de geschiedenis van zijn land en volk
of van zijn kerk kent, zal straks in het
volle leven ook zijn koers weten te be
nalen te midden van alle onzekerheid.
De geschiedenis herhaalt zich meestal
altijd. In het verleden ligt het heden,
in het nu wat worden zal. Mijn naam
is: Steven ae Boer, Vijzelstraat 8, Den
Helder. Ik ben leerling op de Am
bachtsschool vOor meubelmaker.
Ook hier zullen wel niet uitsluitend
de kennis en het nut van de geschied
kundige verhalen zijn, die de keuze
bepalen, maar ook de aandoeningen,
die de lectuur van avontuurlijke ge
beurtenissen wekt.
In de tweede plaats een brief, die
niet alleen een objectief onderzoek in
stelt, maar ook een zeer subjectieve
keuze doet
]AE beoordeling van een bepaald soort
boeken hangt van verschillende
dingen af. Uw vraag had U m.i. als
volgt kunnen formuleren: Welk soort
boeken lees je nu het liefst en waar
om", want wat bepaalt de beoordeling
van een boek:
le leeftijd: v.g.l. de literatuur van
een meisje van 14 jaar en die van een
bakvis, die slechts enkele jaren ouder
is. Naarmate men ouder wordt, gaat
men de dingen anders beoordelen, het
zij door verdere ontwikkeling, hetzij
door bepaalde levenservaring en.
2e karakter: 't gevoelselement speelt
hier een grote rol, let daarbij op de
vroegere betekenis van „sentimenteel".
Hieraan moet ik toevoegen, dat dit ge
voel bu' mannen weer anders is dan
i>Ü vrouwen, daarom og k:
3e sexe: kloeke, vastberaden man
nen lezen mannenlectuur, dweperige,
zwoele vrouwen houden zich echter bij
hun zoete vrouwenlectuur (de practijk
wijst echter vaak 't omgekeerde uit).
4e graad van ontwikkeling: dit is
duidelijk, mensen die enigszins „ge
vormd" zijn lezen andere boeken dan
de minderontwikkelden; ook vinden
we hier de vakliteratuur, die alleen
voor vakmensen is te begrijpen.
5e afkomst: een jongen uit een
leraarsgezin voelt zich eerder tot de
boeken geroepen (misschien wel ge
dwongen) dan een arbeiders jongen.
6e beroep: uit hoofde van zijn beroep
hier komt bij graad van ontwikke
ling) leest een leraar meer en andere
literatuur dan b.v. een boer.
7e stemming: als je je niet lekker
voelt, pak je lichte literatuur en later
kies je meer gedegen kost; ook komt
hierbij: wat staat er tot mijn be
schikking om te lezen? Een stadsjdn-
gen heeft leesbibliotheken etc., een
jongen van 't platteland redt zich wat
er toevallig in de boekenkast staat.
Zo gaat 't ook mijzelf; ik lees vaak
om letters te zien. Doch nu ga ik even
terug op bovenstaande punten: mijn
leeftijd is 16, mijn karakter is enigs
zins dweperig. Ik leef in mijn fantasie,
doch ik ben daarentegen kort en op
vliegend .ik behoor tot de mannelijke
sexe, vakliteratuur lees ik niet. Ik heb
een gewone opleiding genoten en ik
kom uit een gewoon gezin. Ik lees
daarom het liefst boeken, waarin ik
mijzelf kan verplaatsen, waarin ik
meeleef, waarin ik opga. nu als held
algemeen geprezen en toegejuicht en
dan weer als een beruchte misdadiger,
als iemand die landen Ontdekt, die
pioniert, die vrouwen schaakt, daarom
houd ik van ridderliteratuur, reis
boeken en historische romans. Door het.
„dweperige" in mijn natuur lees ik
vaak gedichten en vind een aardige
roman op zijn tijd gerust wel leuk.
Daarentegen houd ik zeer van iets for
sere schrijvers, die kernachtig uit de
hoek komen en blijven donderen
MultatuH mag ik daarom graan lezen
Lodewijk van Deyssel vind ik ook
soms zeer goed (hoewel zonder grond
en'of rede).
Dat zijn. de voornaamste soorten v"r
hoeken. In het algemeen vind ik dv>
boeken mOoi. die onwezenlijk ziin, om-'
dat je dan even los staat van het
leven, dat vaak zo triest en zo trooste
loos is.
BRAM BEEK,
Heerenweg 46, Schoorl.
Voortreffelijk is ook de ontboeze
ming van een oude bekende:
IK DENK niet dat er veel mensen zijn
die, wanneer men hen vraagt welk
boek zij het mooist vinden, daarop een
concreet antwoord kunnen geven. Ik
wil dan ook bij mijn beantwoording van
deze vraag voorop stellen dat ik dit
zeer zeker niet kan.
Ik ben zelf een groot bewonderaar
van een goed boek en ik heb zo lang
zamerhand een dusdanig aantal boeken
doorgelezen, dat ik zelf niet meer weet
welk boek ik wel en welk boek ik niet
gelezen heb. En a>s men mij mi op de
man af vraagt: „Welk boek vind je nu
he* mooist?", wel dan moet ik het ant
woord daarop schuldig blijven. Dit
neemt echter niet weg. dat ik wei de-
geiiik het ene boek boven het ander
prefereer. Er zijn bepaalde boeken die
ik steeds weer ter hand neem en die ik
met evenveel genoegen herlees. Ik
noem böv. een boek ais „De kt-ine Jo-
hannes" van Van Eeden, dat ik per-
f Pim.Pam.Pomin hel nieuwe hnis^l
116. Het volgende ogenblik hoor
den Pim, Pam en Pom, hoe Moeder
het nummer van de baron aansloeg.
„Hallo jamet mevrouw Woeffie
wat vind ik dat alleraardigst
van Uklonk Moeder's stem.
Maar Pim was niet in de stemming
om te luisteren. „Had je je mond
niet kunnen houden", fluisterde hij
tegen Pam. „Waarom moet je alles
verraden?" „Ach, Moeder komt er
toch wel achter als zij die lakens
ziet!" „Ja en dan had je toch je mond
over dat roken kunnen houden!" Bij
het woord: „roken" werd Pim's ge
zicht weer bleker en bleker. Zijn
maag was nog steeds van streek en
het woord „roken" alleen al, maakte
hem onpasselijk. „Ssst", riep Pont,
die naar het telefoongesprek van Moe
der had staan luisteren. „Moeder
klaar, geloof ik". „Nogmaals dank,
meneer van Pottum, ik zal U morgen
een lekker appeltaartje laten bezor
gen door m'n jongens. Nee, dat is
helemaal geen moeite, dag baron, tot
ziens!" Het volgende ogenblik stapte
Moeder weer de kamer binnen. On
derzoekend keek zij haar drie zoontjes
aan. „Wat vreemd", zei Moeder lang
zaam. Zij trok haar voorhoofd Irt
diepe rimpels. „De baron heeft met
geen woord over jullie gesproken. Hij
had een heel verhaal over zijn BE-
TERE-IK, maar het rechte snap ik er
nog niet van".
soonlijk één van de mooiste boeken
vind, die ik ken en waarin ik steeds
weer iets anders, iets nieuws ontdek.
Maar wanneer ik dit boek nu moet ver
gelijken met een goed detective-verhaal,
waarvan ik een groot liefhebber ben
Jan z"g ik: „Nee, hier valt niets te
vergelijken, want deze twee hoeken
'iin zo geheel verschillend, dat verge-
i' k'ng uitgesloten is. Feu boek kan
in z'n sort mooi. mise"h'en zelfs h»f
mooist ziin, »aar uit alle boeken, die
op al'e mogelijk gebied z"jn geschreven
kan men onmogelijk het mooiste ha-
'en. Want hoe kan men onts«anning«-
'ectuur vc-cc'ilken m-t Vtera're wer
ken van «eh-ijyers als Van Schendel
of Couperus?"
Ja. en waarom Je nu een bepaald boek
mooier vindt dan een ander? Och, ook
Jat is zo moeiliik onder woorden te
brengen. Het ene goede boek doet je
fets en het andere goede hoek zegt Je
absoluut niets. Dit Is jets heql nersoon-
iit' s en het „waarom" hiervan vorm*
"en psychologische kwestie op zich
zelf.
Pa daarom* „het mOA*ste" hoek tlC-
~«oat rnnr n'»t. Dn een zonnige zo-
•nero»Mend lig ik n**j in een hangmat
bosfe'Hk te amuseren met een hund»**-
1 van P(.
-ion r—ii—dt en tlltpas een co***.,
tarra T>rrr*nh"rayond zit >k O **deZ de
*raetamp ep Te-s met **rr-ia<. evenveel
olezler in een himdeitte verzameld
-*• -k van Aart van d-r T.eenw.
Maar vereeiiiken kan ik ze niet
H. ppivnpBS. J7 jaar
GFET.VTNCW STRAAT 92
CASTRICÜM.
DLIJKBAAR zijn er jonge mensen, die
aandachtig de recensies in de dag
bladpers bestuderen en hun vocabulair
n et de cliché's daaruit verrijken: zo
sehriift een onzer 15-iarigen over „On
der moederr vleugels" en hij karakte
riseert Louisa Alcott aldus: „Met haar
fascinerende uitdrukkingen en haar uit-
(Advertentie, Ing. Med.)
Jongens
Sprookjes
Robinsonades
Sagen
Avonturen
Overgangsliteratuur
Kunst (drama's, romans)
Wetenschap
Onbruikbaar
Meisjes
Sprookjes
Robinsonades
Sagen
Avonturen
Meisjesboeken
Overgangsliteratuur
Kunst
Wetenschap
Onbruikbaar
8-9.
9-10
10-11
11-12
12-13
13-14
14-15
15-16
16-17
17-18
18-20
71
56
..40
27
18
14
9
4
6
1
2
10
13
18
16
16
11
4
2
1
0
0
2
9
13
16
12
7
2
3
2
2
1
5
7
9
15
22
27
21
20
11
10
4
3
3
5
15
17
24
39
28
25
19
18
0
0
1
1
4
6
12
24
31
38
42
5
5
7
7
7
9
8
15
17
22
27
4
7
7
3
4
2
5
4
7
8
6
8-9
9-10
10-11
11-12
12-13
13-14
14-15
15-16
16-17
17-18
18-20
84
80
62
45
36
21
14
6
7
4
2
0
4
12
12
10
6
4
1
0
0
0
2
3
6
13
15
5
3
1
1
0
0
0
1
1
3
4
3
7
1
2
1
1
0
1
3
7
8
16
13
7
4
4
4
5
3
6
6
10
20
15
17
12
16
24*
0
1
2
6
9
20
38
53
61
62
58
0
1
1
3
4
5
2
4
6
9
6
9
6
7
5
4
4
4
10
7
4
5
historische romans onder invloed van een docente.
.DOOR.
46)
Terwijl ze haar afwachtten, was in
specteur Smith een t'jdlang aan het
woord. Blijkbaar moest men goede in
vallen en dito vondsten niet alleen van
Scotland Yard verwachten, want In
specteur Smith was er evenmin van
verstoken. Op zijn gezicht viel niets
biizonders te lezen, doch innerlijk was
hij overtuigd, dat Harold Smith nog
eens een grote carrière zou maken. Op
het ogenblik leek hij de bescheiden
heid in persoon, maar hij bracht het
bij hem opgekomen idee toch met ze
kere zelfvoldoening onder Lambs aan-
dscht
Ik'weet nietof u er ook zo over
denkt, meneer. Over die Fransman,
Ferrand, bedoel ik."
„Wat ig daarmee?" klonk het weinig
aanmoedigend.
Frank Abbott leunde elegant achter:
over op zijn harde stoel en genooi bu
voorbaat van een binnenpretje. Zijn
chef had geen plezier in dit geval en
dus zou er iemand als zondebok moe
ten fungeren. Deze keer bleef briga
dier Abbott buiten schot, want Smith
Ktond op de nominatie, al wist hij dat
zelf niet, toen hij zijn denkbeeld nader
uiteenzette.
Ja, die meneer Ferrand ik weet
niet of het u ook is ep"evallen heeft
geen enkel bewijs aenjevoerd voor
zijn verhaal over de estolen Juwelen
van mevrouw Rogers en haar over
komst om de dief te zoeken. Ik voor
mij vind het nogal magertjes."
Lamb keek de spreker ontevreden
aan, maar hield zich voorlopig In.
„Ben je nog naar de „Stier" in Led-
lington geweest?"
„Ja, daar heeft ze inderdaad, zoals
hij zei, gelogeerd. Ze is daar gebleven
van 2 tot 5 Januari. Ik heb de portier
gesproken, maar hij herinnert zich
niet, dat hij haar een adres op een
enveloppe heeft gegeven. Als ze er
een had laten vallen, zou hij haar die
teruggegeven hebben, maar hij zou
haar niet de enveloppe van een ander
ter hand hebben gesteld.... waarom
ook? En wat die twee heren betreft,
die iets kwamen drinken, hij zou zich
veeleer herinneren, als er geen heren
gekomen waren, gesteld dat dit ooit
een avond het geval zou zijn. U ziet,
dat het niet klopt met dè verklaringen
van meneer Ferrand en zo kwam de
gedachte bij mij op, of hij soms het
hele relaa? had verzonnen."
„Waarom?"
„Och, ik kwam tot de volgende ver
onderstelling: Stel eéns, dat hij zelf
de vrouw heeft gedood. Verliefd, ja
loerszulke dingen gebeuren elke
dag. Wie zal uitmaken, of ze werkelijk
alleen ziin auto heeft geleend en er al
leen mee weg was gereden? Ferrand
zegt, dat ze het deed. Maar neem nu
eens aan, dat ze niet alleen was, dat
hij haar vergezeldeof haar ergens
ontmoette. Ze krijgen ruzie en hij ver
moordt haar. Dan behoeft hij alleen
maar de auto naar Basingstoke te rij
den en daar achter te laten, terwijl hij
zelf de trein naar Londen neemt."
Nu verloor Lamb zijn geduld. Als
steeds wanneer hij zich opwond, puil
den zijn ogen uit hun kassen.
„Een mooi verhaal, dat moet ik zeg
gen! Maar wie bracht dan die Zater
dagavond het lijk naar 't Houtvesters
huis en begroef het in de kelder? Ge
loof je soms. dat Ferrand teruggeko
men Is? En wanneer hij terug zou zijn
gekomen, hoe wist hij dan iets af van
dat huis en van de kelder er onder?
Wij, die er alles van af wisten, hebben
er nog een hele tijd naar gezocht, maar
een wildvreemde Fransman met een
lijk op sleeptouw zou het zo maar in
't donker hebben klaargespeeld. Dat
is toch al te gek!"
Bij de laatste woorden liet de hoofd
inspecteur zijn vuist hard op tafel
dalen, maar het effect der ontploffing
ging enigszins verloren door het bin
nentreden van politie-agent May. een
forse, flink uitziende kerel, die min of
meer plechtig aankondigde: „Hier is
jufrouw Traill, meneer."
Maisie Trail kwam de kamer binnen
in een goedkoop, nauwsluitend man
teltje, een erg kort rokje en hoogge
hakte schoenen, die haar een ietwat
waggelende gang gaven. Ze was van
nature bijna witblond, maar die albino-
aehtigheid was zorgvuldig weggewerkt.
Haar oorspronkelijk witte wimpers
waren nu onwaarschijnlijk donker, ter
wijl boogvormige zwartp wenkbrau
wen waren aangehrar'-t hoven licht
grijze ogen. De dunne lippen waren
vuurrood aangezet en al even onna
tuurlijk als de rest. Met de ogen rol
lend, ging zij dadelijk zitten en vroeg
onvervaard: „Wel, wat is er?"
Terwijl Frank Abbott zijn schrijf
blok voor zich nam, zei L- mb, dat hij
haar een paar vragen wilde stellen.
„Gaat uw gang", antwoordde ze met
een dun, broos klinkend stemmetje.
Ofschoon Lamb, als toegewijd vader
van drie dochters, een zwak had voot
jonge meisjes, moest hij nu zichzelf
met veel moeite tot vriendelijkheid
dwingen.
„Misschien wilt U me wel vertellen,
wat u Vrijdagavond 8 Januari tussen
negen en tien uur hebt uitgevoerd".
„Ja", gichelde juffrouw Traill, „lk
heb peen kalender in mijn hoofd, ziet
u. Vrijdag, laat een<! kijkendat was
verleden week Vrijdag. Ik werk bij de
firma Brown en Felton. Daar sluiten
ze 's winters half zes en aan de deur
ontmoette ik miin vriendje. We aten
een stukje en gingen toen naar de
bios".
„Ik ben verplicht u de naam van die
vriend te vragen."
(Wordt vervolgd)
stekende inzicht op een eenvoudig Ame
rikaans gezin schreef ze dit hoogstaand
boekwerk, waarin romantiek en senti
mentaliteit een grote rol spelen" en hij
r .emt haar „machtige" woordenschat.
Do 14-jarige Jan van Steenwijk uit
Den Helder doet het wat eenvoudiger:
hij vindt Bambi een van de mooiste
boeken, die hij kent, omdat er „prach
tig in wordt weergegeven hoe de die
ren in angst kunnen zitten voor de
mens en voor grotere dieren; strikken
zetten (gelukkig mag dit niet) is erg
gemeen. (Die mensen zouden zelf ooit
niet graag aan de galg hangen)" Klaas
van der Molen bewondert K. Norel,
vooral ziin boek „Strijders", dat „een
juist beeld geeft van het vreseliike
bloedbad en verderf, dat men oorlog
noemt" en hij leeft mee met de solda
ten, „die een zenuwvretende taak op
hun schouders dragen". Jan Faes uit
Den Helder tracht zich bewust te ma
ken, waarom hij „De kleine emigratie"
"in Toon Kortooms mooi vindt: hij
roemt ,.de smeuige taal. het Brabants
dialect, de rake uitbeelding der perso
nen, de humor, de diepe achtergrond en
het geloof dat niemand helemaal goed
of helemaal slecht is".
In overeenstemming met zijn leef
tijd leest Willie Harteveld uit Sloot-
dorp het liefst „jongensboeken en wel
met veel spanning en avontuur, b.v.
„De ondergang van de Sperwer"; wie
dit boek leest, zal leren begrijpen wat
doorzetten en volhouden is in moeilijke
tiiden". Hans Kaper kiest uit de enorme
voorraad twee boeken „Hollands Glo
rie" van Jan de Hartog en „Het Ach
terhuis" van Anne Frank. „De reden
daarvan is dat zij beide in staat zijn
mij van het begin tot het einde te boei-
e doordat zij zo precies naar de wer
kelijkheid zijn geschreven". Een krach-
tig pleidooi voor het lezen van biogra
fieën houdt Annie Kofman uit Enkhui
zen ze noemt als voorbeelden de le
vensbeschrijvingen van Johan Sebas-
tian Bach en die van Kaj Munk en
Schweitzer. En ze raadt ons aan „de
gewone roman eens terzijde te leggen"
en ons tot de werkelijkheid te wenden:
„door iets van het leven te weten van
dichters, beeldhouwers, schilders, com
ponisten, koninklijke personen, baccil-
lenjagers, schrijvers, e.d., leer je hun
werk beter waarderen en begrijpen
en zelf word je er ook veel rijker door".
Als ik dan nog vermeld, dat Jan
Kloosterboer uit St. Pancras de voor
keur geeft aan „een cultureel boek" en
daarvan als voorbeeld noemt „Gejaagd
door de wind" van Margaret Mitchell,
kan ik eindigen met het citeren van
enkele treffende opmerkingen uit een
brief van Inge van Erenstein, die ook
nnze tweede vraag moeiliik vindt te
beantwoorden, omdat „soort een relati
vering is, die slechts een oppervlak
kige eenheid geeft van wat in de grond
van de zaak toch zft verschillend is"
vel bv. „Svbreeb Willemsdochter" van
A. den Hertog met Tjlstny's „Oorlog en
Vrede" en Couperus' „De berg van
Licht", toch alle drie historische ro
mans). En zij voert er aan toe: „Teder
'•.•aarachtig kunstenaar heeft iets te
Tomen en als ziin ideeën en problemen
uit hem zelf komen dan staat ziin werlj
alleen en op ziehzplf en valt niet nnde£
een soort te rangschikken. Terwijl zij
ten slotte concludeert:
„Men vindt dus hij de ene schrijver,
mat men bij de andere mist. Adriaan
Roland Holst geelt iets heel anders
dan Leopold en Vestdijk zou ik niet
met Van Schendel willen vergelijken.
Toch kan er een zekere overeenkomst
hestaan tussen verschillende auteurs
en hiermee bedoel ik het streven naat
zelfverwerkelijking
Het is dit „bewust worden" in een
boek dat voor mij het meest be*
tekent
Mag ik na dit alles aandacht vragen
voor de volgende kwestie:
JS HET GOED, dat een meisje rookt (cigaretten, sigaren, eeu pUp)? En
een Jongen? Wat is er tegen, wat is er voor? En op welke leeftijd meen
Je er zonder s :hade mee te kunnen beginnen?
ANTWOORDEN uiterlijk Dinsdagi orgen aan D. L. Daalder, Komlaan 8
Bergen (N.-H.).