DE JEUGD OVER HAAR LECTUUR De enquête van Charlotte Bühler DE VERMISTE OORRING In het karakter kwam maar weinig verandering £at was de™- De vergefen categorie Meisjes lezen meer jongens dan £uiitek eenó tiaaA £n nu dt o£v-mdt lajueJiLt Het Radioprogramma Dames! Vooral nu Geschiedenis Subjectieve keuze Vergelijken kan ik ze niet De anderen Winterhanden PATRICIA WENTWORTH antwoordde. Het was niet de eerste keer u?n 19 ^aar* deze week gteld. Enkele jaren geleden onderzocht de WeeL i^V8" £e °rde werd Ke" welke voorkeur er op dit punt bestond bj) niet mindeïï^tSo Sere^va^Stat ~0 Jaar, wy publiceren hierbij de statistiek, le,^.P,ni k0msten van haar enquête ver meldt. Zoals men ziet worden de cUfers voor jongens en meisjes afzonderlijk genoemd. I)e getallen geven nroeenten aan: 71 wil zeggen dat 71 van de 100 kinderen (hier dus jongens) van 8 tot 9 jaar de voorkeur geven aan sprookjes, terwijl blijkt, dat 84 van de 100 meisjes hun hart aan deze verhalen hebben verpand. Met „Overgangsliteratuur" bedoelt Charlotte Bühler: historisch of technisch werk Cui T. UF bedoelt wetenschappelijke geschriften e.dRSonXsVS^tt^#FPOpnIa,P- die op onbewoonde eilanden leerden zich met nri over mensen, te bondon; „onbruikbaar" waren dTgegev™s ?hl .i idf!en ,n !het.levcn schema pasten; meisjesboeken komen alleen voor bH de ^weede gens bleken zich daarboven te voelen DniddHk MMtt ïf.' /roep; de jon" helangstelling voor sprookjes, bFmeUJW ets sterker daó bi Z**™} ?,at dP de leeftijd; die voor de Robinsonverhalen, bij de longens «terLr df^hit f Jes, stUgt tot het 11de jaar en begint dan te verHauwen- wt 8 "ES" veel meer door Jongens dan door meisjes gelezen bil de eersten slUtt*!?. k de sterk tot het 14de jaar, dan treedt een Uleidemke ve™?nderWU,^ begeerte literatuur wordt veel meer door jongens dan door i 'n; overgangs- meeste aandacht tussen 14 en 17 jaaTSlt typische meH IVtT,!6 ,rekt de ressen van 13—15 Jaar; belangstelling voor romans ?eeI ,e7e' bij de meisjes dan bij de Jongens en neemt mTd«b.ftSi t,Mrder lezen meer wetenschaDncliike rMuthrift»*, «_j__ y gestadig toe; jongens lezen meer wetenschappelijke geschriften dan meisjes. pi onze rubriek interesseert ons na- A tuurlljk het meest de voorkeur van de 13—20 jarigen. Zonder onbillijk te wor den kunnen wij constateren, dat bij de 12 tot 15-jarige jongens de klemtoon ligt op de avontuurlijke verhalen en de overgangsliteratuur, bij de meisjes van deze leeftijd in wat mindere mate op de laatste en het typische meisjesboek, ter wijl het kunstwerk al spoedig deze bak- vislectuur verdringt. De 15 tot 20-jarige jongens blijven de overgangsliteratuur trouw, al is er een daling te bespeuren ten gunste van de romans en de zuiver wetenschappelijke lectuur; de meisjes van 1520 jaar interesseren zich voor de wetenschap veel minder dan de jon gens, veel méér voor de prestaties van artisten en wat minder voor overgangs literatuur. Latere onderzoekingen geven zo goed als zonder uitzondering een bevestiging van deze uitkomsten. Bij een enquête onder alle leerlingen van de Alkmaarse DAS LIED VON DER ERDE, een symphonie van Gustav Mahler. Eigenlijk een cyclus van zes lie deren voor altstem en orkest, maar de uitgebreide begeleiding maakt de betiteling symphonie allerminst overdreven. Mahler maakte hiervoor gebruik van de vertaling van zes drinkliederen van de Chinese dichter Li Pai-Po, een zeer sombere tekst die door zijn muziek prachtig wordt on dersteund. Kathleen Ferrier zingt de solo-partij. Vooraf gaat de Symphonie Phantast ique, van Hector Berlioz, waarin hij het leed en de ondergang van de door de hartstocht gekwelde kun stenaar tekent. (Vrijdag 13.15 over Hilversum I, 402 m.) VRIJDAG 28 NOVEMBER HILVERSUM I, 402 m.: 7.00—24.00 NCRV. 7.00 Nieuws. 7.13 Gram.muzlek. 7.45 Een woord voor de dag. 8.00 Nieuws en weerberichten. 8.15 Gram.muzlek. 9.00 Voor de zieken. 9.30 Voor de huisvrouw. 9 35 Waterstanden. 9.40 Gram.muzlek. 10.30 Morgendienst. 11.00 Viool en piano. 11.30 Gram.muzlek. 12.30 Land- en Tuin- bouwmededelingen. 12.33 Lichte muziek. 12.59 Klokgelui. 13.00 Nieuws. 13.15 Gra- mofoonmuziek. 15.15 Voordracht. 15.35 Gram.muzlek. 16.00 ..Het Venusschoentje als kamerplant", causerie. 16.15 Klassieke muziek. 16.45 Gram.muziek. 17.00 Vocaal Ensemble. 17.30 Militaire causerie. 17.40 Gram.muziek. 17.45 Fries programma. 18.00 Gram.muziek. 18.45 Huismuziek. 19.00 Nieuws en weerberichten. 19.10 Re geringsuitzending: „Verklaring en toelich ting". 19.30 Gram.muziek. 19 45 Literaire wedstrijd. 20.00 Radiokrant. 20.20' Bijeen komst van Mannenbonden. 21.30 Radio Philharmonisch Orkest m. m. v. solist. 22.25 Kunstrubriek. 22.45 Avondoverdenking. 23.00 Nieuws en S.O S.-berichten. 23.15 Internationaal Evangelisatieprogramma. 23.3024.00 Metropole-Orkest en soliste. HILVERSUM n, 298 m.: 7.00 VARA, 10.00 VPRO, 10.20 VARA, 12.00 AVRO, 16.00 VARA, 19.30 VPRO, 21.00 VARA. 22.40 VPRO, 23.00—24.00 VARA. 7.00 Nieuws. 7.10 Gram.muziek. 7.15 Ochtend gymnastiek. 7.33 Gram.muziek. 8.00 Nieuws en weerberichten. 8.18 Gram.muzlek. 8.50 Voor de huisvrouw. 9.05 Gram.muziek. 9.40 Voor de kleuters. 10 00 „Kinderen en Mensen", causerie. 10.05 Morgenwij ding. 10.20 Gram.muziek. 10.30 School radio. 10.50 Orgelspel. 11.25 Radiofeuille ton. 11.45 Vocaal dubbelkwartet. >2.00 Orgelspel. 12.30 Land- en Tuinbouwmede- delingen. 12.33 Sport en prognose. 12 48 Gram.muziek. 13.00 Nieuws. 13.15 Mede delingen of gram.muziek. 13.20 Amuse mentsmuziek. 14.00 Voor de huisvrouw. 14.20 F»„it, sopraan en plano. 14.50 Boek bespreking. 15.10 Viool en gitaar. 15.30 Lichte muziek. 18.00 Orgelspel. 16.30 Voor de Jeugd. 17.00 Gram.muzlek. 17.20 Muzi kale causerie. 18.00 Nieuws. 1815 Felici taties. 18.45 „Denk om de bocht". 19.00 Gemengd koor. 19.15 Gram.muziek. 19 30 „Moreel Beraad", causerie. 19.45 „De Vrije Gemeente te Amsterdam 75 jaar". 19.55 Berichten. 20.00 Nieuws. 20.05 Boekbespre king. 20.15 Kamerkoor. 20.30 Benelux. 20.40 „Leven op de Aarde", causerie. 21.00 Metropole-Orkest en solisten. 21.35 „Het leven betrapt". 21.55 Gram.muziek. 22.05 Buitenlands overzicht. 32.20 Lichte mu ziek. 22.40 „Vandaag", causerie. 22.45 Avondwijding. 23.00 Nieuws. 23.15 „In huwelijk en gezin", causerie. 23.30—24.00 Gramofoonmuziek. Experimenteel Televisieprogramma van de VARA. 20 15—21.45: 1. Actualiteit; 2. Dokter's televisite; 3. „Denemarken llimdocumentalre; 4. Weeroverz cht. Pauze. 5. „Triningel", cabaret. R.H.B.S. vond ik de volgende conclu sies: I. JONGENS van 12 tot 15 jaar hou den het meest van: 1. Avonturiersver- er\.,'ïn b°eken, zeevertellingen, vlieghlstories e.d.); 2 Geschiedkundige verhalen; 3 Geestig bedoelde boeken over Jongensleven; 4. Ernstig bedoelde boeken over jongensleven. Met de leef tijd komen ontdekkingsreizen en Jules Verne meer in ere. II. MEISJES van 12 tot 15 jaar lezen de eerste rubrieken der jongensrubrie- ken nauwelijks, iets meer de vierde. Vooral echter boeken, door vrouwen over meisjes geschreven. Hl. JONGENS boven 15 jaar: er komt critiek op Kari May e.d.; de echte na tuurliefhebbers, ontdekkingsreizigers, oceaanvliegers, detectives e.d. nemen zijn taak over; romans met problemen uit het leven van jongens en volwasse nen komen steeds meer in trek. IV. MEISJES boven 15 jaar: hetzelfde verschijnsel bjj de roman: in hoofdzaak kiest men lectuur over vrouwenleven en vTouwenstrjjd. ^ERDER vermeld lk een onderzoek van A. J. Jenkinson bij de leerlingen van „Secundary and Senior Schools", dat liep over 2900 kinderen van 12—15 jaar: 1570 jongens, 1330 meisjes. Daaruit blijkt, dat de meisjes meer lezen dan de jongens, meer schoolverhalen, minder detective-histories, veel minder avon tuurlijke vertellingen, veel meer lief desgeschiedenissen; minder over tech niek, meer boeken voor volwassenen bestemd; minder kranten en tijdschrif ten; meer gedichten en drama's. En ten slotte enkele gegevens over een onderzoek op een aantal middelbare scholen in 1935. De vraag; „Welke in Nederland verschenen boeken heb je de laatste maanden gelezen?" werd door 898 jonge mensen tussen 14 en 20 jaar beantwoord. Het resultaat was: a. Meisjesboeken: Cissy van Marx- veldt 323 maal, Mevr. Van Hitte Gaerthé 156 maal, Top Naeff 51 maal, enz. b. Jongensboeken: Karl May 136 maal, Jules Verne 76 maal etc. c. Romans door vrouwen geschre ven: Ina BoudierBakker J85 maal, SchortenAntink 123 maal, enz. d. Romans door mannen geschreven: Van Schendel 125 maal, Schorten Antink 123 maal, A. M. de Jong 113 maal, Fabricius 101 maal, Van Eeden 92 maal, enz. e. Reizen en Sport: Luchtvaart 294 maal Viruly 230 maal) totaal 332 maal. f. Wetenschappen en Techniek: Plant- en Dierkunde 70 maal, Tech niek 55 maal, totaal 189 maal. g. Gedichtenbundels: Boutens 6 maal; totaal 35 maal. Een nieuw onderzoek zou hier en daar èndere namen laten zien ver moedelijk zou het karakter hetzelfde Hamea-Gelei voor Uw handen (Advertentie, Ing. Med.) zijn. Wij wachten de uitkomsten af van een grootscheepse enquête, de in Am sterdam wordt gehouden. Verwonderen doet deze keuze ons niet. Dat jonge kinderen verzot zijn op sprookjes spreekt vanzelf: ze zijn licht bewogen wezens, niet gecompliceerd, stellen wit tegenover zwart, engel tegen over duivel en hun enige rechtsregel is: voor wat, hoort wat, allemaal elemen ten, die aan het sprookje zijn karakter geven. En evenmin is het vreemd, dat 1011-jarigen, meestf.1 rustige, redelijke kinderen met technische en zakelijke belangstelling, zich aangetrokken voelen tot Robinson, die zijn eigen wereld moet scheppen. Terwijl de 1215-jarige jongens gewoonlijk van nature opstan dig zijn, rusteloos en lawaaiig, verlan gend naar grote daden en geboeid door helden, die ver uitsteken boven de ge wone mensen, met wie de knapen uit de vlegelperiode dagelijks moeten omgaan. Is het vreemd, dat de meisjes van deze leeftijd de heldinnen zoeken in de bak- vissenroman en de oudere jongens én meisjes zich graag verdiepen in de romans, die de grote problemen van de moderne mensheid gestalte geven in de conflicten der dramatis personae? PN nu de brieven, die lk de laatste we- ken ontving. Hun aantal is niet groot genoeg om cijfers te geven, die verge leken kunnen worden met de getallen uit de vorige onderzoekingen. Maar wel is het mij duidelijk geworden, dat on danks de andere schrijversnamen en boektitels het karakter van de keuze hetzelfde is gebleven. Ook hier typische verschillen bij jongens en meisjes en grote Invloed van de leeftijdspcrioden der inzenders. Wij publiceren eerst een brief van een jonge leerling der Helderse Am bachtsschool: TN antwoord op uw vraag: „Wat lees je het liefst?": Ik lees het liefst ge schiedenisboeken; dat verrijkt onze kennis. Een jongen of meisje, dat b.v. de geschiedenis van zijn land en volk of van zijn kerk kent, zal straks in het volle leven ook zijn koers weten te be nalen te midden van alle onzekerheid. De geschiedenis herhaalt zich meestal altijd. In het verleden ligt het heden, in het nu wat worden zal. Mijn naam is: Steven ae Boer, Vijzelstraat 8, Den Helder. Ik ben leerling op de Am bachtsschool vOor meubelmaker. Ook hier zullen wel niet uitsluitend de kennis en het nut van de geschied kundige verhalen zijn, die de keuze bepalen, maar ook de aandoeningen, die de lectuur van avontuurlijke ge beurtenissen wekt. In de tweede plaats een brief, die niet alleen een objectief onderzoek in stelt, maar ook een zeer subjectieve keuze doet ]AE beoordeling van een bepaald soort boeken hangt van verschillende dingen af. Uw vraag had U m.i. als volgt kunnen formuleren: Welk soort boeken lees je nu het liefst en waar om", want wat bepaalt de beoordeling van een boek: le leeftijd: v.g.l. de literatuur van een meisje van 14 jaar en die van een bakvis, die slechts enkele jaren ouder is. Naarmate men ouder wordt, gaat men de dingen anders beoordelen, het zij door verdere ontwikkeling, hetzij door bepaalde levenservaring en. 2e karakter: 't gevoelselement speelt hier een grote rol, let daarbij op de vroegere betekenis van „sentimenteel". Hieraan moet ik toevoegen, dat dit ge voel bu' mannen weer anders is dan i>Ü vrouwen, daarom og k: 3e sexe: kloeke, vastberaden man nen lezen mannenlectuur, dweperige, zwoele vrouwen houden zich echter bij hun zoete vrouwenlectuur (de practijk wijst echter vaak 't omgekeerde uit). 4e graad van ontwikkeling: dit is duidelijk, mensen die enigszins „ge vormd" zijn lezen andere boeken dan de minderontwikkelden; ook vinden we hier de vakliteratuur, die alleen voor vakmensen is te begrijpen. 5e afkomst: een jongen uit een leraarsgezin voelt zich eerder tot de boeken geroepen (misschien wel ge dwongen) dan een arbeiders jongen. 6e beroep: uit hoofde van zijn beroep hier komt bij graad van ontwikke ling) leest een leraar meer en andere literatuur dan b.v. een boer. 7e stemming: als je je niet lekker voelt, pak je lichte literatuur en later kies je meer gedegen kost; ook komt hierbij: wat staat er tot mijn be schikking om te lezen? Een stadsjdn- gen heeft leesbibliotheken etc., een jongen van 't platteland redt zich wat er toevallig in de boekenkast staat. Zo gaat 't ook mijzelf; ik lees vaak om letters te zien. Doch nu ga ik even terug op bovenstaande punten: mijn leeftijd is 16, mijn karakter is enigs zins dweperig. Ik leef in mijn fantasie, doch ik ben daarentegen kort en op vliegend .ik behoor tot de mannelijke sexe, vakliteratuur lees ik niet. Ik heb een gewone opleiding genoten en ik kom uit een gewoon gezin. Ik lees daarom het liefst boeken, waarin ik mijzelf kan verplaatsen, waarin ik meeleef, waarin ik opga. nu als held algemeen geprezen en toegejuicht en dan weer als een beruchte misdadiger, als iemand die landen Ontdekt, die pioniert, die vrouwen schaakt, daarom houd ik van ridderliteratuur, reis boeken en historische romans. Door het. „dweperige" in mijn natuur lees ik vaak gedichten en vind een aardige roman op zijn tijd gerust wel leuk. Daarentegen houd ik zeer van iets for sere schrijvers, die kernachtig uit de hoek komen en blijven donderen MultatuH mag ik daarom graan lezen Lodewijk van Deyssel vind ik ook soms zeer goed (hoewel zonder grond en'of rede). Dat zijn. de voornaamste soorten v"r hoeken. In het algemeen vind ik dv> boeken mOoi. die onwezenlijk ziin, om-' dat je dan even los staat van het leven, dat vaak zo triest en zo trooste loos is. BRAM BEEK, Heerenweg 46, Schoorl. Voortreffelijk is ook de ontboeze ming van een oude bekende: IK DENK niet dat er veel mensen zijn die, wanneer men hen vraagt welk boek zij het mooist vinden, daarop een concreet antwoord kunnen geven. Ik wil dan ook bij mijn beantwoording van deze vraag voorop stellen dat ik dit zeer zeker niet kan. Ik ben zelf een groot bewonderaar van een goed boek en ik heb zo lang zamerhand een dusdanig aantal boeken doorgelezen, dat ik zelf niet meer weet welk boek ik wel en welk boek ik niet gelezen heb. En a>s men mij mi op de man af vraagt: „Welk boek vind je nu he* mooist?", wel dan moet ik het ant woord daarop schuldig blijven. Dit neemt echter niet weg. dat ik wei de- geiiik het ene boek boven het ander prefereer. Er zijn bepaalde boeken die ik steeds weer ter hand neem en die ik met evenveel genoegen herlees. Ik noem böv. een boek ais „De kt-ine Jo- hannes" van Van Eeden, dat ik per- f Pim.Pam.Pomin hel nieuwe hnis^l 116. Het volgende ogenblik hoor den Pim, Pam en Pom, hoe Moeder het nummer van de baron aansloeg. „Hallo jamet mevrouw Woeffie wat vind ik dat alleraardigst van Uklonk Moeder's stem. Maar Pim was niet in de stemming om te luisteren. „Had je je mond niet kunnen houden", fluisterde hij tegen Pam. „Waarom moet je alles verraden?" „Ach, Moeder komt er toch wel achter als zij die lakens ziet!" „Ja en dan had je toch je mond over dat roken kunnen houden!" Bij het woord: „roken" werd Pim's ge zicht weer bleker en bleker. Zijn maag was nog steeds van streek en het woord „roken" alleen al, maakte hem onpasselijk. „Ssst", riep Pont, die naar het telefoongesprek van Moe der had staan luisteren. „Moeder klaar, geloof ik". „Nogmaals dank, meneer van Pottum, ik zal U morgen een lekker appeltaartje laten bezor gen door m'n jongens. Nee, dat is helemaal geen moeite, dag baron, tot ziens!" Het volgende ogenblik stapte Moeder weer de kamer binnen. On derzoekend keek zij haar drie zoontjes aan. „Wat vreemd", zei Moeder lang zaam. Zij trok haar voorhoofd Irt diepe rimpels. „De baron heeft met geen woord over jullie gesproken. Hij had een heel verhaal over zijn BE- TERE-IK, maar het rechte snap ik er nog niet van". soonlijk één van de mooiste boeken vind, die ik ken en waarin ik steeds weer iets anders, iets nieuws ontdek. Maar wanneer ik dit boek nu moet ver gelijken met een goed detective-verhaal, waarvan ik een groot liefhebber ben Jan z"g ik: „Nee, hier valt niets te vergelijken, want deze twee hoeken 'iin zo geheel verschillend, dat verge- i' k'ng uitgesloten is. Feu boek kan in z'n sort mooi. mise"h'en zelfs h»f mooist ziin, »aar uit alle boeken, die op al'e mogelijk gebied z"jn geschreven kan men onmogelijk het mooiste ha- 'en. Want hoe kan men onts«anning«- 'ectuur vc-cc'ilken m-t Vtera're wer ken van «eh-ijyers als Van Schendel of Couperus?" Ja. en waarom Je nu een bepaald boek mooier vindt dan een ander? Och, ook Jat is zo moeiliik onder woorden te brengen. Het ene goede boek doet je fets en het andere goede hoek zegt Je absoluut niets. Dit Is jets heql nersoon- iit' s en het „waarom" hiervan vorm* "en psychologische kwestie op zich zelf. Pa daarom* „het mOA*ste" hoek tlC- ~«oat rnnr n'»t. Dn een zonnige zo- •nero»Mend lig ik n**j in een hangmat bosfe'Hk te amuseren met een hund»**- 1 van P(. -ion r—ii—dt en tlltpas een co***., tarra T>rrr*nh"rayond zit >k O **deZ de *raetamp ep Te-s met **rr-ia<. evenveel olezler in een himdeitte verzameld -*• -k van Aart van d-r T.eenw. Maar vereeiiiken kan ik ze niet H. ppivnpBS. J7 jaar GFET.VTNCW STRAAT 92 CASTRICÜM. DLIJKBAAR zijn er jonge mensen, die aandachtig de recensies in de dag bladpers bestuderen en hun vocabulair n et de cliché's daaruit verrijken: zo sehriift een onzer 15-iarigen over „On der moederr vleugels" en hij karakte riseert Louisa Alcott aldus: „Met haar fascinerende uitdrukkingen en haar uit- (Advertentie, Ing. Med.) Jongens Sprookjes Robinsonades Sagen Avonturen Overgangsliteratuur Kunst (drama's, romans) Wetenschap Onbruikbaar Meisjes Sprookjes Robinsonades Sagen Avonturen Meisjesboeken Overgangsliteratuur Kunst Wetenschap Onbruikbaar 8-9. 9-10 10-11 11-12 12-13 13-14 14-15 15-16 16-17 17-18 18-20 71 56 ..40 27 18 14 9 4 6 1 2 10 13 18 16 16 11 4 2 1 0 0 2 9 13 16 12 7 2 3 2 2 1 5 7 9 15 22 27 21 20 11 10 4 3 3 5 15 17 24 39 28 25 19 18 0 0 1 1 4 6 12 24 31 38 42 5 5 7 7 7 9 8 15 17 22 27 4 7 7 3 4 2 5 4 7 8 6 8-9 9-10 10-11 11-12 12-13 13-14 14-15 15-16 16-17 17-18 18-20 84 80 62 45 36 21 14 6 7 4 2 0 4 12 12 10 6 4 1 0 0 0 2 3 6 13 15 5 3 1 1 0 0 0 1 1 3 4 3 7 1 2 1 1 0 1 3 7 8 16 13 7 4 4 4 5 3 6 6 10 20 15 17 12 16 24* 0 1 2 6 9 20 38 53 61 62 58 0 1 1 3 4 5 2 4 6 9 6 9 6 7 5 4 4 4 10 7 4 5 historische romans onder invloed van een docente. .DOOR. 46) Terwijl ze haar afwachtten, was in specteur Smith een t'jdlang aan het woord. Blijkbaar moest men goede in vallen en dito vondsten niet alleen van Scotland Yard verwachten, want In specteur Smith was er evenmin van verstoken. Op zijn gezicht viel niets biizonders te lezen, doch innerlijk was hij overtuigd, dat Harold Smith nog eens een grote carrière zou maken. Op het ogenblik leek hij de bescheiden heid in persoon, maar hij bracht het bij hem opgekomen idee toch met ze kere zelfvoldoening onder Lambs aan- dscht Ik'weet nietof u er ook zo over denkt, meneer. Over die Fransman, Ferrand, bedoel ik." „Wat ig daarmee?" klonk het weinig aanmoedigend. Frank Abbott leunde elegant achter: over op zijn harde stoel en genooi bu voorbaat van een binnenpretje. Zijn chef had geen plezier in dit geval en dus zou er iemand als zondebok moe ten fungeren. Deze keer bleef briga dier Abbott buiten schot, want Smith Ktond op de nominatie, al wist hij dat zelf niet, toen hij zijn denkbeeld nader uiteenzette. Ja, die meneer Ferrand ik weet niet of het u ook is ep"evallen heeft geen enkel bewijs aenjevoerd voor zijn verhaal over de estolen Juwelen van mevrouw Rogers en haar over komst om de dief te zoeken. Ik voor mij vind het nogal magertjes." Lamb keek de spreker ontevreden aan, maar hield zich voorlopig In. „Ben je nog naar de „Stier" in Led- lington geweest?" „Ja, daar heeft ze inderdaad, zoals hij zei, gelogeerd. Ze is daar gebleven van 2 tot 5 Januari. Ik heb de portier gesproken, maar hij herinnert zich niet, dat hij haar een adres op een enveloppe heeft gegeven. Als ze er een had laten vallen, zou hij haar die teruggegeven hebben, maar hij zou haar niet de enveloppe van een ander ter hand hebben gesteld.... waarom ook? En wat die twee heren betreft, die iets kwamen drinken, hij zou zich veeleer herinneren, als er geen heren gekomen waren, gesteld dat dit ooit een avond het geval zou zijn. U ziet, dat het niet klopt met dè verklaringen van meneer Ferrand en zo kwam de gedachte bij mij op, of hij soms het hele relaa? had verzonnen." „Waarom?" „Och, ik kwam tot de volgende ver onderstelling: Stel eéns, dat hij zelf de vrouw heeft gedood. Verliefd, ja loerszulke dingen gebeuren elke dag. Wie zal uitmaken, of ze werkelijk alleen ziin auto heeft geleend en er al leen mee weg was gereden? Ferrand zegt, dat ze het deed. Maar neem nu eens aan, dat ze niet alleen was, dat hij haar vergezeldeof haar ergens ontmoette. Ze krijgen ruzie en hij ver moordt haar. Dan behoeft hij alleen maar de auto naar Basingstoke te rij den en daar achter te laten, terwijl hij zelf de trein naar Londen neemt." Nu verloor Lamb zijn geduld. Als steeds wanneer hij zich opwond, puil den zijn ogen uit hun kassen. „Een mooi verhaal, dat moet ik zeg gen! Maar wie bracht dan die Zater dagavond het lijk naar 't Houtvesters huis en begroef het in de kelder? Ge loof je soms. dat Ferrand teruggeko men Is? En wanneer hij terug zou zijn gekomen, hoe wist hij dan iets af van dat huis en van de kelder er onder? Wij, die er alles van af wisten, hebben er nog een hele tijd naar gezocht, maar een wildvreemde Fransman met een lijk op sleeptouw zou het zo maar in 't donker hebben klaargespeeld. Dat is toch al te gek!" Bij de laatste woorden liet de hoofd inspecteur zijn vuist hard op tafel dalen, maar het effect der ontploffing ging enigszins verloren door het bin nentreden van politie-agent May. een forse, flink uitziende kerel, die min of meer plechtig aankondigde: „Hier is jufrouw Traill, meneer." Maisie Trail kwam de kamer binnen in een goedkoop, nauwsluitend man teltje, een erg kort rokje en hoogge hakte schoenen, die haar een ietwat waggelende gang gaven. Ze was van nature bijna witblond, maar die albino- aehtigheid was zorgvuldig weggewerkt. Haar oorspronkelijk witte wimpers waren nu onwaarschijnlijk donker, ter wijl boogvormige zwartp wenkbrau wen waren aangehrar'-t hoven licht grijze ogen. De dunne lippen waren vuurrood aangezet en al even onna tuurlijk als de rest. Met de ogen rol lend, ging zij dadelijk zitten en vroeg onvervaard: „Wel, wat is er?" Terwijl Frank Abbott zijn schrijf blok voor zich nam, zei L- mb, dat hij haar een paar vragen wilde stellen. „Gaat uw gang", antwoordde ze met een dun, broos klinkend stemmetje. Ofschoon Lamb, als toegewijd vader van drie dochters, een zwak had voot jonge meisjes, moest hij nu zichzelf met veel moeite tot vriendelijkheid dwingen. „Misschien wilt U me wel vertellen, wat u Vrijdagavond 8 Januari tussen negen en tien uur hebt uitgevoerd". „Ja", gichelde juffrouw Traill, „lk heb peen kalender in mijn hoofd, ziet u. Vrijdag, laat een<! kijkendat was verleden week Vrijdag. Ik werk bij de firma Brown en Felton. Daar sluiten ze 's winters half zes en aan de deur ontmoette ik miin vriendje. We aten een stukje en gingen toen naar de bios". „Ik ben verplicht u de naam van die vriend te vragen." (Wordt vervolgd) stekende inzicht op een eenvoudig Ame rikaans gezin schreef ze dit hoogstaand boekwerk, waarin romantiek en senti mentaliteit een grote rol spelen" en hij r .emt haar „machtige" woordenschat. Do 14-jarige Jan van Steenwijk uit Den Helder doet het wat eenvoudiger: hij vindt Bambi een van de mooiste boeken, die hij kent, omdat er „prach tig in wordt weergegeven hoe de die ren in angst kunnen zitten voor de mens en voor grotere dieren; strikken zetten (gelukkig mag dit niet) is erg gemeen. (Die mensen zouden zelf ooit niet graag aan de galg hangen)" Klaas van der Molen bewondert K. Norel, vooral ziin boek „Strijders", dat „een juist beeld geeft van het vreseliike bloedbad en verderf, dat men oorlog noemt" en hij leeft mee met de solda ten, „die een zenuwvretende taak op hun schouders dragen". Jan Faes uit Den Helder tracht zich bewust te ma ken, waarom hij „De kleine emigratie" "in Toon Kortooms mooi vindt: hij roemt ,.de smeuige taal. het Brabants dialect, de rake uitbeelding der perso nen, de humor, de diepe achtergrond en het geloof dat niemand helemaal goed of helemaal slecht is". In overeenstemming met zijn leef tijd leest Willie Harteveld uit Sloot- dorp het liefst „jongensboeken en wel met veel spanning en avontuur, b.v. „De ondergang van de Sperwer"; wie dit boek leest, zal leren begrijpen wat doorzetten en volhouden is in moeilijke tiiden". Hans Kaper kiest uit de enorme voorraad twee boeken „Hollands Glo rie" van Jan de Hartog en „Het Ach terhuis" van Anne Frank. „De reden daarvan is dat zij beide in staat zijn mij van het begin tot het einde te boei- e doordat zij zo precies naar de wer kelijkheid zijn geschreven". Een krach- tig pleidooi voor het lezen van biogra fieën houdt Annie Kofman uit Enkhui zen ze noemt als voorbeelden de le vensbeschrijvingen van Johan Sebas- tian Bach en die van Kaj Munk en Schweitzer. En ze raadt ons aan „de gewone roman eens terzijde te leggen" en ons tot de werkelijkheid te wenden: „door iets van het leven te weten van dichters, beeldhouwers, schilders, com ponisten, koninklijke personen, baccil- lenjagers, schrijvers, e.d., leer je hun werk beter waarderen en begrijpen en zelf word je er ook veel rijker door". Als ik dan nog vermeld, dat Jan Kloosterboer uit St. Pancras de voor keur geeft aan „een cultureel boek" en daarvan als voorbeeld noemt „Gejaagd door de wind" van Margaret Mitchell, kan ik eindigen met het citeren van enkele treffende opmerkingen uit een brief van Inge van Erenstein, die ook nnze tweede vraag moeiliik vindt te beantwoorden, omdat „soort een relati vering is, die slechts een oppervlak kige eenheid geeft van wat in de grond van de zaak toch zft verschillend is" vel bv. „Svbreeb Willemsdochter" van A. den Hertog met Tjlstny's „Oorlog en Vrede" en Couperus' „De berg van Licht", toch alle drie historische ro mans). En zij voert er aan toe: „Teder '•.•aarachtig kunstenaar heeft iets te Tomen en als ziin ideeën en problemen uit hem zelf komen dan staat ziin werlj alleen en op ziehzplf en valt niet nnde£ een soort te rangschikken. Terwijl zij ten slotte concludeert: „Men vindt dus hij de ene schrijver, mat men bij de andere mist. Adriaan Roland Holst geelt iets heel anders dan Leopold en Vestdijk zou ik niet met Van Schendel willen vergelijken. Toch kan er een zekere overeenkomst hestaan tussen verschillende auteurs en hiermee bedoel ik het streven naat zelfverwerkelijking Het is dit „bewust worden" in een boek dat voor mij het meest be* tekent Mag ik na dit alles aandacht vragen voor de volgende kwestie: JS HET GOED, dat een meisje rookt (cigaretten, sigaren, eeu pUp)? En een Jongen? Wat is er tegen, wat is er voor? En op welke leeftijd meen Je er zonder s :hade mee te kunnen beginnen? ANTWOORDEN uiterlijk Dinsdagi orgen aan D. L. Daalder, Komlaan 8 Bergen (N.-H.).

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1952 | | pagina 13