Openbaringen voor wintermode
niet van schokkende aard
Niet zo heel slank?
ADVIES
SASKIA
De Italiaanse stijl
wint terrein
EDWARDIAN COUPE WERD
EEN MISLUKKING
Parijse tussencollecties brachten slechts
geringe wijziging in heersende lijn
J
De slanke silhouette blijft toonaangevend
Eenvoud nog steeds kenmerk van het ware
Zonnebril met vlechten
van,, Schiap
De herenmode thans in rustiger banen
Hertog Philip geeft
de toon aan
r Uil
aan een debutante
DOOR
Steekzakken ook in
de japonnen
Opletten de boodschap
ZATERDAG 27 JH\I 1953
DE TUSSENCOLLECTIES DER PARIJSE COUTURIERS,
meer bedoeld als een aanvulling van de grote voorjaarscollecties en
voor particuliere cliënten, die naar een bepaald soort kleding gevraagd
nebben die toevallig niet daarin opgenomen was, worden algemeen ge
zien als evenzovele aanwijzingen van wat de collecties in Augustus a.s.
aan nieuwigheden voor de winter zullen presenteren. Dit is vooral
ook voor confectionnairs en detaillisten in het betere genre kleding van
van belang, omdat zij ieder seizoen weer voor de moeilijkheid staan,
hun collecties te moeten tonen, resp. hun orders te plaatsen, zonder te
weten wat de „Grote Mode" voor het overeenkomstige seizoen in het
hoofd heeft. En dat dit tijdstip veel vroeger ligt, o.a. met het oog op
de te verwerken grote hoeveelheden, blijkt o.m. uit de datum van de
onlangs gehouden Amsterdam Pashionweek, n.l. medio Mei, terwijl
de couturiers pas drie maanden later hun onthullingen doen.
ER IS ECHTER geen enkele reden,
waarom ook w« ons geen rekenschap
souden geven van eventuele op handen
zijnde veranderingen. Een gewaar
schuwde vrouw telt voor twee en zeker
op dit gebied, doch ook dit seizoen weer
kunnen wjj onze waarschuwende stem
tot een zacht gefluister afdempen, om
dat er niet veel veranderingen te sig
naleren zijn.
Als tenminste de voortekenen in de
vorm der tussencollecties niet bedrie
gen, zullen wij een voortzetting en een
zwaarder accent zien op de slanke sil
houette, nauwe rok, welke dikwijls ver
borgen plooien zal hebben, omdat hij
toch te dragen moet zijn.
En nu moeten wij onszelf onmiddel
lijk tegenspreken, want was de vorige
uitlating gebaseerd op onze aantekenin
gen over de collectie van Jean Dessès,
die met ruimte werkt ter hoogte van
het heupbeen op zijn strakke rokken.
Jacques Griffe toonde juist een voor
keur voor de „princesse"lijn, d.w.z.
strak lijfje, aansluitende taille, wijde
rok. Jean Patou heeft de afzakkende
taillelijn weer opgehesen tot de natuur
lijke hoogte, met hier en daar nog een
kleine wijziging, omdat hij toch niet
helemaal van de langere bovenstukken
wil afstappen, speciaal in de rug, ter
wijl Madame Schiaparelli ons verraste
met een aantal klassiek eenvoudige
japonnen en mantels.
Een opmerkelijke eenvoud, des te
meer, omdat deze „Schiap", zoals de
moderedactrices haar onder elkaar noe
men, nu al jarenlang als ontwerpster
van de meest bizarre en extravagante
kleding van heel Parijs geldt. In de
rest van haar collectie deed zij deze
naam trouwens weer alle eer aan, soms
met veel smaak of alleen maar zeer
opvallend, of uitgesproken grappig, zo
als de zonnebril met vlechten van cel-
lophaan, aan iedere kant een bij wijze
van bevestiging om de oren, en vandaar
op de schouders afhangend en eindigend
met een strikje van lint.
ER IS DUS NIET VEEL van een
algemene lijn te bespeuren, juist zoals
in de zomershows, doch de algemene
indruk is toch wel, dat bij een strakke
rok het bovenstuk van de japon wat
meer ruimte krijgt, zoals Dior met zijn
tulp-lijn aangegeven heeft. Waar deze
in de collecties voorkomt, is het echter
altijd zeer gematigd.
Overigens lijkt het er op, dat de
couturiers ingezien hebben, dat de af
staande halslijn aan mantelpakken zeer
onflatteus is voor de meeste vrouwen,
en uit de tussencollecties krijgt men
dan ook de indruk, dat deze mislukte
blote halzen tot het verleden zullen
behoren. De kragen, die bij dergelijke
modellen ergens halverwege de schou
der zaten, vlijen zich tenminste weer
beschermend om de hals.
Wat de stoffen betreft Is er op het
ogenblik in Parijs, ook reeds door de
modieuze Parisiennes nagevolgd, een
tendentie om zich bij de keuze van stof
fen niet uitsluitend te bepalen tot die,
welke de stoffenfabrikanten voor kle
ding ontworpen hebben.
Hiertoe heeft ongetwijfeld Serge Ko-
gan in belangrijke mate bijgedragen,
toen hij in zijn tussencollectie matras
tijk en Lodewijk XIV damast opnam.
Ook bij Paquin zag men een jasje van
meubelstof, terwijl Schiaparelli een rok
van bedrukte katoenen gordijnstof in
haar boutique collectie heeft, en Orcel
tassen van een dergelijke stof maakt.
Verder viel het op, dat er bij de ver
schillende couturiers veel modellen van
linnen waren, zoals bij Lanvin-Castillo,
waar vooral een tweed-achtig linnen de
aandacht trok en bij Griffe. De laatste
toonde het vooral in opvallende tinten,
wit, hard rood, en zwart.
U DACHT AL, dat de grotere
maten vergeten werdenNiets is
minder waar, dames, en om dit te
bewijzen ziet V hier twee vlotte
jeugdige modellen, die beiden naar
hetzelfde patroon te maken zijn.
Hoewel de rok een vrij nauw sil
houet vertoont, geeft het geplooide
enigszins klokkende voorbaantje
toch voldoende bewegingsvrijheid.
Het lijfje van het linkse model,
waarvoor U ca. 3,50 M. stof van
90 breedte nodig heeft, krjjgt een
ovaal uitgesneden hals, waarin U
desgewenst een vestje of een wit
biesje kunt dragen. Deze hals is
met een stippellijn in het voorpand
aangegeven. Aan de voorkant knipt
U 2 c.M. overslag aan. V stikt de
figuurnaden en sluit de zij-, schou
der- en mouwnaden. De knoopsgaten
paspoileren en het beleg tegenstik-
AL HEBBEN WIJ ER
HIER dan niet veel van
gemerkt, de herenmode
is in de loop van de laat
ste jaren op de vreemd-
soortigste wijze met het
sterke geslacht omge
sprongen, speciaal in En
geland, waar van ouds
her zijn trouwste volge
lingen wonen. Vóór deze
krampachtige pogingen,
om toch vooral maar iets
„nieuws" te lanceren,
echter bij het grote pu
bliek in dat land vaste
voet konden krijgen en
vandaar uit naar het
vaste land van Europa
overwaaien, zijn zU door
gebrek aan belangstelling
een natuurlijke dood ge
storven.
Hieronder rekent men
o.a. ook de „Edwardian"
coupe, gekenmerkt door
nauwsluitende „regen-
pijp"broeken, hoge re
vers, en omgeslagen
manchetten aan de mou
wen Van de jasjes. Ook
de overjassen werden
hierdoor beïnvloed, wat
o-a. bleek uit rechte jas
sen tot halverwege de
knie, met fluwelen kra
gen. Bij deze pakken
werden bij enigszins for
mele gelegenheden ves
ten van allerlei soorten
brocaatstoffen gedragen,
gegarneerd met sier-
knoopjes en smalle re
vers.
Zeer tot ongerief van
de speculatieve heren-
kleding-fabrikanten, die
dit soort pakken zelfs in
massa-productie hebben
genomen, wilde de En
gelse „gewone man" er
echter niet aan, of had
er misschien geen geld
voor. Hoe het ook zij,
deze vlucht naar het ver
leden is alweer voorbij,
en wat er nu in de
beroemde kleermakers-
werkplaatsen van de
Londense Savile Row ge
maakt wordt, wijkt niet
zo heel veel af van wat
wij hier op het ogenblik
zien dragen.
Deze gematigde ten
dens, wars van alle ex
travagantie, wordt gro
tendeels toegeschreven
aan de navolging van de
kleding van de Hertog
van Edinburgh de echt
genoot van Koningin Eli-
zabeth II. Deze heeft,
althans volgens zijn kleer
makers, die in hem maar
al te graag de toonaange
vende figuur in de heren
mode zouden willen zien,
een gematigde, doch uit
gesproken smaak, wat dus
eigenlijk zeggen wil, dat
hij zich niets uitzonder
lijks door zijn raadgevers
laat aanpraten. En dit al
les resulteert dan in vrij
lange jasjes, welke mis
schien iets getailleerd zijn,
lange revers, enigszins
verbrede schouders en
broekspijpen met omsla
gen van 48 cm wijdte aan
de onderkant.
ken. U verbindt de voor- met de
voorzijbaan en legt x op o vallend
de plooien in. De schuine plooitjes
in de voorzijbaan vragen elk 2llt
c.M. stofverbruik en liggen 2 c.M.
van elkaar. In de achterbaan stikt
U de figuurnaden, waarna U de
zijnaden sluit. De linkerzijnaad
voorziet V van een taillesplit met
trek- of drukknoopsluiting. Rok en
lijfje aan elkaar zetten. De cein
tuur maakt U 3 c.M. breed.
Het andere model heeft een vrij
grote kraag met tot de taille rei
kende revers, die hier evenals het
voorbaantje van afstekende stof
gemaakt zijn. U kunt echter ook
zeer goed de japon geheel van het
zelfde materiaal nemen, of alleen
de kraag in b.v. witte everglaze
uitvoeren. Het lijfje knipt nu
zoals hier gegeven zonder overslag
De kraag maakt U van dubbele
stof, waartussen de hals en voor-
randen genaaid worden. Neemt U
een witte kraag, dan werkt U voor
kant en hals met een belegje af
en zet de kraag op een schuin bies
je, zodat hij gemakkelijk met hand
steken inte hechten is. Voor de
sluiting knpt U een onder slag je
van 20 c.M. lengte en 5 c.M. Ijreed-
te, dat U vanaf de taille met druk
knoopjes tegen de voorkanten be
vestigt.
DAAR SASKIA BLIJKBAAR veron
dersteld wordt raad te geven in alle
duistere zaken, en dat zonder ei of kof
fiedik, heeft zij allang afgeleerd zich
over enig verzoek te verbazen. Dit
maal vis ik een hupse enveloppe uit de
stapel die een even aanminnig verzoek
bevat. Ik zou er in twee regels op ge
antwoord hebben ware het niet, dat
ik de zaak in wezen te belangrijk vind
om de repliek niet een volle kolom
te gunnen.
Mijn vriendelijke briefschrijfster wil
namelijk het volgende weten: „Op wel
ke manier kan ik het beste proberen
een uitgever te vinden voor een meis-
jesboek? Toen ik achttien jaar was heb
ik het geschreven en het is ook voor
meisjes van die leeftijd bedoeld. Het is
tachtig pagina's, folio formaat, aan één
zijde getypt en gecorrigeerd. Misschien
zou ik ook op de goede weg zijn met
het adres van een keuringsraad? Een
oordeel daarvan zou me allicht kunnen
helpen".
Heb ik het ver mis mijn lieve jonge
dame (want naar uw handschrift te oor
delen bent u aan de drie kruisjes nog
niet toe), dat u bij het lezen van deze
onbescheiden aanhaling uit uw brief
bloost tot achter uw oren, en met klop
pend hart reeds naar een potlood grab
belt om mijn advies in de marge te
noteren?
Zoals ik zei: Ik zou met tweer regels
kunnen volstaan, bondig en afdoende.
,Pak uw manuscript netjes in na uw
naam en adres levensgroot te hebben in
gesloten, en stuur het aangetekend aan
een uitgever van meisjesboeken."
Hoe u die vinden moet? Vragen; het
halve bestaan van een auteur gaat met
vragen heen. In de boekhandel, die
waarschijnlijk wel een catalogus, een
boekenkrant of een register voor u
heeft. The rest is silence.
Heel lang silence wellicht, want deze
heer uitgever is naar alle waarschijn
lijkheid een veelgeplaagd man, die kar-
revrachten van dergelijke papieren kin
deren dagelijks binnengeworpen krijgt.
Speciaal meisjesboeken in hope. Vrij
wel iedere dame met veel vrije tijd en
hoog gespannen idealen, die op de mid
delbare school een draaglijk opstel
pleegde, voelt zich zedelijk verplicht
een meisjesboek te produceren.
De editoriale bureau-laden puilen er
van uit, en de ongelukkige uitgever ziet
er tegenaan om elke dag maar weer zo'n
honingzoet diëet van louter sportieve,
idealistische en amoureuze bakvissen
te verzwelgen: temeer daar alle scho
tels volgens hetzelfde recept zijn toe
bereid.
NEEM HET HEM dus niet al te zeer
kwalijk indien hij u niet per omgaande
antwoordt dat hij volgende week met
zetten hoopt aan te vangen. Als u na
drie maanden een getypt kattebelletje
krijgt bent u een gunstelinge der for
tuin.
En als dit kattebelletje u verzekert
dat de uitgever tot zijn spijt geen mo
gelijkheden ziet om dit werk in zijn
fonds op te nemen dan behoeft u
geen as op uw permanent te strooien
en uw dierbaar manuscript bij terug
komst (u had toch postzegels voor re
tourzending ingesloten?) in duizend
snippers te scheuren. Want dit alles
is nog slechts een bescheiden aanloopje.
U begint dan hetzelfde spelletje met
nummer twee van de lijst en geeft
het niet op voor uw financiën voor een
débacle staan. Als ik het goed heb
sjouwde Pearl Buck met de Goede
Aarde een kleine veertig uitgevers af
en even vrolijk won zij de Nobelprijs.
Maar alvorens u nu de krant neer
gooit om spoorslags naar die boekhan
del te galopperen, mag ik u nog even
bij een slip van het everglaasje vast
houden?
Dat manuscript van u: is dat rond en
om in orde? Ik bedoel uiterlijk, en
innerlijk, om het zo eens uit te druk
ken. Is het wezenlijk, om iets te noe
men: nauwgezet gecorrigeerd? Ont
breekt er geen punt, geen vraagteken,
geen aanhalingsteken voor de kantlijn,
en hebt u elke punt-komma naar eer
en geweten verantwoord?
Ik vraag dat maar even, ziet u, om
dat in uw brief van twintig regels een
punt, een komma en twee vraagtekens
ontbreken. Wat moet dat worden op
tachtig folio-vellen u weet toch wel
zeker dat u geen kwarto bedoelt? Ge
loof mij, dit is geen zoeken naar peu
terige spijkertjes op laag water. Nauw
keurigheid in punctuatie en woordkeu
ze is de eerste onverbiddelijke eis voor
een auteur en vooral voor een auteur
van meisjesboeken.
Want u moet wel bedenken, dat uw
aanstaande lezeressen van uw boek iets
meer mogen verwachten dan oppervlak
kig amusement. Zij moeten, onbewust,
bij lezing de weldadige invloed onder
gaan van een technische en stylistische
verzorgdheid. Van nature hebben zij
glorieus maling aan alle punten, kom
ma's en aanverwante zaken, en zijn
hoogstens bedreven in het strooien met
uitroeptekens.
.U hebt daarom toch hopelijk alle
overdreven exclamaties zoveel mogelijk
vermeden, mitsgaders hoogstens uit
gezonderd in de dialoog alle bakvis-
senjargon en te onpas gebruikte ameri
kanismen? Want de gulden grondwet
voor een auteur luidt nog immer, dat
hij wel in de huid van zijn sujetten
moet kunnen kruipen, maar niettemin
de juiste geestelijke afstand blijven
bewaren. U moet zich in de bakvis in
leven zonder u zelf als bakvis te gedra
gen daar is niet weinig discipline
voor nodig.
GEEF U NÜ OP: HUIDE KOPERSTRAAT 20-AMSTERDAM
(Advertentie, Ing. Med.)
WIJ SCHREVEN REEDS eer
der, dat ook wij onder de bekoring
zijn geraakt van de Italiaanse mo
de. Deze industrie in het zonnige
land heeft zich de laatste jaren
dermate ontwikkeld, dat de ogen
van heel het machtige mode-legioen
op haar gericht zijn. Weinig op
smuk en prima kwaliteiten tegen
niet al te hoge prijzen staan er borg
voor, dat vele landen tot de afne
mers behoren. Dit wil nu niet zeg
gen, dat Frankrijk en Engeland
van de voeten gelopen worden,
maar toch is er een strijd tussen
deze drie landen gaande.
Wie er uiteindelijk als overwinnaar
uit te voorschijn zal komen, moet de
toekomst ons leren. Bepalen wij ons
tot de blouses, dan zien wij, dat het
rustige simpele de Italianen doet zege
vieren. Immers, Marucelli bewijst met
haar half wollen, geruit model, dat zo
wel gesloten als open gedragen kan
worden, opnieuw de eenvoud.
Givenchi daarentegen zoekt het bij
het extra-vagante door de rugpartij;
Dior zweemt iets naar de Italiaanse
zijde. Zijn ontwerp is ook alleraardigst
en brengt met zijn corsage een apart
En tenslotte, dringendste vraag van
al: Is uw heldin een levend wezen of
een wensdroom? Staat zij, al is het maar
met één kleine teen, in de werkelijk
heid van het alledaagse, lang niet idea
listische leven?
Zo niet och, ik kan u het wegstu-
ren niet beletten: maar zoudt u dat
manuscript dan nog maar niet even in
portefeuille houden? U was nog maar
achttien, toen u het schreef en er ligt
al zoveel onrijp ooft op de boekenmarkt.
effect teweeg. Wel stelt men zowel In
het land van Marianne als van de ma
caroni het dragen van handschoenen
voor de middag en avond op prijs. Let
men nog even op de blouse van Ma
rucelli, dan zal men zien, dat de franje
ook bij dit model niet ontbreekt. Een
lakceintuur in puntvorm aan de voor
zijde doet de taille enigszins insnoeren.
Pirovanis' japon doet verlangen naar
warme dagen, welke in het zonnige
Zuiden geen luxe zijn. Heeft men er
de verschrikking van een fikse bui,
dan is het enige uren later reeds, alsof
Pluvius nimmer ten tonele was ver
schenen. Donkerblauw met treskoord
vindt allerwege grote aftrek en dus is
het geen wonder, dat Pirovanis zijn
model in deze combinatie deed uit
voeren. De aardige halslijn en de
mouwtjes zullen zeker vele lezeressen
tot het copiëren van dit model bewegen.
De voorkeur voor de steekzakken
ook in de japonnen, wordt opnieuw be
wezen. Gemakkelijk overigens, daar het
meevoeren van een tas overbodig wordt.
Wel moet, de illustratie getuigt hier
van, een paar handschoenen worden
aangeschaft. Vlotte pumps begeleiden
het geheel, dat zeker als simpel en toch
gedistingeerd kan worden gekwalifi
ceerd.
Goed van vertrouwen als U
is, let XJ soms niet op, of U
Uw MAÏZENA duryea
die u toch nadrukkelijk
vraagt - ook werkelijk krygt.
Ja, thuis, in het gebruik dan
merkt u het verschil gauw
genoeg. Want er bestaat geen
beter bindmiddel voor groen
ten, soepen en sausen dan de
echte MAÏZENA DURYEA.
Niet zonder reden wereld
vermaard. Vraag dus n.st
alleen maïzena DURYEA,
maar zie toe dat u het ook
krjjgt. De naam duryea
staat op ieder pak.
(Advertentie, ing. Med.)