EEN FILM OVEE IMPRESARIO SOL HUROK Hoe slimme oplichter een groot geleerde bij de neus had f«nngeniS. Zijn zonden te Postzegelalbum als prentenboek Achmed's Pa gaat weer trouwen De big manuit Amerika9s plankenland Doorzijn zegels ons land gezien DE WERELD WIL BEDROGEN WORDEN.... En de bruid kost tienduizend dollar Brieven van Alexander de Grote in het.Frans Moeilijke sterkeus voor „Tonight we sing" totok?.Srö",achte zlch ecn JJET GROTE AANTAL MUSICALS dat ieder jaar weer opnieuw in onze bioscopen verschijnt, zou men als het overtuigend bewijs kunnen beschou wen, dat dit genre een grote populariteit moet ge nieten. Doch de mannen met de fijne neuzen, die zo precies weten althans dienen te weten wat het publiek wel en niet neemt, zijn tot de ontdekking gekomen, dat de zuivere musical zijn aantrekkingskracht op de massa dreigt te ver liezen. Doorgaans zijn de musicals voor alle leeftijden. En daar zit de eerste fout, zeggen de producers. En de tweede is, dat er muziek is en muziek. De optelsom van deze belijdenis, die tevens de uit komst zou zijn, luidt: naast de musical, zoals we die kennen voor alle leeftijden, moeten we musi cals gaan produceren voor een meer volwassen publiek, dat andere muzikale eisen stelt. Met enige films heeft men al eens de proef ge nomen: „Music for Millions" en „Carnegie Hall". Rijk zijn de heren er niet van geworden, doch met „The great Caruso" bleek, dat dit soort musicals bij een groot publiek weerklank vond. De moeilijkheid blijft echter: hoe brengt men in een enigszins dragelijk scenario een aantal be faamde artisten onder, die in de waarde van hun kunstenaarschap gelaten populair moeten worden bij een publiek, dat over het algemeen van hun prestaties amper op de hoogte is? Doch is dit scenario eenmaal gevonden, dan blijkt voor al wanneer het verhaal over verschillende kunste naars handelt de juiste rolbezetting wel het grootste struikelblok te zijn. Niet dat er geen ge gadigden te vinden zijn voor het vertolken van de rol van een of andere grootheid. Maar al deze spelers in dezelfde tijd bij elkaar te krijgen voor de camera is een Herculestaak. Ieder van hen immers heeft al voor jaren contracten lopen voor concerten over de hele wereld. En al deze con tracten moeten dusdanig veranderd worden, dat in eenzelfde tijdvak al deze kunstenaars vrij zijn voor de filmopnamen. ZEVEN JAAR lang heeft George Jessel productieleider van Twentieth Century Fox gezwoegd om znn sterren bijeen te brengen voor de film „Tonight We Sing", de film die ons fragmenten toont uit het leven van Sol Hurok, Amerika's meest befaamde impresario. Hurok, een Rus, kwam als straat arme jongen in 1906 naar Amerika. Door zijn hartstochtelijke bewonde ring voor de kunst en haar beoefe naars en door een uitzonderlijke in tuïtie en smaak voor het goede, wist hij kunstenaars als Chaliapin, Pavlo va, Vincente Escudoro, Uday Shan- Kar, Trudi Schoop. Isadora Duncan en anderen naar Amerika te bren gen. Het is vooral zijn verdienste ge weest, dat hij juist de grote massa in contact bracht met dit allerbeste op het gebied van kunst. Door het af huren van enorme zalen, het inscha kelen van allerlei winkeliers in alle stadswijken voor de kaartverkoop, goedkope entreebewijzen, adverten ties in allerlei talen, die precies de weg uitstippelden waar het concert .zou zijn, kon hij een internationaal publiek aantrekken, dat anders nooit m staat was door taal- en geld- moeilijkheden naar een concert of balletvoorstelling te gaan. Jaren heeft het geduurd voor Hurok zo ver was, dat hij aan znn privé-liefde kon toegeven: het uit brengen van Russische kunstenaars. Want door een of andere rare kron kel van het lot, moest hij op alle tournees van Russen altijd geld toe leggen. Maar hij had het er graag voor over. In zijn autobiografie, waar naar het filmscenario vervaardigd is, maakt Hurok er geen geheim van, dat hij nachten niet sliep, ten slotte zelfs op een bank in het plant soen, wegens het faillissement, dat de geldzucht van Chaliapin en Isa dora Duncan hem bezorgd hadden. Naast het uitbrengen van Euro pese kunstenaars heeft Hurok echter ook menig Amerikaans talent ontdekt en naar voren gehaald. Om er enkele te noemen: Marian Anderson, Ka- therine Dunham, Patricia Munsel, een nog jonge coloratuur zangeres, en Isaac Stern. Die kunstenaars, die in de film over Huroks leven optreden, spelen geen van allen hun eigen leven. De rol van Hurok wordt vertolkt door David Wayne. Doch zijn trots, om met sterren als Isaac Stern en Ta mara Toumanova samen te spelen, is aanmerkelijk getemperd door de diverse kwellingen, die hij heeft moeten doorstaan, voordat hij „mooi" genoeg bevonden werd. Het zat 'm namelijk in zijn helblond haar. Dat moest donker worden. Na de eerste keer verven was het te rood. Het werd opgebleekt. Weer geverfd. Toen was het zwart inplaats van bruin. Bleken. Weer verven. En als toegift een permanent. De grootste ellende vond Wayne echter, dat zolang de opnamen duurden, het uitgroeiende haar bijgeverfd moest worden! De enipe voor wie dit schoonheids-expe riment glorie betekende, was Hurok zelf. Tijdens een van de opnamen, die hij bijwoonde, haalde de kaal hoofdige impresario vol heimwee zijn vingers door Wayne's bruine permanent-krullen, en leefde weer even in de schone herinnering van zijn jeugdjaren. Doch zelfs dat kon Wayne er niet van weerhouden te griezelen, iedere keer dat hij in de spiegel keek. APWINDENDER echter waren de vf scènes, die gepaard gingen met de opnamen van Isaac Stern, die in de film een fictieve vioolberoemd heid is. Deze Stern werd in Califor- nië geboren. En zoals hij van zich zelf beweert, kon hij eigenlijk niet anders doen, dan van het vioolspe len zijn vak maken. Niet alleen om dat in Californië de violisten als sinaasappels aan de bomen groeien, maar vooral omdat zijn buurman in San Francisco zulke woest-erbarme- lijke geluiden uit een viool wist te halen, dat Stern als jongen het ook per se wilde proberen. Dat is het begin geweest van de carrière. Niettegenstaande deze succesvolle carrière moest hij echter ervaren, dat het optreden voor de camera bar tegenviel voor een amateur. Voor een gewoon concert immers is al de studie en het voorbereidende werk al achter de rug, als de solist op het podium verschijnt. Maar voor de film is het steeds weer een stukje spelen, een stukje terugnemen, over spelen. Eén scène moest Stern zes maal overspelen. En zesmaal ook moest hij een schoon overhemd aan trekken, zo waren zijn zenuwen hem de baas. Geen wonder dus dat hij, toen tijdens de opnamen steeds weer dezelfde technicus tegen zijn viool die 65.000 dollar waard is! aan liep, buiten zichzelf van woede raak te. Men besloot er iets op te ver zinnen om de technicus van zijn sto rende onhandigheid te genezen. Bij een volgende opname speelde Stern op een waardeloze copie van zijn dure viool. Toen de technicus weer met het instrument in botsing kwam, smeet Stern het op de grond, trapte het in stukken en schreeuwde, dat hij dat niet langer uithield. Toen de technicus na twee dagen weer z'n normale polsslag en temperatuur terug had, dat hij op zijn werk kon verschijnen, bleek de les hem vol doende eerbied voor Sterns dure in strument te hebben bijgebracht. Zonder verdere moeilijkheden heeft de solist voor de film het tweede vioolconcert van Wieniawski, de Zi- geunerweisen van de Sarrasate en de eerste twee delen van Mendelssohn's vioolconcert kunnen vertolken. DE BEFAAMDE bas Feodor Cha liapin wordt gespeeld door Enzio Pinza, die vroeger nog met de grote zanger is opgetreden en wel eens zijn opvolger genoemd wordt. Als hij in de film echter ook de legenda risch geworden gierigheid en de nukken van Chaliapin moet uitbeel den, zal hij er zijn handen aan vol hebben, temeer daar zijn zangrol, het Trio en de Serenade uit de Faust van Gounod en twee aria s uit Boris Goudenov omvat. Andere zangsterren zijn een jonge Amerikaanse sopraan, Roberta Pe ters, in de film Elsa Valdini, die samen met Byron Palmer in de film Gregory Lawrence een ver liefd zangerspaar uitbeelt. Palmer, die wel over een goede stem be schikt, doch die men voornamelijk om zijn uiterlijk koos, heeft de stem aangemeten gekregen van Jan Peer- ce, een van de voornaamste tenoren aan de Metropolitan Opera. Huroks grote liefde en bewonde ring voor ballet is belichaamd in de figuur van Anna Pavlova, gespeeld door Tamara Toumanova, die op vijfjarige leeftijd debuteerde bij de danseres, die ze nu uitbeeldt. Na tuurlijk wordt de stervende zwaan gedanst. Maar belangrijker is het of het Toumanova is gelukt naast de ballerina ook de warmvoelende, gril lige en eenzame vrouw, die Pavlova was, tot leven te wekken voor een publiek, dat alleen haar faam kent. Doch al deze prominente sterren tezamen, vertolkend de kunst die alleen nog in de faam voortleeft, en samengebonden door het avontuur lijke leven en streven van een vol wassen heldenvereerder Sol Hu rok zullen misschien via het witte doek naast een iets meer cultureel getint amusement het contact weten te verlevendigen tussen de kunst en de massa. En zo de meest waar devolle eer bewijzen aan de man, die op zijn beurt weer hun bemid delaar is geweest. (Van onze Haagse redacteur) JJET NEDERLANDSE Postmuseum in de Zeestraat in Den Haag, herbergt tot 1 October a.s. een interessante tentoonstelling. Belangwekkend niet al leen voor de postzegelverzamelaars, maar voor ieder, die de schoonheid in de „plaatjes" op de zegels weet te ontdekken. Er hebben zich in de philatelie twee, wat men met een groot woord zou kunnen noemen „scholen" gevormd. De traditionele verzamelmethode eist, dat van één land of van een groep van landen zo veel mogelijk alle zegels, dus complete series, worden vergaard. De latere meer en meer In zwang ko mende methode vraagt om een rang schikking van de zegels volgens de voorstelling. De verzameling van „landen" met complete series wordt steeds moeilij ker, doordat er bij wijze van spreken bijna dagelijks nieuwe series postzegels worden uitgegeven. Zelfs als men zich tot Nederland zou beperken, dan nog is het aantal uitgiften groot. Dit heeft er mede toe geleid, dat steeds meer verzamelaars zich zijn gaan toeleggen op de keuze van zegels met overeen komstige voorstellingen. Die voorstel lingen kunnen de meest uiteenlopende onderwerpen betreffen, bijvoorbeeld de zeevaart of het luchtverkeer, kinderen of bloemen, gebouwen of bekende per sonen uit de geschiedenis. Deze verza melaars groeperen hun collecties dus om een bepaald onderwerp. En dan nog kan men zich tot één land be perken of uit de wereldproductie put ten. r\p een verrassende wijze is het mo- gelijk een overzicht samen te stel len van wat bijvoorbeeld één land door middel van zijn zegels over zijn geschiedenis, zijn volk, zijn weten schap,«enz. te vertellen heeft._De rectie van het Nederlandse Postmu seum heeft dit ten aanzien van Neder land gedaan en de tentoonstelling de toepasselijke naam gegeven van „Ne derland gezien door zijn postzegels Het is een belangwekkende tentoon stelling om liet vele en mooie, dat zij te zien geeft, om de originele teke ningen en de daaraan toegevoegde andere afbeeldingen, die op hetzelfde onderwerp betrekking hebben en om de nauwkeurige, van veel goede smaak getuigende rubricering. Zo zlJn de fijne grafische ontwerpen, betrekking hebbend op Nederlands maritieme ge- schiedenis, gegroepeerd rondom een krachtige, oude gravure, waarop men onze zeelieden van weleei met de bonten muts over de oren, ingespannen bezig ziet met zeekaart en passer. Een dergelijk verbond tussen zegel en af beelding ontwaart rr;en ook sterk bij de jamboreezegels. Dezelfde elementen van sportieve discipline en trouw aan het ideaal, waarvan de zegels spreken, vindt men in de grote foto van het défilé der vlaggen voor Koningin Wil- helmina. De rubricering werpt* eenhelder licht op de verschillende opvattingen, die de kunstenaars voor de wijze van uitvoering van hun ontwerp tonen. Door deze rubricering komt het Post museum ongetwijfeld tegemoet aan de groeiende belangstelling voor de voor stelling op de postzegel. Voor velen en vooral voor de jongeren zal de exposi tie wellicht een aansporing kunnen vormen om een dergelijke verzameling op stapel te zetten. (Van onze correspondent in Kaapstad) UIJ HEET ACHMED. Hij is Mo hammedaan, draagt een rode fez, is geheelonthouder, dertig jaar, ge trouwd, zeer belezen en taxi-chauf feur. Hij had me al een paar keer als „vrachtje" gehad en hij had me verteld iedere keer weer op nieuw verteld van zijn grote ideaal: naar Mekka te reizen en hadji te worden, het graf van de Profeet te bezoeken en terug te keren met de witte fez der heilige mannen. En altijd weer had hij ge probeerd, het geloof zijner Kaaps- Maleise voorvaderen te verdedigen tegen mijn vermeende critiek, hoe wel ik er nooit ook maar één ogen blik aan gedacht zou hebben, zijn eerlijke verering van Allah en diens Profeet te verlagen tot een onderwerp van discussie in een taxi. Toen hij derhalve in theologicis wéinig houvast aan me had, wierp hij me het koloniale verleden van Nederland voor de voeten. Maar op zulk een ontwapenende manier, dat ik slechts verontschuldigend kon glimlachen. Achmed zei: „Kijk, heer, as nou die grootmenere van die Oostin- jiese Kompenie my voorvaders niet van Java had weggesleept naar hierdie Kaap toe nie, dan was ek nou minister van Indonesië gewees". „O ja?" zei ik. „Meneer weet mos, dat die groot menere van die Kompenie veel prinsen en bestuurders verban het naar die Kaap? Ek is een van hulle kinskinners. As hulle mijn oupa- grootjie nie verban had nie, wazze ek en mij broer nou miekien minis ters gewees". Ja wat zal men daarop ant woorden? Dat zjjn oupa-grootjie een opstandeling geweest moet zijn? Dat het ministersambt in Dja- karta véél onzekerder is dan het besturen van een auto in Kaap stad? Gelukkig ig er bij Achmed altijd 'en uitwijkmogelijkheid. Ik vraag dan naar zijn vrouw. Ze is jong, beeldschoon, hartstochtelijk verliefd ■n de beste kookster van rijst-met errle onder de evenaar. Althans: ■aar de gedetailleerde rapporten, '!e ik van Achmed krijg. Het is in- •vessant doch gevaarlijk, want als '1 haar figuur wil roemen laat hij <t stuurrad los en beschrijft met •fllende handen de fijnste curven i je lucht. Er is maar één onder- "erp, waarover hij met nög groter xtaze spreekt. Dat is Mekka. MAAR gisternacht, toen hij me uit een vervelende vergadering naar huis reed, was hij ongewoon stil. Ik vroeg, of hij per ongeluk onrein varkensvlees had gegeten, maar dèt was het niet. Nee, het was veel erger. Het was een ramp. „Wat is er dan?" vroeg ik. „Pa gaat weer trouwen", was zijn antwoord. ACHMED niet naar Mekka! Wel, ik kon niet inzien dat die huwelijksplannen hem zo droevig mochten stemmen. Zijn vader was immers al drie jaar weduwnaar. En leefde toch eenzaam en alleen, sinds zijn beide zonen getrouwd waren?" „Waarom zou je hem zijn nieuwe geluk misgunnen, Achmed?" „Allah vergeve het mij, zo ik mijn vader geluk misgunde, heer. Maar 't is hard, 't is bitter in mijn ziel". Ergens moest dus iets verkeerd zijn. „Hoe oud is je vader Achmed?" „Allah heeft hem vierenzeventig jaar gespaard, heer". „En zijn bruid?' „Zij zal ■orden" met Krismis achttien Tja ik moest volstaan met een gelukwens nopens zijns vaders jonge hart. Maar dat vrolijkte hem niet op. „Vind je haar te jong, Achmed?" O nee. O nee. Waarom zou een vrouw van achttien te jong zijn? Allah versiert haar in die jaren met schoonheid en bevalligheid. Nee, dat was het niet. In dat opzicht kon hij het inzicht zijns vaders slechts delen. „Nou dan?" Én toen kwam er een voorzichtige klacht uit hem los. Kijk, dat pa ging trouwen met een jonge blom, allright, als het de wil van Allah was. Oud werd ze vanzelf wel. „Maar de bruidsschat bedraagt dui zend Pond". IK floot tussen mijn tanden. On eerbiedig, maar uit eerlijke ver bazing Tienduizend gulden om een Kaaps-Maleier on z'n vieren- zeventigste jaar in ae huwelijks boot te helpen met een donkere schoonheid van achttien jaar, tja Daar zat 'm de kneep natuurlijk! „Daar gaat je erfenis" zei ik op een toon van meegevoel. Maar het was erger! „Kijk, heer, pa heeft zelf maar zeshonderd Pond „Dat wordt dus een deposito en de rest op afbetaling?" Nee, dat kon niet. Een bruids schat diende voldaan te worden nettocontant bij aflevering, zo gezegd. „En dus?" „Nou moeten mijn broer en ik ieder tweehonderd Pond bijdragen in de kosten en ik had precies tweehonderd Pond gespaard voor mijn reis naar Mekka. Dat gaat nou allemaal naar de familia van pa z'n nieuwe vrouw". „Dus jij offert dat op het altaar der liefde?" Hij minderde vaart, hij keek me aan en knikte even. „Ik heb er twaalf jaar voor gespaard", zei hij. „Over twee jaar had ik naar Mekka gewild. Dat moet ik nou veertien jaar uitstellen, heer. Daês hard". „Maar waarom geef je die spaar centen dan?" „Omdat pa het gevraagd heeft. En omdat het klaarblijkelijk de wil van Allah is (groot is zijn naam!) dat pa een dure vrouw neemt. Wat kan je d'r aan doen?" En dit is dus de oorzaak van de droefenis, die binnensloop in het hart van Achmed. mijn taxi-chauf feur. Hij is geheelonthouder en eet geen varkensvlees, hij buigt zich op de gezette tijden naar het Oos ten en hij houdt de strenge vasten. Hij heeft twaalf jaren gespaard voor een reis naar de heilipp nlaats Tf.n non ni TIJDENS HET TWEED3 KEIZERRIJK leefde er in Frankrijk een zeer bekend wis- en natuurkundige, Michel Chasles geheten. Deze man was zo knap, dat men geneigd was zijn mening direct als juist te aanvaarden, ook op ander wetenschappelijk terrein. In het jaar 1861 krijgt deze be jaarde geleerde bezoek van een man van ong. 45 jaar. Hij kijkt zijn bezoeker eens onderzoekend aan, zich afvragend, waarom dit weinig indrukwekkende mannetje hem van zijn kostbare tijd komt beroven. De bezoeker maakt zich bekend: hij heet Vrain Lucas en is een man van weinig kennis en ontwikkeling. Hij vraagt onderdanig om de raad van de grote geleerde. Hij is n.1. in het bezit gekomen van een collectie paperassen uit de familie Boisjourdaip, die tijdens de revolutie van 1789 emigreerde naar Amerika. Een nazaat van deze émigrés wenste de papieren terug, doch deze waren op weg naar Frankrijk tijdens een schip breuk zoekgeraakt. De man, in wiens handen zij toen uit eindelijk waren geraakt, stelde er geen prijs op en had ze voor een appel en een ei aan hem, Vrain Lucas, overge daan. En daar zit hij nn met die papieren, waarvan hij als ongeletterd man, onmogelijk de waarde kan beoordelen. Zou de heer Chasles hem niet eens willen adviseren, wat er mede te doen? Hij produceerde zelf de brieven ALS CHASLES een papier van de stapel neemt, die Lucas op tafel heeft gelegd, en zijn beste bril opzet om het geschrevene te bekijken, geraakt hij in grote opwin ding: in zijn hand houdt hij een brief van de grote ge leerde Pascal. Hij kan zijn ogen niet geloven. Zijn be zoeker ziet, verrast toe, hoe Chasles het ene papier na het andere opneemt en ver rukte uitroepen slaakt! Op gewonden verklaart Chasles direct alle papieren te willen kopen. Welk een buitenkans je is het voor hem zo on verwacht in het bezit te kun nen komen van brieven van alle mogelijke beroemde mannen en vrouwen, denkt hij. Hij heeft in der haast al gezien, dat er brieven bij zijn van Alexander de Grote, van Julius Caesar, van Keizer Nero, van Jeanne d'Arc aan haar ouders en vele andere persoonlijkhe den. Welk een openbaring zal het zijn in de weten- schappenlijke wereld, als hij de vondst van deze docu menten bekend zal maken Als Vrain Lucas ant woordt, dat hjj de rest van de bewuste papieren slechts telkens bij gedeelten zal kun nen afleveren wegens de grote hoeveelheid, legt Chas les zich bp het onvermijde lijke neer. Hij komt met zijn bezoeker een prijs overeen en wrijft zich vergenoegd in de handen over deze ont dekking. Vrain Lucas zal de papieren bij gedeelten overbrengen en de geleerde zal deze dus systematisch kunnen ontcijferen. Vol trots toont Chasles zijn vrienden en bewonderaars zijn col lectie brieven en deze, eerst misschien wat sceptisch er tegenover, geloven er ten slotte aan, aangezien nie mand minder dan Chasles vóór hen staat. ZO BRENGT Michel Chas les, de beroemde geleerde, gedurende acht jaren, vele gelukkige uren door met het uitzoeken en lezen der sta pels papieren, die Vrain Lu cas hem geregeld brengt. Op een dag is deze echter te laat met de aflevering van 3000 stuks. Grote on rust maakt zich van Michel Chasles geraakte in grote opwinding Chasles meester. De schrik slaat hem om het hart bij de gedachte, dat de kostbare documenten wel eens voor een hogere prijs in andere handen zouden kunnen over gaan. Teneinde raad laat hij zijn „leverancier" bespion- neren en dan blijkt deze Vrain Lucas nog lang niet zo dom als hij zich had voor gedaan. Men treft hem aan temidden van een grote voorraad oude boeken, waar hij de bladen uitscheurt om ze dan zodanig te bewerken, dat er opnieuw op geschre ven kan worden. Speculeren de op de lichtgelovigheid der mensen en op Chasles' reputatie als geleerde, pro duceerde hij zelf deze brie ven in grote hoeveelheden en was daar zo bedreven in geraakt, dat hij zonder moei te ongetwijfeld ook een dreigbrief van Kaïn aan Abel zou hebben kunnen vervaardigen. Hij bediende zich echter voor alle brieven van een typisch 16e eeuwse Oud-Franse stijl, ongeacht of het nu een epistel was van Alexander de Grote of van Jeanne d'Arc! De opwinding van Chasles móet wel erg groot geweest zijn, dat hij er geen ogenblik bij heeft stilgestaan, dat Nero, Julius Caesar of Jeanne d'Arc on mogelijk het 16e eeuwse Frans gekend zouden kun nen hebben. Daar de hoe veelheid, die Vrain Lucas aan Chasles had beloofd zeer groot was, noopte hem dit om dag en nacht aan de productie door te werken! toen hij door een voor hem ongelukkige samenloop van omstandigheden niet in staat was de vereiste hoeveelheid r£ i af te ]°veren en Chasles een onderzoek liet nsteüen, liep Vrain Lucas tegen de lamp. Hij werd voor het gerecht gedaagden kreeg gelegenheid om ge durende twee jaren in de gaan overdenken. rl,!uN nu fr°te &eleer<te, Mi- hel Chasles kon, temidden van zyn nu waardeloos geble «en collectie van 27.000 brie ven, gaan zitten treuren over het verlies van 140.000 francs én van... een illusie. En Parijs, dat eerst zo ademloos was geweest b« de ontdek- van deze brieven-

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1953 | | pagina 4