GRIEKSE AARDE SCHUDDE Een vacantieschool met enthousiaste leerlingen Een tragedie herhaalt zich Waar schepen dromen van de oude glorie Voor meer dan drieduizend jaar bracht de Koning van Ithaka de „aardschudder" Poseidon tot woede De ANWB geeft in Ommen les in kamperen en trekken De Y-tunnel en de Staatscommissie Natuurgeweld contra de menselijke geest Hulp der wijsheid Thuiskomst DE WERELD van de dichter Homerus met zijn goden en godin nen is ónze wereld niet meer. IEij denken en geloven anders. Maar toch heeft Homerus ons in zijn verhaal een beeld getekend, dat geldt voor alle tijden. Dat is het beeld van de eeuwige strijd tussen de woedende natuurkrachten (Po seidon) en de macht van de geest (Odysseus en Athene). Telkens weer breekt Poseidon los, of het nu is om de Zeeuwse en Zuidhol landse dijken kapot te beuken of om Griekse eilanden uiteen te Het is een oud, bekend ver haal, maar nooit verliest het zijn boeiende bekoring, omdat het ook ons nog iets te zeggen heeft: dat relaas van de om zwervingen van de held Odys seus, die na de verovering van de stad Troje tien jaren lang over de wateren doolde, vóór dat hij vrouw, zoon en konink- rijk mocht terugzien. Oostduitse delegatie bij Malenkof Een goed initiatief Nieuwe postzegels ZATERDAG 23 AUGUSTUS 1953 OUDE GRIEKEN zouden wel begrepen hebben, waarom juist die kleine groep eilanden aan de Westkust van hun land van tijd tot tijd zo jwaar door aardbevingen wordt geteisterd. „Poseidon met zijn donkere lokken, de god van de zee, heelt zijn wrok tegen de schrandere Odys- leus nog niet vergeten" zouden zij hebben gezegd, „en omdat de held I ,,elf hem te slim af is geweest, koelt hij zijn woede op de eilanden, die I eens het koninkrijk vormden van deze onverschrokken vorst: Ithaka, Zakynthos en Cephalonia (waarvan in oude tijden het Westelijk deel Doelichion en het Oostelijke Sarne heette). Want zeegod Poseidon was levens zo meenden zij de verwekker van aardbevingen. De „aard schudder" noemt hem dan ook de dichter Homerus, die ongeveer 1100 jaar voor de geboorte van Christus de lotgevallen van koning Odysseus beeft opgetekend. HET was een zwarte dag voor de schrandere Odysseus. toen hij - terugkerende uit Troje - landde op het eiland van de Cyclopen, de éénogige reuzen. Maar nog verschrikkelijker was, dat hij met zijn makkers juist in banden viel van Polyfemus, de wreed ste onder hen. Een menseneter zelfs, die zes van zijn tochtgenoten met huid en haar verorberde, alsof het gebraden duifjes waren. Het menselijk vernuft van Odysseus blijkt echter sterker dan de brute kracht van het monster. Hij voert de reus dronken en doorsteekt dan met een schroeiende boomstam diens oog. Polyfemus is blind. Maar Polyfemus is een zoon van de zeegod Poseidon. Daarom smeekt hij zijn va der, dat Odysseus nooit naar zijn pa leis op Ithaka zal mogen terugkeren, of het'moest zijn na vreselijke rampen. En de zeegod met de donkere lokken verhoorde zijn zoon. 70 moest Odysseus dolen en ramp- spoed na rampspoed verduren. Hij komt bij de Laistrigonen, ook al weer menseneters, die zijn boten met rots blokken verbrijzelen, zodat hem alleen zijn eigen schip overblijft. Hij ontmoet de tovenares Circe, die zijn mann en- tijdelijk - in zwijnen verandert en hem een jaar lang in de ban van haar liefde gevangen houdt. Ja, zelfs bezoekt hij de poorten van de onderwereld, waar de schimmen van de afgestorvenen hui zen. Vervolgens wordt hij blootgesteld aan de verlokkende zangen van de Sirenen en weet hij net door te varen tussen de lugubere monsters Scylla en Charybdis. Om tenslotte in een nood weer verzeild te raken, dat zijn schip aan stukken breekt, zodat al zijn man nen verdrinken. Alleen Odysseus weet zich aan enkele balken vast te klampen en wordt - na negen dagen en nachten - aangespoeld op het eiland van de nymf Kalvpc, die hem lief krijgt en niet toestaat, dat hü vertrekt. 7EVEN lange jaren verteert Odysseus bij haar van heimwee naar zijn land. Dan breekt - eindelijk - een be tere tijd aan. Zeegod Poseidon heeft zijn gebied verlaten om van offers te genieten, die hem in een verre streek worden gebracht. Dan doet Athene, de godin der wijsheid, die altijd aan de kant van de schrandere held staat, een goed woordje voor hem in de raad der goden. De oppergod staat toe, dat Odysseus naar zijn eilanden terugkeert- Maar hij moet zich haasten. Binnen enkele weken kan Poseidon weer terug zijn. Dus timmert hij in allerijl een vlot in elkaar, neemt afscheid van de schone nymf en drijft - Athene zorgt voor een goede wind - gelukkig huis waarts. Reeds ziet hii land aan de kim, als plotseling een woedende storm op steekt. Poseidon is teruggekomen en heeft hem zien drijven op zee. Helaas- het vlot is niet tegen het geweld der golven bestand en breekt uiteen. En zeker zou Odysseus jammerlijk zijn Omgekomen, als niet een weternymf medelijden had gekregen en hem een sluier geeft, waarop hij kan blijven drijven. Maar nog drie dagen moet hij zwemmen, voor hij voet zet op het eiland van de Phaiaken. dat tegen woordig Korfoe wordt genoemd. Daar valt hij uitgeput in slaap. f)E volgende morgen vindt hem de liefelijke Nausikaa. dochter des ko- nings, als ze met haar vriendinnen op het strand het balspel beoefent. Odys seus voelt zich eerst wat beschaamd, want om gemakkelijker te zwemmen heeft hij zich van aile kleren ontdaan. Maar Nausikaa weet raad en vol goede zorgen brengt zij hem naar het gast vrije paleis van haar ouders. De Phaiaken zijn een vriendelijk volkje, afkerig van oorlog en ruwe spelen. Zodra zij dan ook de lotgeval len van Odysseus hebben vernomen, be loven zij, hem met een van hun schepen naar huis te brengen. Het gaat alles zo snel, dat Odysseus al op Ithaka is, voor de zeegod het heeft gemerkt. Maar nog neemt hij wraak. Hij ijlt naar het eiland van de Phaiaken en als het terugkerende schip vlak bij de kust is, wordt het veranderd in steen. QDYSSEUS is - na tien jaren zwerven - weer in zijn koninkrijk. Maar nog wachten hem moeilijkheden. Zonen uit de voorname geslachten van zijn vor stendom dingen - in de hoop. dat hij is omgekomen - naar de hand van zijn vrouw Penelope. Ze hebben zich in zijn paleis genesteld en schransen er dat het een lust is. Ondertussen eisen ze van Penelope. dat ze een van hen tri echtgenoot zal uitverkiezen. Maar steeds weer weet zij, de trouwe gade, de vrijers aan een lijntje te houden, omdat zij diep in haar hart nog in de terugkomst van haar geliefde Odysseus gelooft. Wederom met hulp van de wijze godin Athene rekent Odysseus snel met de mannen af. Geen van hen verlaat levend zijn huis. De schrandere Odysseus is weer met zijn standvastige Penelope verenigd! De zeegod kan hem nu niet meer be reiken. Hij kan alleen - als de woede over de nederlaag zijn zinnen benevelt - de eilanden van Odysseus doen beven op hun grondvesten. Het eiland Korfoe met het eilandje Pontikonisi aan de ingang van de haven van Pontikonisi wordt ook wel het „eiland van Odysseus" genoemd, omdat hier, naar men zegt, het ver steende schip te zien is dat Odysseus naar Ithaka bracht. scheuren. Maar het is ook telkens weer de macht van de geest, die de nood lenigt, de schade herstelt en voor zover dat mogelijk is - mid delen bedenkt om nieuwe rampen te voorkomen. De natuurkrachten, blind en wreed als Polyfemus, kunnen een ogenblik de overhand hebben, de schrandere mens komt „worstelend weer boven". Want als het natuur geweld is uitgewoed, helpen mens en mens en volk en volk elkaar. Dan helpt Griekenland Nederland en Nederlanders helpen Grieken. Zo dient de natuurkracht uitein delijk toch de cultuur. Poseidon is niet de machtigste, machtiger is de wijsheid van Athene, die Odysseus terugbracht naar Ithaka. Zoals ook nu de aardschudderniet de jpachtigste is, maar de ordenende geest, die het geteisterde rijk van Odysseus op nieuw zal cultiveren. Erik Bergsma. De Oostduitse delegatie, die Donder dag in Moskou is aangekomen voor het voeren van besprekingen met de Russische regering, is door premier Malenkof ontvangen. Kort na aan komst begonnen de onderhandelingen. Hieraan namen van Russische zijde o.m. deel de minister van Buitenland se Zaken Molotof, de vice-premier Boelganin, de onder-voorzitter van de ministerraad Kaganowitsj, de minister van Handel Mikojan en de Russische hoge commissaris in Duitsland, Sem- jonof, Later had Molotof in aanwezig heid van Semjonof nog een bespre king met de Oostduitse premier Grote- wohl. Westelijke waarnemers achten het veelbetekenend, dat er zulke hoge Russische figuren aan de besprekin gen deelnemen. Zij achten het bezoek van de Oostduitse delegatie een be langrijke ontwikkeling in de betrek kingen met de Sovjet-Unie. De oude slede Hoorn telt tal van schone plekjes, die een dorado vormen voor de tourist. Zo gaat ge door een moderne winkelstraat en even later wordt ge op een intiem pleintje geconfronteerd met de tijd van eeuwen herdan ziet ge de oude kaaspakhuizen, die de namen van vreemde landen dragen, de aardige trapgevel!jes en de fraaie patriciërswoningen, die nog getuigen van de voorbije glorie uit de tijd van de Oostindische Compagnie. Een van deze gebenedijde plekjes vindt ge aan de havenkant. Hier liggen bij zomerdag de jachten van uiteenlopend makelij, waarmee de touristen hun plezierreisje maak ten op het IJselmeer, knusjes aaneengerijd en in een verloren hoekske, bij de onvolprezen Hoofdtoren, droomt de Hoornse vissersvloot, die men eerst weer paraat kan vinden bij 't invallen van de duisternis.... (Van een speciale verslaggever) BURGEMEESTERS, boeren, kruideniers en tram conducteurs leren in Ommen tezamen het nieuwste vak in het Nederlandse onderwijs: kamperen. De „school" is het ANW B-kampeerterrein aan de weg naar Vilsteren. Er zijn vier docenten en drie klassen van dertig leerlin gen van nul tot zestig jaar. En daarmee is de zaak onder- wijs-technisch eigenlijk al bekeken op het les- of liever kamprooster na. Wie, als wij, met enige moeite het kamp ontdekt liceft en zich een beetje onwennig wegens de keurige vouw in de lange broek en de dito strik in de stropdas, tussen de gebruinde kampeerders gemengd heeft, merkt niets van de school. Men waant zich in een keurig onderhouden kamp van dertig a veer tig personen en schrikt even als men hoort, dat er op het betrekkelijk kleine terrein niet minder dan negentig personen of wel achttien kamphuishoudentjes onderge bracht zijn. Door de goede indeling kan er van overbe volking geen sprake zijn. QE tweede schok beleven we, als we achter wat geboomte, waarmee het vroegere eiland een gezellig afwisse lend aspect gekregen heeft, de eerste klas ontdekken en de docent het horen vertellen dat men zijn dubbele fiets tas maar in tweeën moet knippen. Volgens het rooster heet dit het „praat je over kampeeruitrustingen". We vernemen nog meer zonderlinge wenken, die altijd of onder bepaalde omstandigheden nuttig blijken te zijn. Het gehoor, evenals de inleider in het gras gezeten, vuurt af en toe vragen, commentaar en ook critiek op de spre ker af. Zelfs jeugdige knaapjes, die toch eigenlijk snel genoeg zouden moe ten hebben van zo'n technische uiteen zetting, bleven gespannen toeluisteren om toch maar niets van de kampeer- kunde te missen. Misschien komt het. omdat die lesuurtjes niet verplicht zijn. In de loop van het veertiendaagse kamp worden dergelijke praatjes ge. k-pidcn over primus-stoken, materiaa' kampstiil. kaartlezen, enzovoort. Het meeste leren de kampbewoners. die allen voor het eerst kamperen, in de practijk, waarbij ze steeds hulp of advies kunnen vragen aan de kamp leiders. De tweede Dinsdag van het kamp is een grote dag. Dan wordt alles vol gens de regels van de pas geleerde kunst ingepakt en begint een trektocht van twee dagen een soort vuurproef, al deint geen van de kampeerleerlin- gen er voor terug. Vrijdagavond weer in het kamp Ommen kan men dan bij het kamp vuur even bepeinzen of men zichzelf het denkbeeldige diploma waard vindt. Natuurlijk zakken er wel candidaten; dat zijn mensen, die meestal na een of twee dagen ontdekken, dat kamperen niets voor hen is. Er is echter het vo rig jaar zo'n wegloopster geweest die een dag later weer terug kwam en nu de kampleider verraste met een kiekje van haar eigen trekkamp ergens in Limburg. Uit de geestdrift die na de middag maaltijd uit de tent-gesprekken bleek, kon men constateren, hoe nuttig het werk is. dat de A.N.W.B. met zijn kampen verricht. Hier kan men immers Hoe men een kampeerpannetje schoon maakt hangt van allerlei om standigheden af. In Ommen verneemt men, wat voor voortreffelijke pannen- sponsen de verschillende grondsoor ten van ons land kunnen opleveren. zonder direct een dure uitrusting aan te schaffen onderzoeken, of men al dan niet geschikt is voor kampeerder. Zo ja, dan kan men het volgend jaar met vakkennis een tent en ander materiaal uitkiezen met de zekerheid, dat dit re gelmatig en goed gebruikt zal worden. Dan zal men er niet op uittrekken met een uit de tassen puilende halve uit zet en een loodzware lading blikgroen- ten, zoals nog al te vaak geschiedt, liefst met een fiets, die bijna achter overslaat van al die ballast, terwijl di verse hoognodige uitrustingsstukken ontbreken. Kamperen en trekken moet men le ren liefst jong en dan van ervaren medekampeerders. In Ommen kunnen grote en kleine gezinnen deze voor- ding rustig en ,bloc leren: spelender wijs en kamperenderwijs met enkele geroutineerde kampleiedrs als uitge lezen ruggesteuntje. Naar aanleiding van beschouwingen, die dezer dagen zijn gepubliceerd in zake het tunnelvraagstuk en die in het bijzonder de werkzaamheden van de staatscommissie ter bestudering van het vraagstuk van de oeverver bindingen van Noordzeekanaal etj Y betreffen, deelt men ons van bevoeg de zijde het volgende mede: „Ten onrechte wordt door deze pu blicaties de indruk gewekt, dat de in stelling van deze staatscommissie ver tragend zou werken ten opzichte van het tot stand komen van een IJ-tun- nel in Amsterdam. Reeds voordat deze commissie werd ingesteld heeft de gemeenteraad van Amsterdam zich in principe accoord verklaard met het z.g. plan 5 en een crediet van 500.000 gevoteerd voor het nader uitwerken van dit plan. De opdracht aan de staatscommissie, die van veel wijder strekking is, maar die uiteraard hiermede verband houdt, had deze commissie aanleiding kun nen geven om aan het gemeentebe stuur van Amsterdam te verzoeken de voorbereidende werkzaamheden op te schorten. Dit is echter niet geschied. Ook hebben Gedeputeerde Staten van Noord-Holland in de instelling van deze staatscommissie geen aanleiding gevonden hun goedkeuring aan boven bedoeld raadsbesluit te onthouden. De staatscommissie is zich ten volle be wust van de urgentie van het pro bleem, maar tegelijkertijd van de in gewikkeldheid daarvan en heeft daar om geen enkel beletsel in de weg wil len leggen aan de voortgang van de voorbereidende werkzaamheden voor het Amsterdamse tunnelplan". Ter vervanging van het huidige type Nederlandse frankeerzegels met de beeltenis van H. M. de Koningin zal de PTT begin September een aanvang maken met geleidelijke invoering van nieuwe Koninginnezegels, naar een ontwerp van de heer S. L. Hartz. Het eerste zegel, dat zal verschijnen, zal het zegel van 10 cent zijn in een bruine kleur. Daarna zullen, naar be hoefte, de overige waarden worden aangemaakt. De heer Hartz heeft voor het ontwerp van de beeltenis van H.M. de Koningin een nieuw procédé ge volgd Hij heeft nl. voor de afbeel ding een plastic gravure gemaakt. Ook de letter- en cijferaanduidingen zjjn van de heer Hartz.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1953 | | pagina 7