De arbeid is een noodzakelijk „goed"
gpierpyn
Zwitsaletten
Productief werk geeft leven,
zin en vreugde
LAXEER AKKERTJES
r
De
beste
ruil
I
SLOAN'S liniment
De Vergeten Categorie over een nieuw probleem
En nu de volgende kwestie
Met VELPON zie je er geen barst van!
Aan Gert en Engeltje
de Boer
Rust roest
Een zegen!
Reinig üw ingewanden,
en voorkom verstopping.
Neem eens per week 1 of 21
Arbeid is een zegen
Arbeid is leven
Na gedane arbeid is het
goed rusten
Het hangt er van af...
Is alle arbeid een zegen
Pim, Pam Pom en de graafmachine
De prijsvraag voor
het kaasmerk
MARGARET MALCOLM
Luister eens naar:
Radioprogramma
KOU. GRIEP. KOORTS
DONDERDAG 4 MAART 1964
OPNIEUW heb ik vergeefs gewacht op het artikel van ds Van Leeuwen:
ik moet dus wel veronderstellen, dat de schrijver er geen prijs op
stelt, de opmerkingen van de Vergeten Categorie te beantwoorden. Het
is ons ook niet mogelijk, het aan de orde gestelde vraagstuk nog langer
tot een punt van discussie te maken: wij moeten verder andere kwes
ties eisen onze aandacht op. Nog een kort woord tot de heer Tromp,
die de vorige week een lange brief schreef, waarvan wij het grootste ge
deelte opnamen. Ik ben hem dankbaar voor zijn repliek: ongetwijfeld
hebben zijn aanvullingen de kans kleiner gemaakt, dat de lezers anti
pathie zouden opvatten tegen ds Van Leeuwen, omdat zij het aan zijn
geschrift ontleende „ideaal-type"ivaarin „de tendenzen van de gene
ratiebewuste adolescenten" gestalte hebben gekregen, niet konden waar
deren en er zich niet in konden herkennen .Overigens blijf ik van
mening, dat ook de addenda van de heer Tromp weinig verandering
brengen in het „type" zelf.
Onze nieuwe kwestie was: „Is arbeid
een zegen of n vloek?
Aan enkele inzenders geven wij het
woord.
„Deze vraag" zo zei men mij, an
je uit twee oogpunten benaderen Bram
nl. uit sociaal en uit godsdienstig oog
punt". Zeker, al vind ik wel dat in
wetboek en Bijbel het begrip arbeid
zeer vaag is aangegeven en met een
variatie op een oud thema: „de kerk
laat het in 't midden" Een arbeider is
in de zin der wet iemand die in dienst
verband gedurende enige tijd tegen
loon arbeid verricht. Arbeid is dus zo
wel het werk van de president-direc
teur der Ned. Bank als dat van een
straatreiniger. Het ligt niet aan mij
(reeds meer dacht men dat ik socialist
was) dat de president-directeur zijn
met een dik salaris (plus divident plus
tantièmes) „gezegende" arbeid minder
zal „vervloeken" dan de straatreiniger,
die met nog geen tiende van eerstge-
noemde's inkomen rond moet komen.
De zinsnede „tegen loon" is hier bepa
lend, loon en zegen zijn in dit geval
evenredige grootheden, des te groter
het loon, des te groter de zegeDe
arbeidswetten (1874-1954) zijn dan ook
voor de „economisch zwakkeren", die
hun arbeid, wegens het grote aanbod,
tegen lage j rijs (loon) op de arbeids
markt m o e te n verkopen om in hun
dagelijkse behoeften te voorzienhet
gaat hier om de zo vaak geciteerde
Jan, die nog steeds een pet schijnt te
dragen. Waarom? Wel, omdat (en hier
komt het godsdienstige element) de
werkgevers er niet van terugschrok
ken om zich ten koste van hun arbei
ders, die Zondag en in de week 16 uur
in hun fabrieken werkten, tegen en
kele centen per uur, tè verrijken. Het
vierde gebod (Zes dagen zult gij arbei
den etc.) en het „vergadert U geen.
aardse schatten op aarde" werden door
hen als kennisgeving aangenomen en
de wetten, ook die der arbeiders,
maakten zij als kapitaalbezitters zelf!
Dat hun slaven hen in alles moesten
gehoorzamen, vonden zij in hun Bijbel,
doch dat zij enkele regels verder
(Brief aan de Colossensen) konden le
zen, dat zij jegens deze slaven recht
en billijkheid moesten betrachten, was
„niet ter zake"; voor hen bestond
slechts Mammon. Tweede eis is dus:
de omstandgheden waaronder men
werkt.
Voldoet de arbeid aan deze eisen,,
dan is de doorslaggevende eis: 'oet
men de arbeid met plezier, wordt zij
dus niet alleen als economisch goed,
als ruilmiddel afhankelijk van de wet
ten van vraag en aanbod beschouwd?
Een jonge, onbekende dichter, Reinold
Kuipers, spreekt in een gedicht over
een stratenmaker. „Zijn wezen gaat
zich met zijn werk verenen, met geur
van aarde en met kleur van stenen",
terwijl een andere bekende dichter
A. v.d. Leeuw (+1931) een gedicht
over de smidsarbeid eindigt met: „Het
zelfde zielsgeheim door mij bezongen
tintelt hem tegen uit het duurzame
staal".
En dit antwoord zal mijn vriend
Ger, zelf een meubelmaker, een vak
man met hart en ziel, met een open
oog en hart voor alles wat er is in de
wereld, ook in die van de collegae, die
de vraag aan hem stelden, en zijn
zuster Engeltje, een dienstmeisje, een
fris en frank „Jutterskind" ongetwij
feld het meest juist lijken.
Jullie vriend Bram
A. BEEK,
Heerenweg f' Schoorl
„Arbeid is een zege". Ik zeg dit met
enige schroom, omdat mij nog maar
korte tijd geleden verweten is, dat tk
de voorkeur zou geven aan zoveel mo
gelijk vrije tijd.
Natuurlijk is arbeid een zegen. Men
moet het als een voorrecht beschouwen,
dat men de gezondheid en de capaci
teiten bezit om te werken. Het sterkst
merkt men dit wel, als men als gezond
mens bij een zieke komt, die er alles wel
voor over zou willen hebben om maar
te kunnen werken.
Hoeveel jonge mensen zijn er niet,
die alles op alles zétten om een betrek
king, desnoods tegen een klein loon, te
kunnen aanvaarden?
Deze mensen nemen het gezegde: „Le
digheid is des duivels oorkussen' ter
harte.
Kijk eens naar de ouden van dagen
en qepensionneerden, die niet stil kun
nen en willen zitten en daarom werk
zoeken of hun tijd besteden aan lief
hebberijen.
Daarom geldt voor mu ook de zegs
wijze, die ieder wel zal kennen, nl.:
„Rust Roest". WJM BIS0N_
U.L.O. te Bergen.
(Advertentie, Eng. Med.)
De vraag van deze week vind Ik
eigenlijk overbodig. Natuurlijk is1 ar
beid een zegen! Wie z ij n arbeid een
vloek vindt, moet zo gauw mogelijk
ander werk zoeken. Iemand, die alle
arbeid een vloek vindt, moet zich
schamen.
Alleen voor zieken, die door om
standigheden evengoed moeten werken,
kan arbeid een vloek zijn. Maar dat
komt tegenwoordig practisch niet meer
voor, dus dat kan ik eigenlijk wel bui
ten beschouwing laten.
Ik hoop en geloof niet, dat Gerrit de
Boer deze vraag gesteld heeft, omdat
hij zelf arbeid een vloek vindt. Ieder
normaal mens vindt het een zegen, dat
hij in staat is te werken.
E. TIJMES,
Akersloot.
yOOR mij zweven twee beelden: het
eerste van een grondwerker, die on
der zware omstandigheden zijn licha
melijke arbeid verricht, het tweede
van een geleerde, die, de waarnemin
gen tracht te begrijpen die hem in
staat stellen de mensheid met wéér een
uitvinding te verblijden, 'resultaat van
jarenlange, geestelijke arbeid. Deze
beide mensen zijn bezeten van één en
dezelfde gedachte: dit werk te voltooi
en. Een steeds vdbrtdurende drang
brengt hen ertor^ dóór te gaan, tot het
zichtbare resultaat deze stuwende
kracht bevredigd heeft en de gedachte
tot werkelijkheid geworden is, een
resultaat, dat bereikt is door de zegen,
die arbeid heet.
De kwestie, of wij arbeid moeten op
vatten als een zegen, dan wel als een
vloek, wordt herhaalde malen met
meer of minder: gewicht naar voren
gebracht en. vaak is het antwoord ver
schillend. Theologisch bezien, dus wan
neer-we uitgaan van;,het zuiver Chris
telijk geloof, werd de arbeid de mens
opgelegd als een vloek. In den beginne
kon de mens hierin moeilijk berusten,
maar weldra werd de noodzaak ervan
begrepen en men trachtte de arbeid te
veredelen; zozeer zelfs, dat wij ons
thans geen voorstelling meer kunnen
vormen van een wereld zónder arbeid.
En het is juist door deze veredeling
van de arbeid, welke op zijn beurt
door arbeid tot stand kon komen, dat
ik durf beweren: een zegen, dat wij
onze hersenen en ons lichaam verstaan
te gebruiken.
Dat mensen hier afwijzend tegenover
staan, is te verklaren, omdat zij zich
stellen op het standpunt van het Chris
tendom en slechts een half oog hebben
voor de schoonheid, die arbeid ons
bieden kan. Want is het geen genot,
ergens mee te kunnen bezig zijn, zijn
innerlijke roeping ergens op te kun
nen uitleven en bovenal, resultaat te
zien van zijn arbeid? Zonder dit zou
de techniek zich nooit zo ver hebben
ontwikkeld, in zoverre zouden wij dus
de techniek tegelijk met de arbeid
moeten brandmerken als een vloek.
Tevens zou de hoge levensstandaard,
die wij thans bezitten, ondenkbaar
zijn, als de arbeid ontbroken had en
wij alles van een, ja van een boven
natuurlijke kracht „gekregen" zouden
hebben.
Arbeid is dus een zegen, en ik prijs
mij gelukkig in de gelegenheid te zijn
te mogen en te kunnen werken, om
mee te wérken de arbeid nog verder
te veredelen.
HANS KAPER,
Alkmaar.
\\?AT is een mens zonder arbeid?
Iemand zonder energie, zonder
levensidealen, zonder moed, kortom
een mens zonder waarde. Arbeid geeft
kracht, arbeid is leven. En het is niet
zoals zovelen zeggen een noodzakelijk
kwaad om je brood te verdienen. Het
uiteindelijke doel is, je brood ermee
te verdienen, maar daarom is het nog
geen noodzakelijk kwaad. Integendeel,
arbeid is een zegen en geen vloek. Je
merkt het zelf wel, wanneer je eens
niets te doen hebt en je zit je maar
zo'n beetje te vervelen, hoe prikkel
baar je wordt.
Hoeveel ernstige zieken, levenslang
verminkten zijn er niet, die snakken
naar arbeid? En is het niet prettig,
na een lange vacantie weer te begin
nen?
Ik geef toe, dat de een werken aan
genamer vindt dan de ander. Degenen,
die arbeid vervloeken, zijn meestal
leeglopers en nietsnutten.
Neen, ik kan in arbeid geenszins een
vloek zien, maar eerder een zegen,
want arbeid geeft levensvreugde en
tevredenheid.
PIET KAT,
Soestdijksekade 469.
Den Haag.
QP de vraag, die ons deze week wordt
voorgelegd, valt mijns inziens alleen
een kort antwoord te geven. Volgens
mij kan een dergelijke kwestie slechts
gesteld worden door iemand die zelf
zijn dagelijks werk met niet al te veel
plezier doet.
Het antwoord op zichzelf is natuur
lijk niet zo moeilijk, Een vloek is ar
beid in elk geval niet! Of we hieruit
zonder meer mogen concluderen, dat
het dan een zegen moet zijn, is een
kwestie van geheel andere aard. Iets
wat geen vloek is, behoeft niet altijd
een zegen te zijn. Ik ben ervan over
tuigd, dat er heel veel mensen zijn, die
hun werk slechts doen, omdat het moet,
omdat het nu eenmaal een noodzaak
is. Maar het zijn diezelfde mensen, die,
wanneer de tijd is aangebroken dat zij
niet meer behoeven te werken, tot de
ontdekking komen, dat niets verschrik
kelijker is, dan niet meer te mogen
werken. Rust is heel goed, ja, het is
zelfs een noodzakelijk onderdeel van
ons leven, maar we mogen nooit uit
het oog verliezen, dat het alleen na
gedane arbeid goed rusten is.
Allerlei omstandigheden zijn er de
oorzaak van, dat de ene mens zijn
werk met meer liefde en meer over
gave doet dan de andere. Daarom is
het werk voor dé één misschien een
zegen, en voor de ander een bittere"
-noodzaak. Dit geldt .dan natuurlijk
voor een speciaal'werk, maar wanneer'
wij het begrip „werken" in het alge
meen bezien, dan is het geen vloek,
maar één van de eerste levensbehoef
ten, niet alleen, omdat het ons de
grondstoffen levert om in leven te
blijven, maar vooral ook, omdat geen
enkel leven gelukkig kan zijn met
„niets-doen".
HANS REINDERS,
Geelvinckstraat 92,
Castricum.
J-JET beantwoorden van de vraag, of
arbeid een zegen of een vloek is,
hangt af van hetgeen we onder arbeid
willen verstaan. Het begrip arbeid
heeft immers velerlei betekenissen,
zowel goede als kwade. Wanneer we
uitgaan van de stelling, dat arbeid elke
lichamelijke of geestelijke inspanning
is, die ten doel heeft in een maat
schappelijke behoefte te voorzien, dan
kan die arbeid tot een zegen voor de
mensheid zijn, wanneer we onze ar
beid b.v. hebben gericht op het fabri
ceren van één of ander product, waar
door het leven in stand wordt gehou
den. Het kan echter ook een vloek zijn,
wanneer we onze arbeid b.v. gericht
hebben op het vervaardigen van een
of andere helse machine, die de mens
heid ten onder voert, aangenomen, dat
in dat geval bepaalde mensengroepen
dat als het voorzien in een behóefte
zien. Hieruit blijkt al dadelijk, dat we
er met ons begrip „arbeid" alleen niet
komen, maar, dat het ook van veel be
lang is, welke waarde de mens eraan
hecht. Wat de één een zegen vindt,
vindt de ander een vloek.
De dief die goud steelt, noemt zijn
„arbeid" zelf een zegen, doch de besto
lene en met hem in vele gevallen de
maatschappij, noemt deze „arbeid" een
vloek. Hieruit leren we wel welk een
belangrijke plaats de arbeid in ons le
ven inneemt: wat zou de mens kunnen
verrichten zonder abeid? Niets, immers!
Arbeid is in het algemeen een zegen,
dan, wanneer ze is gericht op het goe
de en een vloek, wanneer ze is gericht
op het slechte. Wat goed en wat slecht
is, is afhankelijk van de maatstaven
daaromtrent in de maatschappij. Het
zal dan blijken, dat wanneer we arbeid
een zegen noemen, deze ergens toch
een vloek is, terwijl we arbeid een
vloek noemend, kunnen aannemen, dat
ze toch ergens tot zegen wordt.
WIM KOOIMAN
Hensbroek
„QP uw vraag: is arbeid een zegen of
een vloek, wil ik direct beginnen
met het antwoord: Arbeid is een zegen.
In de mens is volgens mij altijd een
soort drang aanwezig om iets uit te
voeren en zonder arbeid te verrichten,
zou men eenvoudig niets kunnen leren.
Maar dan komt natuurlijk de vraag:
wat voor arbeid dan wel? Neem bv.
eerst eens de arbeid van Albert
Schweitzer onder ogen. Het is in de
eerste plaats een zegen om de drang
naar deze soort arbeid te bezitten en
dan is het natuurlijk een zegen voor
de mensen geworden. Daartegenover
staat b.v. de arbeid van een inbreker.
Al zijn deze mensen er ook vaak door
bepaalde omstandigheden toe gedwon
gen om in te breken, ik zou dit werk
toch een vloek noemen.
En was is het niet een voldoening
voor mensen, die klein begonnen en
groot geëindigd zijn, om te kunnen
zeggen: „Kijk, dat heb ik nu door
hard werken verkregen." Laat dan ook
vooral de gezegden „arbeid adelt" en
„rust roest" niet achterwege!"
DINEKE DREEUWES,
IV B M.M.S.
]\JA al deze uitingen, waarin de ver
schillende kanten van het vraag
stuk voldoende worden belicht, kun
nen we wel vaststellen, dat de jongens
onder ons wars zijn van leeglopen,
graag werken en de arbeid een nood
zakelijk goed vinden. Zij hebben be
grepen, dat de concentratie op produc
tief werk de mens behoedt tegen on,t-
biiidlng en het leven zin en vreugde
geven kan.Wei -hebben zij een" open
oog Voor 'de'gevaren van eentonige, al
te gemechaniseerde arbeid, maar nog
liever aanvaarden zij dié dan de ledig
heid, die des duivels oorkussen is.
Daarnaast is bij sommigen interessant
de poging, vast te stellen, wélk werk
als productief en daardoor gezegend
mag worden beschouwd.
Tot slot mag ik nog een verzoek
overbrengen van Gerrit de Boer, Vij
zelstraat 8 in Den Helder. Hij heeft in
zijn kring grote belangstelling be
speurd, vooral van ouderen, voor dit
vraagstuk: dank zij onze rubriek werd
het aan de orde gesteld op een predi-
56. Arme PPiet Pakkum. Juist op
het ogenblik, dat hij de hand had
gelegd op de twee brutaalste boe
ven, die Dierendorp kende, werd hij
door Billie zonder pardon in het gat
geduwd, dat door de graafmachine
in de parketvloer was gezaagd. Met
een dreun kwam hij in de kelder te
recht boven op een vat met aard-
appel-purèe. Bovenop? Welnee, hij
ging meteen door het deksel heen
en zakte tot aan zijn oren in de
weke massa. En hoe hard de briga
dier ook brulde, niemand hoorde
hem, zo'n lawaai was het daarboven
in de danszaal. „Dat is me nog nooit
gebeurd", zuchte de brigadier, ter
wijl hij langzaam weer uit het vat
omhoog kwam. „Zulke boeven heb ik
nog nooit meegemaakt. Van alle bru
tale boeven, die ik van mijn leven ge-
arresteerd heb, is die Billie toch zeker
wel dé brutaalste! Maar.... goeie
grutten, ik heb ze niet eens gear
resteerd. Ze zijn natuurlijk alweer
ontsnapt...." Deze laatste gedacht»
maakte Piet Bakkum zo zenuwachtig
dat hij zich met één ruk uit de purée
bevrijdde en probeerde weer door het
gat naar boven te klimmen. Hij Var
juist heel aardig opgeschoten, toen
iemand wilde plaats nemen aan het
tafeltje van Billie en Kareltje...
De genezende warmte van SLOAN'S
LINIMENT dringt diep door en stuwt zui
verend bloed naar de pijnlijke plaatsen.
Bij spierpijn, jicht,spit en rheumatlek geeft
SLOAN'S daarom direct een langdurige
verlichting. SLOAN'S doodt de pijn.
(Advertentie, Ing. Med.)
Zoals is gemeld heeft het bestuur van
het Nederlands Zuivelbureau te 's Gra-
venhage een prijsvraag uitgeschreven
voor een op de Nederlandse kaas aan
te brengen nationaliteïtsmerk. Deze
prijsvraag heeft reeds velen aan het
denken gezet. Uit de inzendingen blijkt,
zo deelt men ons van de zijde van het
Nederlands Zuivelbureau mee, evenwel
dat de bedoeling niet door iedereen is
begrepen. Er wordt nl. niet in de eer
ste plaats gezocht naar een bepaalde
artistieke vormgeving, naar een sug
gestie voor een in het merk op te ne
men symbool of woord, maar vooral
naar de technische oplossing voor het
op of in de korst van de belangrijkste
Nederlandse kaassoorten aanbrengen
van een merk. Dit merk zal onder de
in practijk Van de afzêt haar alle wë-
relddêlen zeer wisselende omstandig
heden van transport en- klimaat, gedu
rende lange tijd gemakkelijk herken
baar en leesbaar moeten blijven, zowel
voor de detaillist als voor de consu
ment.
De opzet heeft daarom, naar de me
ning van het bestuur, weinig betekenis
kantenforum, dat hij bijwoonde en
verschillende volwassenen branden van
verlarigen, hun mening erover op pa
pier te zetten. Voor hen is in onze
rubriek geen plaats willen zij hun
brieven aan Gerrit de Boer zenden?
EN NU een kwestie, die ik onder de aandacht breng naar aan-
leiding van de brief van de heer Tromp:
Wat zou er in de kerk moeten veranderen om die de ge
legenheid te geven meer jongeren van onze tijd met het
Evangelie te bereiken?
Brieven uiterlijk Maandag zenden atfn D. L. Daalder, Komlaan 8,
Bergen (N.-H.).
ZO GOED LIJMT VELPON
VRAAG DE JUISTE SOORT
(Advertentie, Ing. Med.)
DOOR
30)
Onmiddellijk zag Serena de trek van
opluchting, die zich over zijn gelaat
verspreidde. Ze had dus precies gezegd
wat hij verlangde. Wat droefgeestig be
sefte ze, dat het voor hem uitstel der
noodzakelijkheid om de situatie onder
't oog te zien betekende, maar ze had
die situatie althans niet erger gemaakt
„Wel, dat is prachtig, Serena", riep
hij geestdriftig en in plaats van de aan
geboden hand te grijpen sloeg hij zijn
arm om haar heen en trok haar naar
zich toe. Hij hief haar gezicht in de
hoogte, zei dat alles wel zou loslopen
en probeerde zijn lippen op de hare te
drukken, maar Serena ontweek die
liefkozing.
„Neen 1" zei ze verdrietig, „dat niet
Nick".
Hij liet de armen langs het lijf val
len, terwijl zijn gezicht niet de minste
aandoening verried.
„O, juist", hernam hij. „Je vat die
vriendschap nogal letterlijk op. Zoals
je wilt dan". En meteen nam hij het
ochtendblad ter hand.
Een ogenblik bleef ze sprakeloos
staan. Ze besefte, dat ze niet anders
had kunnen handelen, maar ook, dat ze
tenslotte toch gefaald had.
„Nickbegon ze.
„Ja", klonk het achteloos van achter
de krant.
„We zullen juffrouw Twist moeten
vertellen
„Inderdaad, onze Emma vormt zoiets
als een probleem", erkende hij, nu het
blad neerleggend. „Wat is jouw idee?"
„Je.... je kunt haar niet.... de
waarheid mededelen", zei Serena snel.
„Dat zou wreed zijn".
„Nu dan, een wat handig in elkaar
gezette lezing van mijn verhaal van
gisteravond", stelde hij zo zakelijk, als
of zij beiden er persoonlijk buiten ston
den, voor.
„Ja.... als je bijv. eens zei, dat we al
een tijdje over trouwen hadden gedacht
en dat je de vergunning had aange
vraagd in de hoop mij over te halen.
Zou dat niet kunnen?"
„Ik vind het uitstekend", zei hij koel
tjes. „Emma zou zoiets heel gemakke
lijk van mij geloven. Misschien zou 't
wel goed zijn, als ik haar van de trein
ging halen. Neem me niet kwalijk, maar
jij bent nog een beetje te onschuldig
om zo overtuigend te kunnen liegen
als ik".
Andermaal sloeg ze de ogen neer. Op
dit ogenblik geloofde ze vast en stellig,
dat ze Nick altijd had verloren. Haar
onwillekeurig ontwijken van zijn om
helzing was als een klap in zijn gezicht
geweest en onvermijdelijk had hij erop
gereageerd door een slagboom van con
ventionele onpersoonlijke beleefdheid
tussen hen te plaatsen.
„O, ja", ging hij nadenkend voort,
„het zou misschien verstandig zijn als
ik je weer naar Suburban Road reed,
zodat je daar maatregelen kunt nemen
om haar te verwelkomen...."
„Ja, Nick....", zei ze ademloos, in af
wachting van wat er volgen zou.
„En daarna kunnen we natuurlijk
hierheen terugkeren".
„Goed...." klonk het flauwtjes.
Nick keek haar nieuwsgierig aan.
„Was je", vroeg hij, „niet van plan dat
te doen? Toch zit er niets anders op
als we niet willen, dat Emma er achter
komt".
„Of John", sprak ze zachtjes.
„John?" zei hij peinzend. „Ik ben het
met je eens, maar wat John aangaat is
't minder gemakkelijk, vooral ook om
dat hij^ verliefd op je is. Vreemd toch,
nietwaar: Ik weet, dat hij je liefheeft
en Corinna dacht, dat jij op die manier
van hem hield. Heus, Serena, hij is de
man met wie je had moeten trouwen
Serena boog zich over de tafel om
messen en vorken op hun plaats te
leggen.
„Of hij dat is of niet, in elk geval be
hoeven we daar nu niet meer over te
praten. Daarvoor is het immers te laat",
meende ze. „En ook.,., ook niet bij
zonder eerlijk tegenover John, vind je
wel?"
„Ik houd het me voor gezegd", ver
klaarde Nick droogjes. „Jouw manieren
zijn beter dan de mijne!"
Een erkenning, die Serena eensklaps
tot een voor haar doen ongewoon scherp
antwoord noopte.
„Erg vreemd voor een boerendochter,
nietwaar", zei ze kalm en begaf zich
naar de keuken, Nick aldus gelegen
heid latend, haar opmerking eens kalm
te overwegen.
Juffrouw Twist had het huis in Su
burban Road smetteloos achtergelaten
en tenslotte was ze slechts een dag af
wezig maar Serena had nu een voor
wendsel om in elke kamer stof af te
nemen, alleen bij wijze van bezigheid
tot Nick en de oude dame zouden ver
schijnen.
Uiteraard zag ze de ontmoeting met
juffrouw Twist niet zonder enige vrees
tegemoet, want laatstgenoemde zou zich
ongetwijfeld gekwetst tonen door wat
om haar eigen woorden te gebruiken
„achter haar rug" was bekokstoofd.
En 't dient erkend, dat er uit welk
gezichtspunt ook bekeken iets ach
terbaks school in een huwelijk, dat tot
do voltrekking voor iedereen werd ge
heim gehouden. Hoe het zij, Serena
was toen het tweetal binnentrad nog
helemaal niet voorbereid op de dingen
die zouden komen.
Nick's gezicht liet er geen twijfel aan,
dat hij 't niet gemakkelijk had gehad met
de enige vrouw, zijn moeder uitgezon
derd, voor wier oordeel hij ooit enig re
spect had gehad. Nu, Serena geloofde,
dat hij daarop wel had gerekend. Zij
van haar kant had niet verwacht buiten
schot te blijven, maar evenmin, dat de
oude Emma zo ijskoud correct en be
leefd zou zijn. Serena werd plechtig als
„Mevrouw" aangesproken en 't woord
je „lieve", totnogtoe zo veelvuldig door
juffrouw Twist in haar gesprekken met
„juffrouw Serena" gebezigd, bleef te
enen male achterwege
„Natuurlijk gelooft ze, dat ze een
wolf in schaapskleren heeft gehuisvest",
dacht Serena. „Ze meent, dat ik dé
schuld draag van dit huwelijk, dat ik al
die tijd Nick heb nagelopen in de hoop
een goed huwelijk te doen. Misschien
denkt ze zelfs wel, dat ik al die ge
heimzinnigheid heb gewild. O, als 't
niet zo ellendig was, zou het'grappig
zijnMaar mogelijk heb ik niet het
juiste gevoel voor humor!"
Hoe het zij, 't bleek ondoenlijk, lang
in deze ijskast-atmosfeer te vertoeven
en Nick vond weldra een soort veront
schuldiging, waarmee juffrouw Twist
evenzeer genoegen nam als ze 't bii
een bezoek zou hebben gedaan met het
bordje „niet thuis", al lag de onwaar
heid er dik bovenop.
Toen ze goed en wel het huis hadden
verlaten, haalde Nick heel diep adem
„Brr, dat was geen pretje!" riep hij
„Neen", gaf Serena kortaf toe.
„t Spijt m*>, dat ze het zo opnam"
ging hij snel voort. „Geloof me, Serena'
ik heb mijn best gedaan om de schuld'
op mij te laden, maar ze scheen er vast
wenrk0warsrgd' eigenlijk >°uw
(Wordt vervolgd.)
een oplossing in te zenden zonder éérst
terdege kennis te hebben genomen van
de bij het Nederlands Zuivelbureau,
(Laan van Meerdervoort 82, Den Haga)
verkrijgbare nadere aanwijzingen en
voorwaarden.
DIE SCHöPFUNG, oratorium van
Haydn. De componist kreeg in-
spiratie voor dit werk tijdens een
bezoek aan Londen. Hem werd
een Engels tekstboek aangeboden,
dat pas na herhaaldelijk omwer
ken geschikt bleek voor het doel.
Het volgt het bijbelverhaal tot én
met de schepping van Adam en
Eva en geeft van de gebeurtenis
sen in de zes scheppingsdagen een
verrukte schildering. De tekst
ademt sterk de geest der Verlich
ting, dus van het sterk verstan
delijke geloofsleven uit het eind
van de achttiende eeuw map.r
de muziek laat geen twijfel bestaan
aan de oprechtheid van Haydns
volkomen religieuze overgave. Het
is een uitermate fraai wérk niet
een vaak sterk beeldende muziek.
(Vrijdag 20.20 over Hilversum II,
298 meter).
VRIJDAG 5 MAART
HILVERSUM I, 402 m.: 7.00 VARA,
10.00 VPRO, 10.20 VARA, 12.00 AéRO,
16.00 VARA, 19-30 VPRO, 21.00 VARA,
22.40VPRO, 23.00—24.00 VARA. 7.00
Nieuws. 7.13 Gram. 8.00 Nieuws. 818
Gram. 8.45 Voor de vrouw. 9.00 Gym.
9.10 Gram. 9.30 Waterstanden. 9.35 School
radio, 10.00 „Kinderen en mensen", cau
serie. 10.05 Morgenwijding. 10.20 Voor de
kleuters. 10.40 Klein Mannenkoor. 11.00
radiofeuilleton. 11.20 Gram. 11.35 Orgel
spel. 12.00 Musette-Orkest. 12.30 Land
en Tuinbouwrriededelingen. 12.33 Sport en
prognose. 12.48 Gram. 13.00 Nieuws. 13.18
Mededelingen of gram. 13-20 Amusements
muziek. 14.00 Kookpraatje. 14.20 Twee
piano's. 14.50 Voordracht. 15.10 Sopraan
en piano. 15.30 Orgel en zang. 16.00 Gram.
16.30 Muzikale causerie. 17.10 Voor de
jeugd. 17.40 Gram. 18.00 Nieuws. 18.15
Amus,muziek. 18.45 „De Haverkist",
hoorspel. 19.00 Kinderliedjes. 19.10 Ka
merkoor. 19.30 „Mensen en Conflicten",
hoorspel en causerie. 19.50 Berichten.
20.00 Nieuws. 20 05 Boekbespreking. 20.15
Voordracht. 20.30 „Benelux", causerie.
20.40 „Hedendaagse arbeidsproblemen",
causerie. 21.00 Voor de jeugd. 21.35 Amu
sementsmuziek. 22.00 Buitenlands over
zicht. 22-15 Rhythm. muziek. 22.40 „Van
daag". causerig. 22.45 Avondwijding. 23.00
Nieuws. 23.15—24.00 Gram.muziek.
HILVERSUM II, 298 m.: 7.00—24.00
NCRV. 7.00 Nieuws. 7.10 Gram, 7.15
Gym. 7.30 Gram. 7.33 Gewijde müziek.
7.45 Een woord voor de dag. 8.00 Nieuws
en weerbericht. 8.15 Gram, 8.30 „Tot Uw
dienst". 8-35 Gram. 9.00 Voor de zieke"'
9.30 Voor de huisvrouw. 9.35 Gram. 10-80
Morgendienst. 11-00 Sopraan en piano.
11.30 Gram. 12.15 Promenade-Orkest en
solist. 12.30 Land- en Tuinbouwmedede-
lingen. 12.33 Promenade-Orkest en solist.
12.59 Klokgelui. 13.00 Nieuws. 13.15 Lichte
muziek. 13.45 Gram. 14.00 Schoolradio'
14.30 Kamerorkest en soliste. 15.15 Voor
dracht. 15.35 Vocaal Ensemble. 16.00 Tuin-
bouwcauserie 16.15 Piano-recital,
Gram. 17.15 Lichte muziek. 17.45 friese
uitzending. 18.00 Gram. 18.10 „Een goea
woord voor een goede zaak". 18.15 Lich
muziek. 18.35 Gram. 18-45 Driestemmig®
blaasmuziek. 19.00 Nieuws en weerbericn
19.10 Regeringsuitzending: Verklaring e
toelichting. 19.30 Gram. 20.00 Radiokran'-
20.20 „Die Schöpfung". oratorium.
Gram. 22.25 „De kerkbouw tijdens oe
Republiek", causerie. 22.45 Avondoie
denking. 23.00 Nieuws en SOS-berichten.
23.15—24.00 Grammuziek,
Televisie-programma. AVRO. *~'o«
Wielerwedstrijd op „home-trai»ers". 20.
Actualiteiten en weerbericht. 20.55 2
Gevarieerd programma.
lijn snel en afdoend te bestrijden e
M ei)
(Advertentie, Ing.