Verval en wansmaak schonden Ruïnekerk te Bergen Verweerde muren staan Een fraai hekwerk verscholen onder orgelgalerij op instorten Herstel is zaak van heel ons volk Tongewelf weggetimmerd zijkapel vernield Honderd en dertig duizend gulden gevraagd Uitbreiding noodzakelijk ZATERDAG 10 APRIL 1954 Zo zien de gasten 's zomers de Ruïnekerk: een romantisch aan doend geheel tussen hoge bomen. Foto's Jaap Schoen) In de kerk zelf zal zeer veel veran deren. Zo zal de lambrizering verdwij nen; de muren worden gewit. Het hui dige plafond zal eveneens worden uit gebroken, hetgeen de ruimtewerking van de kerk ten goede zal komen. Dan krijgt het orgel een nieuwe plaats. Het zal worden aangebracht boven de preekstoel in de absis van het koor. Daardoor zal de lelijke orgelgalerij kunnen vervallen. Dat leidt echter tot een verlies aan zitplaatsen, waarvoor compensatie moest worden gezocht. Bovendien wilde men ruimte winnen, om het toch al reeds bestaande plaats tekort te kunnen opvangen. Verschillende mogelijkheden zijn in de loop van de tijd critisch bestudeerd en verworpen. Zo heeft men gedacht aan verplaatsing van de preekstoel naar de Westelijke gevel. Daardoor zou men ook de grafkapel als ruimte voor de kerkgangers hebben kunnen in schakelen. Fraai was deze oplossing echter niet, evenmin als het voorstel van de heer Royaards, om de galerij te verlengen met twee uitlopers. Ten slotte kwam de gedachte naar voren, ruimte te winnen door verlenging van de kerk met twee traveeën. (Een tra vee is de afstand tussen twee steun beren). Dit stuitte echter op het veto van Monumentenzorg; men vond el kaar echter op een plan tot verlenging met één travee. Hiervoor zal nu sub sidie worden verleend. Daar het oude schip breder is geweest dan het thans in gebruik zijnde koor, ontstond bij de verlenging aan de Zuidzijde een ruim te, die is benut voor het maken van een verwarmingskelder met kolenber- ging, een toegang tot de consistorie kamer en op de verdieping een catechisatielokaal. Architectonisch is deze aanbouw behandeld als een Zui delijke zijkapel. Uiteraard moet bij verlenging van de kerk het bestaande portaal ver dwijnen. In de plaats hiervan heeft de heer Royaards zich een eenvoudige aanbouw gedacht, in een stijl, welke herinneringen oproept aan de klassi- cistische opvattingen van de zeventien de eeuw. Ook de toren is dringend aan herstel toe. Daar hij echter aan de burger lijke gemeente toebehoort, zal deze moeten beslissen wat er mee dient te gebeuren. De restauratie van de kerk zal het echter noodzakelijk maken, het uurwerk omhoog te brengen tot in de toren. Dat zal naar verwacht wordt niet veel moeilijkheden opleveren. Al met al staat hier dus zeer veel te gebeuren. Volgens de subsidie-voor waarden zal nog dit jaar een begin met het werk moeten worden ge maakt. Of dat mogelijk zal zijn, hangt van vele factoren af, die de restaura tiecommissie niet alle in de hand heeft. Zij wil echter niets liever dan opschieten. Snelheid kan hier het ver loop van de arbeid slechts ten goede komen. Om der wille van het karak ter van Bergen is het te hopen, dat de commissie er in slaagt, haar plannen op korte termijn te verwezenlijken. Reeds al te veel is er de laatste jaren verloren gegaan door gebrek aan geld en door verregaande verwaarlozing. Het is in dit verband even welspre kend als triest, dat het doophek u%. de enige jaren geleden afgebroken kerk te Koedijk thans in de Ruïne- kerk te Bergen een plaats zal vinden. Aan de andere kant is zulk een stuk beter hier bewaard dan in een mu seum, waar het geen enkele functie meer heeft. Voor de Berger kerk be tekent het een waardevolle aanwinst en een essentieel element in de liturgi sche inrichting van de ruimte. Waar de oude steen losliet, heeft men straatklinker gebruikt voor herstellingen. Het storende contrast is zelfs op de foto nog maar al te duidelijk. (Van een onzer redacteuren) WIE DOOR BERGEN KOMT, ziet de oude Nederlands Hervormde kerk, opgetrokken uit een prachtige oranje-rode baksteen, door hoge bomen als beschuttend omringd, op het kerkhof in het hart van het dorp liggen. De kerk is onvolledig, Dat valt onmiddellijk op. Van het schip staan nog slechts wat muurresten, een herinnering aan die fatale dag in Februari van het jaar 1574, toen de geuzenvendels van Dirk van Sonoy kerk en dorp platbrandden om er de Spaanse huur- benden uit te verdrijven die er een schuilplaats vonden. Het koor is jaren nadien hersteld. In 1597 kon het weer in gebruik worden ge nomen, nu voor de Hervormde eredienst. Tegen de Zuidgevel, daar waar de oude kerk zich had versmald tot het koor, had men een con sistoriekamer bijgebouwd. De muurankers in de topgevel vermelden nog het bouwjaar1595. Ruim driehonderd en vijftig jaar zijn sinds dien verstreken, jdren, waarin de kerk het geestelijk middelpunt van het dorp is gebleven, jaren ook, waarin weer en wind en onoordeel kundig onderhoud het ogenschijnlijk zo hechte gebouw hebben aan getast. Nog straalt op zomerse dagen de mooie roodgele kleur van de steen tussen het diepe groen en bruin van de bomen. Klimop groeit langs de muren op en maakt het beeld nog romantischer. j^AAR begeef u op het oude kerkhof, lezer wandel langs de oude mu ren, bekijk ze critisch. Dan blijft nog de indruk van oude, verweerde schoon heid. Maar tegelijkertijd ziet ge, dat die romantiek wordt gekocht met een vérgaande mate van verval. De steen is afgebrokkeld en met mos overdekt, de voegen zijn ingewaterd, de kalk is er uitgespoeld. Aan de Noord- en Oost zijde zijn de muren nog wel ia de bes te conditie, al is hier door latere ver bouwingen veel bedorven en is met name de versiering van blokken zand steen zeer sterk door het water aange tast, Aan de Zuidzijde van de kerk is het verval echter reeds zeer ver voort geschreden. Daar is men reeds eerder aan het „restaureren" geslagen. En hoe! Grote brokken van het muurwerk zijn hier in een nog betrekkelijk re cent verleden omlaag gestort. De aldus ontstane gaten zijn gedicht met een soort bruinrode gezande straatklinker, die in de loop der jaren bijna zwart is geworden. Nu steken de stoplappen als evenzovele vuile vlekken af tegen het rood van de omringende oude steen. Halve steunberen zijn in de loop van de tijd naar omlaag gekomen, ook al doordat de blokken zandsteen op de hoeken volkomen verteerden. Ook hier werd met straatklinker gerepareerd op een zo slechte wijze en zo geheel zonder verband met het oude werk, dat reeds hele stukken van de latere ommetseling zijn ingestort of op in vallen staan. In de uitgevreten dag kanten van de ramen groeit hier en daar struikgewas. Puin ligt overal aan de voet van de muur. Dat is de buitenkant van de kerk, een beeld van verval en ondergang. Maar loop in gedachten mee, lezer. We gaan naar binnen. Wie buiten de tijd, dat er in de kerk dienst is, een bezoek komt brengen, wordt binnengelaten door een deur in de Westgevel, die toegang geeft tot de consistoriekamer. Het is een foeilelijk vertrek, een voorbeeld van de geeste- Het prachtig gesneden hek, dat toegang geeft tot de grafkapel, zit thans min of meer weggestopt onder de orgelgalerij en achter lelijke banken. Het zal in volle schoon heid zichtbaar worden, wanneer de plannen zijn uitgevoerd. oude muurresten van de verwoeste kerk. Nog steeds brokkelt de steen af. lijke bedomptheid die men een eeuw geleden voor deftigheid aanzag. Om dat men in feite met de ruimte geen raad wist, is er een loos plafond in ge timmerd. Van de sobere schoonheid, die dit vertrek in 1595 moet hebben gehad, is niets overgebleven. We gaan de kerk in. Hier dezelfde grauwe lelijkheid. Banken en lambri- zeringen zijn zonder enige schoonheid geschilderd in een vuilbruine kleur. Alleen tegen de Zuidelijke muur staat een mooi besneden gestoelte, waarvan men de kwaliteiten een aantal jaren geleden heeft onderkend. Het is toen geheel afgeloogd en in de was geboend, en is in zijn mooie natuur lijke houtkleur bepaald een juweel. Ook de preekstoel, stammend uit 1755 en een mooi voorbeeld van een Rococo- meubel, valt op door zijn uitstekende conditie. Aan het flauw geboge», uit ordinaire kraalschroten getimmerde plafond hangen twee antieke koperen kronen, voorzien van electrische „kaar sen". De verlichting wordt gecomple teerd door een rij van matglazen kel ken op de bovenrand van de lambri zering. We zijn door de schemerige ruimte onder de orgelgalerij door naar bin nen gekomen. Als we voor de preek stoel staan, kunnen we dat gedeelte van de kerk nauwkeuriger bezien. De galerij blijkt iets door te zakken, on danks de steun van twee wat magere houten zuilen in het midden. Met haar vuilwitte kleur en haar pietepeuterige vergulde ornamentjes siert ze de kerk evenmin als het wat lompe zwart met goud van het orgelfront. In feite wordt de ruimtewerking van de kerk door deze twee elementen volkomen ver stoord. Vorige generaties blijken nog meer onheil te heben aangericht. Het fraaie eikenhouten hek, dat de z.g. grafkapel aan de Noordzijde van de kerk afsluit, gaat in de duisternis onder de galerij vrijwel volkomen verloren. Verder heeft men het nodig gevonden, deze kapel door een planken beschot geheel van de kerk af te sluiten en in dit schot vervolgens een soort „puist" te timmeren, waarin een steile, smalle trap naar de klokketoren een plaats kreeg. Als gevolg van deze wijzigingen ver keert de grafkapel zelf thans in een deerniswekkende toestand. Verregaand vervuild door het jarenlange gebruik als bergplaats voor kolen en gereed schappen, geschonden door het uitbre ken van het oude houten tongewelf de ribben zitten er nog en door de beschadiging van de gevoelig gevorm de traceringen in de raamnissen, is deze ruimte ais het ware een hartstochtelijk pleidooi voor een restauratie, die voor haar een eerherstel zal inhouden. Nog meer „verrassingen" houdt de kerk in. Daarvoor moeten we de steile trap naar de toren op. Het is geen kar wei voor mensen met hoogtevrees, maar de klim loont de moeite. Wanneer we namelijk zijn aangekomen op het platform, waarop het uurwerk is ge- p'aat^t. zien we vóór onr een scheme rige ruimte over de gehele lengte van de kerk. Deze blijkt het oude houten tongewelf te bevatten, dat een vorige generatie zonder meer heeft wegge werkt. Het gewelf is er zo te zien niet al te best aan toe £0 ziet het er dus thans in en om de kerk uit. Met dit overzicht heb ben we in feite al min of meer aange geven, wat er zoal moet gebeuren om de kerk haar oude schoonheid te her geven. Aan de buitenzijde moet het muurwerk ingrijpend worden hersteld. De vaak zeer ernstige gevolgen van drie en een halve eeuw van verwering en verwaarlozing moeten worden on- SIllMllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllWlllllilllllllllillllllllllillllllllllIll^ g I DE Reslauratiecommissie g fj van de Nederlands Her- jj| vormde Gemeente te Bergen B gaat een grootscheepse uctie B H beginnen, teneinde een deel |j E van het kapitaal bijeen te m §j brengen, dat voor het herstel B van de Ruïnekerk benodigd B S is. Wij hebben gemeend, de jj aandacht van de lezers in B I Noord-Holland voor deze B zaak te moeten vragen. De B S redenen hiervoor zijn in bij- s gaande artikelen omstandig B B uiteengezet. Kort gezegd zijn jg B wij van mening, dat het hier B I gaat om een zaak, die niet B I uitsluitend die van de kerke- B lijke gemeente in Bergen is, B maar die geheel, ons gewest B B aangaat. Daarom ook vermei- jj B den we hier, dat giften, ren- jj gj teloze voorschotten en in- B schrijvingen op een drie pro- cents obligatielening met een I looptijd van vijf en twintig g jaar van harte welkom zijn. Jj Al deze gelden kunnen ivor- jj den gestort op girorekening B 365415 van de Amsterdam- j§ sche Bank te Bergen (N.-H.) B onder vermelding „Restaura nt tie Ruïnekerk". B iiiiiüiHiu!inniiiiiiii!iiiiiiiHii!iinniiiiiiiiii!iiiiiiiiiiiiiiiiiNiiiiij[iiiiniiniii[ii!i[iiiiuM gedaan gemaakt. Het ingestorte en af gebrokkelde metselwerk moet opnieuw worden opgezet en ingevoegd dit maal in de oude steen. De oude go tische raamindeling moet zoveel doen lijk worden hersteld. De consistoriekamer moet onderhan den worden genomen. De smakeloze negentiende-eeuwse inrichting moet verdwijnen. Een klein roosvenster in de Oostelijke gevel van deze aanbouw wordt hersteld. Verder denkt de archi tect, de heer C. W. Royaards, zich de lichtschepping in de vorm van een gotisch venster in de Zuidmuur, hoger geplaatst dan het huidige rechthoekige kozijn met schuifraam. Of deze oplos sing stilistisch geheel verantwoord is, zouden we niet durven zeggen. Uitslui tend afgaande op het bouwjaar van dit verstek menen we, dat ook voor de plaatsing van een kruiskozijn iets te zeggen zou zijn. De kerk, zoals zij er na de uitvoe ring van het plan-Royaards zal uitzien. De uitbouw met het lage spitsboograam is de consistorie kamer, die met het hoge raam de nieuw te bouwen travee. HET KAN niet te nadrukkelijk worden gezegdDe Ruïnekerk te Bergen moet worden gerestaureerd. Bovendien moet zij worden uitge breid. De restauratie is noodzake lijk, om hef snel voortschrijdende verval te keren en ongedaan te ma ken, opdat het gebouw weer voor een aantal eeuwen een sieraad voor de mooie dorpskern kan zijn. Maar ook de uitbreiding is een onont koombare noodzaak. De Neder lands Hervormde Gemeente te Ber gen is een groeiende en bloeiende gemeenschap. Zij breidt zich snel uit en wat meer zegt: zij is ge trouw. Daardoor is de kerk thans al niet groot genoeg meer, om het aan tal eigen liciv.aten te bergen. Voor de seizoengasten is er geen plaats. Toch wil de gemeente ook hen passend ontvangen. Er moet dus, hoè dan ook, ruimte komen. Van daar die overigens geringe en weinig opvallende uitbreiding, waarin de plannen voorzien. Wij zijn zo maar met de deur in huis gevallen. Wij deden dat opzettelijk: men weet dan maar meteen, waarom het gaat. Dat wisten trouwens de Ber- genaren zelf al verscheidene jaren. Het is dan ook niet in de eerste plaats voor hen, dat we deze beschouwingen schre ven. Ditmaal richten we ons in de eer ste plaats tot de mensen buiten Ber gen tot de lezers in dit voor ons goede Noord-Holland benoorden het IJ. Eigenlijk zouden we gehoord wil len worden in geheel ons vaderland maar zo ver strekt zich het bereik onzer bladen niet uit. Anderen zullen zich daar doen horen. Zij zullen het aan ons volk duidelijk maj-.en, dat het behoud van de Berger Ruinekerk niet uitsluitend een dorpskwestie is niet alleen de kring der Berger Hervorm den aangaat. Dat zou het geval zijn, wanneer deze kerk een dorpskerk als zovele andere zou zijn. Maar zij is meer dan dat. Zij is voor iedereen die Ber gen kent een symbool geworden van het dorp zelf zij is Godshuis en dorpsmonument tevens. Zelfs is zij meer dan een dorpsmonument. Zij is een bouwwerk van gewestelijke en nationale betekenis geworden, omdat Bergen zelf een oord van gewestelijke en nationale betekenis is. Zo zag het de leiding van het tijd schrift De Speelwagen, toen zij on langs een geheel aan Bergen en zijn kerk gewijd nummer in het licht gaf. Zo ziet het al jaren de restauratiecom missie der Nea. Herv. Gemeente, die in opdracht van de Kerkvoogdij de her stelplannen heeft doen uitwerken en de middelen ter financiering van het werk moet bijeenbrengen. Deze commissie heeft bepaald geen eenvoudige taak. Aan het restauratie plan wordt nu al vijftien jaar gedok terd. Allerlei weerstanden moesten worden overwonnen bij Monumen tenzorg evenzeer als aanvankelijk bij de architect, de heer C. W. Royaards, die in het begin de uitbreiding van de kerk niet met zijn geweten kon over eenbrengen en daarom eerst tevergeefs allerlei andere mogelijkheden heeft onderzocht. Zelfs Monumentenzorg, dat overigens van de betekenis der kerk als historisch monument zeer wel doordrongen bleek te zijn, gaf zich niet een-twee-drie gewonnen. De restauratiecommissie heeft kort en goed moeten verklaren: „Als we niet mogen uitbreiden, bouwen we een nieuwe kerk laten de oude aan haar natuurlijk verval over; dat komt ons bovendien financieel veel voordeliger uit". Toen pas verkreeg zij het fiat op haar plannen en zelfs voor de uitbrei ding de toezegging van een relatief klein subsidie. Aan de andere kant is er toch ook een meevaller. Voor de eigenlijke re stauratie is een Rijksbijdrage in het uitzicht gesteld, welke hoger is dan gewoonlijk. Maar zelfs, wanneer pro vincie en burgerlijke gemeente op de normale wijze in de kosten van het werk helpen dragen, dan nog blijft er voor de kerkvoogdij een „rest", die zjj slechts met grote moeite zal kunnen opbrengen, Dan nog zal zjj moeten proberen, op een begroting van vijf ton een gat te stoppen, dat ongeveer hon derd en veertig duizend gulden be loopt. Kijk en daarom is die bijzondere Speelwagen met zoveel dank ontvan gen. Tal van vrienden van Bergen heb ben nu een etxemplaar in handen. Tot in Algiers en Hongkong heeft het blad de toestand van de kerk onder de aan dacht van de lezer gebracht. Bijgevoegd waren de circulaire en een enveloppe, waarin de aldus aangesprokene zijn offer zou kunnen verzenden. Vele vaste bezoekers van Bergen zullen het blad nog ontvangen. Op verschillende plaat sen in het dorp zal het ten verkoop worden aangeboden. Op gllerlei andere wijzen zal de aandacht van Nederland op de Ruinekerk worden gevestigd. Het gaat om een historisch monu ment van plaatselijke, gewestelijke en nationale betekenis om een bouw werk, dat het karakter van Bergens dorpskern in belangrijke mate mede bepaalt. Het gaat echter ook om de plaats van samenkomst, het huis der aanbidding en lofprijzing ener levende en groeiende christelijke gemeente. Dit beseffende heeft de restauratiecommis sie zich in de eerste plaats tot Bergen zelf gericht en treedt zij thans ook naar buiten. Moge haar roepstem wor den verstaan.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1954 | | pagina 7