was het reeds te laat en waren de vier kinderen allen reeds verdronken. Een der arme kleinen was het kind van zekeren M. Wiers, een tweede dat van zijn zoon en de beide anderen van andere lieden aldaar. De oudste van deze knapen was 1a jaren. Met de laatste mail wordt onder meer uit Yoko-Hama (Japan) van den 19dcn Junij medegedeeld, dat bij gelegenheid van den verjaardag van prins Hendrik, als naar gewoonte de 21 saluutschoten door Zr. Ms. fregat Groningen gedaan werden waaraan door de Engelsche oorlogsbrikmede aldaar ter reede liggende, deel genomen werd, hetgeen op den middag met een gelijk getal werd beantwoord, terwijl de Engelsche consul, be nevens de chargé de affaires van Frankrijk, (die opzettelijk daarvoor van Jeddo was gekomen) den kommandant kwamen begroeten, en met saluutschoten, (de eerste met 9 en de tweede met 11) bij het vertrek gesalueerd werden. Vroegtijdig 's mor gens kwam de kommandant van het Engelsche schip den chef van het Hollandsche oorlogschip in persoon met den verjaardag van den Prins kwamen geluk wenschen, en des middags volgde het gcheele état-major, hetwelk als eene speciale beleefdheid werd aangemerkt. Van Batavia wordt gemeld, dat de kopt.-luit. van Gogh, van van het stoomschip 't Loo, op de oorlogsbrik Cachelot is over geplaatst, welke naar Japan gezeild is, om de Groningen af te lossen, die den 1 Julij naar Jeddo was vertrokken. Men schrijft, uit Delft. Een zakkendrager met een gezin van vijf of zes kinderen, bewoonde als huurder, sedert een aan tal jaren, een huisje, dat echter in zoodauingen slechten toe stand verkeerde, dat het, eenige maanden geleden, als onbewoon baar en gevaarlijk werd afgekeurd, zoodat de eigenaar het moest laten vernieuwen of afbreken. Tot het eerste besloten zijnde, werd den man aangezegd, dal hij zich binnen zekeren tijd van eene andere woning moest voorzien, uithoofde de reparatiën van dien aard waren, dat aan blijven wonen niet te denken viel. Eene andere woning te hekomen, was echter spoediger gezegd dan gedaan, daar hel hem ten eenenmale onmogelijk was, iets voor zijn groot gezin te huren. De tijd verstreken zijnde en de eigenaar hem van zijnen kant ook niet langer durvende of willende laten wonen (van wanbetaling der huishuur is geen sprake) liet hem bij gcrcgterlijk vonnis daaruit zetten. Geene andere woning hebbende of onderkomen wetende, wist men niets anders te doen, dan het huisraad op de straal bijeen te zetten, daarover een zeil te spannen, aan palen in den grond bevcs- ligd, eenige planken voor en achter aan te brengen en zoo doende eene soort van hut te bouwen, waarin men voorloopig althans verblijf kon houden, wilde men niet onder den bluolen hemel zijn. Sedert ruim acht dagen duurt deze toestand voort, daar het den man tot heden niet is mogen gelukken, eene an dere woning te vinden, hetgeen voor hem nog zooveel te moci- jelijkcr is, daar geen der eigenaars van huizen, die lid zijn van de aldaar beslaande »Huurvereeniging", krachtens de statu ten, aan iemand, die geregterlijk uit zijne woning is gezet, een huis mag verhuren. Het slagtoffer dezer omstandigheden, die Van Strate heel, wordt, met zinspeling op zijne tegenwoor dige woonplaats, thans Op Straten genoemd. Het Court Journal doet het doodberigt van de hertogin van Alba van eene anecdote vergezeld gaan, wier heldin de jongere zuster der overledene is. In der tijd moet de hertog van Alba zijne oplettendheden tusschen de twee zusters zoo ver deeld hebben, dat geen van beide eigenlijk wist, om welke het hem te doen was. De jongere maakte vau een gemaskerd bal ten hove gebruik, om, onbekend, het hart des herlogs uit te vor- schen, en vernam nu, dat hij aan de oudste zuster de voorkeur gaf. In hare wanhoop daarover, nam zij vergift in, de gevaarlijke uitwerkselen waarvan wel is waar verwijderd werden, doch niet zonder dat zich nu en dan nerveuse verschijnselen, als gevolg van het vergift, bij haar vertoonden. Woensdag laatstleden vertrok de diligence van Saint-Mar- cellin naar Grenoblc en vond bij Saint-Quentin den weg geheel overstroomd, daar de Isère builen de oevers was gelreden. De conducteur reed echter door, doch een eind verder gekomen zijnde was het water zoo hoog gestegen, dat de geheele vlakte niets dan een groot meer was; het begon reeds den wagen binnen te dringen en men was bevreesd, dat de paaiden van de been zouden geraken. Op het geschreeuw om hulpkwam een wagen met twee paarden bespannen aanrijden, doch kon wegens het hooge water der diligence niet nabij komen. Eene schuit redde eindelijk de passagiers en ook de paarden kwamen behouden aan wal. De diligence, die aan een boom werd vast gemaakt, werd den volgenden dag op de zelfde plaats terugge vonden. Als een der motieven van de verbanning van den aarts bisschop van Napels, noemt men het gebeurde met het bloed van den heiligen Jauuarius op den 19den Sept. De bisschop had gezegd, dat de heilige Garibaldi niet kon beschermen, en om nu de ontheiliging van zijn bloed Ie voorkomen, had de kardinaal-aartsbisschop het fleschje verborgen en een ander fleschje doen vervaardigen; vau daar kwam het, dat het bloed een half uur te vroeg vloeibaar werd, BURGERLIJKE ST&fiD. Van 29 September 6 Oclober 1860. GEHUWD P. Priestersbacli en G. Maas. BEVALLENB. Jurrien geb. Kouwenhoven D. C. M. I.ecknker D. M. Zwaan geb. Borst D. G. Korft geb. Boon Z. J. Bemeri geb. Verschoor Z. J. London geb. van Vuuren D. T. Hassing geb. Flens D. A. Kok geb. Lap. D. G. Leliveld geb. Prins Z. G. Brakke geb. Kikkert D. J. E. Ebbinkhoff geb. Eibers D. N. de Bunje geb. Kok Z. T. de Graat geb. Keijzer Z. C. C. Deuts D. S. Kos geb. Nol Z. J. A. Groen geb. Leuw Z. L. Kwast geb. Bruin Z. OVERLEDEN: C. Davidson 8 w. J. Faber 6 d. D. I. J. Breedenbach 32 j. W. H. Veer 3 w. A. Woudrichem 73 j. M, van 't Hert 19 j.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche en Nieuwedieper Courant | 1860 | | pagina 2