BUITENLAND.
De leden van liet bestuur, de schoolopziener, de leden
van de schoolcommissie, genoodigden en onderwijzers, ver
wijlden nog eene poos in de school, om eenige verver-
schingen te gebruiken, waarbij toasten werden ingesteld
op den hoofdonderwijzer, op het E. A. bestuur, op den
ontwerper van het gebouw, op de leden van de commissie
van onderhoudswerken, enz. enz.
Wij twijfelen niet, of dit feest zal bij allen eene aan
gename herinnering hebben achtergelaten.
Men leest in de Staats-Courant
Door Z. H. den onderkoning van Egypte is de beschik
king, waarbij het bureau der paspoorten te Alexandrië werd
opgeheven en die vermeld werd in dë Staats-Couranten van
o en 10 Sept. jl. weder ingetrokken, uithoofde van de
inoeijelijkheden, welke daaruit zijn voortgesproten. Dien
ten gevolge zullen de vreemdelingen, per stoomboot ver
trekkende, hun paspoort moeten afgeven aan het agentschap
der stoombootmaatschappij, die het teruggeeft aan den ka
pitein der vertrekkende boot. Bij aankomst te Alexandrië
legt gezegde kapitein het paspoort over aan het bureau der
paspoorten, hetwelk dat stuk onmiddellijk doet bezorgen aan dat
consulaat-generaal, waartoe de houder van dien pas behoort.
Op uitnoodiging ook van leden van de evangelische
alliantie aan de christenen der geheele wereld gerigt, om
de tweede week in Januarij 1862 zich met hen in het
gebed te vereenigen voor de uitbreiding van het Godsrijk
op aarde, zal, in het kerkgebouw der Chr. Afges. Geref.
gemeente alhier, van den 6 tot den 11 Januarij, bidstond
worden gehouden, des avonds van 6 tot 7 uur.
Moge de oproeping tot gebed van af den voet van het
Hymalaya gebergte, algemeen en ook hier ruime deelname
vinden.
Gedurende het jaar 1861 zijn te Amsterdam over
leden 7351, geboren 8903, gehuwd 2089.
Eergisteren kreeg mevrouw K. te 'sllage, twist met
een harer dienstboden, welke twist zoo hoog liep, dat die
dame eene flesch opnam en daarmede hare dienstmaagd
verscheidene verwondingen toebragt. Van een en ander
is proces-verbaal opgemaakt.
Men schrijft uit Zevenaar: In den afgeloopen nacht
heeft ten huize van den tapper B. alhier eene brutale
diefstal plaats gehad. Het is den dader of daders mogen
gelukken door de achterdeur binnen te sluipen, en in
eene achterkamer te dringen, alwaar zij eene japon von
den, welke aan de dochter des huizes toebehoorde. In
den zak dezer japon vonden zij een sleuteltje, waarmede
zij eene secretaire openden, welke zich in de kamer be
vond. Hieruit hebben zij eenige gouden en zilveren voor
werpen ontvreemd, en zich toen, met medeneming van nog
andere vrouwen-kleedingstukken, eveneens door de achter
deur verwijderd. De geheele som van het gestolene be
draagt 100. Het is der policie tot heden nog niet
mogen gelukken de daders op het spoor te komen.
Men meldt uit Groningen. Hoe onvoorzigtig het is,
jonge kinderen in dezen tijd alleen te huis te laten,
kan uit het volgende weder blijken. Gisteren namiddag
was het 5jarig meisje van J. Provo, buiten de Oosterpoort,
met nog een paar andere kinderen zonder opzigt gelaten.
Spelende was genoemd meisje te digt bij het vuur geko
men, tengevolge waarvan hare kleederen vlam vatteden,
zoodat zij, in weerwil van aangebragte hulp, zulke deer
lijke brandwonden bekwam, dat men vreest haar niet in
hit leven te zullen behouden.
De onzekerheid, waarin men verkeert nopens de wending
welke het Engelsch-Amerikaansch conflict kan nemen, doet
met gespannen verwachting de aankomst van meer beslis
sende tijdingen uit Amerika te gemoet zien.
De circulaire van den heer ïhouvenel heeft een gunsti-
gen indruk te weeg gebragt, niet zoozeer te Parijs dan
wel te Londen; evenwel scheen het vertrouwen een weinig
te zullen herleven, omdat in dat staatsstuk althans het
bewijs ligt, dat Frankrijk er geen voordeel in ziet, een
oorlog tusschen twee groote mogendheden, te bewer
ken en dit de kans heeft vermeerderd, dat het kabinet
te Washington niet zoo spoedig tot uitersten zal over
gaan; worden de commissarissen Slidell en Mason
niet uitgeleverd, dan toch zijn onderhandelingen niet on
mogelijk, dit is de opinie, welke de cix-culaire Thouvenell
heeft veroorzaakt.
Te Namen is overleden de heer J. Boucher, gepen
sioneerd kolonel, ridder van het legioen van eer en der
Leopoldsorde. Hij was de laatste van zeven broeders, die
even als hij, hunne graden, tijdens het Keizerrijk, op het
slagveld hadden verworven. In 1803 in dienst getreden,
maakte hij de veldtogten mede van Italië, Duitschland,
Saksen en Frankrijk. Hij werd te Wagrani, Baaizen en
Lützen gewond. In 1815 verliet hij de Fransche dienst
om in Nederlandsche over te gaan. In 1830 ging
hij in October tot de Belgische dienst over. Tot 1846
was hij plaats-kommandant te Namen. Hij had den ouder
dom van 77 jaren bereikt.
De Patrie bevat een artikel, waarin vermeld wordt,
dat de berigterf uit Amerika geen hoop meer geven om
trent eene vredelievende oplossing. In dit artikel wordt
voorts opgegeven, welke gedragslijn Frankrijk zal volgen,
wanneer er een oorlog mogt ontstaan. De eerste daad
van Engeland zal, volgens de Patriezijn, de erkenning
van de Zuidelijke Staten. Eene dergelijke handeling nu,
kan geen op zich zelf staand feit blijven, want anders zou
zij op nieuw het overwigt van Engelandover zijne voor
malige kolonie, ten gevolge hebben, en dit resultaat zou
de gevoelens en de belangen van Frankrijk benadeelen.
De Zuidelijke republiek kan geene Engelsche kolonie
worden. Het is Fr ankrijks pligt om vreemd te blijven aan
eene verandering, die de politieke en handelsbelangen tus
schen de Oude en Nieuwe wereld zou kunnen veranderen.
De erkenning van de Zuidelijke Staten door Frankrijk is
een resultaat van den Engelsch-Amerikaanschen oorlog.
In de straat Fidélité te Parijs leeft eene dame S.
met drie dochters.
De heer S. wilde van zijne vrouw van tafel en bed scheiden
en kwam bij haar, hierover te spreken: hij vond daar
ook zijn schoonbroeder. Na een kort gesprek kregen beide
broeders twist, die zoo hevig werd, dat de heer S .zijn mes
trok. Mejufvrouw Camille S. wierp zich tusschen haar
vader en haar oom, en eerstgenoemde was zoo verwoed,
dat hij zijne dochter vier steken toebragt en deze dood
nederstortte. De tweede dochter ijlde toe en ontving ook
onderscheidene steken; ook de schoonbroeder werd ligt ge
wond. Daar er geene personen meer waren, op welke hij
zijn bloed kon koelen, trok hij een pistool uit zijn zak,
en schoot zich dood.
Den 31 Dec., des avonds vijf ure deed zich in de
voorstad Montmartre te Parijs eene vreeselijke ontploffing
hooren. Deze was ontstaan in de reservoirs van het
draagbaar gaz, bestemd voor de verlichting van het Casino
in de rue Cadet. Een der werklieden was juist bezig
zijn maandelijksch onderzoek te verrigten, toen, door eene
onbekende oorzaak, de ontploffing plaats greep; zijn deer
lijk verminkt lijk is. bijna geheel verkoold en onherken
baar, terug gevonden. Het waarschijnlijkst acht men, dat
er meer dan gewoonlijk voorrad van gaz was, omdat er
des avonds concert en heden kinderbal zoude plaats heb
ben. Dit gaz is door een lek in de Casino-zaal ontsnapt
en op de eene of andere wijze ontvlamd, waarna de vlam
men zich, met ongelooflijke snelheid en kracht, verspreid
den door den gang, die in de rue Cadet uitkomt, vanwaar
zij zich verhieven tot op de vijfde verdieping. De slag
was zoo hevig, dat men, op eenen afstand van 500 passen,
meende een plotseling onweder te hooren. Een koffijhuis,
onder de zaal van het Casino, is als het ware vaneen
gesprongen; twee winkels, gelijkvloers, zijn geheel dooreen
geworpen en eene andere gelijkt op niets meer dan eene
ruïnede muur, die laatstgenoemde van het Casino scheidt,
is omgeworpen. Een vrij groot bureau is letterlijk opge
nomen en een geheel eind ver weggeworpen; een aan
grenzende winkel van een banketbakker is ook geheel ver
woest, terwijl de eigenaar en zijne vrouw ernstig gewond
werden. Eene vrouw, die voor de deur stond, viel, als
door den bliksem getroffen, dood neder, terwijl verschil
lende andere personen zware brandwonden bekwamen.
Gelukkig is men er nog spoedig in geslaagd den brand
te blusschen, die dreigde nog grootere verwoesting dan de
uitbarsting zelve aan te rigten. In het geheel zijn 22
personen gewond, waarvan eenige zeer gevaarlijk.
Gedurende de verloopene week hebben te Londen
1148 sterfgevallen en 1523 geboorten plaats gehad.
Te llovigo heeft een te Venetië woonachtig toonkunste
naar een waarschijnlijk tot hiertoe nog niet waargenomen
of bekend muzikaal verschijnsel ontdekt, namelijk een voor-
treffelijken bas, bariton en tenor in één persoon vereenigd.
Terwijl hij op eene reis zijn intrek in een logement te
Rovigo had genomen, hoorde hij plotselijk in het aangren
zende vertrek eene schoone basstem de aria van Silva uit
Ernoni, en terstond daarop het bekendeLo vedrum o
Veglio audace, door den welluidendsten bariton zingen.
Nog in bewondering over den heerlijken bas en bariton
verzonken, hoorde hij een.klaps eene uitstekende hooge
tenorstem in zijn oor klinken, die met evenveel virtuositeit
als kracht de slot-aria uit Lucia di Lammermoor zong. De
in verrukking gebragte meester kon zich niet weêrhouden
het begaafde trio toe te juichen, doch hoe verbaasd stond
hij, toen hij slechts een jongeling in het nevenvertrek ont-
