GRUWELIJKE WRAAKNEMING. STUKKEN GESCHUT AAN HET HOTEL HEH INVALLEREN 'TE PAKIJS. OUDERDOM DER TOONEELSPELERS. en de vertegenwoordiger eener aristocratie, die voorgeeft dat zij bedreigd wordt en zich eene magtige partij wil verzekeren, en ein delijk Abraham Lincoln, de president der Vereenigde Stalen, de volkomen tegenhanger van Jefterson Davis; het hoofd der democratie (in Europeschen zin) vol bedachtzaamheid en moed, toegevend en standvastig, advokaat, koopman, landontginner en boer. Deze drie mannen vertegenwoordigen de drie voornaamste partijen, waarin de bewoners van Noord-Amerika verdeeld zijnde bepaalde abolitio nisten en voorstanders der nieuwere beschaving, de aristocratische planters van het Zuiden en de democratische werklieden van het Noorden. Omtrent Jefterson Davis deelen wij hier het volgende mede: De vader van Jefterson Davis diende gedurende den Amerikaan- schen vrijheidsoorlog bij de ruiterij, en zette zich, na het sluiten van den vrede, als planter in Georgie neder, verhuisde later naar Aen- tuohj en gaf aan zijnen zoon die den 3 Junij 1808 geboren werd, eene uitstekende opvoeding. Nadat hij zijne eerste studiën volbragt had, kwam hij op zijne zestiende jaar als kweekeling op de militaire school te Westpoint, waar hij zijn eersten graad verwierf. Hij werd tot tweeden luitenant benoemd en maakte den veldtogt tegen de op gestane Roodhuiden mede. In 1833 werd hij tot eersten luitenant benoemd. Hij werd bij voortduring aan de grenzen gebruikt, en nam deel aan al de expeditiën, die tegen den thans nog gevreesden stam der Comanchen en Pawnees ondernomen werden. Na zeven jaren gediend te hebben nam hij zijn ontslag en vestigde zicli na den dood zijns vaders op eene plantage in den staat Mississipi. In dien tijd begon hij zijne staatkundige loopbaan. Hij nam zijne plaats aan de zijde der democratie, dat wil zeggen aan de zijde van hen, die het bijzondere onafhankelijke regt van eiken staat verlangen. In 1845 werd hij tot lid van het Congres benoemd, nam deel aan de discussiën over het toltarief, aan de toebereidselen tot den oorlog tegen Mexico, aan de Oregorc kwestie en droeg tevens veel bij tot de organisatie der militie. -Kort daarop brak de oorlog tegen Mexico uit, en Davis werd door het eerste regiment vrijwilligers in den staat Mississipi, met eenparige stemmen tot overste gekozen. Bij Buena Vista en in alle andere gevechten van dien veldtogt, waarop de Noord-Amerikanen zoo trotsch zijn, onderscheidde zich Davis door schitterenden inoeden eene onver stoorbare koelbloedigheid. Om hem voor zijne dappere daden te beloonen, benoemde de president Polk hem tot brigade-generaal zijner vrijwilligers; Jefter son bedankte voor die aanstelling en zijne weigering was niet zonder gewigthij protesteerde daarmede ten gunste der onafhankelijkheid van zijnen Staat tegen het centrale gezag. Hij antwoordde den president, dat de constitutie aan iederen staat op zichzelven, het regt toekende van dergelijke benoemingen. In 1847 werd hij lid van den Senaat en daarna president van het krijgswezen. De partij der democraten (in Amerikaanschen zin) die hem als haar hoofd erkend had, beproefde het, hem tot gou verneur van den staat Mississipi te doen benoemen. Hij verliet voor die candidatuur zijne plaats in den Senaat, doch werd door eene meerderheid van 999 stemmen overwonnen. Na deze nederlaag trad hij voor eenen korteren tijd in het ambtelooze leven terug, doch werd daarop tot secretaris bij het krijgswezen benoemd, in welke betrekking hij allerlei takken van het krijgswezen verbeterde en tot 1857, toen Buchanan president werd, dien post met glans bekleedde. Als chef van het departement van Oorlog, had Jefterson Davis zich eene groote populariteit verworven en bewijzen gegeven van groote bekwaamheid en geestkracht. Op zijn bevel werden vier nieuwe regimenten opgerigt, de kusten onderzocht en versterkt; uit Afrika werden kameelen ingevoerd, waarmede het geschut bespan nen zou worden en, onder voorwendsel van geographie, werd. de militaire topographie van het geheele "Westen voltooid. Uit het bovenstaande ziet men, dat niemand meer geschikt en bevoegd was dan Jefterson Davis, om aan het hoofd der partij van het Zuiden te staan, op het oogenblik toen de scheuring tusschen den Amerikaanschen Bond en het Zuiden uitbarstte. Niemand was er meer op voorbereid dan hij, om de beweging te leiden en, beter bevoegd, om de afscheiding te organiseren, zoo hij dat niet al vooruit gedaan had. De geschiedenis levert menig voorbeeld van de ontzettende uit- tersten, waartoe de wraakzucht, tot haar toppunt opgevoerd, den mensch leiden kan. Een der akeligste, meest ijzingwekkende wraak nemingen vinden wij opgeteekend in het Humoristisch Album. Wij deelen het hier tot afschrikwekkend voorbeeld mede. Bertha van Keulen, om hare schoonheid en krijgshaftigheid beroemd, geraakte in twist met een student, dien zij een Duitscli woordje toediende, dat ongeveer op ons Hollandsche lompert nederkwam. De student, vergat in zijne woede, dat hij tegenover eene vrouw stond en eischte voldoening met de wapens in de vuist. De ama zone nam de uitdaging dadelijk aan. De student had beslistdat het duël met pistolen zou plaats hebben. Op het terrein aangekomenhad hij de galanterie om de amazone het regt te schenken om het eerste schot te doen, zij weigerde. De jongeling legt daarop aan, geeft vuurmaar mist de amazone die nu op hare beurt haar pistool op den student lost, doch even eens zonder hem te treffen. De getuigen verklaarden toen dat genoegzame voldoening was gegeven, waarna de partijen elkander volgens het toenmalig gebruik omhelsden. Het moedig gedrag der amazonehare schoonheid en de kus, dien zij hem zoo even geschonken had, bragten den jon geling het hoofd op hol, zoodat, hij uitriep: Niemand dan gij wordt mijne vrouw!" „Goed!" antwoorde Bertha ik word uwe vrouw; dat is het beste middel om mij op u te wreken!" De batterij artillerie aan het hotel der Invalieden, welke batterie triomphale wordt genoemd, bestaat sedert de stichting van deze militaire inrigting. Zij is thans 18 stukken sterk, namelijk kanonnen, 2 Oostenrijksche, 8 Pruisische, 2 Nederlandsche, 1 Wur- tembergsch, 1 Venetiaanschhouwitsers: 2 Russische: mortieren: 2 Algerijnsche. De eene he!ft der batterij is aan de linker-, de andere helft aan de regterzijde van het gebouw geplaatst, bovendien staan er nog bij iedere halve batterij verdeeld 20 st., namelijk 16 Alge rijnsche, 1 Chineesch1 Cochinchineesch en 2 Eransche. De geschiedenis dezer stukken is als volgt Het eene Oostenrijksche kanon is in 1861 te Weenen gegoten; op het mondstuk is een adelaar, die zich met uitgestrekte vleugels op een dolfijn heeft geworpen welke hij met bek en klaauwen verscheurt. Er staat dit devies bij: „Overwinnen of sterven.,, Het ander Oostenrijksch kanon is in 1580 gegoten. Op 't mond stuk staat een vogel met uitgestrekte vlerken, met dit opschrift „Zoodra mijn gezang door het luchtruim galmt, worden de muren door mij omver geworpen. De 8 Pruissische kanonnen behooren tot de 2333 Russische en Oostenrijksche stukken, die na de overwinning van Austerlitz van Weenen naar Straatsburg zijn overbragt; er waren op bevel van Erederik 1, den 12den en laatsten keurvorst van Brandenburg en den eersten koning van Pruissen, 12 zulke kanonnen gegoten. Ieder stuk was opgedragen aan een der keurvorsten en prijkte met het beeld ten voete uit van den keurvorst. Na den slag van Corlitz werden deze kanonnen in 1757 van Berlijn naar Weenen gevoerd. In 1805 werden zij door bet Fransche leger aldaar gevonden, doch er waren slechts 11. Drie daarvan werden gedurende de blokkade van Straatsburg in 1814 tot geld versmolten. De Nederlandsche kanonnen zijn afkomstig van het beleg der citadel van Antwerpen in 1832. Het Wurtemburgsch kanon is zeer ligt en smaakvol; het is het schoonste stuk geschut, dat bekend is. De lengte is 12 voeten en het mondstuk, dat in den vorm van eene schroef is gegoten is omgeven van eene slang van natuurlijke, grootte. Plet Venetiaansche stuk geschut, is in 1708 te Venetie gegoten, in tegenwoordigheid van den koning van Benemarken-, er is op gegraveerd het wapen der republiek en de St-Markus-leeuw met het gouden boek. De twee Russische houwitsers zijn afkomstig van Sebastopol en dragen de kenteekenen van de fransche kogelsopschriften bevatten zij niet. De Algerijnsche mortieren bevatten het volgende opschrift in het Arabisch: „Gegoten op bevel van Mehemed-Pacha, wien God aUes wat hij onderneemt, vergemakkelijke De zestien Algerijnsche stukken zijn van brons en uitermate groot, deze zijn, op voorstel van maarschalk Glauzel, opperbevel hebber van het Afrikaansche leger en bij besluit van 9 October 1830, als trophée in het hotel der Invalieden geplaatst. De twee stukken van China en Chocinchina herinneren aan de roemrijke overwinningen van het fransche leger bij die expeditie naar die Rijken. De twee fransche kanonnen eindelijk, die van het arsenaal van Peros (Griekenland) afkomstig zijn, werden op bevel des keizers in de plaats gesteld van die welke bij de belegering van Konstantine waren gebruikt. De eerstgenoemde stukken behoorden in 1798 tot de belegeringswerktuigen van den veldtogt in Eggpte, die onder bevel van generaal Bonaparte is volbragt. Bij Akkaron moesten zij, ten gevolge van den verhaasten terugtogt des legers, worden achtergelaten; later zijn zij gebruikt voor een der schepen van het Egyptisch eskader, dat Navarino heeft vernield. De Grieksche regering heeft ze aan Frankrijk teruggeschonken. De kunst der tooneelspelers is in het geheel genomen, niet zeer gunstig voor den langen levensduur. Zij neemt geestelijk en ligcha- melijk de krachten te zeer af. Reeds Iffland zeide in 1787: „Ja, wel gaat alles sneller bij ons ten einde, vreugde en lijden en ook het levenDe tranen, die wij doen storten, het lagchen, dat wij zoo gaarne opwekken, kosten ons een vroegtijdig graf." Intusschen ont breekt het niet aan uitzonderingen in menigte. De oudste tooneel- speler onder allen was gewis Jean Noël, die den 13 Januarij 1829 te Parijs, 118 jaren oud, stierf, en nog in zijn honderdste jaar op trad. Hij had van zijn achttiende jaar de planken betreden. 92 jaren daarop, wel niet met grooten roem, doch evenwel met voort durende geschiktheid gewerkt en 2760 rollen gespeeld. M AEIvTB ERIGTEN. ALKMAAR, 14 April. "Vee. 63 Kalveren f 40 a 70, 24 Schapen f S a 30,12 Varkens 46 a 52 c. per N. p. PURMERENDE, 15 April. Vee. 5 Paarden, 92 Runderen, 58 vette Varkens 44 a 50 e. per Ned. p., 51 mag. dito f]3 a IS, 316 Biggen f4,50 a 6, 96 vette Kalveren 55 a 75 c. per N. p., 12S nuelit. dito f2,50 a 8, 706 Schapen en Lamineren. Kaas 1'22,50 per 50 N. p. Boter f 1,02 en een halve e. a f 1,17 en een halvee, per N. p. Eijeken. K.ppen- f 2,30, Eenden- f 2,40 per honderd stuks. ROTTERDAM, 14 April. Nieuwe Granf.n. Zw. Tarwe 111 a 11,50, rnind. en afw. f 8,75 a 11. Zw. Rogge f7,40 a S,20. Zw. Winter-Garst f4 a 5,50, Zomer-f 4 a 5,25. Lange Zw. Haver fo a 3,50, norte f3,80 a 4,25. Noordbr. Boekweit f 216 a 222. Zw. BI. Erwten f 7,75 a 9,75. Zw. Witte Boonen f9 a 11, Bruine f 10,50 a f 13,75, Paardeb. f7 a 7,75. Zaden. Nieuw Kanariezaad f5,75 a 9,50, jar. f6 a 8, lui. Hennepzaad f275. - Mkekkai' met weinig, Vlas met smeden handel. SCHIEDAM, 15 April. Jenever f 21,Amst. proef f 22.25. Moutwijn f 15.50. LONDEN, 14 April. lieden waren ter VEF.-markt aangevoerd: 8760 Runderen, 23370 Schapen, 151 Kalveren en 280 Varkens. De prijs der Runderen was 4 sh. 6 d., van Schapen 5 sh. 10 d van Kalveren 4 sh. 6 d. en van Varkens 5 sh. 2 d.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche en Nieuwedieper Courant | 1862 | | pagina 3