(BRIEFSGEWIJS MEDEGEDEELD.) DE ONBARMHARTIGE EAGELSCIIMAN. van ileu titer .\lircs in Frankrijk heel'' den vrijgesprokenc, ofschoon de geregts- Icoaten ingevolge de beslissing der regterg, door het rijk zullen worden gedragen toch ruim 200,000 frs. gekost. Generaal Lamoricicrè heeft zieli zeer ongun stig uitgelaten over de romcinselre quaistie, met liet oog op te wachten veref fening der zaken aldaar. Aan de lioogescliool te Leipzig zal een leerstoel voor de paedagogie worden opgerigt. De heer von Beurmaun, een duitsch reiziger, is thans hezig om dc woestijnen van Afrika te bezoeken. Ilij heeft reeds zeer uitvoerige beschrijvingen en astronomische en taalkundige mededcc- lingen, kaarten, enz. verzameld en naar een zijner vrienden in Builschland toegezonden. De regering van het groothertogdom Baden heeft, om de spierkracht en dc vlugheid onder de burgers te bevorderen, eene som O]) hare begrooting uitgetrokken, voor liet ouderwijs in de gymnastiek. De onderwijzers hebben dien wenk der regering verstaan en zijn begonnen zich zooveel mogelijk te oefenen in liet verrigten van allerlei halsbrekende kunsten. Ken gerucht, als zou hare fransche majesteit in belangwekkende omstandigheden verkecren, wordt niet bevestigd. -De cngelsclic maatschappij tot verspreiding des bijbels beeft dezer dagen haar 161 jarig jubilé gevierd. Dezer dagen werd in het graafschap Nipperam een landeigenaar op den publickcn weg vermoord. Bij zonder is het, dat ook dc vorige eigenaar, 15 jaren vroeger, een gelijk lot trof. Te Muhlluatsen Prvisscnis liet verre van vredelievend toegegaan bij de landdags-verkiczingen. Fraai was ook reeds de aanvang, toen dc burgervader bij trommelslag deed vermanen, om toch vooral mannen van de behoudende kleur te kiezen. Met gevoelige bewijzen heeft de vcgeriiigs-partij de over winning op de tegenpartij behaald. Voor het kantongeregt te Amsterdam is een Israëlitisch ouderwijzer gedagvaard, wegens liet geven van onderwijs, zon der het bewijs van bekwaamheid en van goed gedrag te kunnen overleggen. De opening der wereld-tentoonstelling te Londen heeft in tegenwoordigheid van 3U000 toeschouwers plaats gehad. Zes met pistolen en dolken gewapende dieven zijn op het eiland Sicilië in dc woning van een bankier gedrongen; zij knevelden dc geëmployeerden en ledigden dc geldkist, die 800,000 frs. aan geld en papieren inhield. De fransche regering heeft weder troepen en materieel naar het krijgstoonecl in Mexico gezonden. De koninklijke prinsen van Italië zullen eene reis naar Sardinië, Napels, Sicilië, Consianünopel, Syrië en Egypte ondernemen. De Japaneesehc gezanten Také No. Ouchi Schimodzouké No Kami, Matsudaira Iwami No Kami en Kiogotha Noto No Kami zijn in Engeland aangekomen. De Aardbeving vanMendoza. Valparaiso, den 2den Mei 1861. Ten einde u althans eenig teeken van leven van mij te doen toekomen, wil ik u melden, dat ik nog leef en gezond ben, en bovendien plan lieb om Chili te verlaten en mij ditmaal te scheep naar Buenos Ayres te begeven. Eigenlijk biedt het zwaar bezochte en geslagene Mendoza oneindig veel belangwekkends, om mij nog eens weêr aan gene zijde der Cordillera's te lokken; maar ik ben die Cordillera's al zat, en aan hare woedende golven pas eerst met vreeselijk veel moeite en in spanning ontkomen. Ook houdt ik het voor voldoende, als een mensch zich in acht maanden tijds niet minder dan vier malen in hare onherbergzame toppen en spleten aftobt, en vind geene vrij heid, zulks voor de vijfde keer nog eens te beproeven op een tijd stip, dat de thans invallende sneeuwstormen mij alligt weken en maanden lang zouden kunnen ophouden. Juist op dit oogenblik kom ik uit de provincie Faldivia, alwaar ik den overtogt over de Cordillera's wilde beproeven, en vervolgens door Patagonië naar Caïmen dacht te trekken. Jlaar braken de regenstroomen eensklaps los, de bergstroomen groeiden tot water velden aan, de winter had een aanvang genomen, en na verloop van 15 dagen, die ik in morsigheid en regen, onder de op den duur dronken Indianen, jammerlijk moest slijten, moest ik de wijk weêr naar het vlakke land nemen, wilde ik niet daar boven vol strekt afgesneden en genoodzaakt worden, den ganschen winter in dit afschuwelijk verblijf te moeten doorbrengen. En toch had ik er, hoe ellendig ik mij toen ook gevoelde, nog een gelukje bij want, had ik mij, ter volvoering van dit mijn plan, niet naar Faldivia begeven, dan zou mij mogelijk de aard beving van Mendoza het vreeselijkste onheil, dat ooit eenige stad kan treffen, - in zijne thans in puin gestorte muren, waar het uitzigt op ontkoming al uiterst gering was, hebben bereikt. In den beginne sloeg ik aan de eerste, van daar tot ons door- gedrongene geruchten, weinig of geen geloof, omdat zulke dingen, in de eerste oogenblikken, doorgaans grootelijks overdreven plegen te worden. Doeh hier luidden de berigten met iederen post ont- zaggelijker, en had men eerst gemeend, dat er slechts f der be volking was omgekomen, zoo blijkt thans, dat ter naauwernood 1/J.O gedeelte gered is. De schok kan slechts enkele seconden hebben geduurd, doch is in allen gevalle van twee verschillende kanten ge komen, die elkander juist ontmoetten ter plaatse waar de ongeluk kige stad lag. De muren stortten naar alle kanten om en heen, cn begroeven zelfs degenen, die zich op straat bevonden. Natuurlijk ontstond er dadelijk brand, een vast gevolg van dergelijke onheilen, tengevolge waarvan nog honderden van menschen hun dood in dc vlammen vonden. De ruwheid en onmenschelijkheid der Gancho's vertoonde zich ook hier weder in al hare afgrijselijkheid. Het landvolk stroomde bij boopen in de stad, niet om te helpen of te redden, wat zorg en hulp en redding behoefde, maar om te plunderen cn te moorden; en er moeten ongehoorde gruwelen zijn gepleegd. In een zeer groot gebouw bevonden zich een groot aantal jongelieden en onder deze een twintigtal jonge dames van de eerste familiën, op een bal bijeen. Bij het instorten van het huis, dat, even als overal, zonder eenige de minste voorbereidende waarschuwing, plaats greep, brak het gebindte zoo gelukkig, dat zij, die. er zich onder bevonden, er voor het grootste deel door beschut werden. Doch nu ontstond er brand, en nog zouden zij gered hebben kunnen worden, want eene menigte Peons klommen over de puinhoopen heen en hoorden het kermen en weeklagen der ongelukkigen; doch verleenden hun geen hulp, maar riepen hun toe, dat zij geen tijd hadden en gingen, te midden van de hun allerwege omringende ellende en jammer, naar verborgen schatten en buit zoeken. Al die jeugdige, edele spruiten der stad, die zich, eenige minuten geleden, nog van licht en geluk omgeven hadden gezien, verbrandden of stikten onder het half ingevallen dak. dat hen maar liever terstond moest hebben verpletterd. Een dier ongelukkigen werd, na verloop van 16 dagen, nog levend uit gegraven, doch stierf' drie dagen daarna, omdat zijne bekomene kneuzingen vol wormen zaten. Maar het is niet mogelijk, al den jammer te beschrijven, en geen mensehelijke taal, die niet te kort schiet, om van al die ijselijkheden eenig denkbeeld te geven, j Thans is er de orde althans eenigzins weêr hersteld en er zijn eenige roovers door de eindelijk wakker geworden overheid veroor- j deeld om doodgeschoten te worden. Hoe zij zelve echter huisge houden heeft, blijkt onder anderen daaruit, dat de gouverneur, die zich had weten te redden, een troep lieden, die werkelijk in de stad waren gekomen om te redden en wat onder de puinhoopen bedol ven lag, uit te graven, staande hield en tot het bewaken van zijn goed bezigde. Wat lag den heer gouverneur aan die ongelukkigen gelegen, als hij maar wist dat zijne sofa's en stoelen, enz. in veilig heid waren. Ook moet liij de hulp van de nabijliggende stad San- Juan van de hand gewezen hebben, omdat hij geene ondersteuning van rebellen wilde aannemen. Had hij het regt, om dit op zulk een tijdstip van ellende en nood te weigeren In allen gevalle is die aardbeving de vreeselijkste geweest, waar ooit of immer eene arme stad meê bezocht is gewordenwant de razende spoed, waar zij meê naderde, maakte alle vlugt of redding bijna onmogelijk. Alleen zij, die zich bij toeval buiten bet bereik der instortende muren bevonden, zijn ongekwetst gebleven. Al liet overige is onder de puinhoopen begraven geworden, en geheele ge zinnen en geslachten zijn door dien eenen slag met wortel en tak uitgeroeid. Gelukkig nog zij, die in één oogenblik den dood von den, en niet misschien eerst na vele dagen van langdurig en name loos lijden, onder het puin moesten omkomen! IVelk eene smart, bovendien, voor de weinigen, die deze ramp overleefden, in wanhoop naar hunne onder het puin bedolven dierbaren te moeten zoeken en het daarbij voor hunne oogen te aanschouwen, hoe de honden in hunne onmiddelijke nabijheid aan de verminkte en reeds ter ontbin ding overgegane lijken knaagden! Geen wonder, dat er een aantal krankzinnig van werden! Eigenlijk moest men nu geloovcn, dat, na zulk een catastrophe, op alle Zuid-Amerikaansche staten een inderdaad panische schrik gevallen zou zijn; want zoo spoedig heeft het verderf nog nooit eenen door menschen bewoonden plek bereiktzoo radikaal is binnen weinige sekonden nog nooit eene door mensehelijke vlijt daargestelde plaats met den grond gelijk geslecht en in zekeren zin van de aarde verdwenen. Eén enkele troost hebben zij evenwel, dat namelijk in weinig andere steden een even sterke aardbeving zulke vreeselijke gevolgen zou hebben, als in Mendoza, daar hier de uit ongebrande baksteenen opgetrokken huizen zeer dikke muren hadden, en in vrij naauwe straten digt op elkander gepakt stonden. Bovendien, kunnen er ook eeuwen en eeuwen verloopen, eer zulk een schok met zulk een kracht juist weêr de plek treft, waar eene stad ligt. Wie denkt er ook in de verste verte aan, dat hem iets dergelijks zou kunnen treffen De aardbeving had nu juist in Mendoza plaats: men beklaagt de menschen, helpt hen zoo veel als men kan, en daar is de zaak meê afgedaan. Noeme men het nu zorgeloosheid of vertrouwen op God, de zaak blijft dezelfde, en liet menschelijk hart koestert tocli, na eiken schok, die het ondergaat, met blijden zin het vrolijke plantje der hoop, en klopt rustig voort. In Falparaiso heeft, men den schok ins gelijks gevoeld, maar slechts zeer ligt, en in Faldivia in het geheel niet. Doch genoeg voor ditmaal. Binnen veertien dagen bevind ik mij weêr op zee, om naar den Atlantischen Oceaan te stevenen, en onderweg zal ik wel tijd genoeg hebben om u uitvoeriger berigten nopens mijn leven en lotgevallen mede tc deelen. Zijt voor het tegenwoordige hartelijk gegroet van Uw toegenegene F. G. Ten bewijze tot welke afgrijselijke wreedaardigheid de mensch jegens dieren in staat is, moge het volgende strekken. Mr. Gordon Cumming, een hartstogtelijk liefhebber van de oli- i fanten-jagt in de koloniën, hield zich met de vervolging van een i door zijne kogels in het schouderblad gewonden olifant onledig. Het dier hinkte langzaam, en met moeite naar een boom, waar het weer- loos tegen aan ging staan leunen, terwijl de jager op een kleine af stand zeer bedaard vuur aanleidde, om zijne koffij te koken, en het lijden van den gewonden olifant op zijn uiterste gemak na te gaan. Na het dier aldus een tijd lang bekeken, en mij van dcszelfs weer loosheid ten volle overtuigd te hebben-- verhaalt hij zelve, besloot ik, proeren nopens de kwetsbaarheid der verschillende deelen van zijn kolossaal ligchaam le nemen, cn schoot tot. dat einde op een kleinen afstand onderscheidene kogels op hem af. De olifant ont ving mijne kogels, zonder het, minste of geringste geluid tc geven. Niets dan eene krampachtige beweging van zijn snuit, waar hij elke nieuwe wond meê aanroerde, dat mij deed blijken dat ik hem goed getroffen had. Eindelijk bevindende, dat ik langs dien weg tot geene afdoende uitkomsten geraakte, besloot ik den dood van het dier zooveel mogelijk te bespoedigen. Derhalve wendde ik mij links, en nam zijn schouderblad tot mikpunt, waar ik achtereen volgends zes schoten met mijn engelsch geweer met dubbelen loop op losttc, waarna ik mijne duitsche buks ten hand nam. Na dit wapen weder zesmaal op den olifant afgedrukt te hebben, zag ik hoe uit zijne oogen, die hij langzaam opende en sloot, groote tranen droppelden. Vervolgens begon het kolossale gevaarte over zijn geheele ligchaam te beven, en viel eindelijk overzij - eene minuut later was het dier dood." Als men bedenkt, dat den heer C. door middel van één enkelen kogel een oogenblikkelijk eind aan het lijden van den olifant zon hebben kunnen tnaken, dan weet men ter naauwernood wat voor ergerlijker te houden, de daad zelve, of het welgevallen, waarmede hij haar verhaald heeft.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche en Nieuwedieper Courant | 1862 | | pagina 3