BUITENLAND. kring des vaderlands is, en dat dus de mensch, die zich niet verder dan in den kring van den engen bodem zijns lands beweegt, eene eenzijdige rigting zal blijven behouden. Intussclien hopen en wenschen wij, dat dit werkelijk het gevolg der reizen van het Japansche gezantschap zij, dat er werkelijk een nieuw leven, eene nieuwe handels-ontwikkeling in Japan door be vorderd worde. Want deze vereerende reis is voor de Europesche staten, welke het gezantschap bezoekt, nog al tamelijk kostbaar. Men zal dit ligtelijk kunnen opmaken, wanneer men verneemt, dat dit gezantschap te Parijs dagelijks ongeveer 50,000 francs aan de Fransche regering heeft gekost en dat het bij gevolg ook voor Nederland een kostbare gast zal zijn, vooral daar liet uit 35 ii 30 personen is zamengesteld, van welke de hoofdpersonen en namen zijn: Takeno Usti Sitno Ské Mo Kami (dat wil zeggende heer Take- noutski, vorst van Simodské), als Sjösi of eerste ambassadeur; Matsu Daïro Ivamiwo Kami (dat wil zeggen: de heer Mutsaduira, vorst van Iwami) als Eusti of tweede ambassadeurSibota Tsiok Tarö, als Kumi Kasvia of hoofd van den stoetTli Toka Isan Ito, als Kan-Dsjö of financier; -den heer Kyo-Kok, vorst van Moto, als Medské of toeziener of dwarskijker; Takatu- Ki Tarö, als To Medské of adjunct-dwarskijker; Medsusina GatanoOkasaki Sayemon, beide Teö-Yak of secretarissen Nobekosari Siro, als Tu-Tin-Yak of ingenieur; Kanda Tomo Suki; More Hötsi Tarö, beide als Dsjö-Yak of bepalende amb tenaren; Saitö, als Dö-Sin of attaché; TakuMatsu Soran; Jamada Hötsi Ra, beiden ols Seö Sin Metské of opzigters der ondergeschikten; Tukudsi; Minamoto; -Tsi Rö, alle drie Tsu-Si of tolken; 2 TIon-Yak Kata of vertalers, die tevens Kanete-Fsi of artsen zijn. 2 I-si of geneesheeren, 7 bedienden, 4 adsistcnten van ambtenaren en 3 opzigters voor de geschenken. Het gezantschap zal niet alleen de voornaamste steden en havens van Zuid- en Noord-IIolland, maar onder anderen ook Zee/and bezoeken. Te Zier ik zee zal het komen om de St. Janskerk te bezigtigen. De Tweede Kamer der Staten-Genei'aal is tot her vatting harer werkzaamheden bijeengeroepen tegen Dingsdag den 17 dezer, 's namiddags ten 2 ure. Het bij de Tweede Kamer der Staten-Generaal aan hangig wetsontwerp tot regeling der pensioenen van de Protestantsehe predikanten en hunne weduwen, is gegrond op het beginsel, dat eene aanzienlijke, zoowel kerkelijke als burgerlijke gemeente grootere behoeften medebrengt dan eene minder aanzienlijke. Volgens dit beginsel zijn de kerkelijke gemeenten verdeeld in G klassen, waar het pensioen op klimt van ƒ800 tot ƒ1800, en dat der weduwen van ƒ150 tot f 400. De gemeente Helder is, nevens Alkmaar en Hoorn, geplaatst in de 4de klasse. Het ontwerp van wet tot regeling van het Middelbaar Onderwijs, dezer dagen bij de Tweede Kamer ingezonden, bevat o. a. de bepaling, dat in elke gemeente, waar de bevolking tien duizend zielen te boven gaat, door het gemeente-bestuur minstens ééne openbare burgerschool, dag en avondschool behoort te worden opgerigt, die aan ééne openbare lagere school kan verbonden zijn. Ingeval echter door eene burger-avondschool genoegzaam in de behoefte der gemeente wordt voorzien, kan ontheffing worden ver leend van de verpligting tot het oprigten eener burger dagschool. In de memorie van toelichting tot dit ontwerp wordt door de regering gezegd, dat de kosten voor het Kijk wegens subsidiën aan middelbare scholen, volgens deze wet, ruim 200,000 zullen beloopen. De regering erkent het bezwaar, om zooveel geld uit te geven aan eene zaak, waartoe tot heden nagenoeg niets werd besteed; maar ver trouwt, dat de vertegenwoordiging even al zij wel zal doordrongen zijn van de noodzakelijkheid om voor de op leiding en ontwikkeling van die burgerij, die het hoofd bestanddeel der hedendaagsche maatschappij uitmaakt, op afdoende wijze te zorgen. De vooruitgang in algemeene beschaving, in nijverheid, landbouw en handel, welke het gevolg moet zijn van een wclbestuurd organisme van intel lectuele en materiele hulpmiddelen, is de uitgaven, die de staat zich in de eerste jaren daarvoor zal dienen op te leggen, wel waard. Een hoogst belangrijk verslag is door de commissie, belast met het onderzoek van de stukken door den vorigen minister van Koloniën bij de Tweede Kamer ingezonden, betrekkelijk de opgaven der indische finantiën, van den engelschen schrijver J. W. B. Money, in zijn werk, geti teld: «Java, or how to manage a colony." De stukken, die door deze commissie zijn onderzocht, betreffen1°. de han delingen dor indische autoriteiten, die zich verantwoorden wegens het verstrekken van opgaven aan den heer Money; 2°. afschriften der opgaven aan hem medegeelden 3°. ver schillende opgaven, betreffende het indische finantiewezen gedurende het tijdperk van 1817 tot 1857. De commissie stelt voor, haar verslag, met verzoek om inlichtingen over velerlei verschillen in opgaven der cijfers, te zenden aan den minister van Koloniën. Het oordeel over de houding der indische autoriteiten is in het verslag niet gunstig. Het wordt betreurd, dat de bronnen der finantiële geschiedenis van Indie steeds zoo weinig aan de volksvertegenwoordiging waren bekend, en nu voor het eerst aan den Britschcn consul op Java zijn geopend, terwijl de vertegenwoordiging vruchteloos trachtte meerdere bijzonderheden daaromtrent te vernemen. Van de leden der Tweede Kamer van de Staten- Gcncraal moesten in den loop van dit jaar 36 als zoodanig aftreden, en moest in ééne buitengewone vacature worden voorzien. Van genoemde 36 leden zijn 27 herkozen. Bij besluit van 12 dezer, heeft Z. M. goedgevonden aan den heer Mr. J. A. Jolles, op zijn verzoek, met ingang van 1 Jri 1 ij a. s. een eervol ontslag te verleenen als minister voor de zaken der Hervormde en andere Eerediensten, behalve die der Eoomsch-Katholieken, onder dankzegging voor de in die betrekking bewezene diensten en behoudens zijne aanspraak op pensioen. De veehouder W. Korver, wonende in de Bijlmer, gemeente Weesperkarspel, liet een paard, hetwelk een veulen had, uit het land halen en bij hem op stal zetten. Het veulen volgde niet onmiddelijk Zoodra het paard in den stal kwam, zag het naar zijn veulen om en dit niet ont warende, sloeg het achteruit en trof den knecht van den veehouder, zoo geweldig tegen den buik, dat hij dadelijk dood ter aarde stortte. Uit 's Gravenhage meldt men aan de Utr. Ct. van 11 Junij: Ten opzigte van de toebereidselen, die hier tot de fees telijke ontvangst van het Japansch gezantschap worden gemaakt, deel ik u nog het volgende medeAan den commandant van Zr. Ms. stoomschip Ardjoeno te Londen is last gegeven, om op het oogenblik, dat gemeld schip van daar vertrekt, zulks aan het ministerie van Marine over te seinen, ten einde in tijds bevelen kunnen worden gegeven aan het bat. van het 4de reg. te Gouda, om zich naar Rotterdam op marsch te begeven. Aan het station zal het gezantschap door de verschillende civiele en mili taire autoriteiten worden ontvangen. De 4 bataljons gre nadiers en jagers zullen en haie gerangeerd staan langs den weg, dien de stoet zal nemen, benevens twee escadrons dragonders op het Huijgenspleineen escadron zal den stoet voorafgaan en sluiten. Het gezantschap zal in draf de stad doortrekken en zich naar het logement begeven, alwaar het muziekcorps der grenadiers tweemalen daags muziekstukken zal uitvoeren.'' Den 10 dezer was op de weekmarkt to Zalt-Bommel de toevoer van oude en nieuwe aardappelen zoodanig, dat de laatsten, die allerwegen uitmuntend staan, voor 25 cent de vijf kop verkocht werden. Te Bergen op Zoom heeft men eene nieuwe oproeping gedaan van sollicitanten, naar de vacante betrekking van hoofdonderwijzer der openbare school voor uitgebreid lager onderwijs. Tengevolge der eerste oproeping waren twee aspiranten opgekomen, die, naar het oordeel van den school opziener, de vereischte kundigheden bezaten. Ook op voor stel der plaatselijke schoolcommissie en ten gevolge van een ingediend adres van een 40tal ouders en voogden van leerlingen, besliste echter de raad, dat er weder eene nieuwe oproeping zal plaats hebben. Te Heinkenszand schijnt het verouderde katknuppelen nog tot de volksspelen behooren. Dezer dagen gaf dit barbaarsche en gevaarlijke spel aldaar tot een bedroevend ongeluk aanleiding. Iemand, die zich toevallig voor den speler of werper bevond, werd namelijk zoodanig door den knuppel getroffen, dat hij den volgenden dag aan de gevol gen is overleden. In den avond van 10 dezer zag men te Aardenburg, in het zuid-westen, zeer nabij, een luchtbol zweven. Daar de ballon den grond naderde, nabij eene plaats, waar juist eene verkooping gehouden werd, liepen eene menigte menschen dezen te gemoet. Ook van St. Kruis verzamelde zich een aantal licdi n, die zich ter plaats der nederdaling, een kreupelbosch onder St. Kruis, met de Aardenburgers vereenigden. De ballon bleef in dat bosch, met de dreg vast zitten, waarna men er zich meester van maakte. Men vond in de afhangende mand een lakensche jas, een hoed, een flesch champagne en eenige schrifturen, zoodat het vermoeden bestaat, dat hiermede welligt een menschenle- ven is verloren gegaan. Tot schande der menigte moeten wij vermelden, dat de ballon in weinige oogcnblikken gesloopt en verdeeld was. Men gist dat hij van Antwerpen afkomstig zal zijn. Nog altijd blijft het gerucht aanhouden van een congres der mogendheden, betrekkelijk de hangende europesche vraagstukken, waarvan wij reeds in ons vorig nomrner hebben gewag gemaakt. Ofschoon omtrent de zekerheid van dit berigt nog niets is beslist, en hoezeer men niet zonder reden aan de waarschijnlijkheid van een gunstigen

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche en Nieuwedieper Courant | 1862 | | pagina 2