MARKTBERIGTEN. Jenever 1' 19,25; Amst. proef f 20.50. Morrwux f 13.75. cargalijst. burgten, dorpen en mensclien opgevuld, die men iu zoovele van haar werken terugvindt. Na ccnigc jaren oponthoud in ecu klooster, waar zij een weinig ingetoomd moest worden, iets dat evenwel niet gelukte, kwam zij weer op lïohaut terug, ten einde lniar grootmoeder de oogeu digt te drukken. Vervol gens werd zij, naauwelijks zestien jaar oud zijnde, aan zeker kapitein uitgehu welijkt, die geen markies noch edelman, ja in het geheel niet eens van ge boorte was, maar daarentegen ecu koud egoïst, die tot aan de ooren toe vol schulden zat, en dien het vermogen van zijne vrouw en haar kasteel vrij wat meer waard was, dan zij zelve, die niet met schoonheid, maar met geest en een naar liefde dorstend hart kon prijken. Lansnc, in de roman „Valeutine," houdt men bepaald voor cene kopij van den heer Dudevant, die dan ook vol strekt zoo handelde als gene. Toen zijne vrouw' hem haar leedgevoel daarom trent te kennen gaf, lachte hij haar uit; toen zij ongelukkig was, zocht hij zijn genot en genoegen elders; toen zij van hem scheidde, had hij er niets tegen, mits zij hem het kasteel en haar vermogen slechts wilde laten. Ilij gaf haar jaarlijks 1200 francs, waarmede Aurora Dudevant met hare twee kinderen op een bovenhuis te Parijs zich sol>er geneerde, totdat zij, van haar dertigste jaar af aan, door haar schrijven geld en roem verwierf. De nood had haar, gelijk zoo menigeen, tot schrijfster gemaakt. Zij maakte een begin met den „Figaro." Hcnri de Latoucre, destijds redacteur van den veel vermogenden „Figaro," zelve een talentvol dichter en die, als mentor der letterkundige jeugd, hooge verdienste bezat, leidde de jeugdige verlatene vrouw, die toeu 27 jaar oud was, de letterkundige loophaan binnen. Deze omstandig heid is niet algemeen hekend, en evenmin,' dat de eerste pogingen, die zij alleen deed, ter naauwernood het middelmatige konden hereiken. Eerst met behulp van Jules Sandcau, begon de jonge vrouw, wier inwendig leed en nog sluimerend gevoel nog niet naar een helder doel streefden, zich aan hare noodzakelijk geworden letterkundige loophaan te gewennen. Sandeau was haar vriend, 0111 niet te zeggen haar minnaar: hij vergezelde haar op hare wandelingen, trachtte haar lot te verbeteren eu leende haar zijne pen voor haar talent. Aurora Dudevant bekende naderhand, dat zij hom niet bemind, maal ais vriend achting toegedragen had. Ook gedroeg zij zich hoogst ondankbaar jegens hem, daar zij zich van hem scheidde, toen zij op het hoogste toppunt van roem stond, waar hij haar den weg toe gewezen en hij de hand heengeleid had. Hoe dit ook zijn moge, zij schreef met Jules Sandeau te zaïnen de roman „Pose en Blanche," die in 1832 voor 't eerst uitkwam en de heide schrijvers, niet zonder veel moeite, 100 francs van den uitgever opleverde. Die roman droeg den naam van Georgc Sand als schrijver; welken naam mevrouw Dudevant van nu af aannam en die haar een glans deed verwerven, waardoor de luister van deszelfs oorspronkelijke bezitter, Jules Sandeau, ten eenenmale verduisterd werd. In spijt van den geringen bijval, die de „Kose en Blanche" vond, wist La- touclie haar toch te bewegen, haaf arbeid als schrijfster voort te zetten. Gcorge Sand schreef vervolgens de roman „Indiana," die het eerst in de Bevue des deux Mondes van 1832 verscheen. Die „Indiana" maakte Gcorge Sand beroemd. Nog meer bijna vervulde haar naam de letterkundige en gezellige kringen, wegens het proces, dat zij tegen haar echtgenoot voerde, welk proces, uit een maatschappelijk oogpunt beschouwd, genoegzaam van denzelfden aard was, als dat der Beaumarchai's tegen de parlementsraad Götzmann in een staatkundigen zin. Achter Beauniarchai's, even als achter mevrouw Dudevant, verschool zich een groot beginsel. Men bedenke slechts, dat, ten tijde toen die ongelukkige en bovendien geestrijke vrouw van haar onwaardigen gemaal haar vermogen terug eischte, de maatschappelijke kringen, de letterkunde en met name de geheele vrouwen-wereld met Simonistische leerstellingen, met emancipatie- begrippen en de denkbeelden van eene hervorming der burgerlijke maatschappij en inzonderheid van den echt, letterlijk opgevuld was. Paus Enfantin spookte hun nog in de hoofden, het Siinonisme predikte zijne theoricn, de vrouw en hare positie maakten de onderwerpen van diepe, maatschappelijke navor- scliingen uit, allerwege ontstonden er emancipatie—clubs, het jeugdige Duitseh- laud, Gatzow's „WaUy," de „Madonna" van Mundt, de schriften van een Weinlmrg, Laube en Kühne verspreidden hunne plcidooijen voor dezelfde stellingen en jaagden zelfs den Duitschen Bondsdag in Frankfort vrees aan. En nu trad daar ecuc vrouw op, eene schrijfster, die al die theoriën verwe zenlijkte en in praktijk ging brengen, 0111 het regt der vrouw tegen de gewaande overmagt des mans moedig te verdedigen. George Sand won haar proces en de maatschappij kwam daardoor in rust. Zij werd wettig gescheiden, kreeg haar vermogen eu liet kasteel, dat haar als erfgoed toegewezen was, terug en keerde nu van haar kant aan haar voormaligen echtgenoot een jaargeld uit. Zoo ging zij dan nu weer Rohaut als eigenares betrekken. Als eene vlug- tende eclitgenoote had zij 't verlaten, als eene aan zegepralen rijke vrouw, als eene hoog gevierde schrijfster, wier romans, in geheel Europa, verbazing en bewondering wekten en haar in waarheid bij levenden lijve tot eene mythe maakte, betrad zij 't weêr. George Sand! dat was het kort begrip van eene kloekmoedige vrouw geworden, die zich tegen de maatschappelijke wetten ver zet, de maatschappelijke zeden en gebruiken veracht en het ideaal van eene geëmancipeerde vrouw vertoond had. Wat werd cr niet al van haar verteld. Zij reed, zij schermde, zij schoot met pistolen als een kapitein van de genie; zij was te Parijs op de boulevards gaan wandelen, waar zij den blaauwcn rook van cene cigarette de dames, stout onder den neus blies; arm aan arm met hare vrienden flanerende, klapte zij met hare rijzweep lastig in 't ronde, lachte overluid, gedroeg zich zoo fier als een luitenant, van de pruissische lijfgarde en was uitgelaten in alles, met één woord, eene soort van abnorma liteit een vrouwelijk monster! Honderden van ancedotcs verhaalde men van haar, om die dolle vrouw te doen kennen en het phantastische van dat zeldzame genie aanschouwelijk voor te stellen. Muizen werden olifanten en leugen, laster, babbelzucht en het vermaak des mcusehen, om het zeldzame nog zeldzamer te maken, deden ten laatste een Gcorge Sand te voorschijn treden, die volstrekt niet bestond, die eene fabel was. Te Parijs, het schandaal minnend Parijs, bewees men formele aanbidding aan het romantiseren der beroemde schrijfster, terwijl het buitenland, dat voorbeeld gereedelijk navolgende, de Parijsehc kramerij nog tot een lomp fabriek-artikel deed verkeeren. Verwonderen kan men zich daar wel niet over; want over schrijvers en menschen van eenige hetcekenis velt men gemeenlijk meestal een oordcel naar liet zoogenaamd hooren zeggen. Men heeft geen tijd en is ook te traag, om zich nopens personen en zaken, die ons zulk eene warme belangstelling inboezemen, grondige narigten te ver schaffen. Als er maar eene uiterlijke aannemelijke lezing gevonden wordt, stelt men zich tevreden, en is er al iemand, die het soms heter mogt weten, die geeft zich de moeite niet, het publiek van de eenmaal post gevatte en gelief koosde dwalingen te verlossen. Zoo hield Georgc Sand de pamflet— en levensbeschrijving duchtig aan den gang. Overal ging zij voor een phantastisch wezen cn, nog erger dan Bettina voor eene man-vrouw door, die de nieuwsgierigste vervolgzucht gaande maakte. Geen middel hoegenaamd achtte de onbescheidenheid te slecht, om, al waar 't slechts voor eeu enkel oogenhlik, in hare nabijheid te komen. Tot verklee- dingen en vermommingen van allerlei aard nam men soms de toevlugt, en zell's drong zich eens iemand, die 't niet laten kon, als schoorsteenveger hij haar in. Daar nu evenwel de slotvrouw van Koliaut geenerlei lust had, oui zich, even als eene miss Pastra, nu aan allerhande, alles verdragende Eugel- sehen, schrijvende touristen en wijsneuzen te presenteren, trok zij zich fu den kring van eenige vertrouwde vrienden terug eu was 't alles behalve gemakke lijk, 0111 als vreemdeling, zonder goede aanbeveling, toegang tot haar te krijgen. Het indringende der nieuwsgierigen werd haar al te erg en dan ook somwijlen door mystificatie gevolgd. Zoo werd b. v. een advokaat, die, ten koste van alles, kennis met George Sand wilde maken, aan hare kamenier voorgesteld, terwijl moeder en dochter, die zich in eene alkovc verscholen hadden, dat komieke quiproquo mede aanzagen. De advokaat sprak ecuigc dagen later met verrukking van zijn geestvol onderhoud met de beroemde schrijfster en had zich bijna een duel op den hals gehaald, dooi' zijn ipijt te kennen te neven, dat zij geene tanden meer had. Bij eene andere gelegenheid, trok haar zoon r\laurits de kleederen van zijne moeder aan cïi wandelde voorhij eene reizende familie van Engelsehen, die op het terras van een naburig logement, de eige naresse van het kasteel ltuliaut bespiedden. Uit dit een en ander volgt derhalve natuurlijk, dat men van de levenswijze van George Sand de zonderlingste ver halen hooide en las. E11 hoe geheel anders, ja hoe veel minder belangwekkend, is liet origineel in vergelijking met het portret, dat men van haar ontworpen heeftIk herinner mij nog zeer goed, dat ik haar nut eene fiksche en «él gelijkende beeldtenis een bezoek bragt eu dat amazonen-beeld, dat portret van een overspannen wezen, volstrekt geene gelijkenis in niets hoegenaamd met het origineel had. George Sand vertoonde zich aan mijn oog als eene eenvoudige, burgerlijke huisvrouw. Al wat aan en 0111 haar heen «as, «as eenvoudig eu ongekunsteld eu getuigde van eeu goeden smaak. Zij bleef, ook onder het gesprek, dat toch door zes a zeven personen vrij levendig gevoerd werd, ijverig voort naaijen en vertelde met vriendelijke onbevangenheid, dat zij met hare dochter, die «ij ook eens te zien kregen, de costumes voor haar klein slottooneel zelve vervaardigden; „dat behoort tot mijn levensgenot," zeidc zij. Zij had namelijk liefhebberij 0111 hare eigene stukken, die op het tooueel «einig ol' geen opgang gemaakt hadden, met de boeren van liet dorpje, «aar zij vrouw van was, gezamenlijk op te voeren. Dat maakt haar privaat genoegen uit en dient te gelijker tijd tot toets van het stuk zelve, dat op geen tooueel werd opgevoerd, voor en aleer 't op Bohaut afgespeeld «as. Zoo was de eerste eu daarop volgende indruk geheel en al vrouwelijk. Iemand anders vond haar desgelijks ijverig bezig aan liet knippen van eeu kleedje en kreeg, toeu hij dit met verwondering aankeek, leu antwoord: noui, c'esl mol, cela vous étonne? (ja, dat ben ik, verwondert u dat.rj." Ik geloof inderdaad, dat die schrijfster heter huishoudster was, dan zoovele andereu, die zich tot niets anders geroepen gevoelen, of iu staat zijn. En niet alleen dat zij naait, of breit en borduurt, zij kookt ook zelve soms, legt confituren in en zet, als niet een van hare vriendinnen haar dat werk uit de handen neemt, uitmun tende koffij. Doorgaands legt zij haar vrienden het opschenken op; van lainenuais en Alfred de Muset is dit bepaald zeker, en Frans Eiszt en Chopin, die hare vrienden waren, zullen dit werk even goed hebben moeten vemgten. Dat zij als slotvoogdes niet minder hare verdiensten had, kon men in liet dorp, dat tot hare bezittingen behoort, al vernemen, waar zij door allen als eene moeder vereerd wordt. Ook grenst hare weldadigheid aan het overdrevcne. Op hare goederen heeft zij de land- en tninboun- tot zulk een hoogen bloei gebragt, als zij daar iu hare socialistische romans als over de uitwerkselen der nieuwe leerstellingen over spreekt. Bedelaars ol' armoede zijn hier volstrekt onbekend en niemand, geene dienstmeid zelfs, wier naam zij niet weet, en die zich niet als een lid van haar gezin beschouwt. Geen bruiloft wordt cr gevierd, voor en aleer zij zichop het kasteel bevindt, en als zij op Bohaut is, vindt er geene doopplcgtigheid of begrafenis plaats, die zij niet bijwoont. Even als van haar wezen, zoo bestaan er ook geheel verkeerde voorstellingen van haar persoon. Er is niets phantastisch noch literarisch aan haar: inte gendeel maakt haar physionomie zulk een eenvoudigen indruk, dat men er zieh, als in 't geheel geen grooten geest verradende, over moet verbazén. Voor cene geniale schrijfster, eene vrouw vol van de schoonste en dichter- lijkste phantasiën, zou men haar volstrekt niet aanzienhaar gelaat toch tcekent zoo goedaardig burgerlijk, zoo onuoozel zelfs, dat men haar meermalen gezegd heeft, dat zij veel van een schaap had, waar zij zelve den mecsten pret over plagt te hebben. Zij heeft iu 't geheel niets, dat men imposant zou kunnen noemen, dat moet men, bij het eerste zien, onpartijdig erkennen. Van middel matige lengte is zij, en geheel tegen alle regelen der dichterlijke kunst aan vrij zwaarlijvig. Haar gitzwart, eenvoudig glad gestreken en gescheiden haar, geeft aan haar hoofd even weinig geniale uitdrukking. Haar neus is groot en -stevig en bijna misstaande in een gelaat, welks fijne, zachte lijnen van eene oneindige zachtzinnigheid en goedaardigheid getuigen. Ook heeft haar mond dezelfde mannelijke uitdrukking als haar neus, terwijl hare.kin.en lippen aan een ecuigzins zinnelijken inborst doen denken. Maar het iraaije, gladde, hoogc voorhoofd, dat dit ronde gelaat als met een gewelf overdekt, brengt den kenner op het denkbeeld, dat zieh daar een bovenmate grocte speling van denkbeelden achter kon verschuilen, zonder dat er haar gelaat het geringste van verraadt. Zoo ook haar blik, die zich zoo zacht "als ernstig ïu'Iiaar Tijii- besneden oog vertoonter spreekt als het ware eene melankolicke trilline, die uit een diepen grond moet zijn opgedaagd c-11 een melankoliek gemoed uit. Welk eene dichterlijke weelde huist daar niet iu en hoe menigwerf is dit niet aan zulke hoog begaafde naturen, als bronwel van haar geest, maar al te eigen! (Vervolg en slot hierna.) ALKMAAR, 27 October. Ter Veemarkt zijn aangevoerd: 8 Koeijen f130 a 150, 69 Kalveren f 20 a f70, 270 Schapen flü a 25, 26 Varkens 40 a 48 c. per N. p. PÜRMEEENDE, 28 October. Aangevoerd: 211 Bunderen, handel flaauw, 9 Paarden. 89 vette Kalveren, prijs la'gcr 55 a 75 c. per N. p., handel minder \lug. 68 nuchtere dito, f9 a f20 per stuk, vlugge handel. 1S1 vette Varkens, 40 a 46 c. per X. p., de handel redelijk vlug. 47 magere dito, f 10 a 16 én 3S7 Biggen, f3 a 6 per- stuk, stug-go handel. S74 Schapen en Lammeren, handel iets vlugger. Kip- Eijercn, f3,60 Eeud-Eijercn f3,20 per 100 stuks. Boter f 1,075 a 1,20 per N. p. Kaas, aangevoerd 146 stapels Kleine eu 11 stapels Middelbare, hoogste markt Kleine f 27, 2 stapels f 27,25, Middelbare f 28,75 per 50 N. p. BOTTERDAM, 27 October. De aanvoer van Granen was heden niet groot. Nieuwe eu jar. Zw. Tarwe tot 30 c. lager moeijelijk te plaatsen; beste f 10.40 a 10.75, mind. f S.75 a 10: beste jar. fll a 11.40, mind. f9 a 10 40, 128 a 129 p. n. Bovenl. f330, 129 a 130 p. n. Klec-fs. f340, 125 a 126 p. witb. Pools, f355, 129 a 130 p. n. Bovenl. f333 a 335. N. Z«-, Kogge 10 c. lager, f6.70 a 7.20, 150 half p. Koningsh. f 2-28 a 229, 150 half p. Dautz. f22S, 14S half p. Taganrog f220. N. Zw. Garst, Haver en Paardeb. zonder verandering. Winter-Garst f 4.50 a 6. Zomer dito f4.40 a 5.73. Lange Haver f3 a 3.40, korte dito f3.75 a 4.25. Paardeb. f6.75 a 7.25. Boekweit onveranderd; Xoordbr. f175 a 185. N. Zw. lel. Blaauwe Erwten als voren f 7 a 8.50, gr. en Schokkers f9 a 12. N. Zw. Vitte en Bruine Boonen 25 c. lager; Witte f7.75 a 9.25, Bruine f8 a 9.25. N. Kanariezaad als voren f 10.75 a 11.25, jar. naar kwal. fö a 10. Koolzaad, Overm. f77.50 a 78, Zeeuwseh f73. Meekrap tot circa vorige prijzen. SCHIEDAM, 2S October. LONDEN, 27 October. Heden waren ter Vef.—markt aangevoerd: 6240 Runderen, 23290 Schapen, 178 Kalveren en 330 Varkens: De prijs der Runderen was 4 sh. 10 d., van Schapen 5 sh. 6 d., van Kalveren 0 sh. 2 d. cn van Varkens 4 sh. S d. De prijzen der laatste markt waren Runderen 4 sh. 10 d., Schapen 5 sh. 4 d., Kalveren 0 sh. 0 d. cn Varkens 4 sh. 8 d. Aangekomen van 2220 October ter losplaats HELDER om aldaar te lossen de volgende schepen, gekomen van: SUNDERLAND. Mattliew Ann, J. "Wilsou. 100 chaldrons Steenkolen. W. Hoven, te Delft. SUNDERLAND. Captain, J. Lamb. 5213 mud Maafkolcn. Wnrfbrin A tc Amst.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche en Nieuwedieper Courant | 1862 | | pagina 3