M.m.
ht
BINNENLAND.
D O I» i: K D A I» .1 IJ V IJ
1BU5.
EN
EEN-EN-TWINTIGSTE t
JAARGANG.
HELDER en NIEUWEDIEP, 17 Junij.
NELOIRSCNE
NIEUWEDIEPER COURANT
Deze Courant wordt uitgegeven op zondag en donderdag,
des morgeus ten acht ure, door A. A. BAKKER Cz.
in den boekwinkel, Hoofdgracht No. 32.
Abonnementsprijs per kwartaalƒ1.30.
franco per post1.50.
Enkele nommers0.10.
Men abonneert zich bij alle Boekhandelaars en Post
directeuren.
Advertenties worden aangenomen tot Zaterdag en
Woensdag middag 12 uur, en bij den Heer T. MOOY,
Dijkstraat tegenoverdeLaan, H 422,aan denHelder, tot 11 ure.
De prijs van 1 tot 4 regels is ƒ0.00. Voor iedereu
regel meer ƒ0.15. Zegelregt voor elke plaatsing ƒ0.35.
Buitengewoon groote letters, naar mate der ruimte,
die zij heslaan.
Brieven en Stukken franco aan den Uitgever.
De 45ste verjaardag van H. M. Sophia Frederika Mathilda,
prinses van Wurtemberg, koningin der Nederlanden, wordt heden
alhier op de gebruikelijke wijze gevierd.
De groote jaarlijksche inspectie van het Kon. Inst. voor de Marine
alhier, onder presidium van den vice-adm. G. Vogelpoot, heeft Maandag
en Dingsdag jl. plaats gehad. Na een te houden theoretisch en practisch
examen, welk eerste morgen een aanvang neemt en welk laatste na afloop
van den jaarlijkschen proeftogt der adelborsten met Zr. Ms. instructie
vaartuig Uraniakomm. luit. ter zee 1ste kl. D. J. Brouwer, gehouden
zal worden, zullen bij genoegzame bekwaamheden, bevorderingen plaats
hebben van adelborsten 2de tot de 1ste klasse.
Naar wij vernemen, zal de vergadering van leden en begun
stigers der Evangelische Maatschappij niet Dingsdag 2-3 dezer, maar
op Dingsdag 30 dezer plaats hebben.
Z. M. heeft den lsten luit. bij het korps Mariniers E.
Buitenhuis, op verzoek, eervol uit de dienst ontslagen.
Naar wij vernemen, wordt Z. M. stoomschip Ardjoeno met
spoed gereed gemaakt, om naar Oost-Indie te vertrekken. Voor-
loopig zullen in dit jaar geene schepen naar Oost-Indie meer worden
uitgerust. Alleen Zr. Ms. stoomschip Zoutman, dat in Sept. a. s.
van West-In die in het vaderland terugkeert, zal waarschijnlijk nog
in het laatst van dit jaar naar Oost-Indie worden gezonden.
Uit Suriname schrijft men aan het Utr. Dagblad, dd. 19 Mei:
Den 13deu is alhier aangekomen Zr. Ms. schroefstoomschip 4de kl.
Stavoren; alles was er wel aan boord. In de volgende week zal de
Cornelis Dirks de reis naar Curaqao vervolgende luit. ter zee 2de
kl. E. B. Bonn, van de Stavoren, is overgeplaatst op de Cornelis
Dirks, terwijl in zijne plaats op de Stavoren komt de adelborst
lste kl. F. J, Beekman.
Men verneemt, dat Zr. Ms. stoomschip Djambi, kommandant
kapt.-luit. ter zee P. A. van Kees, na eene bijzonder voorspoedige
reis van 7 2| dag, den 6 April 11. te King George Sound Australië
is binnengeloopen.
Ten dienste van de scheepvaart op de Zuiderzee wordt berigt,
dat men dezer dagen een aanvang heeft gemaakt met de vernieuwing
▼an de groote en kleine kapen op het eiland Wieringen en dat men dus
indachtig moet zijn, dat deze zeemerken tijdelijk zullen worden gemist.
Door de Tweede Kamer der Slaten-Generaal zijn in de
jongste dagen beraadslagingen gevoerd over de wetsontwerpen: 1.
tot regeling van de exploitatie der Staats-Spoorwegen en 2. tot
bekrachtiging van sommige artikelen eener concessie van exploitatie
der Staats-Spoorwegen. Door de heeren van Loghem, van Bosse
en Gevers Deijnoot waren amendementen voorgesteld, waarvan
eenige werden aangenomen. Het eerste ontwerp werd in de zitting
van jl. Maandag aangenomen met 51 tegen 12 stemmen. Gisteren
zijn de beraadslagingen gevoerd over het tweede ontwerp, het
welk is aangenomen met 45 tegen 18 stemmen. In den loop
der zitting heeft de minister verklaard, dat in het jaar 1869 alle
Staats-Spoorwegen gereed kunnen zijn.
H. M. de koningin der Nederlanden heeft Z. M. den keizer
van Frankrijk met de inneming van Puebla geluk doen wenschen.
Gedurende het jaar 1862 zijn uit Nederland als landverhuizers
over zee vertrokken 819 personen.
Uit de Acte van beschuldiging tegen 1. Henry Wilson (eigenlijk genaamd
Heinrich Wolsken), 2. Jurgen Carp, 3. Naune Jclis, 4. Dirk Frans Keijzer, 5.
Renger Hendriks Goeree, 6. Frans Meijer en 7. Johauncs Welker, allen matro
zen, welker zaak op den 23 Junij a. voor het Prov. Geregtshof van Noordholland
zal worden behandeld en waarin de heeren Mrs. D. A. Koenen, N. J. den Tex,
R. B. Benjamins, C. J. Schokker, B. D. Ie Jolle en J. Q. van Regteren
Altcna als verdedigers zullen optreden, ontlecnen wij het volgende:
„Op den 17 Sept. 18C2, omstreeks 9 nur 's avonds, bevonden zich in de
tapperij van C. F. Kelpin, te Helder, ongeveer z.es Marine-matrozen. De eerste
beschuldigde voegde zich bij hen en onthaalde hen op genever en wijn. De
2de besch. voegde zich ook bij hen en allen verlieten te zamen de herberg.
Zekere Adriana Kok verklaart, dat tegen dien tijd in haar danshuis zijn
gekomen vijf Marine-matrozen en de lste besch.; aangaande de 2de besch.
durft zij dit niet met zekerheid verklaren. Nadat de lste besch. zijne makkers
had onthaald, verlieten allen gezamenllijk het buis.
Giietje Willemsen verklaart, dat 4 a 5 Oorlogs-matrozen, met den lsten eu
den 2den besch., in haar danshuis zijn gekomen. De 1ste besch. onthaalde
weder en allen verlieten het huis, terwijl een der Marine-matrozen den arm
dreigend ophief.
Zekere Rilling heeft dien avond over liet kanaal gezet drie koc-pvaardij- en,
naar hij meent, vijf Marine-matrozen, die zich, aan wal gekomen, in derigting
van laatstgenoemd danshuis verwijderdenonder hen was Wilson. Bij de terug
vaart waren allen in het oog loopeud stil en een der Marine-matrozen had een
stuk van eene lat in de hand. Rilling vermoedde, dat er iets bijzonders was
gebeurd of zou gebeuren.
Te ongeveer half tien ure zijn de twee eerste beschmet vijf Marine-ma
trozen en den timmerman Peter Jansen, gekomen in het danshuis De Pijl.
Wilson heeft dadelijk gevraagd, of Tjalie (zijnde Charles Brown) ook daar was.
Wilson onthaalde weder en ging dansen, terwijl Carp niet de Mariue-inatrozen
een druk gesprek voerde. Toen Charles Brown was binnengekomen, liet Wilson
zijne danseres plotseling staan, wenkte zijne makkers cn verliet, ijlings gevolgd
door Carp en de vijf Marine-matrozen, liet huis.
Abraham Gotschalk heeft te 10 uur gezien, dat twee koopvaardij- cn, naar
hij meent, vijf marine-matrozen, een matroos vervolgden; de vervolgde was
zeer ontdaan en bebloed en vlugtte in het huis ens slagers, doch werd door
dezen teruggedreven eu door de matrozen verder vervolgd.
Eenige huizen verder werd hij door zijne vervolgers omringd en vooral dooi
de oorlogsmatrozen geslagen, zoodat hij op den grond viel, waarop men hem
in het Engelsch toeriep „Zie zoo, daar lig je nu op straat, beter dan aan
boord van een schip." Al de vervolgers liepen toen haastig weg. Eene andere
getuige zegt, dat een paar der vervolgers zeiden: „Nu zal hij wel dood zijn."
Toen een paar personen den vervolgde oprigtten, slaakte hij een zucht en was dood.
Do veislageue was genoemde Charles Brown, ook genaamd Johan Frederik
Andersen en Hendrik Eckbloni, geboren te Noorwegen e u matroos op tl e Ui pp og ryp h e
Uit het ingesteld onderzoek blijkt, „dat een vrij hevig werktuigelijk geweld,
aangebragt tegen de wervelkolom, eene uitstorting van bloed in de ruggemergs-
liolte eu eene zeer belangrijke schudding van het ruggemerg, blijkbaar uit de
kleine extravasatcn tnsschen de ruggemergsvezelen, heeft veroorzaakt, waardoor
vermoedelijk plotselinge stilstand van alle centra is ontstaan en daardoor ge-
heele verlamming van de lougeu eu het hart is teweeg gebragt, waarvan stik-
kingsdood het gevolg was. Deze belecdiging is perse doodelijk cn heeft den
daarop gevolgden dood des overledenen oumiddelijk en noodzakelijk tenge
volge gehad."
De beschuldigden zijn weder naar eene herberg gegaan en twee getuigen
hebben daar den Gden besch. Meijer liooren zeggen„Ik heb hem ferm getrapt
en gestompt."
Een ander getuige zegt, dat die personen waren de besch. Goeree, Welker,
Meijer, Keyzer en Jelis, benevens twee vreemde matrozen. Goeree verhaalt,
dat zij een kerel hadden geslagen en door de vreemde matrozen den geheelen
avond waren onthaald. Allen, behalve Carp eu Jansen, vertrokken weder naar
het danshuis De Pijl, waar Wilsou op de vraag: „waar is Tjalie?" heeft geant
woord: „hij is naar huis." Een der Marine-matrozen heeft inen in den loop
van het gesprek hooren zeggen: „wat zou het zijn? wij hebben permissie,
iemand dood te slaan." Wilson heeft aan de houderes van het danshuis ge
vraagd, niet te zeggen, dat hij er geweest was; hij was zeer gejaagd cn aan
gedaan eu verliet, zonder iets te gebruiken, met zijne makkers het huis.
Wilson eu Carp, vergezeld van den timmerman Jansen, zijn het lijk, in d«
woning waar het was ingebragt, komen zien, bij welke gelegenheid cevstge
noemde tegen zijne mcdgezellen glimlachte.
De besch. erkennen op al de genoemde plaatsen met elkander te zijn geweest.
Wilson en Carp erkennen met den verslagene op de Hippogryphe te hebben
gevaren en dat deze zich bij allen zeer gehaat had gemaakt.
Wilson ontkent den verslagene te hebben geslagen, hij heeft hem wel ver
volgd; bij bekent in het dausbuis te hebben geantwoord, dat Brown naar huis was.
Carp erkent, dat hij aan Wilson zijn plan heeft te kennen gegeven, om
Brown een pak slaag te geven en Wilson bevestigt dit. Toen Carp Brown
het danshuis zag verlaten, is hij hem met dit doel gevolgd en een der Marine
matrozen had hetzelfde doel. Carp erkent Brown een licvigen slag op nek en
achterhoofd te hebben toegebragt, zoodat hij zelf is gestruikeld. De Marine
matrozen hebben medegcslagen. Na dc vlugt in de slagtcrij heeft Carp, volgens
zijn zeggen, niet verder geslagen.
De overige besch. verklaren, dat Wilson en Carp hun hebben gezegd, dat