OORSPRONKELIJKE BRIEF VAN JEANNE D'ARC.
MARKTBERIGTEN.
CARGALIJST.
Pruissische professoren, die leden der vereeuiging zijn, zal toege
zonden worden.
Door Z. M. den keizer van Oostenrijk is op liet budget van
den staat eene som van 80,000 aangewezen, ten einde de uitgave
te bevorderen van de wetenschappelijke uitkomsten van de reis der
Novaro om de wereld.
Ten gevolge der jongste organisatie van het leger der Zuide
lijken in Amerika, is de generale staf van dat leger aldus zarnen-
gesteld: De president der confederatie, Jefferson Davis, is opper
bevelhebber van het leger te land en ter zee. Yijf generalen staan
in rang gelijk met dien van veldmaarschalk, namelijk Samuel
Cooper, uit Virginie, adjudant en inspecteur-generaal; J. Eggleston
Johnston, uit Virginie, opperbevelhebber in het Westelijk departement;
Itobert Edmond Lee, uit Virginieopperbevelhebber van het leger
in Virginie-, Peter G. E. Beauregard, uit Louisiana, opperbevelheb
ber in het departement der kusten van de Zuidzee en Braxton
Bragg, uit Louisiana, opperbevelhebber van het legerkorps van
Tennessee. 8 generaals hebben den rang van luitenant-generaal en
voeren het bevel over legerkorpsen. 40 majoors-generaal hebben
den rang overeenkomende met dien van divisie-generaal en voeren
het bevel over divisiën. 178 brigade-generaals voeren het bevel
over brigades.
Berigten van New-York, dd. 29 Aug. melden, dat de Zuide
lijke dagbladen verzekeren, dat Jefferson Davis besloten heeft
500,000 negers als soldaten op te roepen; deze zullen naden oorlog
vrij verklaard worden en 50 acres land ontvangen.
De hoeveelheid schapenwol, die in den loop van eenige jaren
uit Zuid-Wallis te water naar elders vervoerd werd, was als volgt:
in 1807, 245 <8; in 1815, 32,971 <8; in 1820, 99,415 <8; in 1825,
411,500 <8; in 1830, 899,750 <8; in 1835, 3,776,194 <8; in 1851,
7,396,895 <8; in 1859, 8,189,162 <8.
Niet langer door dc nevelen van vooroordeel, onkunde of eigenbelang ver
donkerd, vertoont zich thans het karakter der vermaarde „Maagd van Orleans"
in al deszelfs oorspronkelijke zuiverheid en grootheid. En welk eene verwon-
derenswaardige combinatie biedt 't dan niet aan! Welk een eenvoud, wat
geestkracht, wat zelfopoffering, welk een moed en doorluchtigheid heeft dat
meisje, gedurende den kortstondigen tijd van haar loopbaan, ten toon gespreid!
Wie, die niet met weemoedige belangstelling de episode in de Anglo-F'rausche
geschiedenis gelezen heeft, wat die heldin geweest is? Nederig van afkomst
en nog lager van beschaving, liet zich dat bescheidene en fraaije schepseltje
op naauwelijks lSjarigen leeftijd, door het bijgeloovig en onwederstaanbaar ge
voel van eene verhevene roeping, vervoeren, om haar ingetogen en met weder
waardigheden vervulde leven op het tooneel van wanorde en strijd rondom zich
te slijten en bragt daar, door haar grootsche voorbeeld en onverschrokken dap
perheid zulk een invloed op het leger van haar land te weeg, dat men zich
tot een der grootste en meest wel gelukte krijgsbedrijven het ontzet van
Orleans in staat gevoelde. Dit gebeurde in de maand Mei des jaars 1429.
Na tallooze gevechten, in welke allen zij dezelfde onwrikbare standvastigheid,
die de verbeelding van hare kameraden te Orleans bezig hield, aan den dag
legde, besloot die heldhaftige vrouw, op 't vernemeu dat de forteres van Com-
piègne door den hertog van Bourgondië naauw belegerd was, de gevaren van
haar bevelhebber te gaan deelen en trok den 24 Mei des volgenden jaars, door
Xaintrailles, Chabannes, Valperga en andere uitstekende ridders vergezeld, de
veste binnen. Op den eigen avond van hare aankomst voerde het onversaagde
meisje het garnizoen tot een uitval, aan den kant van de brug over de Oise,
aan. Tweemaal dreef zij de Bourgondiërs uit hunne verschansingen, doch gaf,
toen zij zag, dat de vijandelijke magt telkens aanmerkelijk aangroeide, het sein
tot den aftogtterwijl zij voor zichzelven den post van eer de laatste man
van de achterhoede behield. Nooit blonk haar moed schitterender uit; doch
toen zij de stadspoorten naderde, vond zij die voor een gedeelte gesloten, zoo
dat er slechts weinigen te gelijk en dan nog wel met moeite konden binnen
komen. Een panische schrik verspreidde zich door de gelederen van hare
kameraden, die ten slotte, alleen op eigen lijfsbehoud bedacht, haar te midden
van hare vijanden verlieten. Zelfs in dat vreeselijk en hagchelijk tijdsgewricht
bleef zij hare tegenwoordigheid van geest nog behouden en dwong zij den vijand
door eene onmiddellijke charge in het front, tot wijkendoch een boogschutter
van Picardië, van achteren toespringende, greep haar bij haar kleed en sleurde
haar van haar paard. Zij deed nog eene poging om weèr op te staan en de
buitenste gracht te bereiken, doch werd overmand en gedwongen, zich aan
Eionel van Vendóme, een soldaat, bchoorende tot het volk van Johan van
Luxemburg, over te geven. De werken van Compiègne zijn sedert lang reeds
in puin verkeerd, de gracht, door de ingestortte wallen gedempt en met
den grond gelijk gemaakt, ja zelfs de oude brug door eene andere, hooger de
rivier op, vervangenen toch wordt nog heden ten dage, in weerwil van al
die menigvuldige veranderingen, de juiste plek van dit noodlottig voorval, door
de volks-overlevering, den vreemdeling aangewezen.
Thans nog kan men bij geene mogelijkheid, zonder een pijnlijk gevoel van
weemoed, aan het lot van dat eergierig en onschuldig kind denken. Na ach
tereenvolgens in de gevangenissen te Beaurevoir, Arras en le Cratoy te zijn
opgesloten geweest, werd de gevangene heldin ten laatste door dc Engelschen,
voor de som van tien duizend livres, van Jan vau Luxemburg gekocht. Nu
werd zij naar Kouaan vervoerd, waar de jeugdige koning Hendrik VI zich met
al de Engelsche bevelhebbers bevond, en op den 21 Febr. 1481 voor de eerste
maal voor hare regters gebragt, waar zij nagenoeg dag aan dag niet minder
dan 15 verhooren onderging. Het tooneel greep in de kasteel-kapel te Rouaan
plaats, waar zij, in militaire uniform, maar met ketens beladen, verscheen.
Niet ter neêr geslagen door haar verloren geluk, noch door hare langdurige
gevangenschap, spreidde zij in hare antwoorden denzelfdcn ontembaren geest ten
toon, waarmee zij Orleans verdedigd en Jargeau bestormd had en tevens een
helder doorzigt bleef zij behouden, waardoor zij in staat was, de treken en kunste
narijen, die men bezigde om haar te verstrikken, juist te doorgronden. Zoo
duidelijk en rondborstig was de algemeene inhoud van hare antwoorden, dat
van de assessoren, wien de beslissing werd overgelegd, of zij al dan niet aan
de pijnbank overgeleverd zou worden, ten einde haar nog meer ontdekkingen af
te persen, slechts twee werden gevonden, die vóór dat schandelijk voorstel
hunne stem uitbragten. Een der bij dat verhoor aanwezige Engelschen was
-door de blijkbare goede trouw van hare antwoorden zóó getroffen, dat hij niet
kon nalaten, in de volle vergadering uit te roepen„Eene verdienstelijke vrouw,
als zij maar eene Engelsche was!"
En toch maakten hare regters, in weerwil van hare onschuld, op grond van
toovenarij en ketterij, twaalf punten van beschuldiging tegen haar op, die door
de Parijsche universiteit ten krachtigste bevestigd werden. Na eene langdurige
en harde gevangenis, gedurende welke zij allerlei list en geweld moest verdu
ren, ten einde toch eenig geschikt voorwendsel voor haar dood te krijgen, werd
haar biechtvader, 1'Advena, met het aanbreken van den dag van 30 Mei 1432,
twee jaren nadat zij gevangen genomen was geworden, gelast, zich aan hare cel
te begeven en haar voor te bereiden, om zich te hooren vcroordeelen om
nog dien eigen dag op het marktplein te Rouaan levende verbrand te worden
Op het eerste hooren van dit barbaarsche vonnis begaf haar hare standvastigheid
en barstte zij in een beklagelijk geween uit, doch hernam weldra hare natuur
lijke kalmte, leide hare biecht bij den priester af en ontving uit zijne hand
het II. Sacrament. Ten 9 ure werd zij, na zich, op hoog hevel, voor de laatste
keer als vrouw te hebben gekleed, benevens haar biechtvader, op de kar van
den scherpregtcr gezet en naar de gcregtsplaats vervoerd. Op het marktplein
dat thans met een standbeeld tot hare nagedachtenis prijkt vond zij den
brandstapel al gereed en de bisschop van Beauvais, de kardinaal van Winchester
en andere prelaten, hun slagtoffer verbeidende. Na een kort sermoen en het
voorlezen van de sententie, gedurende al hetwelk het ongelukkige meisje gedu
rig hare tranen liet vloeijen, werd zij aan den staak gebonden en boven haar
hoofd eene soort van ruyter geplaatst, met de woorden: „Ketter, afvallige,
geloofsverzaakster, afgodendienares."
Toen de vlammen begonnen aan te wakkeren, verzocht zij 1'Advena, zich w at
verder van haar te verwijderen, maar het kruis omhoog te blijven houden, ten
einde haar laatste blik op aarde op dat gezegend teeken te kunnen doen vallen
en het laatste woord, dat men haar hoorde uitspreken, eer zij den laatsten
adem uitblies, was: „Jezus!"
Elk oorspronkelijk document, dat met de geschiedenis van zulk eene merk
waardige vrouw in verband staat, moet het publiek zeker welkom zijn; wes
halve het hieronder volgend afschrift van la Pucelle's geestvol adres, door haar
zeiven gedicteerd en aan het Engelsche leger van Orleans afgezonden. Het
oorspronkelijke werd, tijdens de groote omwenteling, door den baron de Jour-
sanvault voor vernietiging bewaard en bevindt zich thans, in zijne oude vreemde
bewoording en den cigenaardigen stijl van dien tijd, als eene kostbare schat in
het Engelseh Museum, 't Luidt als volgt
Jhescs, Maria.
„Gij, koning van Engeland, en gij, bestog van Bedford, die gij uzelv' regent
van het koningrijk van Frankrijk noemt, William dclaPole, graaf van Sutfolk,
John, lord Talbot, en gij, Thomas, lord Seales, die gij uzelv' luitenants van
den hertog van Bedford noemt, doet regt aan den Koning des Hemels, en
stelt, om haar koninklijk bloed, aan de maagd, die van Godswege, den Koning
des Hemels, herwaarts gezonden is, de sleutels van al de goede steden, welke
gij in F'rankrijk hebt ingenomen en gewelddadig in bezit houdt, ter hand. Zij
is hier vau Godswege, den Koning des Hemels, gekomen, ten einde het vor
stelijk bloed te bevrijdenzij verklaart zich volkomen bereid om vrede te
maken, bijaldien gijlieden regt wilt doen, en Frankrijk regt wilt doen weder
varen en betalen hetgeen gij genomen hebt. En wat u betreft, boogschutters,
edele krijgsmakkers, en anderen, die zich voor de goede stad Orleans bevinden,
laat in Gods naam uw werk varen, en vertrekt naar uw eigen land! en zoo
niet, verwacht dan berigt van de maagd, die u binnen kort tot uwe groote
schade een bezoek zal komen brengen. Koning van Engeland, als gij dit niet
doet, ik beu krijgsbevelhebber, en zal, overal waar ik uw volk in Frankrijk
mogt ontmoeten, 't willens of onwillens verjagen, en in 't laatste geval, hen
allen ter dood brengen, maar in het eerste, in genade aannemen. Vau Gods
wege, den Koning des Hemels, ben ik herwaarts gekomen, om u allen, man
tegen man, uit geheel Frankrijk te verdrijven, en mij te verzetten tegen al
degenen, die verraad, of kwade praktijken en onheilen in het koningrijk van
Frankrijk zouden mogen willen invoeren. Gelooft niet, dat gij het koningrijk
van Frankrijk van God, den Koning des Hemels, of van den Zoon der geze
gende Maria, zult behouden; maar koning Karei, dc ware erfgenaam, zal 't
behouden; want God, de Koning des Hemels, wil zulks, en van Zijnentwege
is dit geopenbaard aan de maagd, die te Parijs met een goddelijken stoet hare
intrede zal doen. Als gij deze van Godswege door de maagd u toekomende
narigten niet gelooven wilt, zullen wij u met slagen te gemoet gaan, waar wij
u maar aantreffen, en, als gij geen regt doet, zulk een wreedheid aanrigten,
als er in Frankrijk in geen duizend jaar plaats gehad heeft. En geloof maar
vast en zeker, dat de Koning des Hemels meer kracht voor de maagd ten
beste zal hebben, dan gij met iederen aanval tegen haar en haar goed gewapende
krijgslieden over weet te stellen, en dan zal wel blijken, wie meer regt heeft,
de God des Hemels, of gij. Hertog van Bedford! de maagd smeekt u, en
eischt van u, dat ge uzelv' niet te gronde rigt. Als gij regt doet, zal Frank
rijk misschien de schoonste daad volvoeren, die nog ooit of immer voor het
Christendom werd bestaan. En zendt uw antwoord naar de stad Orleans, als
gij gezind zijt om vrede te makenmaar zoo niet, dan zal zulks u binnen kort
tot uwe groote schade herinnerd worden. Geschreven Dingsdag's van de heilige
week Paschen 1429.
(get.) DE PAR LA PUCELLE.
A dresDen Hertog van Bedford, zich noemende Regent
van het koningrijk Frankrijk, of aan zijne luite
nants voor de stad Orleans.
ALKMAAR, 7 September.
Aangevoerd: 139 Kalveren, f 20 a 60. 291 Schapen, f 8 a 26. 37 Var
kens, 38 a 42 c. per N. p.
PURMERENDE, S September.
Aangevoerd16 Paarden. 239 Runderen, handel iets vlugger. 102 vette
Kalveren, 40 a 55 c. per N. p., handel vlug. 15 nuchtere Kalveren, f 5 a 15,
handel vlug. 52 vette Varkens, 36 a 40 c. per N. p., handel vlug. 65 magere
Varkens, f 10 a 17 en 340 Biggen, f 3 a 6, handel matig vlug. 1198 Schapen
en Lammeren, handel iets vlugger. Boter 85 c. a f 1 per N. p. Kaas, aans
gevoerd 167 stapels Kleine en 8 Middelbare, hoogste marktKleine Gras f 28,
Middelbare f 27,25. Kip-Eijeren f 2,75, Eend-Éijeren f 2,90 per 100 stukz
ROTTERDAM, 7 September.
N. witte Tarwe f 8,75 a 9,50, jar. f 8,50 a 9,60. N. Rogge 10 c. Jager
f 5,70 a 6,30. N. Garst, zomer en winter f 4 a 5. N. Inl. Voer-Haver 20
c. lager f 2,75 a 3,25. N. Paardenboonen f 6 a 6,50. Noordbr. Boekweit
f 200. N. bl. Erwten, kleine f 7 a 7,75, groote f 9 a 10,75. N. bruine
Boonen f 9 a 10, witte f 8,50 a 9,50. Kanariezaad f 7 a 10,50. N. Koolzaad
1 p. vl. hooger, Zeruwsch en Overm. 66 a 69 p. vl„ Flakk. f 63 a 67. Mee
krap tot vaste prijzen met redelijken omzet.
SCHIEDAM, S September.
Jenever f 16,25; Amst. proef f 17.50. Moutwijn f 10.75.
LONDEN, 7 September.
Heden waren ter VEE-markt aangevoerd: 5190 Runderen, 20660 Schapen.
239 Kalveren en 460 Varkens. De prijs der Runderen was 5 sh. 0 d., van
Schapen 5 sh. 4 d., van Kalveren 4 sh. S d. en van Varkens 4 sh. 6 d.
De prijzen der laatste markt waren:
Runderen 4 sh. 10 d., Schapen 5 sh. 2 d., Kalveren 4 sh. 8 d. en
Varkens 4 sh. 6 d.
Aangekomen van 59 September ter losplaats HELDER, om aldaar te lossen,
de volgende schepen, gekomen van:
NEWCASTLE. Jane, J.Strou'd. 170chaldr.Steenkolen.Tiedeman&Mijnssen,teAmst
HOLMSTRAND. Immauuel,O.Bjeertness.Hout.H.vanSchouwenburg,tellarlingeu