BUITENLAND.
Zr. Ms. stoornlrcgat Zeeland, hetwelk zich nog steeds ter reedc
van Vlissingen bevindt, zal daar waarschijnlijk blijven vertoeven tot
na de aankomst der Oost-Indische landmail, welke binnen een paar
dagen verwacht wordt. Indien deze mail geene tijdingen medebrengt,
die liet noodig- doen oordeelen aan de bemanning van de Zeeland
eene andere bestemming te geven, zal de reis zoo als die vroeger
bepaald is, spoedig eeti aanvang nemen.
Van het 7de reg. Infanterie, te Utrecht in garnizoen, zullen
9 onderofficieren deelnemen aan de in de volgende maand te 's
Gravenhage plaats hebbende examina's van onderofficieren, dingende
naar den rang van 2den luitenant, die aldaar onder presidium van
den luitenant-generaal Duijcker worden afgenomen.
J Z. M. heeft den luit. ter zee 1ste kl. P. van Lelijveld, op
verzoek, met den laatsten Oct. eervol uit dc zeedienst ontslagen.
De luit. ter zee 1ste kl. II. Schokker is, ter vervanging van
den luit. ter zee 1ste kl. P. van Lelijveld, op Zr. Ms. stoomschip
Prinses Amalia geplaatst.
Z. M. heeft met ingang van 1 Nov. a. s. bij het corps
Mariniers bevorderd: tot kapt. 1ste kl. den kapt. 2de kl. J. II.
Stengel; tot kapt. 2de kl. den Isteu luit. G. A. Chomel, en tot
lsten luit. den 2den luit. P. S. C. A. Courier dit Dubikart.
De off. van gez. 2de kl jhr. M. C. P. J. de Rotte, P. W,
J. van den Broek en J. C. van Booremaal, zullen tegen het einde
van de volgende maand met eene particuliere gelegenheid naar
Oost-Indië vertrekken.
Op verzoek is eervol ontslag verleend aan den kadet D. P...,
van de Koninklijke Militaire Academie te Breda; minder gelukkig
is het voor den kadet II..., die ontslagen is wegens het toebrengen
van slagen aan zijne wapeubroeders; ongelukkig voor de familie,
die weder een jong menscli op dergelijke wijze te huis krijgt.
Aan het Ministerie van Binnenl. Zaken is, onder voorzitter
schap van den heer Conrad, het examen aangevangen voor de
betrekking van surnumerair bij den waterstaat. Acht adspiranten
hebben zich daartoe aangemeld.
In de circulaire, door de hoofdcommissie tot de zaken der
Israëlieten, dd. 22 Oct. jl., tot de opper-rabbijtien en kerkbestuur
ders van Israëlitische gemeenten in het Rijk gerigt, met het doel,
om hen op te wekken tot godsdienstige en plegtige herinnering aan
Nederlands bevrijding van de Fransche heerschappij in 1813, zegt
de hoofdcommissie o. a. het volgende:
„Is de schoone omwenteling, die dan zal worden herdacht, in
gezegende herinnering bij alle Nederlanders; - zal dit plegtige
feest met vreugde en dankbaarheid gevierd worden door alle inwo
ners van het gemeene vaderland: - niet het minst zal dit het geval
zijn bij de Israëlieten; want zij hebben vooral in ruime mafe de
weldaden en de zegeningen mogen ondervinden van de nieuwe staats
instellingen aan Nederland, onder de regering van het geliefd Huis
van Oranje gegeven, die hen in den waren zin des woords hebben
gemaakt tot burgers van den Staat, waarin zij in vroegere eenwen
van vervolging en verdrukking met zooveel liefde en gastvrijheid
werden opgenomen.
„En wanneer wij voor die weldaden den God onzer vaderen altijd
danken en prijzen op dit plegtig tijdstip vooral zal het voor den
Israëliet pligtmatig niet alleen, maar zal het eene behoefte voor zijn
hart zijn, den zegen van dien God af te bidden voor het heil van
het vaderland."
Het Paleis op den Dam te Amsterdam zal met 10,000
lampions bij dc aanstaande illuminatie verlicht worden. Ter linker
zijde zal de illuminatie, in gasvlammen, gedekt zijn met het jaartal
1813, ter regter- met 1863, en in het frontespice Oranje boven
geplaatst worden met den pijlbundel.
De collecte voor de nationale monumenten, ter herinnering
aan de gebeurtenissen van 1813, heeft te Haarlem f 158 opgehragt.
Algemeen is men van oordeel, dat een veel aanzienlijker bedrag zou
zijn verkregen, had men niet, in stede van gelijk op andere plaatsen
langs de huizen eene collecte te doen, de bus op het stadhuis ge
steld, waar ieder zijne gift moest komen storten.
De gemeenteraad van Alkmaar heeft een bedrag van 700
beschikbaar gesteld voor te houden festiviteiten in Nov. a. s. en
eene gratificatie van 25 vereerd aan den 75jarigen Douwes, die
in 1813 met levensgevaar den Waagtoren beklom, om erdegeliefde
driekleur op te plaatsen. Wat de moedige jongman van 25 jaren
in 1813 deed, zal bij nu, na 50 jaren, nog eens herhalen, zij het
dan ook, dat men de voormalige vlugheid van handen en voeten
door iets anders zal moeten vervangen. Niettemin, Douwes zal de
vlag daar plaatsen en van deze handeling, die met passende pleg-
tigheid zal plaats hebben, stelt men zich veel voor.
Het Algemeen Weekblad vermeldt, dat de Novemberdagen van
1813 te Purmerend zullen gevierd worden met volksvermaketijk-
heden en vuurwerk. Het merkt daarbij op, dat vuurwerk veel geld
kost, maar dat het ter opwekking eener algemeene feestvreugde zeer
doelmatig is, omdat het door allen te gelijk wordt genoten en lang
wordt onthouden. Het betreurt het verschil in gevoelen over de
viering van dit feest niet, omdat dit een blijk is van onze vrijheid
als burgers. Ten slotte lezen wij in gemeld artikel„Laat het
vuurwerk schitteren en knallen, maar voor onze herinnering leve,
langer dan de vonken en pijlen, het dankbaar besef van vrijheid
en welvaart."
Den 27 dezer werd te Egmond aan zee, van wege de Noord
en Zuidhollandsche Redding-Maatschappij, op nieuw een proef
genomen met het bekende vuurpijltoestel, waarmede in den Decem
berstorm des vonden jaars reeds eenige schipbreukelingen werden
gered. Ook nu heeft de uitslag bijzonder aan het doel beantwoord.
Men schoot namelijk met den vuurpijl een lijn over eene op eenigen
afstand van het strand gelegen visehbom en bereikte den afstand
van 260 Ned. ellen. Vervolgens werd hiermede een zwaardere lijn
met den stoel aan boord getrokken, waarin spoedig een persoon dei-
bemanning aan land werd gehaald.
Als eene bijzonderheid wordt gemeld, dat jl. Woensdag, op
dc jaglgronden van den heer J. II. Gevers, te Koordwijk, door elf
jagers, van vijf bosschen geschoten zijn 105 hazen.
In het dorp Dreumel, bij 'Piel, werd dezer dagen door een
arbeider, die bezig was zijn land om te spitten, een stukje goud
geld gevonden, ongeveer ter grootte van een kwartje. Het draagt
het jaartal van zes honderd, en is geslagen te Wijk bij Buurstede.
ten tijde van het Frankische rijk. Het is aangekocht door F. van
Straaten, koopman te lith.
In het dorp lleeg, nabij Sneek, had dezer dagen een vreeselijk
ongeluk plaats De landbouwer J. V. aldaar zou, zoo men zegt,
eksters uit zijn wijngaard schietenzijn geweer weigerde echter
onderscheidene malen; terwijl hij bezig was, het te redresseren, slaat
het onverhoeds af en zijne dienstmeid ontvangt de volle lading in
hare zijde; de ongelukkige overleed na weinige uren.
Per overlandmail zijn berigteu ontvangen uit Ncderlandsch
Oost-lndië, behelzende, behalve de gewone huwelijks-; geboorte- en
sterfberigten, benevens de opgaven van bevorderingen,enz.der civiele en
militaire autoriteiten, de vermelding van regen en aardbeving op
Java en van hagel op Sumatras Westkust; van gedruktheid des
handels en zijne min gunstige uitkomsten in vergelijking met het
vorige jaar; van de stichting van een hospitaal te Passoercean,
tengevolge eener gunstige beschikking van wijlen den heer Mayor,
vroeger aldaar woonachtig; van het heerschen van orde en rust
in de Zuid- en Ooster-afdeeling van Borneo, waar die gunstige
toestand slechts door eene geringe rustverstoring was gekenmerkt;
van de feestelijke viering van 's kroonprinsen verjaardag op den <1
Sept. jl. en van de veraangenaming des levens te Batavia, waar een
opera-gezelschap en een paardenspel werkzaam zijn, om de bevol
king der stad de noodige uitspanningen te bereiden.
De geschiedenis van den dag is weder oorlogzuchtig, ten minste
als men eenige waarde hecht aan verspreide geruchten. Zoo wordt
thans verhaald, dat uit Weenen het plan moet voortgekomen zijn,
om Polen met het aanstaande voorjaar te hulp te komen. Oosten
rijk, ondersteund door Frankrijk, zou dan op krachtdadige wijze
tusschenbeide treden, om met wapens in de hand op de beëindiging
der Poolsche cpiscstie aan te dringen en Engeland zou dit plan in
de uitvoering met stoffelijke en zedelijke bulp mede ondersteunen.
Met het oog op de bekende anti-oorlogsgezindheid van Engeland,
zou dit land alleen verpligt zijn, door geringe hulp, slechts van
zijne aansluiting blijk te geven. De reden, die men opgeeft, om
aan dit gerucht eenige waarschijnlijkheid te geven, bestaat daarin,
dat Oostenrijk het voor zijne eigene erflanden hoogst gevaarlijk acht,
dat de Poolsche qurestie op den bestaanden voet blijft voortduren.
In Pruissen hebben jl. Dingsdag de eigenlijke verkiezingen voor
liet Huis der Afgevaardigden plaats gehad. De uitslag is voor de
regering bepaaldelijk ongunstig. Wel zijn ten platten lande onder
scheidene leden van de regeringspartij gekozen, maar in de steden
heeft de liberale partij gezegevierd.' Druk bespreekt men thans de
vraag, wat de koning thans zal doen. Werkelijk ontbreekt het
niet aan verzekeringen, dat koning Wilhelm er eindelijk toe zal
overgaan, om aan de herhaaldelijk, krachtig uitgesproken, wenschen
van ver het grootste deel der natie gehoor te verieenen en zich van
andere raadslieden te omringen. In tegengesteld geval zou de koning
tot den uiterst gewaagden maatregel moeten overgaan, om de con
stitutie te schorsen, want, door het gemis van gemeen overleg
tusschen regering en vertegenwoordiging, is de uitvoering van de
bepalingen der grondwet ten eenenmale onmogelijk.
De Fransche troonrede, 5 November a. s. te houden, levert uit-
zigt op het vernemen van staatkundige nieuwstijdingen omtrent
Mexico, Polen en Amerika. Welligt zal het bij alloop blijken, dat
de berg slechts een muis heeft gebaard. De keizer toch, bij uitstek
ervaren in de kunst om zijne gedachten te verbergen, is welligt
geheel ongezind, om ten aanzien der netelige vraagpunten te zeggen
wat het voornemen der regering is en welke gedragslijn zij voor de
toekomst denkt te volgen. Veeleer is het te verwachten, dat de
keizer in eene verzameling van groote woorden juist datgene ver
zwijgt, waarnaar men verlangend is te hooren.
Mexico wekt bijzonder de aandacht op door de vermelding van
bijzonder tegenstrijdige berigten. Die der regering hangen een
aangenaam tafereel op van den toestand in de veroverde gewesten
en spreken zoowel van orde en rust, als van de blijken van ver
knochtheid aan het bestuur der Franscheu, dat als zeer weldadig
wordt voorgesteld en beoordeeld. Andere berigten teekenen de
schilderij, voorstellende Mexico's inwendigen toestand, met geheel
andere kleuren. Droevig is het tooneel, dat hier wordt ontsluijerd.
De landzaten vormen benden, overvallen daarmede de indringende
vreemdelingen, grijpen de Fransche soldaten aan en brengen die op
verraderlijke wijze om 't leven. Er heerschen onder de bevolking
partijschappen, ware dit niet zoo, dan zou zij misschien als één
man opstaan en de indringers verjagen; thans vergenoegt men zich
met partiële maatregelen. Het Fransche leger valt die verspreide
benden aan, of vervolgt ze en straft de inwoners, die hen onder
steuning schonken. Zoo als het thans is, voorziet men geene verbe
tering in den bestaanden hopeloozen toestand.
In navolging van hetgeen sedert geruimen tijd in de spoorweg-
waggons voor de 1ste en 2de klasse in Frankrijk is ingevoerd,
zullen de spoorweg-maatschappijen ook in de waggons der 3de kl.
afzonderlijke appartementen doen inrigten voor dames, die, zonder
geleide, in de 3de klasse reizen.
Het denkbeeld is allezins aanbevelenswaardig. Welligt dat het
ook hier te lande, waar de maatregel nog in 't geheel niet is in
gevoerd, bijval zou kunnen vinden en men het in onzen tijd, waarin
zoovele nieuwe waggons worden gebouwd, zou kunnen benuttigen.
Geruimen tijd te voren had men aangekondigd, dat in het
hotel Bronot, te Parijs, twee Murillo's zouden verkocht worden.
Veertien dagen geleden was de dag der verkooping daar, niemand