BINNENLAND.
BUITENLAND.
HELDER en NIEUWEDIEP, 26 December.
Den S!> dezer vertrekt de O. I. iiniidmnil via
SOUTHAJIFTOIV.
Den 2J) dezer vertrekt de WEST-USTDISCHB mail.
Woensdag avond jl- verkondigde het klokgeklep, dat zich van
onze torens deed hooren, dat er brand heerschte. Een woning,
nabij de Kolensteeg, aan den Kanaalweg, brandde in korten tijd
tot aan den grond toe.af. Een zeer groot aantal menschen was in
een oogenblik op de plaats des onheils aanwezig; terwijl de spuiten
der gemeente en die van de Marine zoo spoedig mogelijk werden
aangevoerd. Zelfs de spuit No. 3, gestationeerd te Huisduinen,
werd met grooten spoed aangevoerd, om, ware 't noodig geweest,
met kracht tot blussehing mede te werken. Spuit No. 1 gaf het
eerst water en werd daarin dadelijk gevolgd door de spuit van het
wachtschip Kortenaar, die ieder de premie van 25 verwierven.
Men verzekert ons, dat de manschappen der Marine, die gemelde
premie verdienden, besloten hehben die gelden af te staan aan een
der bewoners van het afgebrande perceel, een bootsmansmaat,
wiens inboedel niet was verzekerd; wij maken daarvan gaarne
melding, met betuiging van onzen lof voor deze edele daad. Het
perceel zelve en de meubelen van de overige bewoners waren tegen
brandschade verzekerd.
Op noodlottige wijze kwamen jl. Woensdag namiddag twee
zeelieden alhier in de haven om 't leven. De sterke stroom dreef
hen weg en eer nog hulp kon worden aangebragt vonden zij nood
lottig hun einde.
Dezer dagen had op den openbarenweg alhier het volgend
voorval plaats. Een klein meisje had, terwijl zij was uitgezonden
om een boodschap te doen, een zekere som gelds verloren. Het
begon reeds duister te worden en alle pogingen, aangewend om het
verlorene terug te vinden, waren vruchteloos. Ten gevolge van haar
geschrei, verzamelde zich om haar heen een schaar van kinderen,
die uit medelijden met het kind onder elkander een collecte deden,
om haar het verlorene te vergoeden. Een paar heeren, die dit
aangenaam schouwspel op eenigen afstand hadden bijgewoond, waren
getroffen door dit blijk van deelnemende liefde en bleven niet
achterlijk om het nog ontbrekende aan te vullen.
Op verzoek, maken wij gaarne dit schijnbaar weinig beduidend
voorval openbaar, omdat deze uiting van liefde tot den naaste, zoo
wel lof als navolging verdient.
Zr. Ms. sckroefstoomschip 4de kl. Schouwen, in aanbouw op
's Rijks werf te Amsterdam, is in den namiddag van den 23sten
dezer met goed gevolg te water gelaten.
De Minister van Oorlog heeft de chefs der legerkorpsen ge-
magtigd om, gedurende dezen winter, de kamers der kazernen in
de garnizoenen te doen verwarmen en gelden voor den aankoop
van brandstoffen beschikbaar gesteld.
Bij de beantwoording der aanmerkingen van de Eerste Kamer,
op het Hoofdstuk Binnenlandsche Zaken der Staatsbegrooting voor
1864, wordt door de regering verzekprd, dat omtrent de doorgraving
van Holland op ziju Smalst niets anders kan worden medegedeeld,
dan dat de maatschappij daartoe is opgerigt.
Bij de beantwoording van de aanmerkingen betreffende de Marine
heeft de minister voor dat Departement medegedeeld, dat er een
ontwerp is ingekomen voor het herstel van het dok te Willemsoord,
ten koste van 270,000.
Men schrijft ons van Vlieland, dd. 24 Dec.:
„In den jongsten storm is alhier gestrand het Zweedsche fregat
Sumatra, kapt. Brunsen, van Londen naar Gotenburgh bestemd.
Twee matrozen en een jongen zijn gered, terwijl de overige equipage,
bestaande uit 17 man, is verdronken."
Bij het aftuigen van een der gestrande schepen op Ameland
had dezer dagen het volgend ongeluk plaats.' Een anker van wel
2000 pond viel van de boeg op het dek, juist op 't been van een
lOjarig jongetje, die daar aanwezig was. De medicus van 't eiland
zag geen kans den armen knaap te helpen. De hulp van elders
gehaald moetende worden, bleef lang weg en toen het been boven
de knie geamputeerd was, had de jongen reeds vier volle dagen
ongeholpen moeten liggen. Bij zulke gevallen zoo zegt de
berigtgever ondervindt men eerst dat men op een eiland woont.
De collecte voor noodlijdende kerken en personen, in 1863
in de classis Alkmaar gehouden, heeft opgebragt de vrij aanzienlijke
som van ƒ914.151, waartoe de onderscheidene gemeenten hebben
bijgedragen als volgt
Alkmaar ƒ145.50, Schagen ƒ67.000, den Ilelder 53.92^-, Ileïlo
44,Warmenhuisen 40.28, Bedjkte Schermer ƒ36.Driehui
zen en Zuid-Schermer 33.93, Winkel f 32.10, Bergen 30 62, N.
en Z. Zijpe te zamen ƒ25.Oud-Curspel 24.Burg op Texel
22 611, St. Maarten en Valkoog 22.—, Limmen 19.01, Koedijk
ƒ18.40, Nieuwe Niedorp f 17.66, Callantsoog ƒ15.60, Noord-Schar-
woude ƒ15.431-, de Rijp f 14.35^, Schoorl c. a. f 13.28|-, Barsin-
gerhorn f 13.13, Oude Niedorp c. a. ƒ12.63, Ilaringcarspel en
D.irkshorn 12.30, St. Paucras f 12.Schermer hom 10.50,
Akersloot ƒ10.15, O. en W. Grafdjle f 10.25, Ouddorp en Oterleek
10.Anna Panlowna Polder 10.Egmond aan Zee f 9.50,
Egmond op den Hoef en Binnen 9.Oosterend op Texel f 8.08,
Broek op Langendijk 7.63, Grootschenner ƒ7.50, Hippolitushoef
c. a. 7.43, Westerschelling ƒ7.06, den Hoorn op Texel ƒ6.75,
Midsland 6.30, Hoorn op Terschelling ƒ6.17, Zuid-Scharwonde
ƒ5.Eenigenhurg ƒ5.Oost-Vlieland ƒ5.Huisduinen 4.75,
Oude Schild 4.35, Oosterland c. a. ƒ4.18, Ejerland ƒ4.Eol-
horn f 3.431, Graft 3.10, Wieringerwaard 3.05, Waal en Koog
f 2.55 en Petten 2.50.
De collecten te Warmenhuizen, Briehuizen c. a.Oud-Carspel en
Callantsoog hebben in dit jaar aaim de huizen der gemeenteleden
plaats gehad, waaraan het aanzienlijk bedrag is toe te schrijven.
Aan het fonds tot verbetering der schraalste predikauts-tracte*
menteu hebben bijgedragen: de ring Alkmaar 35.20, de ring Rijp
ƒ26.de ring Schar/ronde 16, de ring Zijpe 34.de ring
Texel 17en de ring Terschelling f 16.te zamen 204.20.
De Maatschappij van Brandverzekering voor het koningrijk
der Nederlanden te 's Hertogenbosch, heeft den heer Lam bert van
den Bogaert, handelaar in petroleum, die meer dan 500 vateu in
een magazijn, gelegen in het midden der stad, voorhanden heeft,
bij deurwaarders-acte, verantwoordelijk gesteld voor alle schade,
welke de maatschappij tengevolge van die gevaarlijke zelfstandigheid
mogt lijden.
Op de berging van petroleum is den 20 dezer door den gemeente
raad eene verordening vastgesteld, ten gevolge waarvan eene afge
zonderde plaats tot algemeene bewaarplaats van petroleum zal worden
aangewezen, en geene schepen, met die olie geladen, zullen mogen
liggen of lossen dan op de plaats, door burgemeester en wethouders
aan te wijzen.
In het gehucht Dorst, aan den grooten rijksweg van Breda
op Tilburg, is den 22 dezer een diefstal, door middel van braak,
in de kerk gepleegd. De diefstal bestaat uit eenig kerkelijk zilver
werk tot het mis-offer behoorende, en het ligten van den inhoud
van een offerblok. Tot nog toe zijn alle nasporingen der justitie
vruchteloos geweest.
In de vorige week gebeurde den heer JL te Arnhem een
ongeval, dat anders zelden aan mannen overkomt, te weten dat
zijne kleederen vlam vatteden, hetgeen hij, welligt ten gevolge van
slaap, eerst bemerkte toen de vlam zijn ligehaam raakte. Op het
gerucht, dat hij toen maakte, verschrikte zijne nog jeugdige echt-
genoote zoozeer, dat zij van de trappen en in zwijm viel. De heer
M. hierdoor nog meer ontsteld, vergat voor een oogenblik zijn eigen
gevaar, zoodat de vlam eerst gebluscht was toen hem de rug ver
schroeid was. Het gebeurde heeft een treurig gevolg gehad, daar
de heer M. den 22 dezer na smartelijk lijden is overleden.
De Redactie van het Christelijk Zondagsblad, uitgegeven door
E. Gerdes, heeft het navolgende programma openbaar gemaakt.
„Wij hebben bij de oprigting van ons Christelijk Zondagsblad
voor het Nederlandsche volk" de rigting aangegeven, welke wij
wenschen, te volgen. Daar wij thans den derden jaargang zullen
in het licht geven, achten wij het goed en noodzakelijk om de woor
den toen gezegd, te herhalen. Goed, omdat de inteekenaren kunnen
zien, dat wij getrouw gebleven zijn aan onze belofte; noodzakelijk
om de nieuwe inteekenaren te doen weten wat zij te wachten hebben
Nu gelooven wij wel, dat ieder, die tnet onzen naam en onze
rigting op Christelijk litterarisch gebied bekend is, verzekerd kan
zijn, dat wij hem steeds goede vruchten zullen aanbieden nostans,
zoo voor ons zeiven als voor de koopers, achten wij het wenschelijk,
dat wij duidelijk ons programma bekend maken. Wij wenschen
ons volk eene degelijke christelijke lectuur in handen te geven.
Wij zeggen degelijke, omdat wij onder degelijke lectuur zulke
lectuur verstaan, die eene blijvende waarde heeft voor ieder hart,
dat behoefte heeft aan de regtvaardigheid. (Rom. X vs. 10.)
Wij zeggen christelijke lectuur, omdat alles wat wij schrijven
Jezus Christus, Zijne verlossing en heerlijkheid tot middelpunt zal
hebben. Wij hebben ons tijdschrift Zondagsblad genoemd, omdat
wij zeer wenschen dat ons volk, dat in de week weinig tijd heeft
tot' lezen, zich des Zondags heilzaam zou kunnen bezig houden.
Ons boek of Tijdschrift zal vrij zijn van alle politica. Wij willen
ons volk niet in het doolhof en op de slingerpaden eener onbereken
bare uitkomst leiden, maar zullen hen, met de hulpe Gods, langs
den door God, in Zijn onfeilbaar woord, aangewezen weg, brengen
naar die plaats, van waar alleen alle heil en zegen afdaalt, namelijk,
het kruis van Jezus Christus. Wij zullen ons Tijdschrift gesloten
houden voor alle twistgedingen, zoowel op kerkelijk gebied, als op
dat der dogmen. Wij wenschen opstellen te leveren in eenen
milden Evangelischen zin, die geschikt zullen zijn om den wereld-
ling tot nadenken te brengen, en den Christen aan te sporen tot
een volstandig geloof in den God zijns beils. Het heeft ons ver
blijd te vernemen dat het Zondagsblad, gedurende zijne tweejarige
wandeling, vele lezers heeft aangetroffen. Ook weten wij dat ons
blad niet ongezegend is geweest, en wij danken den Heer, die ons
in staat heeft gesteld duizenden bekend te maken met de blijde
boodschap des heils en zeer velen in hun geloof en geloofsleven
te versterken."
Terwijl wij ons ter neder zetten, om de staatkundige geschiedenis
van den dag in enkele trekken te beschrijven, vieren de Christenen
hier en elders het feest, dat spreekt van „vrede op aarde." Jammer
dat de geschiedenis van den dag nog steeds een bewijs van het
tegendeel moet opleveren. Neen, er is nog geen vrede op aarde,
verre van daar. Getuige daarvan het bloed, dat dagelijks in Polen
wordt vergoten, het gedonder van 't kanon in Amerika, het klet
teren der wapens in den Kaukasus, het gekerm der gekwetsten in
Amerika, het krijgshaftig aanzien van Noord-Didtschland.
Nog geen vrede op aarde, dat bewijzen ons de woelingen, die
in de jongste dagen in Italië zijn opgemerkt en die het uitzigt
eenigermate verlevendigen op 't uitbreken van een krijg met Oos
tenrijk tegen 't volgende jaar. De bevrijding van Venetië., de ver
vulling der keizerlijke profecij: „Italië, moet vrij zijn tot aan de
Adriatische Zee," ziedaar wat bestendig door rle Italianen wordt
bedoeld. De Engelsehe regering heeft echter door eene ernstige
aanmaning, om voor alsnog den bestaantlen vrede niet te verbreken,
het uitbreken van mogelijke rustverstoringen zoeken te bezweren.
Italië, cn Oostenrijk schijnen zich, om voor ieder geval gerust te
ziju, op de grenzen zooveel mogelijk te willen versterken.
Nog geen vrede op aarde, die waarheid wordt almede beves-