NIEUWEDIEPER COURANT.
M 69. DO N DElt DAG 23 AUGUSTUS.
UMM.fi
EN
BINNENLAND.
TWEE-EN-TWINTIGSTE
JAARGANG.
HELDER en NIEUWEDIEP, 24 Augustus.
i' -
HELDERSCHE
Deze Courant wordt uitgegeven op zondag en donderdag,
des morgens ten acht uredoor A. A. BAKKER Cz.
in den boekwinkel, Hoofdgracht No. 32.
Abonnementsprijs per kwartaalƒ1.30.
franco per post1.50.
Enkele nommers0.10.
Men abonneert zich bij alle Boekhandelaars en Post
directeuren.
Advertentiën worden aangenomen tot Zaturdag en
Woensdag middag 12 uur, en bij den Heer T. MOOY,
Dijkstraat tegenover deLaan, H 422 ,aau denHelder,\ otllure.
De prijs van 1 tot 4 regels is ƒ0.60. Voor iederen
regel meer ƒ0.15. Zegelregt voor elke plaatsing 0.35.
Buitengewoon groote letters, naar mate der ruimte
die zij beslaan.
Brieven en Stukken franco aan den Uitgever.
Uit het door den kerkeraad der Christ. Afgesch. Geref. Gemeente
alhier geformeerde drietal, is jl. Zondag door de manslidmaten tot
predikant bij die gemeente beroepen, de wel-eerw. heer D. V. Wielinga,
theol. cand. te Kampen.
Zr. Ms. stoomschip Prinses Maria vertrok gisteren namiddag
van hier, met bestemming naar Brouwershaven. Naar men verzekert,
zouden aldaar eenige ongeregeldheden onder werklieden hebben plaats
gehad, waartoe die zending zou noodig geacht zijn. Na de terug
komst van dat stoomschip zal het tot overvoer van een transport
voor Zr. Ms. fregat met stoomvermogen Graaf Adolf van Nassau
naar Vlissingen stoomen.
Men schrijft uit Vlissingen van den 21 dezer
„Heden morgen ten 8 ure werd Zr. Ms. fregat met stoomvermogen
Graaf Adolf van Nassau op eene waarlijk plegtige wijze in dienst
gesteld. Naauwelijks was de groote vlag geheschen en ontplooide
zij hare breede banen over het schoone schip, of de driekleur, den
zeeman zoo dierbaar, deed een onbeschijfelijke geestdrift ontstaan.
Door de fraaije hoornmuziek van het 6de regement infanterie
voor het eerst met de geliefkoosde volksliederen begroet, donderde
het hoezee der bemanning tusschen het schetteren der fanfaren.
Bezield door liefde en eerbied voor de vlag, die smetloos door
zoovele helden aan de nakomelingschap, als het palladium van
moed en trouw, werd overgebragt, sprak de waardige kommandant
de kapt. ter zee Uhlenbeck, tot het ctat-mayor en de bemanning
in die krachtige en mannelijke taal en met die echte militaire
welsprekendheid, welke niet alleen doeltreffend schoon was, maar
ook, diep gevoeld, weerklank in alle trouwe harten vond. Zeldzaam
werd er schooner en voortreffelijker schip op onze rijkswerven
gebouwd. Landgenoot en vreemdeling, die dit meesterstuk van
Nederlandsche scheepsbouwkunde mogten bezigtigen, zijn eenparig
in hunne bewondering. Eergisteren is Zr. Ms. schroefstoomschip
Citadel van Antwerpen buiten dienst en de état-mayor op non
activiteit gesteld. Zr. Ms. korvet Prins Manrits der Nederlanden,
kapt.-luit. ter zee d'Hamecourt, zal van hier binnen kort naar
West-Indiê vertrekken en, na eene afwezigheid van zes maanden,
weder hier binnenvallen."
De adelb. 1ste kl. C. Maas, thans non-aetief, wordt met den
1 Sept. a. s. geplaatst op Zr. Ms. korvet Prins Maurits der Nederlanden.
De 2de luit. C. J. Visser, van het corps Mariniers, is geplaatst
bij de divisie te Hellevoetsluis.
Omtrent de verwachtingen van den te velde staanden oogst
in de provincie Noordholland ontleenen wij het volgende:
»De bouwlanden zullen, naar men veronderstelt, over 't geheel een gunstigen
oogst opleveren, terwijl daarentegen de opbrengst (lcr graslanden ongunstig te
noemen is. Met betrekking tot schadelijke invloeden, als storm, hagel, insecten,
is niets bijzonders mede te deelen.
Van de veldgewassen voldoet de tarwe bet minst. Hoewel tot dusver nog
uit geen enkel berigt is gebleken, dat zij ook iu dit gewest door een schade
lijken worm zou zijn aangetast geworden, hebben de vorst en de voorjaarskoude
haar zeer benadeeld.
Rogge, garst en haver laten zich daarentegen over 't geheel zeer goed aan
zien. In den Haarlemmermeerpolder is echter een groot gedeelte der beide
eerstgenoemde gewassen uitgeploegd geworden; betgeen is blijven staan belooft
een redelijk gewas.
De boekweit heeft veel van dc droogte te lijden gehad. Men voedt echter de
hoop, dat ook dit gewas, hij tijdig gevallen regen, eene goede opbrengst zal geven.
Erwten en boonon staan vrij goed te velde.
De opbrengst der wortelgewassen belooft in 't algemeen gunstig, die der
augurken schraal te zullen zijn. Omtrent de verschillende zaden wordt vrij
gunstig berigt. Het mosterdzaad belooft overvloedig en van voortreffelijke hoedanig
heid te zullen zijn; het koolzaad is daarentegen nog al door de vorst benadeeld.
Van vlas verwacht men eene voordeclige, van meekrap in den Haarlemmer
meerpolder eene vrij goede, elders daarentegen eene schrale opbrengst.
Ook thans ziet men weder, behalve in de duinstreken, een gunstigen aard
appelenoogst te gemoet. De hoedanigheid van dit gewas wordt geroemd. De
ziekte is tot dusver slechts op enkele plaatsen, en alleen aan het loof, opge
merkt geworden.
De vroege tuinvruchten hebben eene goede opbrengst gegeven. De latere
hebben nog al van de droogte te lijden gehad, doch men veronderstelt, dat, zoo
de droogte bij tijds getemperd wordt, ook deze oogst voordeelig zal zijn.
Wat het ooft betreft, luiden de berigten omtrent de fijne vruchten over 't geheel
bevredigend, en die ten aanzien van de appel- en perenboomen zeer gunstig.
Het grasgewas is, vooral in de hooger gelegen gronden, tengevolge van de
droogte, zeer schraal geweest. Dientengevolge is de uitkomst van den hooioogst
ongunstig. Op sommige plaatsen beeft men niet meer dan de helft van da
gewone opbrengst verkregen, ofschoon eene enkele laaggelegen gemeente ook
dezen oogst bevredigend noemt.
Deze ongunstige toestand van het gras- en booigewas beeft op de zuivelpro-
dnctie een nadeeligen invloed geoefend.
Het vee was gezond. De longziekte eischte slechts een enkel offer. Van
tongblaar is geen geval medegedeeld geworden. Ook de varkensziekte heerschte
tot dusver slechts in geringe mate op enkele plaatsen. Het schaapvee, en
vooral de lammeren, leed hier en daar aan den worm.
De collecte voor de noodlijdende kerken en scholen in
Hongarije, op uitnoodiging der Synodale Commissie in de verschil
lende Hervormde gemeenten in ons vaderland gehouden, heeft opgebragt
de som van ƒ17011.
Ds. B. Brouwer, te Barsingerliorn, heeft voor het beroep als
predikant bij de Doopsgezinde Gemeente te Groningen bedankt.
Het 5de nommer der „Gegevens omtrent de zaak der spoor
wegen op Java, door den heer T. J. Stieltjes, ontslagen adviseur bij
het ministerie van Koloniën," is dezer dagen in het licht verschenen.
Dit nommer heeft tot opschrift„Adressen, door den adviseur inge
diend over vervalsching van stukken en niet over de rigting van
den spoorweg." In het voorberigt doet de schrijver uitkomen, dat
hij niet slechts strijd voert tegen spoorwegrigtingen, maar vooral ook
tegen vervalschte stukken, waaromtrent hij zich per adres tot de
beide Kamers der Staten-Generaal en tot Z. M. den koning heeft
gewend, De heer S. geeft tot eene meer juiste beoordeeling der
zaak en tot bevordering eener gewenschte volledigheid ook de tekst
van de beschikking van den minister van Koloniën, waarbij schrij
vers beweringen, vervat in zijn adres aan den koning voor ten
eenenmale onjuist worden verklaard. De heer S. doet daarop uit
komen, dat als zijne beweringen geheel onjuist zijn het dan zeker
aan den minister o. a. moet zijn gebleken, dat op 19 a 24 palen
oppervl. te Singen-lor 46 palen boseh groeijen, plus eene groote
hoeveelheid rijst en dat er dan nog ruimte overschiet voor 42,000
menschen, waardoor dus de mogelijkheid der cultuur in drie of vier
verdiepingen, door den minister worden geconstateerd, en meer
andere zeer grove onnaauwkeurigheden.
Zonder te beslissen aan wiens zijde eene schromelijke vergissing
heeft plaats gehad, mag men toch de belangrijkheid niet ontkennen
van dit werkje, waarin wordt aangetoond: 1. dat de minister geheel
verkeerde stukken aan de Staten-Generaal heeft gegeven en gelaten;
2. dat de ingezonden adressen alleen tegen vervalsching waren gerigt
3. dat de adviseur S. ontslagen is, omdat hij de waarheid voorstond
en de leugen bestreed; 4. dat de minister pleegt hetgeen hij den
ontslagen adviseur ten laste legt: onjuistheden mede te deelen aan
Z. M. den koning.
In het TJtreehtsch Dagblad van 20 dezer komt een ingezonden
artikel voor, waarin de schrijver, met het oog op het gedurig