NIEUWEDIEPER COURANT
EN
BINNENLAND.
TWEE-EN-TWINTIGSTE
JAARGANG.
M 10'i. ZONDAG '2iiDECËMBEtt. 1864.
hit
HELDER en NIEUWEDIEP, 24 December.
HELDERSCHi
Advertektien worden aangenomen tot Zaturdag en
Woensdag middag 12 uur, en bij den Heer T. 51001',
Dijkstraat tegenover deLaan, H 422,aan devHelder,toi\ 1 ure.
De prijs van 1 tot 4 regels is ƒ0.60. Voor iederen
regel meer ƒ0.15. Zegelregt voor elke plaatsing 0.35.
Buitengewoon groote letters, naar mate der ruimtt
die zij beslaan.-
Brieven en Stukken franco aan den Uitgever.
Deze Courant wordt uitgegeven op zosdag en donderdag,
des morgens ten acht ure, door A. A. BAKKER Cz.
in den boekwinkel, Hoofdgracht No. 32.
Abonnementsprijs per kwartaalƒ1.30.
franco per post1.50.
Enkele nominers0.10.
Men abonneert zich bij alle Boekhandelaars en Post
directeuren.
Gisteren avond werd in het lokaal Tivoli alhier eene buitengewone
wintervergadering gehouden door het Departement Helder der Maat
schappij Tot Nut van 't Algemeen. Als spreker trad op de heer
Joh. Dyserinckhij hield eene rede over de tong. De heer J. van
Hattem leverde eene bijdrage in de voordragt van een Maleisch
gedicht, in Nederlandsch proza overgezet, dat in Oosterschen gloed
een romantisch tafereel teekende van de lotgevallen van de prinses
Johor Mahikan, dochter van Harun al Raschid, vorst van Bagdad.
Eindelijk werd door den heer A. D. van Buuren een dicht
stukje voorgedragen, dat ten opschrift had: nHet nut van het Nut
van 't Algemeen."
Ten slotte bragt de vice-voorzitter, de heer C. J. Blok, dank
aan de sprekers voor de gehouden voordragten en sloot deze verga
dering, de laatste in het haast eindigend jaar.
Op ons daartoe gedaan verzoek, zijn wij in staat gesteld uit de
rede van den heer Dyserinck het volgend fragment, over de scherpe
tongenmede te deelen:
„Wat scherp is voelt ieder; een scherp mes is, - ja, wat is? -
is eigenlijk eerst een mes. Toegepast op onze zintuigen: het oog,
de neus, het oor, doet het woord u denken aan een sterk gezicht,
een fijne reuk, een uitmuntend gehoor. Scherp van geest, d. i.:
scherpzinnig te wezen mag een voorrecht genoemd worden, dat, als
bij hooge uitzondering, slechts aan enkele menschen ten deel valt.
Voor den rechter is een scherp, m. a. w. naauwkeurig en gestreng
onderzoek, volstrekt noodig om rechtvaardig uitspraak te kunnen
doen. Voor een redenaar is niets wenschelijker dan een scherp ge
hoor, d. i. een gehoor hetwelk met belangstelling luistert, met
kennis van zaken nadenkt en zonder aanzien des persoons oordeelt.
Eu nu de toepassing van het woord scherp op de tong. Daarin
ligt, voor wie ook er aan lijdende is, iets pijnlijks, om de eenvou
dige reden, dat, terwijl men in het algemeen aan het woord scherp
zijn oorspronkelijk gunstige beteekenis laat, men deze daaraan ont
neemt, bij de gedachte aan de tong in het bijzonder. Ieder wenscht
wel een scherp gezicht en een scherp gehoor te hebben, maar waarom
dan ook niet een scherpe tong, d. i. zulk een tong, die juist en
streng haar woorden kiest als uitdrukking van hetgeen gezien,
gehoord en gedacht is? (Men veroordeelt wel het gemis er van in
de zegswijze: „gij drukt u niet scherp genoeg uit?"). Waarom niet?
omdat men met zulk een scherpe tong gewoonlijk de Kaarlieid zegt.
Ik wenschte wel, dat in dezen alle menschen een scherpe tong
hadden 1 Dan zouden onze dagelijksche gesprekken wat pikanter,
onze oordeelen wat juister en onze reden wat degelijker zijn.
Maar, toehoorders! ik moet rechtvaardig wezen: „scherp en scherp
zijn twee." Bij de toepassing van het woord op de tong nemen
velen het synoniem met stekelig, vinnig, bijtend, bitter, nijdig, hate
lijk. En, daaraan denkende, zeg ik, tot nut van het algemeen, dat,
even groot vriend als men moet zijn of Korden van een scherpe
tong in gunstigen zin, men even geduchte vijand moet blijven van
een scherpe tong in ongunstigen zin, met al die (zoo even genoemde)
onbeminnelijkheden, welke gewoonlijk voortkomen uit een hart,
dat niet op de rechte plaats zit."
De door sneeuwstorm belemmerende communicatie herinnert
ons in de laatste dagen aan soortgelijken geïsoleerden toestand van
voor vier jaren, ook in de laatste dagen van December. Men brengt
zich thans nog te binnen den tijd, toen Helder en Nieuwediep waren
„zonder gist." Thans valt omtrent het uitblijven van postpakketten
het volgende te vermelden. De straatweg tusschen Alkmaar en
Haarlem was op sommige plaatsen door sneeuw versperd,
zoodat de brieven niet verder konden komen dan tot Alkmaar,
terwijl, bij het stremmen der vaart door het Groot Noordhollandsch
kanaal, de gemeenschap met het verder gelegen gedeelte van onze
provincie zoo goed als afgebroken was.
Gisteren avond en heden zijn eindelijk de postpakketten van
Haarlem hier aangekomen, zoodat nu weder de communicatie is
geopend. De zee is voor de kust met drijfijs bezet.
Naar wij vernemen, wordt de kapt.-luit. ter zee L. R. de
Haes, thans kommandant van Zr. Ms. drijvende batterij Neptunus,
liggende alhier, eerlang van dat kommandement ontheven, om als
equipagiemeester naar Oost-Indie te worden overgeplaatst. Veel,
zeer veel zullen de mindere officieren aan boord van gemelden bodem
aan hunnen kommandant verliezen; opregte humaniteit, geen zwoem
van trots, kenmerken het karakter vau den door ieder beminden overste
de Haes. Maar vooral zullen de zeesoldaten onherstelbaar veel
verliezen. Hoezeer een ijverig voorstander van naauwgezette orde
en dienstbetrachting, toonde hij het grootste geduld met de oefening
der telken jare aankomende loteliugenhij behartigde hunne dienst
en, zoo dikwijls het noodig was, huDne partictlliere belangen. In
één woord, het was zijn streven dat de, na volbragte oefening,
huiswaarts keerende militiens, zich het verblijf aan boord van de
Neptunus geenszins te beklagen hadden.
Met primo Mei a. s. zal o. a. de volgende garnizoens
verandering plaats hebben
Het 1ste bat. van het 7de reg. Infanterie vertrekt van den Helder
naar Haarlem, en het 4de bat. van Haarlem naar den Helder.
Van het 2de bat. van genoemd regiment vertrekt de linie-comp.
van Amsterdam naar Hoorn, terwijl van het 3de bat. de linie-comp.
van Hoorn naar Amsterdam wordt verplaatst.
Voor eenigen tijd werd door ons melding gemaakt van de
ijverige pogingen, door den heer J.L. Kikkert, notaris en wethouder
op Texel, lid van de Prov. Staten van Noordholland, aangewend, om
de hooge regering opmerkzaam te maken op de verbreeding der zeegaten
van Texel, Vlieland en Terschelling, ten gevolge van het afnemen
der duinen, vooral te Vlieland, met aandrang tot maatregelen van
voorziening in den toestand dier duinen. De heer Kikkert werd in
zijn pogen gesteund door onderscheidene gemeente-, dijk- en polder
besturen, die het hooge belang daarvan inzagen. Thans vernemen
wij, dat, tengevolge van die vereenigde beraoeijingen, de opmerk
zaamheid der regering reeds op die zaak is gevestigd, zoodat in
dit jaar reeds werken zijn aanbesteed, strekkende tot behoud der
duinen van Vlieland, terwijl éen onderzoek naar den toestand der
genoemde zeegaten wordt ingesteld, tengevolge waarvan, zoo
noodig, maatregelen zullen worden genomen tot afwering van het
dreigend gevaar.
Jl. Woensdag is de heer mr. S. baron van Heemstra, lid van
de Tweede Kamer der Staten-Generaal voor het hoofdkiesdistrikt
'Middelburg, op zijn buitenverblijf, onder Maartensdijk, overleden.
Jl. Donderdag werd aan het Prov. Gouvernement van Noord-
holland o. a. aanbesteed: het onderhoud van de Rijks-zeeweringen
op Texel, van 1 Jan. 1865 tot 31 Dec. 1867minste inschrijver
de heer W. Hillenius aldaar, voor ƒ6889 per jaar en: het onder
houd van het gebouw der Arrondissements-Regtbauk te Hoorn,
gedurende de jaren 1865, 1866 en 1867; minste inschrijver de heer
M. Godvliet aldaar, voor 2228.
In de zitting van de Tweede Kamer der Staten-Generaal van
jl. Woensdag is Hoofdstuk IX der Staat sbegrooting voor 1S65
(Koloniën) aangenomen, met 47 tegen 24 stemmen.