BINNENLAND. op zijn smalst, beleefde in den verloopin tijdkring geen gelukkig jaar. Een Amsterdammer, de heer van Nierop, stond in de Tweede Kamer op, 0111 der Kanaalmaatschappij de illusie van een voltee- kende geldleening te ontnemen. Op 't oogenblik waarop wij dit ter neder schrijven, is ons nog niet gebleken of zijne mededeelmgen van de weinige soliditeit des Engelschen aannemers meer of mindei bevestigd zijn geworden. Maar, zooveel is zeker, dat de zaak der doorgraving in ieder geval in zedelijke kracht aanmerkelijk heeft verloren, op een oogenblik, weinig geschikt om een daarstelling van het werk van Rijkswege te verwachten. Roemrijk is de herinnering aan het jaar 1864 door den lauwer, die onze zeemagt zich verwierf in den strijd tegen de hinderpalen, die aau handeldrijvende natiën in de Japansche Binnenzee werden in den weg gelegd. In vereeniging met de verbonden mogendheden, die hetzelfde belang stelden in den vrijen doortogt, die ons een jaar te voren werd betwist en geweigerd, werd de eer der vlag gehandhaafd en het vrije verkeer verzekerd. Waardig het voorge slacht met zijn de Ruiter, Trompen en van Galen, waakten onze zeelieden, door dappere bevelhebbers aangevoerd, voor de belangen van het dierbaar vaderland. De onderscheiding, door EngeluuiFs koningin aan den Nederlandscheu bevelhebber de Man vereerd, draagt blijk van de diensten, door onze zeemagt aan de expeditie bewezen. Letten wij eindelijk op onze naaste omgeving, dan trekt het onze aandacht, dat de vermelding van den rampspoed der schip breukelingen, waarvoor wij een groot deel van ons overzigt over het voorafgegane jaar moesten toewijden, thans kan worden ver vangen door de vermelding van middelen, aangewend om de ver meerdering van zulke zeerampen te voorkomen. Wij blikken op drie kustlichten, in onze nabijheid ontstoken, een in Eijerland op Texel, twee nieuwe lichten nabij Kijkduin, allen bestemd om den zeeman tot baak en gids te dienen op de vaak zoo omstuimige zee. De lichttoren nabij de zoo gevaarlijke liijerlandsche gronden scheukt vooral eenc aangename herinnering bij den terugblik over het. jaar, dat zulk een heerlijk blijk van liefde tot den naasten, door den heer J. L. Kikkert met krachtige roepstem begeerd, luisterrijk ver rijzen zag. Nog eenmaal werpen wij den blik terug en houden onze op merkzaam lieid gevestigd op de feestviering van den 4 Mei jl., toen de gemeente Helder met dankbare vreugde herdacht, hoe voor 50 jaren deze vesting, 11a ecu langdurig cu lastig beleg, van de Eransche overhecrschiug ontslagen, ouder het gebied kwam van een telg uit het geliefde stamhuis van Oranje. Dankbaar voor het genot van vrede, gedurende eeue halve eeuw, verheugde men zich over een bloei cu welvaart, die in dat tijdsverloop do bevolking met vele duizendtallen heeft doen vermeerderen. Des te meer werden wij in den loop des jaars aan de zegenin gen des vredes herinnerd door het achtereenvolgend bezoek van oorlogsvaartuigen der Deneu, Pruisson en Oostenrijkers, die, van hier vertrekkende, den strijd te gemoet gingen Groot was ons voorregt, nu wij zoo van nabij de strijdvoerenden konden gadeslaan, terwijl binnen onze eigene landpalen bestendig rust en vrede ge handhaafd bleven. De laatste maand dezes jaars bragt tot ons het. heugelijk berigt van het voorgenomen herstel aan het drooge dok op 's Rijks werf alhier; de uitvoering van dit werk zal voorzeker aan deze gemeente zeer voordcelig zijn. Niet minder gewenscht is voor de plaats onzer inwoning de spoedige in gebruik stelling van den spoorweg van hier op Alkmaar. De jongste dagen deden het maar al te zeer gevoelen, hoe ligt wij bij besloten water van het overig deel des lands worden afgesloten. Wij wierpen daar den blik om ons heen en bragten voor onze verbeelding terug de gebeurtenissen, die in 't verloopeu jaar op het wereldlooncel plaats grepen. Ze gaven beurtelings stof tot droefheid en vreugde en, waar wij thans de onzekere toekomst tegen- blikken, houden wcons verzekerd, dat ook daarin een wisseling van blijde en treurige voorvallen ons treden zal. Wij hebben, ja, de beste wenschen gereed voor den vrede der wereld, voor de welvaart der natiën, voor den bloei van 't dierbaar vaderland en voor die van de plaats onzer inwoniug. Eu blijft liet antwoord achterwege op de vraa°": wat zal ons de toekomst scheuken? toch klinkt ons van uit de ervaring der vorvlogene tijden een stem der hoop te gemoet. Wei is alles wat ons omgeeft onbestendig eu voorbijgaande, maar dat wat goed is en edel gaat niet verlorenen blijft verschoond van den bitteren alsem van het naberouw. Oorlogen mogen er woeden en wie huivert niet van de verwoestingen, die zij aan- rigteu! onder het wijs en weldadig bestuur der Voorzienigheid voeren zij voorzeker tot een heilrijk doel. Reeds is het een uit nemend verschijnsel, dat de afkeer van den krijg wortel schiet in de harten des volks en dat de christelijke liefdadigheid in meusch- lievende behandeling van gekwetsten haar altaar bouwt op het oorlogsveld. Al te groot zijn de zegeningen, die door den vrede in 't rond worden verspreid, dan dat men, bij de toenemende beschaving en verlichting, daarvoor langer liet oog zou kunnen sluiten. Waar wij dan bij liet intreden van een nieuwen tijdkring wenschen uiten voor eenc weldadige toekomst, daar smeeken wij om een rijken zegen voor volken en natiën, voor het Hoofd van onzen Staat en voor het land onzer inwoning, voor onze woonplaats en hen die haar besturen, voor de bronnen van bestaan, opdat ze mildelijk vloeijen, ten zegen des volks. Dan wenschen wij, dat het oorlogs zwaard alom mag worden in de schede gestoken, opdat voorspoed eu welvaart niet langer worden weerhouden om hun zegen te ver spreiden. Het jaar 1865 worde een gelukkig jaargeleerd door de ervaring der tijden, die voorbij gingen, zij het ieders streven meer en meer om geluk en zegen om zich heen te bevorderen, den arme wel te doen en steeds te betrachten de spreuk, die wij ook bij de drie en twintigste jaargang boven het gemeente-wapen plaatsen: „Wij huldigen het goede." HELDER en NIEUWEDIEP, 31 December. Bij de gisteren op het Raadhuis alhier gehouden verkiezing voor een lid van de Kamer van Koophandel en Fabrieken, zijn uitgebragt op den Heer A. J. "VAN KELCKHOVEN 14, op den Heer C. VAN VEEN 9, op den Heer W. C. M. VAN BRUGGEN 3 en op den Heer Mr. Oh. BOSCH REITZ 2 stemmen. Alzoo herstemming tusscheu beide eerstgenoemde Heeren. Naar wij vernemen, is door den gemeenteraad van Biervliet (provincie Zeeland) tot hoofdonderwijzer aan eene Bijschool in die gemeente benoemd, de heer P. Valk hulponderwijzer in de Gemeente-school No. 6 alhier; de heer W. Krijneu, thans mede werk zaam in diezelfde school, is benoemd tot hulponderwijzer aan de Bijzondere school voor Nationaal Christelijk Onderwijs te Hoogteen (provincie Drenthe). De Staats-Courant behelst de wet van 19 Dec. jlM waarbij magtiging verleend wordt om, ten behoeve van het drooge dok te te Willemsoordhet Vide Hoofdstuk der Staatsbegrooting voor 1864 te verhoogen met 135,000. Aan de opgaaf van de bewegingen der schepen, uitmakende het Nederlandsch cseader in Oost-lndie, dd. 15 Nov. 1864, out- leenen wij het volgende: Zr. Ms. scluocl'stoomkorvct Medusa, kapt.-luit. ter zee jhr. F. de Casembroot, is den 15 Nov. jl. van Japan ter reede Batavia aan gekomen. Zr. Ms. sehroelstoomschip het Loo, luit. ter zee lslc kl. P. Koning, wordt te Soerabaija gereed gemaakt voor de reis naar Nederland en zal spoedig deze bestemming opvolgen. Zr. Ms. schroef- stoomschip Vice-Admiraal Koopmankapt. ter zee J. M. J. Brutcl de la Rivière, wordt te Soerabaija voor de reis naar Nederland in gereedheid gebragt. Z. M. heeft benoemd bij het wapen der Infanterie tot 2de luits.bij het 1ste reg. de serg. J. de Blom, van het reg. Grena diers en Jagers, F. P. Sievcrs en II. J. C. Boneinpijer, van het 3de reg. Inf.bij het 2de reg. de serg. J. van der Meer, van het 7de, J. J. Gcers, van het 4de en N. H. J. Gielissen, vau het 3de reg.; bij het 3de reg. de serg. J. van Maaren, van liet Instructic- Bataillo», A. Bogaert, van het corps en G. H. Veerman, van het 6de reg,; bij het 4de reg. de serg. W. G. Haarman, van^het corps, W. P. Stutterheim, van het lsle reg., M. A. de Meijier, van het reg. G reu. en Jagers en C. W. F. H. M. Hustinx, van het 5de reg.; bij het 5de reg. de serg. C'. van Leeuwen, van het 1ste reg.; bij het 6de reg. den serg.-tit. J. A. Vink, van het corps, de scr«\ T. A J. Roersch, van het 4de en J. H. F. Ritter, van het 3de reg.; bij het 7de reg den serg. W. G. Teunissen, van het 1ste en den serg.-tit. J. Lojenga, vau het Sste reg.; bij het Sste reg. de serg. P. J. Ie Jolle, van het 7de en C. J. Onwerling, van het 3dereg. Z. M. heeft benoemd tot commies bij het Departement van Financiën den heer A. Jansen, eervol ontslagen directeur van het postkantoor te Wormerveer, en tot ontvanger der directe belas tingen en accijnsen te Zaandijk, den heer C. H. Smit, thans te Maassluis. Dezer dagen zijn weder 11 surnumerairs benoemd bij de dienst der Staatsspoorwegen. Niet minder dan 1S00 personen dongen naar eene aanstelling. De Eerste Kamer der Staten-Generaal heeft gisteren de wet op de middelen aangenomen met -25 tegen 3 stemmen. Door het Prov. Bestuur van Noordholland zijn den 29 dezer aanbesteed: 1. de aanleg eener telegraaflijn met twee draden, van Hoorn naar Alkmaaren het spannen van een tweeden draad langs de bestaande lijn tussehen Hoorn en Amsterdam; minste inschrijver de heer A. Molenaar, te Iioorn, voor 2094; - 2. het driejarig onderhoud der duinen op het eiland Terschelling, gedurende de jaren 1865, 1866 en 1S67: minste inschrijver de heer J. Visser, te Marken, voor 3150 per jaar; - 3. het afbieken van de bestaande en het bouwen van eene nieuwe school te Oosterend op Texelmet liet uitvoeren van eenige verbeteringen aan de onderwijzers-woning; minste inschrijver de heer R. Vos, te Nicwcediep, voor f 5278. Donderdaï 12 Januarij e. k. zal, aan hel Prov. Gouverne ment van Noordholland worden aanbesteed: hel onderhouden gedu rende liet jaar 1S65 van de schutsluis Willem III met hare voorhaven, de voorhaven der schutsluis Willem I, de vangdammen langs het Y en het Noordhollandseh kanaal, tussehen genoemde sluizen en de keersluis te Buiksloot. De ontvangen bcrigten omtrent de uitkomsten van den oogst van IS64 in de provincie Noordholland luiden over het geheel niet gunstig. De gezondheid van het vee was goed. De longziekte kwam zeer weinig voor en van tongblaar wordt niet gerept. De varkensziekte en de worm onder de schapen waren minder hevig dan het vorig jaar. De veeteelt moet niet ongunstig zijn geweest. Het Volksblad bevat de volgende nieuw erwetsche Amerikaan- sche definitiën uit een Engelseh tijdschrift: „Amerika.: De jeugd die tot mannelijkheid rijpt. Vudr: De eenige hardwerkende dienstbode, die als vriend in de feestzaal wordt toegelaten. Inkt: De gekleurde slavin, die onze gedachte dient. OorlogMoord, op de maat van muziek. Badzaal: Eene broeikas van kunstmatige manieren. Dwingelandij: De vorst die den stroom vau maatschappelijken vooruitgang verstijft of belemmert." Den 27 dezer werd het stoffelijk overschot van den heer A. Egelman, in leven gepensioneerd adjunct-commandant in het huis van correctie en arrest te Hoorn, met plegtigheid ter aarde besteld. Bij den grafkuil sprak jhr P. Opperdoes Alewijn een treffend woord ter eere van den ontslapene4 die als sergeant-majoor den slag van Waterloo bijwoonde en in 1830 als lste luitenant weder in dienst trad. In den lOdaagschcn veldtogt werd zijn paard onder hen^dood geschoten en ook nu bij zijne begrafenis toen de lijkkoets de Xoorder- barricre was gepasseerd en door de militairen een schot gelost werd

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche en Nieuwedieper Courant | 1865 | | pagina 6