v. m., 38,390 inw.; voegt men hierbij Sleeswijk-llolstcin, 230 v. m.,
en 800,000 iiuv., aangenomen zelfs (lat Denemarken Noord-Sleeswijk
terugkrijgt, dan zal het grondgebied van Pruissen een oppervlakte
van 6333 vierkanten mijlen beslaan en die Staat een bevolking van
23,266,642, inwoners tellen.
De koning van Pruissen liecft jl. Zondag middag de buitengewone
zitting van den Landdag geopend. In den aanhef zijner troonrede heeft
Z. M. in nlgcmeenc bewoordingen dc resultaten van den gevoerden krijg
geschetst. Z. M. deed uitkomen, dat „de Pruissische vanen zich in
dien krijg ontplooid hebben van dc Karpathen tot aan den Pijn";
beweerde, dat de oorlog geweest was „een heilige strijd voor de
onafhankelijkheid des vaderlands", en dat de krijgshaftige natie
„met geestdrift gehoor gegeven had aan de oproeping tot dien strijd";
gewaagde van „vijandelijke aanvallen" tegen de Pruissische grenzen,
welke „afgeslagen" hadden moeten worden, en drukte er op, dat de
behaalde overwinningen o. a. ook dienen moesten „om den weg te berei
den voor de nationale ontwikkeling van Duitschland." De taak, welke
thans op Pruissen rusten zou, werd door deti koning aldus omschreven
„Door eendragtige zamenwerking zullen regering en vertegenwoor
diging de vruchten tot rijpheid hebben te brengen, welke, indien
men het dezer dagen gezaaide bloedige zaad niet te vergeefs uit
gestrooid zal hebben, bestemd zijn, daaruit te voorschijn te komen."
In tien officiëlcn Fransehen Moniteur is het volgende artikel van
dc Londenschc Momhuj Fost, zonder toevoeging van aanmerkingen,
•overgenomen
„De "Westcvsche mogendheden hebben zijdelings zeer groot belang
bij de veranderingen, die in Midden-Europa plaats grijpen; maar
het zijn geenc veranderingen, die voor haar reden van bezorgdheid
opleveren. Dc hoofdzaak voor Frankrijk en voor Engeland is de
instandhouding van den vrede in Europa, en dat doel kan, onder
behoorlijke behoedzaamheid, zeer gemakkelijk worden bereikt door
de zamenwerking van twee of drie grootc militaire mogendheden,
■wier gesteldheid alle reden tot verdere uitbreidingen van grond
gebied en tevens alle reden tot beduchtheid voor onderlinge aan
vallen zou wegnemen.
„Italië, nu vrij zijnde van de Alpen tot de Adriatisclie zee, zal
voortaan niets meer te verlangen hebben.
„Oostenrijk, genezen van zijn onmatig vertrouwen op zijne krijgs-
magt., zal al zijne zorg aan de ontwikkeling zijner bronnen van
welvaart wijden en zal tevens trachten zich eene 'staatsinrigting te
geven, waarop het zieh in tijden van gevaar zal kunnen verlaten.
„Pruissen, zijne weuschen bevredigd ziende door zijn overwigt in
Duitschland, zal in staat zijn, al den invloed en al het gezag,
welke het nu heeft verworven, bevorderlijk te maken voor den
vooruitgang der beschaving."
Mexico treed in de jongste dagen weer in het staatkundig nieuws
op den voorgrond. Ofschoon de berigteu van den ongunstigen
toestand des keizerrijke voor niemand eene groote verrassing kunnen
zijn, mogen de gebeurtenissen van den (lag toch zeer belangrijk
heeten voor hen, die nog altijd hoopten den keizerlijken troon
hechter en sterker te zien worden. Reeds is de keizerin naar Europa
op reis, om wclligt nimmer in Amerika terug te keeren, en hoewel
het berigt van Maximiliaan's vervallen verklaring nog niet wordt
bevestigd, gelooft men er aan, dat die gebeurtenis niet lang zal
uitblijven. Voor Mexico en zijne bevolking zou, om meerdere
rampen te voorkomen, niets wenschelijkcr zijn, dan een spoedig
herstel der republiek, die toch blijkbaar, ondanks den tegenstand
van keizer Napoleon, zich weet te handhaven.
De koning en de koningin van België hebben doen weten, dat
zij eerlang de stad Antwerpen een officieus bezoek zullen brengen tot het
bezigtigen der dokken en verdedigingswerken, en verlangen, dat
alle feestbetoon daarbij achterwege zal worden gelaten.
Als eene karakteristieke bijzonderheid moge dienen, dat de
Su-cle het portct van den heer von Bismarck kosteloos aan al zijne
abonnementen heeft toegezonden.
Het weekblad le Courrier du Dimancle is opgeheven. In zijn
rapport aan den keizer, zegt de minister de Lavalette, dat hij aan
leiding tot dezen gestrengen maatregel heeft gevonden in een onlangs
in het genoemde blad opgenomen artikel van den heer Prévost-
Paradol, waarin o. a. gezegd werd: „Frankrijk is eene schoone
hofdame, bemind door de ridderlijkste mannen, en die wegloopt,
ten einde met een stalbcdieudc te gaan zameuwonen. Dag aan dag
zinkt zij dieper weg in een poel van allerlei vernederingen; maar I
het is gedaanzij heeft daarin smaak gevonden en kan aan dien
onwaardige» minnaar niet ontrukt worden." Verder: „Edele en
geliefde natie, wie zal uwe zaak bij het slechts al te gestrenge
nagcslaeht bepleiten, zoo als het behoort? Wie zal genoegzaam
doen uitkomen, dat uwe ontmoediging voorkomt uit uwe nederlagen
dat uwe verzwakking liet gevolg is van herhaaldelijk vallen; dat
gij een afkeer hebt gekregen van verderen arbeid, omdat uwe tal
rijke schitterende pogingen tot ommekeer onvruchtbaar zijn gebleven
Even als die onhandige man, wiens geschiedenis aan de kinderen
wordt verhaald, die niet kon gaan, zonder te vallen; die geen meubel
stuk kon aanraken, zonder het te brekendie dc hand niet kon uitstrek
ken, zonder iemand of iets omver te werpen. even als die man eindigde
met op zijn stoel te blijven zitten, uit vrees, dat hij, opstaande, het huis
zou doen instorten, even zoo staat gij daar onbewegelijk cu sprakeloos,
vervuld van wantrouwen jegens u zelve, verwonderd en ontdaan
door het gevoel, dat gij nog krachtig zijt, doch onmagtig, die kracht
ten goede aantewenden. Dit droevig lot, zal echter niet eeuwig
duren; die tegenstrijdigheid zal eenmaal ophouden." Door dergelijke
taal wordt, volgens de regering, de eer van het land beleedigd en
het volk tot opstand aangezet. De Courrier du DuuaucTie had
vroeger reeds acht waarschuwingen ontvangen; het blad was twee
malen geschorst en had eene rcgtelijke veroordeelïug ondergaan
wegens „opwekking tot haat en verachting van het gouvernement."
De Franschc Academie heeft als prijsvragen uitgeschreven,
voor 1S67, in het vak der dichtkunst: „De dood van president
Lincoln;" en voor 1S6S, in het vak van welsprekendheid: „Rede-
vocring over Jcan Jucques ltousseau."
Onder dc protestanten in Frankrijk is besloten aan de Parijsehe
wereldtentoonstelling eene aftleeling voor de zendingszaak toe te
voegen, alwaar voorwerpen en getuigschriften in verband staande
met de werkzaamheden der zendeling-genootschappen zullen vercenigd
worden. Het geld tot bekostiging daarvan is .reeds gedeeltelijk
bijeengebragt, vooral door bijdragen van Engelsche protestanten.
De wandelaars in dc diergaarde te Parijs werden deze week
als één man naar de plaats gelokt, alwaar de olifant zich bevindt.
Dat kolossale dier stoml gedurig te draaijen eu maakte zulke
vreemde sprongen, dat de toeschouwers elkaar verwonderd vroegen:
„Wat zou dat toch beteckenen?" Weldra werd hunne vraag beant
woord. Een rat was namelijk in den snuit van den olifant gekropen
en, hinderlijk als dit hem scheen te zijn, wist het dier niet wat te
doen. Eindelijk begaf hij zich naar de iu zijne nabijheid geplaatste
kom met water, slurpte den gcheeleu snuit vol cu nieste, waardoor
de rat, eindelijk geen weg meer wetende, met het water uit den
snuit te voorschijn kwam. Toen de lastige bezoeker op den grond
lag, trapte de olifant hem met zijne dikke pooten dood, en vervolgde
daarna, even statig als le voren, zijn weg naar het hek, waarvoor
zieh vele toeschouwers hadden geplaatst. Tot belooning ontving de
kolossus een aantal klontjes suiker.
Eenige dagen geleden heeft de heer Jarre, te Parijs, uitvinder
van een nieuw geweer, in tegenwoordigheid van een talrijk publiek
eenige merkwaardige proeven geleverd. Dit geweer schiet 60 maal
in 38 seconden, dus bijna 100 malen in één minuut! Het wapen
is ligt, gemakkelijk te gebruiken, terwijl er geen gevaar voor
springen bestaat. liet zündnadel-gewccr wordt door deze uitvinding
bijna geheel doelloos.
Iu het laatst der vorige week werden te Parijs zeer ongunstige
geruchten omtrent de gesteldheid van het Mexicaansche keizerrijk
verspreid. Zoo werd er gezegd, dat de keizerin van Mexico het
land had verlaten om naar Europa terug te keeren. Die geruchten
worden door le Fai/s, een ministerieel dagblad van Parijs, alsmede
door het Mcmorial Diplomatiquc, ten stelligste tegengesproken.
Te Parijs wordt druk gesproken over eene geschiedenis, veel overeenkomende
met die van den collier dc la Reine. In do maand Fcbr. jl. ontving dc lieer
Cramer, juwelier aldaar, een brief, voorzien van het Pruissische wapen en
ondertcekeud„Graaf von Schaflgolsche, kamerheer van Z. M. den koning van
Pruissen", eu waarin men hem verzocht modellen te leveren voor ccnc orde in
lirillanteu, welke de koningin voornemens was in te stellen. Dc juwelier nam
natuurlijk dadelijk de opdragt na», en eenige dagen later kreeg hij teekeningen
door dc koningin zclre vervaardigd, met eenige aanwijzingen vau hare hand.
De Juwelier ging aan den arbeid en eenige weken later zond hij CCil prachtig
kruis inet brillonten omringd naar Berlijn. Hierop volgden gclukwcnsclvingcn
met den volbrogten schoonon arbeid, en eene bestelling van een twaalftal kruizen,
alsmede dc toezegging voor dc vervaardiging der kroon van den prins vnn
Hohenzolloru nis souverein der Donau-vorsteudommcii. Do juwelier was do
gelukkigste aller stervelingen, en hij rekende voor altijd fortuin gemaakt te
hebben. Maar wanneer en hoe moest hij de kruizen verzenden? De graaf
antwoordde, dat hij belast was met een diplomatieke zending, maar op een door
hein bepaalde dag te Keulen zou zijn eu ten huize vau een bankier aldaar dc
decoratien in ontvangst nemen. Dc heer Cramer zond dc kruizen naar het huis
Opperheim, met berigt dat men ze moest afleveren aan den kamerheer van den
koning vau Pruissen. Eenige dagen later gaf de graaf aan den tnsschcnpersoon
schriftelijk kennis, dat hij op zeker uur dc stad zou doorkomen, en verzocht,
dat het pakje van den juwelier tegen bewijs van ontvangst hem zou worden
afgegeven. Zoo gezegd zoo gedaan. Dc koningin van Pruissen was - zoo schreef
dc graaf aan den juwelier - opgetogen met het werk, cu hij (de kamerheer)
deed etu nieuwe bestelling van kruizen, evenals de vorigen met diamanten.
Van betalen werd echter niet gesproken, eu de juwelier, die ongerust begon (e
worden, wist niet wat hij doen of laten moest. In zijne verlegenheid ging hij
den Pruissischcu gezant te Parijs do zaak vertellen, en de gezant verklaarde
hem, dat hij met een opligter tc doen had géhnd en dat diens brieven vulsch
waren. Op raad van den gezant vertrok de wanhopende juwelier naar Baden
daar krteg bij een audiëntie bij de koningin en vernam uit baren mond de
zekerheid, dat zij van die kruizenhistorio uiets hoegenaamd wist. Tc Parijs
teruggekeerd vond bij een brief van zijnen voorgewenden graaf, die hem zijne
benoeming tot ridder der Roodc-Adelaarsorde voorspiegeldemanr de lieer Cramer,
nu door schade wijs geworden, gaf aan dc policie kennis van het gebeurde en
het gelukte haar den vos iu den val te vangen. ÏVuar liet schijnt is dc opligter
de zoon van een oudeu generaal, die zelfs zekere betrekkiug aan liet Pruissische
hof bekleedt, manr door den hartstogt voor liet spel zijn gansch vermogen ver
loren heeft. In het hotel te Parijs, waar hij zijnen intrek had genomen, vond
men al de brieven van den juwelier, diamanten van de kruizen afgenomen
visite-kaartjes met den naam „graaf Selwfi'gotsclic", een stempel met het wapen
der koningin van Pruissen enz. Eerstdaags zal deze zaak voor het hof van
assiscs behandeld worden.
Er worden te Parijs groote aanstalten gemaakt voor de viering
van den 15 Augustus, de nationale feestdag en den naamdag van
den keizer. De medewerking van de onderscheidene kerkgenoot
schappen daarvoor inroepende, zegt dc minister van Ecredienst:
„Frankrijk maakt zich voor zijn nationaal fee3t gereed te midden
van gebeurtenissen die een schitterend blijk van 's keizers zedelijken
invloed geven. Door bloedige worstelingen verscheurd, houdt Europa
het oog op ons land gerigt, en het wacht op de uitwerkselen eener
edelmoedige bemiddeling, waardoor de vredelievende inzigten zullen
boven drijven."
In het bosch Yésinet hebben in de vorige weck de zoon vau
een rijken architect en een photograaf geduelleerd. Tot het twee
gevecht was de degen gekozen en de photograaf bragt zijnen tegen
stander een steek toe, die onmiddellijk den dood ten gevolge had.
De lord-mayor van Londen, heeft aan den lord-mayor van
New-York liet volgend telegram gezonden: „Moge onze handel
bloeijen en vrede en vooispoed ons vercenigd honden." Den 4
dezer heeft de lord-mayor van New-York daarop aldus geantwoord:
„De volharding en schranderheid van den mensch, door de voor
zienigheid geleid, hebben de beide wcrclddeelcn met elkander ver
bonden. Moge dit middel er toe bijdragen, om liet geluk cu dc
regten van alle volkeren te bevorderen."
Te Birmingbam wordt een standbeeld voor James Watt, den
uitvinder van dc stoomwerktuigen, opgcrigt. Dc lieer Alexander
Munroe, is met de vervaardiging belast; het monument zal 900
goinjes of 10,800 kosten.
Als waar wordt in de militaire kriugen tc Wccncn het vol
gende verhaald: Daags voor den zeeslag bij Lissa gaf admiraal
Tegethoff per telegraaf aan zijne regering berigt dat Lissa in gevaar
verkeerde door de vijandelijke vloot aangevallen te worden, en hij
vroeg alzoo of hij daarheen zou stevenen. Het antwoord uit Weenen
was eenvoudig-, neen. De admiraal onderwierp zich, maar toen hij