XATIOXALE MILITIE.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS der gemeente HELLER
brengen ter openbare kennis:
Dat liet ONDERZOEK OVER DE VERLOFGANGERS
van de Militie te land, bedoeld bij art. 138 der wet op de Nationale
Militie, voor deze gemeente is bepaald op Maandag den 22
October 1866, des voormiddags ten negen ure, in het Algemeen
Weeshuis.
Aan dat onderzoek moeten deelnemen AL DE VERLOFGAN
GERS, DIE IN DEZE GEMEENTE VERBLIJF HOUDEN
en behoorcn tot de ligtingen van 1862, 1863, 1864 en die van
de ligting van 1865, voor zooveel deze laatsten vóór den Isten
Junij 1866 in het genot van onbepaald verlof waren gesteld.
De belanghebbenden worden herinnerd aan de volgende wets
bepalingen
Art. 140. Dc verlofganger verschijnt hij het onderzoek in uniform gekleed,
en voorzien vim de klccuing- en uitrustingstukken, hem bij zijn vertrek met
verlof medegegeven, van ziju zakboekje en van zijn verlofpas.
Art. 141. Behoudens het bepaalde in art. 130 knn een arrest van twee tot
zes dagen, te ondergaan in de naastbij gelegen provoost of het nnastbijzijnde
huis van bewaring of arrest, door den militie-commissaris worden opgelegd
nnn den verlofganger:
lo. die zonder geldige redenen niet bij het onderzoek verschijnt; 2o. die
daarbij verschenen zijnde, zonder geldige redenen, niet voorzien is van de iu
het voorgaand artikel vermelde voorwerpen; 3o. wiens klcediug- of uitrusting
stukken bij liet onderzoek niet in voldoenden staat worden bevonden; 4o. dm
klcediug- of uitrustingstukken, aan een ander toebehoorende, als de zijne vertoont.
Art. 142. Is de verlofganger, wien krachtens het voorgaand artikel arrest is
opgelegd, bij liet onderzoek tegenwoordig, dan kan hij dadelijk onder verzekerd
geleide in arrest worden gehrngt.
Is hij niet tegenwoordig cu onderwerpt hij Zich niet aan de hem opgelegde
straf, dun wordt hij op schriftelijke aanvrage van den militie-commissaris, te
rigtcn aan den Burgemeester der woonplaats van dien verlofganger, aangehouden
eiï onder verzekerd geleide naar do naastbij gelegen provoost of het naast hij
zijnde huis van bewaring of arrest overgebragt.
Art. 143. Onverminderd dc straf, iu art. 141 vermeld, is dc verlofganger
vcrpligt, op den daartoe door den militie-commissaris tc bepalen tijd cu plaats,
en op de iu art. 140 voorgeschreven wijze, voor hem te verschijnen om te
worden onderzocht.
Art. 144. De verlofganger, die zich bij herhaling schuldig maakt aan het
feit sub 4°. van art. 141 bedoeld, of niet overeenkomstig art. 143 voor den
militie-commissaris verschijnt, of, aldaar verschenen zijnde, in het geval ver
keert, sub 2". en 3o. van art. 141 vermeld, wordt onder de wapenen geroepen
en van drie tot zes maanden gehouden.
Art. 145. Dc verlofganger der militie, die niet voldoet aan ecne oproeping
voor do werkelijke dienst, wordt als deserteur bchaudold.
Art. 130. liet Crimineel Wetboek en het Reglement van krijgstucht voor
het krijgsvolk to lande zijn op de manschappen der militie te land, die zich
onder dc wapenen bevinden, van toepassing en met opzigt tot de verschillende
gevallen van desertie op al dc hij de militie te land ingelijfden.
Dio manschappen worden geacht onder de wapenen te zijn:
lo. zoo lang zij zich hij hun corps bevinden; 2". gedurende den tijd, dien
liet in art. 13S bedoeld onderzoek duurt; 3o. iu hot algemeen, wanneer zij iu
uniform zijn gekleed.
Helder6 October 1866.
Burgemeester en Wethouders der gemeente Helder,
STAKMAN BOSSE, Burgemeester.
L. VERHEY, Secretaris.