HELOERSCHE
NIEUWEDIEPER COURANT.
Jtë28. ZONDAG 7 APRIL. 1887v
EN
VIJF-EN-TWINTIGSTE
JAARGANG.
BINNENLAND.
Deze Courant wordt uitgegeven woensdag en zatukdag
avond na acht, ure, door A. A. BAKKER CV..,
in den boekwinkel, Hoofdgracht No. 32.
Abonnementsprijs per kwartaal1.30.
u franco per post1.50.
Enkele nommers „0.10.
Men abonneert zich bij alle Bockhandelaars en Post
directeuren.
Adyertentiën worden aangenomen tot Zaturdog en
Woensdag middag 12 uur, en bij den Heer T. MOOY,
Dijkstraat tegeuover de Laan, 1-1422, aan denllelder,totllure.
De prijs van 1 tot 4 regels is 0.60. Voor iederen
regel meer ƒ0.15. Zegelregt voor elke plaatsing 0.85.
Buitengewoon groote letters, naar mate der ruimte
die zij beslaan.
Brieven en Stukken franco aan den Uitgever.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS der gemeente HELDER brengen in
berinnering, dat de vorderingeu ten laste der gemeente over 1866, welke niet
vóór of uiterlijk op den la at sten Juuij dezes jaars ingeleverd ziju, overeen
komstig de Wet, worden gehouden voor VERJAARD en VERNIETIGD.
TT 1 Burgemeester en Wethouders voornoemd,
Helder, STAK MAN BOSSE, Burgemeester.
0 April 18C7. L VERHËY, Srcrot.ris.
HELDER en NIEÜWEDIEP, 6 April.
Jl. Woensdag is een matroos aan boord van Zr. Ms. fregat
Adolf van Nassau uit de mast gevallen en zwaar verwond naar
's Itijks Marine-hospitaal vervoerd, alwaar hij niettegenstaande de
gevaarlijke beenbreuk thans onder gunstige omstandigheden verkeert.
J. J. de Jong, gepasporteerd onderofficier van het Oost-
Indisch leger, heeft zich bij het bestuur van het Vrijkorps alhier
aangemeld, ora ie vervullen, de betrekking van magazijnmeester bij
dat korps.
Uit een door kapt. John Casey geschreven brief blijkt, dat
hij zich sedert October 11. te Padslow in Cornwall bevindt. Zijne
verminkte handen eu voeten waren genezen, zoodat hij thans eene
wandeling door de stad kan doen. Hij betuigt zijnen innigen dank,
alsmede dien zijner vrouw en kinderen, voor de edelmoedige onder
steuning hem ook uit Nederland verstrekt, alwaar meer dan 2-1-00
ten zijnen behoeve is ingezameld.
In ons nummer van Zondag 31 Maart 11, maakten we met een enkel
woord opmerkzaam op du omstandigheid, dat het den 29 der vorige maand een
halve eeuw geleden is, sedert hij koninklijk besluit de invoering en handhaving van
liet metriek stelsel van maten en gewigten voor ons vaderland werd verordend.
Onder het opschrift: „Een droevig jubilé", bevat het maandschrift „Onze Tijd",
uitgave vau C. F. Stemler te Amsterdam, een zeer lezenswaardig artikel, waarin
wordt aangetoond hoe deze uiterst heilzame maatregel ten nauzicn van maten
en gewigten heeft schipbreuk geleden op de taaiheid der volksbegrippcu en
volksgebruiken. „De oude el", - zoo zegt de schrijver, - „het oude pond
zijn nog altijd de eenheid vnn mant en 'gewigt bij 't volk, bij den gezeten
burger in gebruik, en iricti moge ons, in voldoening aan de reglementen der
policie, die oude el met 7 palmen van den meter toemeten, het oude pond
met 5 ons vnn het kilogram tocwcgcn, het is en blijft er nog ver af dat kooper
en leverancier in het dngelijkseh leven de oude afgoden voor goed heeft ver
zaakt. Zelfs zouden we nog in dc residentie eu in de grootste handelssteden van
ons land menig winkel kuunen aanwijzen, waar men nog niet eens weet hoe
bij Ncdcrlaudsche palmen uit te meten."
Volgens den schrijver vau geuoernd artikel zou de geringe invloed van liet
metriek stelsel veroorzaakt zijn: 1. Dooidieu de nieuwe ecuheid voor maat en
gewigt te groot is; men kan do nieuwe cl op den arm niet uitmeten. 2. Dooi
de verwarring met de oude benamingen, waardoor men het volk aan het oude
stelsel gehecht deed blijven. 3. Omdat men over liet hoofd heeft gezien, dat do
mcnsch uit zijnen aard steeds gewoon is te halveren en te vieren de el en en
slechts door vorming en onilerrigt te brengen is tot het begrip van decimeren.
Aan het slot dringt de schrijver aan op het wettelijk voorschrijven van eeue
winkel-eenheid voor innat en gewigt, die zieli ook in hare onderdeden gemakkelijk
halveren laat. Hij wil daarbij vermeden hebben bet gebruik vau benamingen in
dubbele bctcekcnis en waarde, en gelooft, dat ineu op die wijze iu tien jaren
tijds verder zal komen, dan men nu in 50 jaren gekomen is.
De minister van Marine brengt ter kennis van belanghebbenden
dat op den 1 Oct. a. s. als kadet bij het corps Mariniers, na
behoorlijk afgelegd examen, kunnen worden geplaatst zes jongelingen.
De voorwaarden vindt men vermeldt in de St. Cour. van heden.
Zeer belangrijk zijn gedurende de jongste dagen de debatten
geweest, die in de Tweede Kamer plaats gehad hebben over dc
begrooting van het departement van Koloniën. In de zitting van
Donderdag heeft de heer van Foreest eene rede gehouden, waarin
hij zich noemde ccn eenvoudig soldaat der oud-conservative garde.
Hij sprak met warmte als zijne overtuiging uit, dat de behoudende
koloniale politiek alleen strekken kon tot verhooging van de welvaart
en de grootheid van Nederland. De heer Fransen van de Putte
toonde zich ook nu een krachtig voorstander der liberale politiek,
waarbij hij later werd gesteund door den heer Keuchenius, die aan
toonde dat de conservatieve politiek niet slechts was eene onregt-
vaardige maar ook eene dubbelzinnige staatkunde. Deze spreker
besloot zijne rede met de belangen van moederland en koloniën aan
te bevelen aan Hem, die de bron is van waarheid en regt.
De begrooting van Koloniën is ten slotte met 52 tegen 17
stemmen aangenomen.
De heer Thorbecke heeft verlof gevraagd om eene interpellatie tot
den minister van Buitenl. Zaken te rigten, nopens de Luxemburgsche
qumstie. Dat verlof is verleend. In de zitting van gisteren heeft
die interpellatie plaats gehad. De heer Thorbecke rigtte tot de regering
de vraagof de verklaring van graaf von Bismarck, „dat de Nederl.
regering hare goede diensten had aangeboden bij de onderhandelingèn
over Luxemburg", op iets anders berust dan op een misverstand?
De heer van Zuylen, minister van Buitenl. ZakeD, antwoordde
hoofdzakelijk het volgende; „Over Luxemburg zijn geen eigenlijke
onderhandelingen gevoerd, maar wel besprekingenhet belang van
Nederland is wel degelijk, zoo niet regtstreeks, dan zijdelings, bij
de oplossing van het Luxemburgsche vraagstuk betrokken. Door
de aanbieding der goede diensten heeft men willen constateren, dat
de Nederlandsche regering geene verantwoordelijkheid heeft met
betrekking tot de Luxemburgsche quaestie. Met groot genoe
gen kan de minister mededeelen de verklaring van graaf von
Bismarck, dat alle banden tusschen Limburg en Duitschland hebben
opgehouden te bestaan. Hij verklaarde voorts, dat de Nederland
sche regering voortaan noch officieel, noch officieus zich inlaten zal
met de zaken van Luxemburg." Door den heer Thorbecke is
daarna geconstateerd de laatste verklaring door den minister afge
legd. De interpellatie was hiermede afgeloopen.
Van de 80 door de Kerk. Cour. in haar jongste nummer op
gegeven herv. gemeenten hebben zich 46 voor de oude en 84 voor
de nieuwe wijze van verkiezing der kerkeraadsleden verklaard.
De Arnhemsche-Courant doet mede uitkomen, dat het, by de
steeds toenemende verwarring van denkbeelden, vnn het grootste
belang is, dat geheel Europa verneme, dat Nederland voor niets
van hetgeen in en over Luxemburg plaats heeft, verantwoordelijk
kan of verantwoordelijk wil wezen.
Te Callantsoog is gestrand het Noordsche barkschip Alida
kapt. Cnlracyer, met hout geladen, gedestineerd van Drammen naar
het Nicuwediep. De equipage is gered en alhier aangekomen.
Jl. Dingsdag is te Alkmaar door het bestuur der Petteneren
Hondsbossche zeewering aanbesteed1. zanddijkwerk, minste inschrij
ver C. Streefkerk te Buiksloot, a 35,988; 2 hoofd-en paalwerk,
idem, a ƒ55,980; 3. steenen duiker, minste inschrijver P. Brugman,
a 7771 4. rijsmaterialen, enz., minste inschrijver B. Swets, a
8670.
Als zeer zeldzaam dient vermelding: Abraham van Neck,
gein 10 Nov. 1779 en Jannigje Baas, geb. 14 Junij 1778 gehuwd
12 Mei 1799, te Stolwijk, waren thans, nu laatstgemelde overleed,
6S jaren door den echt verbonden.
De heer G. Swart wethouder te "Woubrugge herdacht den 1
dezer, dat het juist eene halve eeuw geleden was, dut hij als lid
van den gemeenteraad zitting nam.
De heer de Bruin, paardenarts 1ste kl., thans tijdelijk dienst»
doende aan 's Rijks veeartsenijschool te Utrecht, en als weten
schappelijk man ten gunstigste bekend, heeft, opgewekt door het
beweren van den heer Paarlberg, dat er runderen bestaan, die
kenteekenen dragen, waaraan sommigen herkennen kunnen, of die
beesten al dan niet vatbaar zijn voor den veetyphus, deze zaak
ook onderzocht. Het is hem gelukt eenige kenteekenen te vinden,
waaraan sommigen de onvatbaarheid der dieren voor genoemde
ziekte raeenen te kunnen toeschrijven. Van een en ander heeft die
heer aan den minister van Binnenl. Zaken mededeeling gedaan,
met verzoek, dat de zaak van regeringswege op verschillende plaatsen
worde onderzocht.
Een arme man te Amerongen, 22 jaar geleden eene oude kist
gekocht hebbende en daaraan eene andere bestemming willende geven,
ontdekte er een verborgen laadje in, waarin een zeemlederen zakje,
bevattende ongeveer 220 aan gouden muntstukken. Men kan zich