1868. N°. 30.
Zondag 8 Maart.
26 Jaarga
binnenland!
buitenland.
advertentiën.
Uitgever
A. A. BAKKER Cz.
HËLDERSCHE
EN NIEÜWEDIEPER COURANT,
„Wij huldigen het goede."
Verschijnt Dingsdag-, Donderdag- en Zaturdag namiddag.
Abonnementsprijs per kwartaal1.30.
franco per post - 1.65.
Bureau: MOLENPLEIN, N°. 163.
Prijs der Advertenticn: Van 14 regels 60 cent,
elke regel meer 15 cent, behalve 35 cent zegelregt.
Groote letters of vignetten worden naar plaatsruimte berekend.
De VOORZITTER van den RAAD der Gemeente HELDER
brengt ter openbare kennis, dat DE RAAD ZAL VERGADEREN
op Dingsdag den 10 Maart a. s., des avonds ten zeven ure.
HelderDe Voorzitter voornoemd
den 7 Maart 1868. STAKMAN BOSSE.
PUNTEN TER BEHANDELING
1. Onderzoek der geloofsbrieven van het nieuw gekozen lid.
2. Voordragt van een hulponderwijzer.
3. Vaststelling van het Kohier van den Hoofdelijkcn Omslag.
4. ii u n der Hondenbelasting.
5. Verzoek ter benoeming als Makelaar.
6. Verzoek om hoogere subsidie voor het Weeshuis.
7. Mcdedeeling van ingekomen stukken.
HELDER en NIEÜWEDIEP, 7 Maart.
Het optreden van den heer Diaraeli als eerste minister van
Groot-Brittannië en Ierland wordt algemeen voor een der belang
rijkste gebeurtenissen van de jongste dagen gehouden. Niet ongepast
is hel te achten een woord van hulde te brengen aan dien grooten
man, die thans een zoo hooge plaats heeft ingenomen en zich die
positie eenig en alleen verworven heeft, door zijn eigen talent, door
zijne volharding en groote werkzaamheid. Men herinnert zich thans,
dat Disraeli, voor de eerste maal in het Parlement sprekende,
letterlijk werd uitgelagchen. De toen nog jeugdige staatsman
antwoordde daarop, met te zeggen„Gij spot thans met mij
Goed De tijd zal komen, dat gij mij zult moeien hooren en dat
gij mij zult willen hooren." Die tijd is gekomen; reeds voor lang
beeft de thans zestigjarige premier het geluk om met voldoening
op zijn zelfvertrouwen van vroeger terug te zien. Men mag van
dezen staatsman gerust zeggen, dat hij, hoezeer geen patriciër zijnde
en dus den zoozeer gewenschten invloed missende, die andere hoog
geplaatste personen door hunne geboorte en betrekkingen genieten,
dat gemis vergoedt door zijne zeldzame bekwaamheden. Als men
iu aanmerking neemt den afstand dien hij moest afleggen, de binder-
palen, die hij moest overwinnen, de bezwaren die hem altijd drukken,
dan zal men beseffen, dat hij zich niet dan langzaam heeft kunnen
opwerken en dan zal men instemmen met de hulde aan den volksman,
tvien de eernaam toekomt van leider der staatspartijen.
De heer Disraeli heeft jl. Donderdag in het Lagerhuis verklaard,
dat de buitenl. politiek vaD de regering zal zijn de vredepolitiek,
maar niet vrede tot eiken prijs, en dat zij tot grondslag zal hebben
gevoelens van sympathie, grootmoedigheid en welwilleudheid jegens
andere natiën, en dat de binnenl. politiek zal zijn liberaal. Lord
Russeil betuigde in het Hoogerhuis dat hij geen vertrouwen heeft
in een regering, die blijk geeft dat hare bedoelingen niet overeen
komen met hare verklaringen. Het programma van het ministerie
zal zijn: hervorming van het kiesstelsel voor Schotland en Ierland
ontwikkeling van het volksonderwijs; herstel van de kwalen van
Ierland.
Sedert Koning George op den 30 October 1863 te Athene
arriveerde, heeft men in Griekenland zestien verschillende ministerien
gehad, medegerekend dat 'tvvelk aan liet roer zat toen Z. M. aankwam.
Negentien malen heeft men verandering gehad van portefeuilles,
terwijl ieder kabinet slechts uit vijf, en hoogstens uit zeven leden
bestond. Gedurende dit kort tijdsverloop hebben dertig personen den
rang van minister behaald.
Gisteren bevond zich alhier een Pauselijk zouaaf, die zijne
familie op Texel een bezoek ging brengen.
Als prijs voor de loterij ten behoeve der alhier op te rigten
Christelijke School, is van H. M. de Koningin ontvangen, een fraai
bewerkt kanapé-kussen.
Gisteren avond werd in het lokaal Tivoli alhier eene soiree
musicale gegeven door het stafmuziekkorps der Kon. Ned. Marine,
onder directie van den kapelmeester L. W. Weckesser. De uitvoering
was allezius verdienstelijk en getuigde op voortreffelijke wijze van
de degelijkheid van het corps, van de bekwaamheid des directeurs.
Met een zeer geanimeerd bal werd dit concert besloten.
De kerkelijke inzegening van den naar de Evang. Luth. Gem.
alhier beroepen proponent C. H. Kinderman, heeft jl. Zondag te
Arnhem plaats gehad.
Z. M. heeft bepaald, dat de te dezen jaren bij de landmagt
in te lijven manschappen tot eerste oefening voor gelijken tijd
onder de wapenen zullen worden gehouden, als voor de milicieus
der ligting van het vorige jaar was vastgesteld.
Uit een staat, aanduidende de verdeeling over de korpsen der
miliciens van het contingent van elke provincie in de ligting van
1868, blijkt, dat van de 11,000 man, bestemd zijn voor de Infanterie
8760; voor de Kavallerie 336; voor de Artillerie 1784 en voor
het bataillon Mineurs en Sappeurs 120 man.
Naar men verneemt zal in de volgende gemeenten, de Schutterij
geheel of gedeeltelijk voor de dienst der Vesting-Artillerie worden
bestemd, als: 's Bosch, Grave, Nijmegen, Zutphen, Doesborgh,
9Gravenhage, Dordrecht, Gorinchem, Woerden, Brielle, Hellevoetsluis,
Schoonhoven, Amsterdam, Helder, Weesp, Vlissingeü, Utrecht,
Deventer en Groningen.
In de zitting der Tweede Kamer van jl. Donderdag werden de interpellatie—
discussiën voortgezet, doch nog niet ten einde gebragt. De minister van
Binnenl. Zaken en onderscheidene ministeriele leden voerden in deze zitting
het woord. Nadat de miuister op de vele en velerlei aanvallen van de oppositie
had geantwoord, bestreed hij de door den heer Blussé voorgedragen motie. Ilij
ontkende, dat de Kamer de inlichtingen der regering had gehoord, want zij
heeft de noodige inlichtingen eerst te wachten van den minister vau Buiteul-
Zaken bij de behandeling van Hoofdstak III der staatsbegrooting. De heer
Pijnappel kwam inet nadruk tegen de motie Blussé op en noemde die zeer
'fkenrenswaardig. Hij drukte dc bedoeling dier motie in deze woorden uit:
•Ministers! gaat heen!" Hij noemde het zeer vreemd, dat de Kamer verklaarde,
de inlichtingen te hooren, op hetzelfde oogeublik, dat de miuister inlichtiugen
aanbood, welke de Kamer niet heeft gehoord en niet schijnt te willen hooren.
Hij drukte daarom den wensch uit om dé bedoelde inlichtingen van den
«Huister van Buitenl. Zaken hoe eer hoe liever, nog voor de behandeling van
diens begrootiug te hooreu. De heeren van Nispen, Rochussen, Zinnicq Bergman,
erheijen, van der Does de NVillcbois, Saayraaos Vader cu Geffkeu spraken
J^rder nog tegen, de heeren Storm van 's Gravesande, de Bruijn Kops, van
■hek en van der Linden vóór de motie Blussé. De heer van Eek wees er op,
dat door de miuisteriëelen de voorkeur werd gegeven aan een adres aan den
Koning, boven eene motie van afkeuring. Hij hield het er echter voor, dat,
als er een adres was voorgesteld, van die zijde eene motie zoude zijn verlangd.
De kortste weg achtte spreker ook in dit geval de beste.
De ministers van Bioneu- en Bnitenl. Zaken verklaarden gisteren de motie
te beschouwen als een votum van wantrouwen, en als eene verklaring, dat men
niet meer met deze ministers wil zamenwerken, dat men weigert nieuwe
inlichtingen te onderzoeken.
De discussien waren nog niet geëindigd en worden heden voortgezet.
De aanneming acht men, na de afstemming van die des heeren de Bosch
Kemper, als vrij zeker.
l)e miuister van Oorlog bet noodzakelijk achtende, dat er
eenige bepalingen bestaan, voor hetgeen bij de korpsen moet verrigt
worden, bij een spoedig opkomend oorlogsgevaar, en in het geval
dat het leger op voet van oorlog moet worden gebragt, heeft bij
dispositie van den 5 Febr. 11. No. 31 P., daaromtrent voorschriften
vastgesteld, en deze aan de bevelhebbers in de militaire afdeelingen
en de overige militaire autoriteiten gezonden, en verder bevolen,
dat zij ter algemeene kennisgeving in het „recueil militair" zullen
worden geplaatst. In genoemde voorschriften leest men ook de
bepalingen, dat aan de officieren bij het leger te velde vergund
wordt op marsch en onder de wapenen een revolver bij zich te
dragen. Zij mogen zich dan ook bedienen van eene musette of van
eeuen kleinen ransel, tot berging van eenige noodzakelijke behoeften
enz. enz.
Beroepen te Paesens de heer James, pred. te Broek op Langeudijk.
De heer H. S. J. van Rijsoort, pred. te St. Pancras, beroepen
leeraar naar Rijnsherg, Dam jl. Zondag afscheid van zijne gemeente
met een leerrede over Coloss. II 5a.
Tot notaris binnen het arrond. Hoorn (standplaats Purmerend)
is benoemd D. van Os, cand. notaris te Hilversum.
Als kandidaat voor het lidmaatschap der Tweede Kamer, in
de plaats van wijlen den heer Zylker, wordt genoemd de heer
F. J. Stieltjes. De verkiezing is bepaald op 31 dezer, en de her
stemming zoo die noodig is op 14 April.
Aan de openbare lagere school te Uitgeest is tot hoofdonderwijzer
benoemd, de heer Brouwer, te Krimpen aan de Lek.
Jl. Donderdag overleed te Utrecht in den ouderdom van 63
jaar, de kolonel J. Hamming, comm. van het 7de reg. Infanterie
aldaar, ridder der orde van den Nederlandschen Leeuw en begiftigd
met het Metalen Kruis.
Dezer dagen is nabij Enschedé een vos geschoten, welke van
den kop tot den staart eene lengte had van vier voet.
Te St. Nicolaasga, in Friesland, werden dezer dagen op een
begrafenismaal niet minder dan 200 menschen genoodigd. Men
noemt die plegtigheid daar ,,'t leed." Gewoonlijk heeft zulks plaats
in de herbergen en de kasteleins hebben er volstrekt niets tegen.
Tjitse de Vries, te Benedenknijpe, is den 2 dezer zijn 104de
levensjaar ingetreden. De grijsaard geniet nog eene goede gezondheid.
DELFT, 5 Maart. Gisteren hebben de bouwlieden J. Lievaart
en A. Klapwijk alhier, de eerste grasboter aan Z. M. den Koning
ten geschenke aangeboden.
Men verneemt uit de Residentie dat het Kamer-debat over de motie Blussé
waarschijnlijk nog lang zal aanhouden wegens een plotseling opgekomen negenoog
bij den heer de Bosch Kemper. Wanneer hij door operatie of andere middelen
van dit euvel verlost is, stelt hij zich voor, de discussie nog wat te rekken door
de motie te amenderen, daarna te splitsen en wanneer men niet wil wat ZEd.
verlangt, dan zal hij wegloopen, vjelligt zijn mandaat nederleggen en bij aan
neming der motie er nog bij geschrifte tegen protesteren. Wat zoo'n negenoog
een mensch toch korrelig kan maken.
BENOEMINGEN EN VERPLAATSINGËNBIJMARINEEN LEGER.
De luit. ter zee 2de kl. A. J. Willekens, laatstelijk behoord hebbende tot
het eseader in Oost-Indië en den 27 Eebr. van daar iu Nederland teruggekeerd,
is met dat tijdstip op non-activiteit gebragt.
Bij deu staf van het wapen der Infanterie is benoemd tot majoor, de kapt.
2ae kl. F. J. Pfeiffer, van den generalcn staf; w erkzaam bij het dep. van Oorlog.
Dezer dagen is by den Franschen Senaat een vreemdsoortig
adres ingekomen. Aangezien ten vorigen jare het leven van den
Keizer van Rusland te Parijs bedreigd was geworden, meende de
steller en inzender van het verzoekschrift dat het noodig ware de
goddelijke bescherming voor hooge gasten der Fransche natie op
zulk een wijze in te roepen, dat het randschrift: „God hescherme
Frankrijk" op de muntstukken voortaan zon luiden „God hescherme
Frankryk en zijne bondgenooten." De Senaat was van het nut
der aanbevolen verandering niet zoo overtuigd als de adressant,
ging over tot de orde van den dag en onthield dusdoende aan de
gekroonde hoofden van het buitenland de bede om bescherming,
welke de muntmeester hun zoo gemakkelijk had kuDnen verschaffen.
LONDEN, 4 Maart. Uit een artikel van den Moming Herald
wordt opgemaakt, dat de staat van bet Oostersche vraagstuk thans
in onze regeringskringen weinig bezorgdheid baart. Een feit is
thans zeker, zegt dat blad o. a., en dit feit is, zoo lang het
voortduurt, de groote waarborg voor Europa's vrede; namelijk, dat
Engeland, Frankryk en Oostenrijk eenparig besloten hebben, geen
gewelddadige aanranding van Turkye's intregiteit te gedoogen.
Gedurende de vorige week hebben te Londen plaats gehad
2324 geboorten en 1266 sterfgevallen.
De Londen-Workingsmen's association heeft besloten tot het
houden eener conferentie van werklieden-vereenigingen in Meiop
dit „handwerkers-parlement" zullen deze punten in behandeling komen:
1. de tegenwoordige toestand der handwerkers-vereenigingen en hare
toekomst; 2. of en welke wetgeving noorlig is, om de handwerkers-
vereenigingen op een wettige en veilige basis te brengen; 8.
middelen voor de aanneming van een georganiseerd stelsel van
emigratie, waarbij de overbodige ongebruikte arbeidskrachten des
lands benuttigd kunnen worden; 4. de noodige maatregelen om
zich een gepaste vertegenwoordiging van de belangen van den arbeid
in het hervormd parlement te verzekeren.
Men leest in de Romanzeitungonder het opschriftEene voorzeg
ging het volgende:
Zoo als dikwijls in de nieuwspapieren is medegedeeld, heeft zich
tengevolge van de plaats gehad hebbende groote hitte, in den zomer
van 1866, in de noordelijke Poolstreken buitengewoon veel ijs van
de Noordpool losgerukt en bij het zuidwaarts afdrijven de straat,
tusschen Groenland en IJsland tot op den bodem gevnld en verstopt_
Daaruit voorspelden de IJslandsche weerkundigen voor het noorden
van Europa en ook voor Noord-Duitschland, twee of drie slechte
jaren. Deze voorspelling is tot nu toe letterlijk vervuld en wij
lijden nog altijd door den invloed van voormelde ysverstoppingen.
Vooral zijn Noorweegsch- en Zweedsch Lapland, Finland en de
Oostzee-lunden, daardoor dermate getroffen, dat aidaar de vreesse-
lijkste hongersnood heerscht. Daarentegen melden brieven uit het
hooge noorden, dat aldaar zigtbare, groote zonnevlekken, en vooral
de laatste in de noordelijke landen buitengewoon koude en onvruchtbare
zomer tot de veronderstelling grond geven, dat de volgende zomer
een drooge, warme en vruchtbare zijn zal. Er heeft zich gedurende
het tegenwoordige koude jaar geen ys van dc Pool los kunnen
maken; daardoor kan er ook geen ys naar bet zuiden afdryven en
den maalstroom vollen. Blijft de maalstroom alzoo vrij van ys,
zoo wordt hij in zijne verwarmende uitstroomingen niet gehinderd
en de noordelijke landen hebben, volgens overoude ondervindingen,
bij zulke omstandigheden, altijd goede jaren gehad.
Jl. Donderdag heeft aan het Berlijnscbe hof ter eere van
Prins Napoleon een gala-diner plaats gehad.
Garibaldi, dezer dagen door een aantal uitgewekene Romeinen
gekozen tot leider der uitgeweken burgers van den Kerkelyken Staat,
heeft die taak bij openbaren brief op zich genomen.
MADRID, 29 Febr. De kwestie der levensmiddelen wordt hier
met den dag van ernstiger aard. Alle levensmiddelen zijn schromelyk
duur en worden dagelijks duurder. Dit drijft de minder gegoeden
tot uitersten, zoodat op onderscheidene punten en met name te
Grenada ongeregeldheden hebben plaats gehad. In laatstgenoemde
plaats hebben die drie dagen geduurd en zyn daarbij onderscheidene
personen gedood of gewond. De gansche provincie is in staat van
beleg gesteld en onderscheiden individus, die op de troepen gescho
ten hebben, zijn in hechtenis genomen. Te Segovia zijn eenige
dagen geleden honderden arbeiders den gouverneur werk gaan
vragen; hy antwoordde, dat het hem onmogelijk was hun dat te
geven, waarop zij verklaarden, dat hun niets overbleef dan te stelen
om hunne gezinnen brood te verschaffen. De gouverneur hun te
kennen gevende, dat zy dan gevangen gezet zouden worden, ant
woordden zij: „dat weten we, maar dan zuilen wij ten minste zeker
zijn eten te bekomen." Heeft in een of andere stad de overheid
voor een of ander werk twee- of driehonderd arbeiders noodig,
dan doen zich duizenden op. Kortom, de ellende wordt al grooter
en grooter en velen zien in het oproer te Grenada slechts de
voorbode van ernstiger en meer algemeene rustverstoring. De afkon
diging van den staat van beleg zal dat niet verhelpen.
Aan eene particuliere correspondentie uit Abyssinië, van den
Graaf du Bisson, ontleenen wij het volgende:
„Velen hebben zich zeker verwonderd over de schijnbare werke
loosheid van Theodorus Negus. Het is echter onwaar dat Z. M.
werkeloos is; maar hij vermydt elkeD beslissenden slag. Daarentegen
hoort men dagelyks van schermutselingen, vooral bij nacht, van
verrassingen, berg-gevechten, guerilla-aanvallen, brand, verwoesting
en vergiftiging, het laatste is nog het minste. Theodorus, die
zelf zegt; „Beter is het dat Abyssinië vergaat, dan dat het voor
vreemden bukt," die groote Negus, volgt het oorlogsstclsel van
afmatten, uithongeren en van decimeren des vijands. Telkens terug
trekkende, laat hy de districten die hy verlaat, aan hongersnood en
armoede over. Hij trekt van berg tot berg, van provincie tot
provincie en Abyssinië is groot. Het Engelsche leger kan zoo
altyd marcheren en weer marcheren, vechten en nog eens vechten,
overwinnen zonder iets te winnen en dan? Dan stuurt men er
maar weer wat volk heenin Indië heeft men ten minste weder
tienduizend man klaar staan. Men heeft reeds millioenen verspild
en de gevangenen van Keizer Theodorus kosten Engeland reeds
meer dan hun gewigt in goud."
De langzame voortgang van het Engelsche leger doet velen hui
veren. In April toch begint het regengetijde en dat duurt voort
tot September en niemand, die ze niet bygewoond heeft, kan zich
een denkbeeld vormen van de hevigheid er van. Alle werkzaamheden
zijn dan voor zes maanden opgeschort en men heeft betere beschut
ting noodig dan welke de tenten aanbieden. Twee maanden later is
de vlakte hoogst noodlottig voor Europeanen en Aziaten. In Abys
sinië is tevens ieder man soldaat. In vredestijd zelfs loopt iedere
boer, tot de jongens van twaalf jaar toe, altijd met schild en lans.
Voorspoedig bevallen van eene Dociiteb S. VISSER,
geboren BOON.
Helder, 6 Maart 1868.
Heden overleed na een langdurig lijden, na voorzien te
zijn van de H. Sacramenten der stervenden, mijn geliefde
Echtgenoot de Heer JOHANNES VAN ROOZENDAAL,
in den ouderdom van ruim 58 jaren.
Nieuwediep, 6 Maart 1868.
Weduwe MARIA VAN ROOZENDAAL,
geb. Celen.
Eenige kennisgeving.
Overleden den 6den Maart te Nijmegen, in den ouderdom
van 65 jaren en 8 maanden, de Hoog-Edel Gestrenge Heer
CHRISTIAN JAN EEG, gepensioneerd Kapt-Luit. ter Zee,
Ridder der orde van den Nederlandschen Leeuw.
Voor de vele bewijzen van deelneming bij het overlijden
van mijn geliefden Echtgenoot, betuig ik mijnen opregten
dank.
Nieuwediep, 1 Maart 1868.
Wed. G. H. BRAKKE,
geb. Kikkert.