1868. N°.35.
Vrijdag 20 Maart.
26 Jaari
rf
BINNENLAND.
BUITENLAND.
U i t g- e v e r A. A. BAKKER Cz.
E R A N K R IJ K.
GR00T-BRITTANNIE.
HELDERSCHE
i'!; iiir
\i*
NIEUWEDIEPER COURANT,
„Wij huldigen het goede."
Verschijnt Dinosdag-, Donderdag- en Zaturdag namiddag.
Abonnementsprijs per kwartaal1.30.
n franco per post - 1.65.
Bureau: MOLENPLEIN, N°. 163.
Prijs der Advertentiën: Van 14 regels 60 cent»
elke regel meer 15 cent, behalve 35 cent zegelregt.
Groote letters of vignetten worden naar plaatsruimte berekend.
HELDER en NIEUWEDIEP, 19 Maart.
De Iersche aangelegenheden worden tegenwoordig, met bet oog
j op de woelingen der Fenians, in het Britsche Lagerhuis druk
besproken. Nadat de regering voor eenige dagen, bij monde van
den secretaris voor de zaken van Ierland, hare inzigten omtrent den
toestand van dat deel des rijks en de middelen tot verbetering had
[besproken, heeft o. a. de heer Gladstone een afkeurend woord uit-
I gesproken over de houding der regering ten aanzien der crisis.
Hg verzette zich tegen het plan des ministers om eene R. C.
universiteit in Ierland op te rigten. Hij wilde den Iersehen landbouwer
schadeloosstelling geven voor de verbeteringen, die zij op hunne
I landerijen aanbragten. Hij meende, dat de gevestigde Protestantsche
Iersche kerk moest ophouden te bestaan en vroeg onmiddellijke
opheffing daarvan. De spreker toonde zich niet ongeneigd om des
noods zelf eene wet tot verbetering van den toestand in Ierland
aan te bieden. De eerste minister, de heer Disraeli, beantwoordde
den heer Gladstone o. a. met het verwijt, dat die spreker gedurende
diens eigen ministerschap zoo weinig voor Ierland had gedaan. Hij
wil ook organisatie, hervorming in Ierland, maar wil die niet
plotseling en onder den indruk eener paniek invoeren. Vooral
omtrent de kerkelijke zaken ried hij groote voorzigtigheid aan,
terwijl hij er op wees, dat het in dezen ook gold den eigendom
der kerkelijke goederen, waaromtrent men niet met gewpld eene
beslissing mogt nemen. De discussien zijn daarmede geëindigd.
De sterkte van de Schutterij alhier, welke geheel voor de dienst
der Vesting-Artillerie bestemd is, is 282 man, bestaande in twee
eompagniën. De zamenstelling en verdeeling is als volgt: 1 majoor,
1 eerste luitenant-kwartiermeester, 1 officier van gezondheid 2de
klasse, 1 adjudant-onderofficier, 2 kapiteins, 2 eerste luitenants,
4 tweede luitenants, 2 sergeant-majoors, 12 sergeants, 2 foeriers,
16 korporaals en 4 tamboers of hoornblazers.
De volksvoorlezing in het gebouw in de Nieuwstad, op Vrijdag
20 dezer, des avonds ten half acht ure, zal gehouden worden door
den heer T. Mooij; onderwerp: Twee Standbeelden.
In de Chr. Afgescheiden Kerk is jl. Zondag gecollecteerd
een bankbillet van 100.
De machinist 1ste klasse E. Munnik is geplaatst aan boord
van Zr. Ms. korvet van Speijk.
Z. M. heeft benoemd tot ontvangers der dir. belast, en ace.,
tevens entreposeur: te Kampen, den heer van de Werken, thans te
Enkhuizen c. a.; te Enkhuizen, den heer C. A. Burgerhoudt, eervol
ontslagen controleur te Delfshaven.
Bij Kon. besluit van den 1 dezer is bepaald: dat in ieder
der na te melden gemeenten van de provincie Noordholland eene
dienstdoende schutterij zal bestaan, als: in de gemeenten Amsterdam,
Haarlem, Helder, Zaandam, Alkmaar, Hoorn, Hilversum, Enkhuizen,
Edam, Purraerend, Wormerveer, Weesp, Huizen en Beverwijk.
In de jl. Maandag gehonden zitting van de Tweede Kamer der Staten-
Generaal is door de commissie, in wier handen gesteld zijn de door den minister
vau Buitenlandsche Zaken overgelegde diplomatieke bescheiden, betreffende de
Limburg-Luïemburgsche aangelegenheden, bij monde van den heer Thorbeckc
rapport uitgebragt. Het blijkt uit dat stuk, dat de commissie van meening
ia, dat van baar geen oordeel verwacht wordt over bet beleid der buitenland
sche betrekkingen, en dat de medegedeelde stukken de leden der Kamer in
staat moeten stellen om zich eene mcening over dat beleid te vormen. Zij
beeft daarom getracht,' door baar verslag aan hare medeleden den weg daartoe
effen en gemakkelijk te maken ca de overgelegde stukkeu nagegaan ten aan
zien van vier hoofdpunten, waaromtreut bet regeringsbeleid aanleiding tot
bedenkingen heeft gegeven. Die vier punten zijo: 1. de handelingen der
regering ten aanzien van het vrijgeworden Limburg, nadat de betrekkingen
van dat gewest tot het Duitach-Verbond door de oplossing vau dat Verbond
waren vervallen; 2. de houding, welke aanvankelijk door de regering ten aan
zien van Luxemburg is aangenomen; 3. baar aanbod tot bemiddeling bij onder
handelingen over den toestand van dit groothertogdom; 4. de deelnemiDg van
Nederland aan de Loadcnsche conferentie en aan deo waarborg der neutraliteit
van Luxemburg bij het tractaat vau 11 Mei 1807-
De commissie stelt ten slotte aan de Kamer voor de bedoelde stukken voor
kennisgeving aan te nemen.
Heden te elf ure zouden de beraadslagingen over dit rapport geopend worden.
Bij arrest van het Prov. geregtshof te Amsterdam, is Dirk
Jaeob Reysack, geboren te Loquard, in het voormalig koningrijk
HaQnover, vrijgesproken van de beschuldiging van moedwiliigen
doodslag, den 7 Dec. 1854 in de gemeente Haarlemmermeer gepleegd
op Folker Duitzman. Het hof heeft namelijk de door den beschut
digde afgelegde omstandige bekentenis niet voldoende door andere
bewijsmiddelen gestaafd geoordeeld om daarop het wettige bewij
van schuld te bouwen. Naar men verneemt is de vrijgesprokene
sog niet op v r ij e voeten gesteldwelligt zal het openbaar ministerie
zich in cassatie voorzien. {Amst. Crt.)
Men sobryft ons van Texel dd. 15 Maart jl.:
„Gisteren avond werd een zeeman door vletterlieden van het
Nieuwediep overgezet naar het Hoorntje alhier. Onbekend met den
regten weg, meent de man op den dijk van den Prins Hendrik-
Polder aan te gaan, doch komt hij in de zoogenaamde modder-
putten teregt, waarin hij groot gevaar loopt zijn leven te verliezen
daar de duisternis toeneemt en het water vloeijende is. De man
is in grooten angst en schreeuwt en roept om hulp, maar in dit
eenzaam oord is niemand die hulp verleent. Doch ziet, in dien
bood kwam onverwachte uitkomst. De schelpen-visschers, te Oude
Schild te huis behoorende, komen juist daar langs; zij hooren het
geroep en gekerm en niettegenstaande de duisternis van den avond
weten een paar kloeke mannen, Philippus Veen en Teunis Dogger,
hulp aan te brengen. Ofschoon zij den hulpbehoevende niet eens
honden zieD, begeven zij zich buiten boord en redden met inspanning
yan alle krachten, den ongelukkige uit een toestand, die niet slechts
hoogst gevaarlijk was, maar waarin hjj zonder hulp stellig zou zijn
omgekomen. De daad der schelpen-visschers verdient openbare
loffelijke vermelding en de gewone onderscheiding der Maatschappij
tot Nut van 't Algemeen, zon voor zulk een kloek gedrag een wel
verdiende belooning zijn.
Te Texel zyn dezer dagen eenige aardappelen gepoot, welke
direct uit Amerika zjjn aangevoerd, om te beproeven in hoeverre
deze al of niet onderhevig zijn aan de ziekte.
In de algemeene kiezers-vereeniging jl. Maandag te Alkmaar
opgerigt, is besloten om een adres aan den heer Bosch Kempcr te
rigten en daarin bij dien heer aan te dringen dat hij zijn mandaat
als lid der Kamer niet nederlegge, maar dat ten nutte des vaderlands
blijve aanwenden.
Te Enkhuizen maakte dezer dagen eene vrouwelijke dienst
bode onverwachts een einde aan haar leven. Zij wierp zich
uit wanhoop in een put, waarin zy verdronk. De aanleiding tot
dien wanhopigen stap is onbekend.
De Amsterdamsche hoogleeraar Modderman hield 11. Donderdag
in het Leesmuseum te Utrecht eene. lezing over de historische ont
wikkeling van het strafregt. Hij deelde mede hoe aanvankelijk de
straf slechts een wraakoefening was, die bij de ontwikkeling der
maatschappij allengs getemperd werdhoe vervolgens de straf alleen
uit het oogpunt van het belang der maatschappij beschouwd en zoo
hard mogelijk werd gemaakt om van de misdaad af te schrikken,
tot men eindelijk begon in te zien dat zekerheid van straf beter
werkt dan overmatige gestrengheid, terwijl men tevens begon te
begrijpen dat de verbetering van den misdadiger met het ander
doel der straf, beveiliging van de maatschappij kon zamengaau.
Spreker betoogde ten slotte de noodzakelijkheid van de afschaffing
der doodstraf.
Dezer dagen heeft te Rotterdam een knaapje van 13 jaren op
eene ongelukkige wijze het leven verloren. Zich op een achterzolder
met gymnastische oefeningen bezig houdende, geraakte bij met den
hals in een der lussen van de gymnastie-koorden, zonder zich daaruit
te kunnen helpen, Zijn broeder voDd hem hangende in deze koorden
en ofschoon terstond geneeskundige hulp werd ingeroepen was hy
reeds een lijk.
Het floreenstelsel in Friesland geeft tot zonderlioge gevallen aanlei
ding. Te Wijoaldum moet een predikant gekozen worden, en de gemeente
wenscht, gelijk zij den laatsten tijd had, een liberaal leeraar. Een doops
gezind bewoner heeft echter over een groot aantal stemmen te beschikken
als doopsgezinde kan hij die niet uitbrengen, maar hij kan ze over-,
dragen. Hij wenscht nu de benoeming van een leeraar van strenge
beginselen, en zal dus door overdragt, tegen den wil der gemeente,
zijn wensch in deze doordrijven.
Te Scheemda is een brievenbestelster, zekere H. Wol, die
sinds hare kindschheid deze betrekking vervult; zij is thans 78
jaar oud, en is nog ijverig en naauwgezet. Hare ouders en voor
ouders deden hetzelfde werk, dat reeds 180 jaar in de familie is.
De volgende eurieuse advertentie kon men dezer dagen in een
der dagbladen lezen„Lees ditEen jong mensch, voornemens
zijnde zich in het huwelijk te begeven, zoekt langs dezen al meer
en meer gebruikelijken weg een verstandig man, in staat en geneigd
hem dit uit het hoofd te praten. Ongefrankeerde brieven worden
niet geweigerd."
ZAANDAM, 16 Maart. Aan den heer A. Prins, nieuw benoemd
lid der Prov. Staten van Noordholland, is door de muziek der dd.
Schutterij eene serenade gebragt.
GBNEMUIDEN, 16 Maart. Bij eene heden gedane opneming
van de door den brand veroorzaakte verwoesting, is gebleken, dat
vernield zijn 140 gebouwen (het gemeentehuis, scholen, woonhuizen,
pakhuizen en schuren), bewoond door 105 gezinnen, en 39 hooibergen.
OOSTSTELLINGWERF, 16 Maart. Als iets zeldzaams mag
genoteerd worden dat bij den raad dezer gemeente is ingekomen een
verzoekschrift van een hulponderwijzer, aanvraag doendeom te
mogen trouwen. De raad heeft welwillend op het request beschikt.
Het vreemdste van de zaak is, dat de hulponderwijzers in deze
gemeente verpligt zijn zoo te handelen. De gemeenteraad, overtuigd
dat al wat onderwijzer heet in Ooststellingwerf veel te laag wordt
bezoldigd, heeft in beginsel aangenomen geene getrouwde hulp
onderwijzers te dulden.
LEEUWARDEN, 14 Maart. De gezondheidstoestand van het
rundvee in Friesland is sedert jaren niet zoo gunstig geweest als
thans. In Februarij zijn slechts twee, en sedert 1 January niet
meer dan 5 gevallen van longziekte voorgekomen.
Als eene bijdrage tot de geschiedenis van den Abessinischen Vorst
Theodorus II, deelen wij het volgende manifest mede, door hem bij
het begin zijner regering aan zijne onderdanen en aan de in het land
wonende vreemdelingen gerigt:
„PROCLAMATIE:
„In den naam des Vaders en des Zoons en des Heiligen Geestes, één God.
„De Koning der Kouingen, Theodorus, Gods dienaar, door de Dricccuheid
geschapen, er door geïnstalleerd cu tot Vorst gemaakt, tot zijne kinderen, hem
door God geschonken en tot alle Franken en Europeaneu!
„Bij uwen God en den God van uwen vriend Theodorus, die aan Mozes ver
scheen op den berg Sinaï en aan de Roode Zee, die aau Jozua verscheen te
Jericho, die door Zijnen dienstknecht Sutnuel Saul zalfde toen hij de ezels zocht
die verloren waren geraakt, die, toen Saul zich van zijnen Schepper had afge
keerd, Sainuel bevel gaf David te zalven.
„Na David werd Salomon tot Koniug gemaakt, volgens het woord van den
Profeet cn van zijnen vader, niettegenstaande dat Adonias (Adonyah), tegen
Gods wil, door het volk tot Koning was uitgeroepen en gunst had gevonden
in hunne oogen. Salomon gewon Mcnilek, bij de Koningin van Azyeb (het
Zaid-Oosten), die Koning werd van Ethiopië. Van af Menilek tot de dynastie
der Gallas waren alle Koningen tooneelspelers (azmari), die wijsheid noch kracht
bij God zochtendoch door Zijne hulp werden de middelen gevonden het
keizerrijk te stichten, toen God mij, Zijnen dienstknecht uitkoos om Koning te zijn.
„Mijne landgenooten zeiden: de rivier is opgedroogd, hare bedding is ledig;
en zij beledigdeu mij omdat mijne moeder arm was en zij noemden mij de zoon
van een bedelaar. Maar de Turken kenden de grootheid mijns vaders, die hen
tot zijne schatpligtigen maakte tot aan de grenzen van Egypte en tot de
poorten hunner steden. Mijn vader en mijne moeder stamden af van David en
van Salomo en zij zijn ook van het geslacht Abrahams, dc dienstknecht Gods.
„Die mij na beleedigen met den naam van bcdclaarszoon zijn zelve bedelaars
cn bedelen om hun dagelijksch brood. Zonder den wil Gods kan wijsheid noch
macht hem voor vernietiging behoeden. Des alniettemio, dewijl God sprak tot
Adam: „In be$ zweet uws aanschijus zult gij uw brood eten," is het nood
zakelijk niet in traagheid te vervallen. Doch het is nutteloos voor mij ulieden
deze raad te geven, want het spreekwoord zegt: „Spreek niet over wijsheid tot
den wijze en onthoud deu leeuw zijn voedsel niet."
„Niets is machtig op aarde. Menigeen heeft mortieren en kanonnen in over
vloed gehad en is niettemin bezweken. Napoleon had ze bij raijriadentoch
stierf hij overwounen, nadat hij de Franken had ten ouder gebracht. Nicolaas,
de Keizer der Moscovieten bezat ze in overvloed en hij werd overwonnen door
de Franschen, de Engelschen en de Turken cn hij stierf, zonder de wensch
zijns harten te hebben vervuld.
„Als gij iu uwe landstreken eenige aanhangers ontmoet van den roover
Negusyc, die zullen zeggen, gelijk de verraders in dit land, dat Ethiopië
geregeerd wordt door den zoon eens bedelaars, wed dan met hen om een veld
met goud overdekt, dat ik, de tegenwoordige Keizer, op den troon ben mijner
vaderen Abraham en David, en breng ze hier om met mij te worden geconfronteerd.
„Het is God! die de machtigen van hunne zetels heeft geworpen en ze uit
lage standen heeft verheven."
Velen van ons kennen voorzeker de Times, dat reusachtige Engelsche dagblad,
in duizende exemplaren over de wereld verspreid, en al kennen sommigen het
niet, allen hebben er zeker van gehoord, want even vermaard als in de grijze
oudheid de kolo9 van Rhodos was, even wereldberoemd is sedert jaren die kolos
van de dagbladpersde Times. Men weet dat het blad als zeer naauwkeurig
in zijne verslagen en berigten, bij gebrek aan officiële bescheiden, zeer dikwerf
in het parlement en voor den regter wordt geraadpleegd om het een of ander
feit op legale wijze te constateren. Dit raadplegen was tot na .toe niet zeer
gemakkelijk, wanneer men bedenkt dat één enkele jaargang van de Times ruim
2400 corapres gedrukte bladzijden van het grootste formaat beslaat, de adver
tentiën natuurlijk niet medc>rerekend, die op zich zelf ook weer 2400 bladzijden
druks van dezelfde grootte vullen.
Men stelle zich nu den ongelnkkigen advocaat voor, die te midden van die
reusachtige massa couranten, te midden van duizende nieuwstijdingen van allerlei
aard, van correspondentien, van leading-articles, van telegrammen, van benrs-
berigten enz. één datum, één feit heeft op te delven dat hem belang inboezemt.
Moet hij honderden bladzijden doorsnuffelen zonder misschien te vinden wat
hij zoekt?
Maar nn zijn er nog zoo vele anderen die niet advocaat zijn, die zich her
inneren iets in de Times gelezen te hebben dat hen interesseerde, en die gaarne
zouden willen terugvinden wat zij half zijn vergeten. Hoe zullen ze het aan
vangen, waar beginnen? Een practisch man, een boekhandelaar, de heer Samnel
Palmer, van Catherine streef, Strand te Londen, heeft besloten om aan de
voortdurende klagten van het publiek een einde te maken. Hij zal voortaan
uitgeven een driemaandelijkschen index van de Times Newspaper.
In dezen index zal voorkomen eeue aanwijzing van alle mogelijke data en
feiten gedurende een kwartaal in de Times verschenen: „Births, Deatbs, Mar-
riages, Bankroptics, Wills, Civil and Criminal Cases, Parliamentary proccdings,
Speeches, Local and Foreign news, Naval and Military Intelligence, Markets," enz.
N°. 1 dat thans verschijnt bevat het kwartaal October 1867Januarij 1868.
De uitgave zal nu geregeld worden voortgezet tot groot gerief van het Engel
sche publiek. (Arnh. Crt.)
BENOEMINGEN EN VERPLAATSINGEN BIJ MARINE EN LEGER.
De kapt.-luit. E. J. Bnijs wordt met den laatsten April eervol ontheven van
het bevel over Zr. Ms. drijvende batterij Neptunus, en zal in dat bevel den
1 Mei worden vervangen door den kapt.-luit. G. van Hecking Colenbrander.
Tot inspecteur van het wapen der Artillerie is benoemd de kolonel A. C.
\Y. L. J. F. von Kellner, commandant van het reg. Veld-Artillerie.
PARIJS, 17 Maart. Men verhaalt hier dat Koning George van
Hannover te Rome heeft doen vragen of de H. Stoel er iets tegen
zou hebben, dat Hij zich in de eeuwige stad kwam vestigen. De
Paus moet hierop geantwoord hebben: la ville de Rome appartient
d toutes les infortunes. Dit antwoord is inderdaad vereerend voor
den H. Vader, maar ik geloof niet dat Koning George vooreerst
Hietzing zal verlaten.
Den 25 Maart zal hier een vreemd blad het licht zien, onder
den titel van Gazette de Java. Onder het Javaansch verstaat men
een eigenaardige spraak, die op de boulevards wordt gesproken en
slechts door ingewijden wordt verstaan. Die Gazette de Java zal
uitsluitend nieuws omtrent het bijzondere leven der Parijzenaars
bevatten, maar om de wet te ontduiken zal het in dat zoogenaamde
Javaansch geschreven worden. Als een staaltje hoe die taal is,
breng ik overM. Routier a re<;u chez lui. M. Ravouhaver rava
guva havia chaza lavui. Niemand van bon ion zal er voor durven
uitkomen dat hij dat Javaansch kent, en daarom ook geen actie
tegen den redacteur van het weekblad durven instellen.
De officieuse Patrie deelt reeds een overzigt mede van de
aangekondigde Keizerlijke brochure: Les titres de la dynastie Napo-
léonnienne. In dat geschrift worden met elkander in verband gebragt
de volksstemmingen, welke eerst door Napoleon I zijn uitgelokt en
die, welke Napoleon III achtereenvolgens geroepen hebben tot lid
van de Constituerende Vergadering, tot het presidentschap der
republiek en tot den Keizerstroon. Aan dien dubbelen oorsprong
uit de volksstemmingen wordt het politiek karakter ontleend van
de Napoleontische dynastie. Dat denkbeeld wordt in de korte
voorrede uiteengezet. De inhoud der brochure zelve (die overigens
geen bijzonder actuëele waarde moet hebben) wordt verder gevormd
door historische documenten, bepaaldelijk betrekking hebbende tot
de geschiedenis der constitutie van 1852, in verband met de
amendementen, welke daarop in der tijd zijn voorgesteld.
De minister van openbaar onderwijs in Frankrijk heeft den
heer Eugène Paz, directeur van het groot gymnasium te Parijs,
belast met de zending om de regeling en de werking van het
gymnasiaal onderwijs in Oostenrijk, in België, in Nederland en in
Pruissen te bestuderen.
Carlotta Patti is door een betreurenswaardige familieramp
getroffen geworden. Op hare kunstreis in het zniden van Frankrijk
is haar echtgenoot, de heer Scola, krankzinnig geworden. De vader
van dezen laatsten is in een krankzinnigengesticht te Milaan over
leden; zijn zoon bevindt zich thans in diezelfde inrigting. De heer
Scola is een gewezen ténor, die, weduwnaar zijnde, nu ongeveer
zes jaren geleden, de vermaarde zangeres had gehuwd.
Prins Napoleon is dezer dagen te Parijs teruggekeerd van zijne
reis in Duitschland.
Een handelsreiziger in Engeland is verleden week door een
der regtbanken daar te lande tot eene boete van 3.17 (ongeveer
47) veroordeeld, omdat hij in een spoorwegrijtuig 1ste kl. ondanks
herhaalde aanmaningen, had gerookt. Een dure cigaar!
De commissie van onderzoek uit het Huis der Gemeenten
van de petitie omtrent de verkiezing te Coventry heeft in haar
rapport verklaard, dat de heer Henry Mather Jackson door zijne
agenten schuldig was aan omkooping bij die verkiezing, en der
halve, als niet regtmatig verkozen, geene zitting kon hebben in
het Parlement.
