1868. N°.38.
Vrijdag 27 Maart.
26 Jaar,
BINNENLAND.
BUITENLAND.
Uitgever
A. A. BAKKER
Cz.
F R A N K R IJ K.
RELDERSCHE
EN MIEUWEDIEPER COURANT,
„W ij huldigen het goed e."
Verschijnt Dingsdag-, Donderdag- en Zaturdag namiddag.
Abonnementsprijs per kwartaal1.30.
franco per post - 1.65.
Bureau:
MOLENPLEIN, N°. 163.
Prijs der Advertentiën: Van 14 regels GO cent,
elke regel meer 15 cent, behalve 35 cent zegelregt.
Grootc letters of vignetten worden naar plaatsrnimte berekend.
HELDER en NIEUWEDIEP, 26 Maart.
Het Concert-Gezelschap Apollo gaf Dingsdag 11. zijn vierde winter-concert.
Het programma deed ons nog meer dan gewooulijk naar den avond van uit
voering verlangen, en waarlijk onze verwachting werd niet te leur gesteld.
Drie solisten, de vierde Symphonie van Gade en Weber's ouverture «Euryanthe",
wie zoude er niet naar haken zulk een avond van kunstgenot bij te wonen?
Wie zoude mejufvrouw zijn en hoe zal haar spel ziju? Ziedaar twee vragen,
die velen zich zeiven gedaan hebben bij het binnentreden van de concertzaal.
Wie mejufvrouw is hebben wij gezien, en hoe haar spel is?Uitmuntend!
Ons was het gerucht meermalen ter oore gekomen, dat mejufvrouw eene
begaafde dilettante is; volmondig bekennen wij echter dat onze verwachting
overtroffen is. Slechts enkele dilettanten komen met het klavierspel op eene
hoogte als mejufvroaw Hare techniek is degelijk ontwikkeld, niet weifel
achtig. De aanslag is vast en zeker en haar fijn geuuanceerd spel getuigt van
gevoel en smaak. Mendelssohn's rondo capricioso, de marche funèbre van Chopin
en de caprice Hongrois van Kctterer werden door de begaafde dilettante mees
terlijk voorgedragen. Wij brengen hier met een enkel woord onzen dank en
hulde aan mejufvrouw voor het kunstgenot dat zij ons verschaft heeft,
aan de dilettante die getoond heeft wat studie en liefde tot de kunst ver
mogen, en aan dengenen onder wiens leiding mejufvrouw zulk een hoog
«tan lpunt in de edele kunst heeft ingenomen. Wij uiten tevens den wensch
dat het mejufvrouw behage moge ons nog meermalen met hare talenten
een degelijkeu avond van kunstgenot te verschaffen.
De heer Giese uit 's Gravenhage vergastte ons op zijn prachtig cello-spel.
Het concert van Golterman en de fantaisie van Servais voldeden bij uitstek.
Het spel van den heer Giese is vol gevoel en energie. Wegslepend is de
andante, vol kracht en uitdrukking de allegro. Dubbbelgrepen, octaafgangen,
flageolettoonen, staccati, arpeggio's, allen getuigen hoe de heer Giese meester
van zijn instrument is. Technische moeijelijkheid schijnt de heer Giese niet
te kennen, althans zijn verheven spel laat er niets van blijken, de zwaarste
passages worden door den heer Giese met kalmte doch flink en melodieus vertolkt.
De heer Har tering blies zijne soli met smaak en met meer kalmte dan op
het vorige concert. De zeldzame virtuositeit die deze artist bezit openbaarde
zich in zijne beide soli, die op hoogst verdienstelijke wijze werden voorge
dragen. Het concert voor fluit van Terschak is stellig niet van de gemakke
lijkste composities. De variatiën zijn lastig. De ellenlange cadence liet na
gelnkkigen afloop menigeen ruimer adem halen. Beide obligaten voldeden bij uitstek.
Het trio vau Meudelssohn, uitgevoerd door mejufvrouw de heeren Giese
en Bekker, behoort stellig onder de schoonste nommers van het concert. Wij
durven met zekerheid zeggen, dat dit juweel van klassieke muziek, toevertrouwd
aan zulKe handen, niet beter kan vertolkt worden Het accompagnement
der soli was zeer goed. De symphonie van Gade en de ouverture vau Wcber
werden flink en met aplomb uitgevoerd. Vooral de andante en allegro van de
symphonie boeiden ons bij uitstek. De pizzicato in de scherzo kon wel iets
gelijker zijn. Overigens meenen wij te mogen zeggen, dat er merkbaren voor
uitgang in de uitvoering plaats had.
Mejufvrouw ontving uit handen van een der bestuursleden een prachtig
bouquet als blijk van hooge ingenomenheid over hare belanglooze opluistering
van dezen concert-avond. Zij genoot evenals de andere geachte solisten telkens
de eer der terugroeping en de aanwezigen gaven door luid applaudissement
hunne groote tevredenheid te kennen.
Bij den afloop der winter-coucerten achten wij ons verpligt onzen dank en
hulde te brengen aan het flinke bestuur en den ijverigen directeur, den heer
C. A. Bekker, voor de genotvolle avonden, die wij door hunne zorgen geuoten
hebben. Wij eindigen met den wensch, dat ook het volgende saizoen even
glansrijk moge zijn als het verledene.
Men zegt, dat in de 9tad... aan een vijftal personen, na de
jongste Kamer-ontbinding, Maandag 11. in een openbare vergadering
„veertig min één" gevoelige slagen toegebragt zijn. De onge-
lukkigen gevoelen zich zéér zwak. Nadat een beroemd doctor uit
Dordrecht alle hoop op levensbehoud opgaf, wilde een oud-hoog-
leeraar van Amsterdam met twee plattelands-geneesheeren uit Alkmaar
en Utrecht zich indringen, om door een kunstmiddeltje het leven
der lydenden te rekken; dat kunstmiddeltje was intusschen alleen te
verkrygen in de apotheek „het Hof" in de Koningstraat. Maar
in de volbrenging van dat plan is het edel drietal teruggehouden
door wel negen-en-zestig artsen, die de vrees niet konden onder
drukken dat „het geneesmiddeltje erger raogt zijn dan de kwaal
Wij ontvingen heden een verslag van den toestand van het
Anti-Dagblad-Zegelverbondmet een korten inhoud der redevoering
van den tijdel. voorzitter, mr D. van Weel, waarmede ZEd. de
buitengewone algemeene vergadering, op 25 Jan. 11. te Rotterdam
gehouden, opende. Uit het verslag vernemen we o. a. dat het
Verbond thans ruim 600 leden telt, terwijl zich acht afdeelingen
geconstitueerd hebben. Bovendien zyn in 13 gemeenten corres
pondenten, o. a. te Alkmaar rar. W. van der Kaay, Regter in de
Arrondissements-Regtbank aldaar.
In de Tweede Kamer der Staten-Generaal is eergisteren het
voorstel van den heer de Bosch Kemper tot aanbieding van een
adres aan den Koning door alle rigtingen bestreden. Na verdediging
van den voorsteller werd het verworpen met 69 tegen 3 steramen.
Voor: de hh. Kien, van Foreest en de Bosch Kemper. Daarna i9
de vergadering gescheiden.
Het verslag der commissie van onderzoek ter sake van het
bekende geschil tnsschen I. J. Lion, hoofdredacteur van het Dagblad
tan Zuidholland en ys Gravenhageen A. W. Sijthoff, aangewezen
uitgever van het op te rigten Dagblad van Nederlandis than9
openbaar geworden.
Na het hooren van partijen en van onderscheidene getuigen, is
de commissie tot deze conclusie gekomen: 1. Dat wel op naam
van gemelden heer Sythoff aan den heer Lion het aanbod is gedaan
om, tegen ontvangst eener som van 100,000, voor het vervolg
geen redacteur of medewerker van eenig Dagblad in Nederland te
zijn; doch dat niet overtuigend is gebleken, dat deze aanbieding is
gedaan op last, met voorkenuis en goedvinden van den heer
Sijthoff; 2. Dat de heer Lion deze aanbieding, na daarvoor de
onderhandeling eenigen tyd te hebben gaande gehouden, zonder
eenige bedoeling om ze aan te nemen, van de hand heeft gewezen.
Het gedeelte HaarlemAlkmaar van den Holl. IJzeren Spoorweg
heeft in de acht maanden zijner exploitatie 126,230 opgebragt.
Tot president der arrondissements-regtbank te Arnhem is
benoemd mr. T. M. Wentholt, than9 president van de arrond.-
regtbank te Alkmaar; tot president der arrond.-regtbank te
Alkmaar, mr. C. R. H. van Lelyveld, thans regter in de arrond.-
regtbank te Hoorn.
Wij uiten hier den weusch, den heer Bekker op een der concerten in het
volgend saizoen als solist te zien optreden; velen hier ter plaatse, die den heer
B. als violist nog niet kennen en gaarne de gelegenheid zouden waarnemen
rich aan het degelijke spel van den heer B. te vergasten.
Aan mr. C. C. van der Schalk i9, op zijn verzoek, eervol
outslag verleend als notaris te Noordwijk. In zijne plaats is
benoemd mr. T. W. van der Schalk, cand.-notaris, plaatsvervangend
kantonregter, advocaat en lid van den gemeenteraad aldaar.
Op zijn verzoek is eervol ontslagen de heer Gerdenier als
directeur van het postkantoor te Medemblik en wordt vervangen
door den heer Muurs, geagreëerd klerk aldaar.
Beroepen te Zutphen de heer P. C. van Ronkel, pred. te IJlst.
Eergisteren werd te Utrecht de derde lezing voor de leden
van de weerbaarheid en verdere belangstellenden gehouden; spreker
was de heer J. E. Cornelissen. Deze begaafde zee-officier had zich
ten taak gesteld om aan te toonen, dat Nederland wel degelijk te
verdedigen was, en wel inzonderheid in onze zeegaten en rivier
mondingen. Hy wees daarom op de torpedo's, die schrik der
Engelsche vloot, toen deze onder admiraal Napier Kroonstadt aan
de Ru99en wilde ontnemen, maar door één torpedo, die gelukkig
ontbrandde en een schip vernielde, van het plan voor goed afzag
die schrik der Noord-Amerikanen bij den oorlog tegen het Zuiden,
maar die in hare opkomst nog alles behalve volmaakt was, en
daardoor slechts 7£ goede resultaten opleverde. Spreker deed
verder de geschiedenis van deze vernielende machines kennen, en
kwam al klimmende tot het besluit, dat de zwarigheden, die bij
velen bestonden, thans zijn overwonnen, en dat men met de gege
vens van heden gerust de toekomst kan te gemoet gaan. Deze hoogst
interessante lezing, door voorbeelden zoozeer verduidelijkt, bragt
by de hoorders eene algemeene geruststelling te weeg, en allen
waren den geleerden spreker regt dankbaar voor het heldere inzigt
in nog vrij onbekende, maar zoo belangrijke zaken gegeven. TJ.D
De persoon die zich laatstelijk te Hoorn schuldig heeft gemaakt
aan het stelen van twee schapen, is jl. Zaturdag aldaar binnengebragt.
Hij staat bekend als een beruchte dief. Acht dagen heeft de policie
naar hem te vergeefs gezocht.
Er komen uit Noord-Amerika veel landverhuizers, vooral iu
de Noordelijke provinciën, terug, om hier te lande vrouwen te zoeken;
ze slagen echter zelden en moeten meestal onverrigter zake naar de
Nieuwe Wereld terugkeeren. De trouwlust schijnt niet zoo groot,
dat men er een zoo groote reis voor wil ondernemen.
Wie de oude keizerstad Deventer kent en wien hare traditionele gebruiken
niet vreemd zijn, zal moeten erkennen, dat het eene groote bijzonderheid moet
wezen, welke den stroom der wandelaren eene andere rigting geeft dan den
hoogen Twenlo'schen dijk. Zij die de eer hebben het wandelend publiek jl.
Zondag en Maandag aldaar van het «regte spoor" te brengen, zijn eene bende
«Zigeuners", die vóór de Bergpoort in den letterlijken zin „hnnne tenten
hebben opgeslagen." Onbegrijpelijk is de toevloed van nieuwsgierigen, die
elkander verdringen om eau kijkje in het zonderling huishouden dezer Nomadi
sche Hongaren te nemen. Aanvankelijk hadden zij zich met hun geheelen
stoet op den openbaren weg gelegerd, maar het gemeentebestuur heeft bet voor
de algemeene rust nuttiger geoordeeld hun een eilandje op de Bergweide als
tijdelijke verblijfplaats aan te wijzen en binnen weinige minuten hadden zij
hunne legerpluats derwaarts overgebragt. Het schijnt eveuwel, dat zij die af
zondering minder aangenaam vinden, daar het hun zeer in hun handwerk, het
bedelen, belemmert. Ze schijnen oorspronkelijk uit het comitaat van Ternes,
uit Detta in het zuiden van Hongarije, niet verre van Temesvar, te komen en
zijn in het bezit van ouberispelijke reispassen, maar vertoonen al het grillige,
onzindelijke, onhebbelijke en ongevoelige, waarvoor huu geslacht bekend staat.
Zij zeggen tot de Giieksclie godsdienst te behooren, maar eenigen hunner
woonden de godsdienstoefening iu de Roornscke kerk bij. De vrouwen cn
kinderen zien er walgelijk en onoogelijk uit, maar men kan hun, evenmin
als aan de mannen een zeker romantisch schoou ontzeggen, terwijl de zonderling
opgesmukte bonte kleeding, gelijk zij die nu vertoonen, ontegenzeggelijk iets
phantastisch aan hunne personen geeft. Zij genieten dan ook de eer van de
helden van den dag en der conversatie te zijn, terwijl de eerewacht, hun van
gemeentewege toegevoegd, uit een drietal politie-agenten bestaat. Gelijk overal
elders hecten zij hier feest te komen houden en kinderen bij onderdompeling
te doopen, twee omstandigheden, welke best geschikt zijn om op de mildheid
der omstanders en nieuwsgierigen een voor hen heilzameu invloed uit te oefenen.
's HERTOGENBOSCH, 24 Maart. Het Hof heeft den 19 dezer
A. Learbuch, oud 20 jaren, naaister, wonende te Oosterhout, wegens
kindermoord, veroordeeld tot 5 jaren tuchthuisstraf.
ARNHEM, 25 Maart. Morgen zal voor het Hof alhier teregtstaan
M. L. Nijboer, kleermaker te Harderwijk, (thans alhier gedetineerd),
ter zake van feitelijkheid tegen de eerbaarheid, met gewelddadigheid
uitgevoerd of ondernomen, en feitelijk vergrijp tegen de zeden, beide
feiten gepleegd jegen9 zijne dochters. ArnhCour.)
GRONINGEN, 23 Maart. Het eerste kievits-ei in dit jaar is
gevonden door de postbode van hier op Leek en Marum, en door
hem aan den commissaris des Konings ten geschenke aangeboden.
LEEUWARDEN, 20 Maart. Door een der schapen van Y. Kuperus,
in dezen omtrek, zijn onlangs zes volwassen lammeren geworpen;
hetzelfde schaap wierp in 1867 vyf, in 1866 vier en in 1865 vijf,
derhalve in 4 jaren 20 lammeren.
BENOEMINGEN EN VERPLAATSINGEN BIJ MARINE EN LEGER.
Z. M. dc Koning heeft bepaald, dat, zoolang de inspecteur vau de genees
kundige dienst J. J. Sas aan het hoofd van die dienst geplaatst zal wezen,
zijne betrekking geassimileerd zal zijn aan den rang van generaal-majoor.
De eerste off. van gez. 1ste kl. G. A. Baum, in garnizoen te 's Bosch, is bevor
derd tot kolonel. De eerste off. van gez. 2de k dr. J. H. van den Broek,
leeraar bij de Rijks-kweekschool te Utrecht, is benoemd tot eersten off. van
gez. 1ste kl., met den rang van luit.-kolonel. Tot eersten off. van gez,
2de kl. zijn benoemd: de off. van gez. 1ste kl. dr. J. Smith, in garnizoen te
Groningen, en dr. J. H. C. Basting, in garnizoen te Bergcn-op-Zoom Op
pensioen zijn gesteld: de eerste off. van gez. 1ste kl. dr. M. Stein te 's Ilagt
en de eerste off. van gez. 2de kl. A. Mathijsen te Breda. Aan dr. M. Stein
is dank betuigd voor de vele en gewigtige diensten, door hem gedurenüe zijne
langdurige militaire loopbaan bij het leger bewezen; aan den eersten off. van gez.
2de kl. A. Mathijsen is de rang verleend van eersten ofL van gez. 1ste kl.
Prins Napoleon is sedert het begin dezer week weder te Parijs,
Of de reis van 's Keizers neef door Duitschland eenig politiek doel
had en welke uitkomsten zij heeft opgeleverd, is nog onbekend. In
een artikel, schijnbaar bestemd om het publiek dienaangaande in te
lichten, zegt la France enkel, wat de Prins op reis omtrent Frank
jjks gezindheid zal hebben kunnen betuigen en omtrent Duitsch-
lands gezindheid zal hebben kunnen opmerkenen zij leidt daaruit
af, dat die reis, hoewel zonder politieke zending ondernomen, eene
voor den algemeenen vrede bevorderlijke strekking heeft kunnen
hebben en nog hebben kan.
De nieuwe onderstand voor het gebrek ljjdende gedeelte der
inlandsche bevolking van Algerië, ten bedrage van twee millioen
francs, is door het Wetgevend Ligchaam eenstemmig aan het gou
vernement bewilligd.
In de laatstgehouden zitting van den ministerraad is langen
tijd beraadslaagd over de oproerige tooneelen, die in alle deelen des
lands plaats hebben. Ondanks de officiële tegenspraak, bevestigt bet
zich dat ook te Neuilly ongeregeldheden hebben plaats gehad.
Donderdag avond hebben zich te Parijs die tooneelen herhaald.
Een aantal jongelieden, de meesten verkleed, hebben zich van het
policiegebouw in de voorstad Menilmontant meester gemaakt, waar
zij alles verwoestten onder de kreten: „Weg met de mobile garde!"
De polieie kwam met eene talrijke versterking terug en nam onge
veer tien personen in hechtenis.
Maar van grooter beteekenis zjjn de onlusten te Bordeaux, die
den 21 en 22 dezer hebben plaats gehad, en waaromtrent de Fran-
sche bladen slechts zeer karig berigten mededeelen. Daar heeft
bloed gestroomd, de troepen hebben op het volk geschoten, dat de
policie op de vlugt had gedreven en een commissaris nagenoeg
vermoord heeft. De regering is des te bezorgder, omdat zjj de gisting
maar al te zeer kent,' die onder de werklieden zonder arbeid in de
departementen du Nord, der Somme, der Seine, van het Pas de
Calais en elders heerscht.
Pas is de brochure Les tittes de la dynastie Napoldonienne
verschenen, of men verneemt bjj geruchte dat eerlang een andere
Keizerlijke mededeeling, een soort van proclamatie te verwachten is:
een document, handelende, zoo wordt beweerd, over de buiten-
landsche politiek. Op de volkomene ontruiming van Rome zal
io dat manifest uitzigt gegeven worden, wanneer namelijk de nieuwe
overeenkomst, die tusschen Italië en Frankrgk met betrekking tot
den Kerkdijken Staat is of zal worden gesloten, den waarborg van
Pruissen en de overige mogendheden erlangt; en in verband hier
mede zou het manifest het voorstel tot een „algemeene ontwapening"
inhouden. In afwachting van dit voorstel, is het niet onbelangrijk
te wijzen op de ontzettende hooge cijfers der uitgaven, welke Europa
meent te moeten doen voor zijne legers.
De nieuwe wapening in Frankrijk kost verbazend veel geld.
In 1867 was daartoe de post van 49 millioen fr. op de begrooting
uitgetrokken, waarbij voor hetzelfde dienstjaar nog 11 millioen
kwamen; op de begrooting voor 1868 zijn tot genoemd einde
beschikbaar gesteld 41 millioen en op die voor 1869 2 millioen;
te zamen 103 millioen, waarvan 15 bestemd voor het geschut,
zoodat 88 voor de geweren overblijven. Elk Chassepot-gewcer kost
den staat 70 fr.elk veranderd geweer komt op 16 fr. te staan.
Frankrijk heeft noodig, voor de dienstdoende manschap zoowel als
voor de magazijnen, 1,800,000 geweren; derhalve zullen nog op
de begrooting van menig jaar na 1869 aanzienlijke cjjfers voorkomen
om het aangevangen werk te voltooijen. Frankrijk zal dan zijn
nieuw geweer met 100 millioen francs, als minimum, betaald
hebben. Men schat dat Rusland met niet minder dan 130
millioen zijne wapenen zal kunnen veranderen, en dat Oostenrijk
80 millioen zal behoeven voor zijn Benington-geweer. Het Snider-
geweer, door Engeland aangenomen, kost minder dan het Chassepot-
geweer, maar komt veel duurder te staan wegens den hoogen prijs
der patronen. Alleen voor deze kosten is in Engeland de som van
65 millioen geraamd. Pruissen ziet thans af van zjjn Dreyse-
geweer, en geeft de voorkeur aan het Peabody-geweer, ofschoon dit
laatste duurder is. Kortom, telt men al de uitgaven te zamen,
welke in drie of vier jaren door Europa zullen gedaan zyn tot
aanschaffing van het naaldgeweer, dan krijgt men het niet onaan
zienlijk sommetje van een milliard. O vrede! Heilige vrede!
De heer Des Essarts, gewezen consul-generaal van Frankrijk
te Beyruth, en die tot gevolmagtigd minister benoemd zal worden,
heeft den Keizer een in Syrië gevonden, zeer goed bewaard gebleven
bronzen Romeinschen adelaar aangeboden. Dit kunstwerk, aller
merkwaardigst in zijn soort, trekt bijzonder de aandacht omdat de
vogel een aardkloot in zijne klaauwen houdt, welke hij met geweld
wil omvatten; de adelaar is iu zittende houding, zijne vleugels zijn
half open, als had hjj zich pas op een prooi geworpen; de Keizer
bewonderde het voorwerp en betuigde zijnen dank aan de schenker,
die, op de houding der adelaar wijzende, zich de woorden liet
ontvallen„Sire hij, ziet naar den Rijn 1" 's Keizers antwoord, als
hij er een gaf, is niet bekend; wel weet men dat hij glimlachte.
De France deelt mede, dat Koning Theodorus op nieuw
iemand gevangen houdt, namelijk den gewezen Oostenrijkschen com
missaris voor de jongste wereldtentoonstelling, den heer Schaffer.
Deze heeft zich op een reis door Abessinië te veel in de nabijheid
des Konings gewaagd, die hem dadelijk heeft laten vatten en trom
petter bij een van zijn dragonder-regementen gemaakt heeft.
De heer Victor Hugo heeft dezer dagen in een artikel over
Dauiel Manin gezegd, dat, even als de ontslapen Dictator thans
weder bezit van Venetië nam, zoo ook de in levende lyve zijnde
Garibaldi, Rome weder in bezit zou nemen. „Frankrijk (vervolgde
hij) heeft evenmin het regt om Rome te dwingen als Oostenrijk het
regt had dit Venetië te doen; eene aanmatiging, die in beide
gevnllen tot dezelfde uitkomst zal leiden, namelijk tot het vergrooten
van Italië." La France, dit artikel mededeelende, zegt: „De
vermaarde dichter zal ons, hopen wij, de aanmerking ten goede
houden, dat zijne tegenoverstelling, onzes inziens, niet opgaat:
Oosteurijk was in Venetië niet te huis; maar de Paus te
Rome wèl.
De componist Offenbach zit in weerwil van zijn hooge hono
rariums tot over de ooren iu de schuldzoo goed als zijn armste
kunstbroeders wordt hij hevig door schuldeischers vervolgd, die hem
geeD rust of duur laten. Hij verdient jaarlijks niet minder dan
40,000 th. en evenwel hebben zjjne schuldeischers te Parys beslag
op de opbrengst van zyn Robinson Crusoë gelegd.