1868. N°. 133.
Woendag 4 November.
BINNENLAND.
59J
5'i
391
8l|
HELDERSUHE
3?S,
IN NIEUWEDIEPER COURANT,
774
15#
lof 1
Verschijnt Dingsdag-, Donderdao- en Zaturdag namiddag.
12| Abonnementsprijs per kwartaal1.30.
franco per post - 1.65.
„W ij huldigen het goed e."
Uitgever A. A. BAKKER Cz.
Bureau: MOLENPLEIN, N°. 163.
Prijs der Advertentiën: Van 14 regels 60 cent,
elke regel meer 15 cent, behalve 35 cent zegelregt.
Groote letters of vignetten worden naar plaatsruimte berekend.
Donderdag den 5 dezer vertrekt de Oost-Indische
202mnil over Darseille.
ijke
HELDER en NIEUWEDIEP, 3 November,
lotaj Door een stations-arbeider alhier is van dit jaar voor de tweede
ilatifaaal, van denzelfden grond, aardappelen van goede grootte en
kwaliteit geteeld.
In de vorige maand vertrok van hier de heer A. J. H. Beeloo,
i li' lie gedurende de laatste jaren de betrekking van hoofdingenieur bij
lal le Directie der Marine alhier had vervuld. Bij zijn vertrek onder-
afrond genoemde hoofdofficier onderscheidene blijken van achting en
'PPe renegenheid. In getrouwe pligtsbetrachting mogt hij voorzeker
kelen tot navolgenswaardig voorbeeld verstrekken.
De heer II. G. Jansen, tot gemelde betrekking alhier benoemd,
0,-aanvaardde die op gisteren. Reeds vroeger was de heer Jansen als
ingenieur bij 's Rijks werf alhier werkzaam.
210! Qe stuurman T. Bakker, van de zeevaartkundige school van
L*klcPen heer A. J. Leijer alhier, is jl. Zaturdag te Amsterdam als
rQj^jpperstuurman geëxamineerd en toegelaten.
's Jaarlijks worden in het wintersaizoen in het gebouw op de
Vischmarkt in de Nieuwstad, Vrijdags om de 14 dagen, volks-
Pfroorlezingen door onderscheidene sprekers gehouden. De eerste dier
ezingen in dit saizoen zal plaats hebben op a. s. Vrijdag 6 Nov.
des avonds ten half acht ure, waaneer de heer L. V. Ledeboer Az.
roor belangstellenden zal optreden. Wij vertrouwen, dat ook gedurende
•gslflezen winter een talrijke opkomst van het publiek zal toonen
koezeer deze gelegenheid om iets goeds te hooren wordt gewaardeerd.
P De heer M. L. van Gelder alhier heeft zich aangeschaft een
tieuwen duikertoestel, vervaardigd naar eene nieuwe constructie door
den heer Sieuwerts te Londen. Dezer dagen zijn alhier proeven
genomen met dezen toestel, die allergunstigst zijn uitgevallen.
De heer Cd. Busken Huet verkeerde bij het vertrek der mail
uit Oost-Indie 19 September jl., in blakenden welstand.
Aan het Voorloopig Verslag der Tweede Kamer betreffende
het onderzoek van het Vde Hoofdstuk der Staatsbegrooting (Binnen 1.
'pefeken), ontleenen wij de navolgende bijzonderheden De vraag naar de
v*kvensckelijkkeid van de al of niet oprigtiug van een nieuw departe
ment voor openbare werken werd in verschillenden zin besproken.
Tegen het hooge eindcijfer dezer begrooting werden onder
scheidene bedenkingen geopperd. Voor onderwijs en telegrafie was
bezuiniging zeer wenschelijk. De kosten voor het nieuwe telegraaf-
'°'#kantoor te Amsterdam, voor het Paviljoen te Haarlem en meer
^anderen getuigden niet van den bezuinigingsgeest, waarvan de
minister van Financiën had gewaagd. In ééne afdeeling werd
««aangedrongen op herziening van de wet op de Nationale Militie,
naar het gevoelen van eenige leden vooral hierom gebrekkig, omdat
zij de beschikking over eene altijd strijdvaardige magt niet of niet
re[ genoegzaam verzekerde.
rei Meer algemeen nog werd het wenschelijke eener nieuwe schutterij-
laj wet in het licht gesteld. Men vroeg naar het verslag over den
"etoesland der fabriekskinderen. Ook werd er gevraagd naar de vorde-
j,.ringen der werkzaamheden van de drinkwater-commissie. Vele
ijj; leden gevoelden zich teleurgesteld, omdat in deze begrooting niets
Mo voorkwam omtrent de verbetering der haven te Harlingen. De ver-
D.) schillende spoorwegongelukken in den jongsten tijd werden ter spraak
;'eJ gebragt. Evenzeer werden er klagten aangeheven over de kost-
11baarheid van het middelbaar onderwijs.
Aangenomen het beroep naar 's Hage door ds. Bryce, pred.
te Alphen a/d Rhgu.
Jl. Vrijdag avond hebben zich te Rotterdam, tengevolge der
jjl mishandeling van een paar jongens door de politie een paar dagen
Dij te voren, velen uit de lagere klasse vereenigd, om schreeuwende,
ui, joelende en de politie uittartende de stad door te loopen. De troep
ns werd grooter en grooter; de politie hield zich echter kalm, ook
toen aan het kantoor van den waterschout de glasruiten werden
a ingeduwd. Tegen middernacht ging de massa van zelf uiteen.
De ongeregeldheden in die stad hebben zich jl. Zaturdag herhaald
eu van lieverlede een ernstiger karakter aangenomen. Eene zeer
groote volksmenigte nam daaraan deel en heeft de verschillende
politie-bureaux en ook het stadhuis letterlijk belegerd; steenen zijn
opgebroken en daarmede de ruiten dier gebouwen verbrijzeld, zoodat
0 van het raadhuis letterlijk geen ruit meer heel is. Ook vele part!
0|
culiere huizen zijn beschadigd; lantaarnpalen zijn uit den grond
gerukt, en op de Hoogstraat zijn de trottoirs vernield.
De geheele politiemagt was op de been en maakte gebruik van
de wapens.
0 Ten 4 ure des nachts zijn er 2 escadrons cavallerie uit 's Hage
Aan een meer uitvoerig berigt dezer aangelegenheid, voorkomende
iu de Nieuwe Rott. Ort., ontleenen wij de volgende bijzonderheden
De ongeregeldheden, gedurende eenige dagen voorgevallen,
hebben Zaturdag avond en nacht een zeer ernstig karakter aange
nomen. Tot omstreeks acht ure was het nog overal tamelijk rustig,
doch op dat uur begon er langs de Hoogstraat weer een oploop,
f. 'die, weldra in verschillende andere straten gevolgd werd door zamen-
or S^fiolingen, waarbij onder uitbundig getier onophoulelijk de politie
l op'-»llerlei wijze werd uitgetart. Het rumoer nam daarop gestadig
meer.eu-'meer toe, ten gevolge waarvan onderscheidene ingezetenen,
uit v'rëès dat het volk huone huizen zou binoeudringen, de winkels
sloten;De heeren burgemeester en wethouders met den secretaris
- der^gemegnte vertoonden zich op verschillende plaatsen, om het volk
J. lot rast .aan te manen, doch het tumult bad spoedig zulk eene
uitgebreidheid verkregen, dat die aanmaning in het gewoel der
massa'verloren ging.
Later in den avond concentreerde zich het rumoer meer bepaaldelijk
naar de zijde der Kaasmarkt, alwaar ten laatste, onder een oor-
verdoovend geschreeuw, een aanval werd gedaan op het politie
bureau én het stadhuis. Dit begon met het werpen van steenen,
die hiér en "daar uit de straat opgebroken, naar de ramen van het
bureau geslingerd werden. De aldaar aanwezige politie scheen aan
vankelijk daarin nog geen aanleiding te vinden om van scherp
gebruik te maken, maar weerde zich slechts met het plat der sabels,
waarop het volk, blijkbaar in den waan dat de policie niet met
het scherp der sabels durfde werken, met alle kracht op het gebouw
aandrong. De agenten maakten daarop gebruik van al de wapenen,
die zij te hunner beschikking gereed hadden en bragten het door
eene vereenigde charge zoover, dat de geheele markt in een oogen-
blik als het ware was schoongeveegd. Toen evenwel brak het
rumoer eensklaps zooveel te heviger uit. Men kon in waarheid
zeggen dat het steenen regende, zelfs zóó dat de agenten genoodzaakt
waren zich naar het gebouw terug te trekken, terwijl velen hunner
door de steenen verwond werden. De menigte, daarop steeds voor
waarts dringende, was weldra het gebouw binnengekomen en maakte
aldaar aanstalten, om het bureau in brand te steken, hetgeen aan
vankelijk gelukte, vooral toen eenige personen een kist met stroo
aanbragten om de vlam dadelijk te kannen aanwakkeren. De politie,
geheel opgesloten, geen middel meer ziende om het verder indringen
te keer te gaan en het leven zoo duur mogelijk willende verkoopen,
nam de wijk naar het bovenste gedeelte van het gebouw, waarvan
zij de meuigte, door het nederwerpen van dakpannen en andere
harde voorwerpen, van het gebouw trachtte af te houden. Nog zou
dit welligt oiet gelukt zijn, zoo er niet van het derde kwartier
(bureau Goudsebe weg) eene versterking van 48 man was komen
opdagen, die onder commando van twee inspecteurs langs de
Lombardstraat ooverwacbts de menigte in den rug aanviel. De in
het bureau aanwezige agenten deden daarop met de aangekomeoen
vereenigd een uitval, waardoor men het zoover bragt, dat de volks
menigte van daar werd verwijderd.
Doch hiermede was het niet afgedaan, want nu vereenigde het
volk alle krachten om den inmiddels aangevangen aanval op het
raadhuis voort te zetten, me( het gevolg dat aldaar weldra al de
glasruiten vernield en in de beneden-verdiepingen de gordijnen
afgescheurd waren, terwijl eohtec alle pogingen om door de deuren
of ramen naar binnen te stormen, aanvankelijk mislukten. De agent,
die aldaar binnen het gebouw de vaste wacht beeft, zich naar het
politie-bureau willende begeven, hoopte zich door verkleeding onken
baar te maken, doch had in de haast niet opgemerkt, dat een
gedeelte van zijn sabel van onder zijn jas zigtbaar was, tengevolge
waarvan hij dan ook als agent herkend en deerlijk mishandeld werd.
Terwijl inmiddels, tot een sein voor de politie, de klok op het
raadhuis werd geluid, werd door eenigen uit het volk de lantaarn
paal op den hoek van de Hoogstraat uitgebroken, om daarmede op
de ramen te rammeijen. Daarop gelukte het eindelgk een der
aanvallers om het aldaar aanwezige kantoor binnen te klimmen en
dat lokaal in brand te steken. Doch juist daarmede bezig zijnde
werd hg door een agent gegrepen. Hierbij ontstond eene worsteling,
waarbij de agent wel aan zijne hand gewond werd, doch den dader
zoo stevig vast hield, dat deze weldra, met behulp van anderen,
met de nog niet geblusehte papieren in de vuist in arrest werd
gebragt. De ontstane brand werd ouderwijl, evenals in het bureau
aan de Kaasmarkt, nog tijdig gebluscht. Voor het overige had de
politie nog slechts zooveel mogelijk het aanhoudende werpen van
steenen te keer te gaan. Dit bleef evenwel met het nog overige
tumult tot ruim drie ure aanhouden, waarna de menigte lang
zamerhand aftrok.
Op verschillende andere plaatsen der stad zgn mede de lantaarns
het mikpunt der steenen geweest, terwijl bij vele particulieren,
vooral io den omtrek van het stadhuis, de ruiten verbrijzeld werden.
Dit was evenzeer het geval met enkele ramen van het Museum
Boymans, alwaar een vijftigtal agenten geposteerd stonden, die mede
herhaaldelijk eene charge van de menigte hadden af te slaan, waarbg
het voornamelijk gemunt was op het bureau van het eerste kwartier
in de Paauwensteeg. Op het bureau van het derde kwartier werd
omstreeks denzelfden tgd tweemaal achtereen een aanval gedaan,
doch met goed gevolg afgeslagen. Het bureau aan den Goudschen
weg bleef insgelijks niet vrij, doch ook daar was het betrekkelijk
spoedig afgeloopen. Langs de Hoogstraat, den Goudschen weg, het
Hang en andere straten werden insgelijks ruiten ingegooid.
Ook voor het bureau vau de Nieuwe Rotterdammer Courant
(waaraan we deze bijzonderheden ontleenen) stond ten 9 ure eene
volksmenigte verzameld, die met bedreigingen er op aandrong, dat
eene door den heer Jacob de Vletter ingezonden, doch geweigerde
advertentie, geplaatst zou worden, waaraan evenwel niet voldaan is.
De justitie heeft in het voorgevallene aanleiding gevonden om
last te geven tot de arrestatie van den praetizijn J. de Vledder,
die des namiddags uit zijne woning gehaald werd en (blootshoofd,
in overhemd en op pantoffels) onder militair escorte naar de
gevangenis is overgebragt.
Zondag morgen arriveerde ten half 5 ure een escadron huzaren,
ten 8 ure gevolgd door een bataillon en des namiddags nog door
een tweede bataillon grenadiers en jagers. Dadelgk werden er
piketten uitgezet. De militaire magt, ter gezamenlijke sterkte van
ruim 700 man, werd door de stad verspreid. Tevens werden de
vereischte schikkingen gemaakt, om, wanneer het noodig mogt zijn,
nog militairen uit Delft, Gouda en andere omliggende garnizoens
plaatsen te verkrijgen. In den afgeloopen nacht is te Schiedam
gearriveerd eene batterij artillerie, die ter beschikking is gesteld van
den militairen kommandant, om, bij noodzakelijkheid, de noodigc
hulp te vcrleenen. Het brandpiket der schutterij onder de wapens
zijnde, werd gedósigneerd tot wacht houden bij het raadhuis gedurende
den geheelen nacht. Het corps vrijwilligers hield gedurende den
avond en nacht rondom het huis van den burgemeester de wacht.
Ofschoon er aanvankelijk vrees bestond voor nieuwe wanordelijkheden
met den avond, is het evenwel overal rustig gebleven. Zelfs was
het op de straten stiller dan op andere Zondagen. In den loop van
den nacht en voormiddag zgn nog ruim een honderdtal en ook des
avonds nog eenige personen gearresteerd, waarvan, naar het zich
laat aanzien, 32 aan de justitie zullen worden overgeleverd. Een
twaalftal agenten zijn gewond, waarvan óén tengevolge van een
pistoolschot, doordien er wederzijds door de policie en de aanvallers
hier en daar schoten zijn gewisseld.
In het ziekenhuis aan den Coolsingel zijn des nachts 9 personen
gebragt, die gewond waren, 6 daarvan keerden spoedig huiswaarts.
Geen hunuer had eene belangrijke kwetsuur. Daarentegen zijn vele
anderen in mindere mate gewond geraakt. Men spreekt ook van
dooden, doch hieromtrent is nog niets met eeuige zekerheid bekend.
Onmiddellijk is men des morgens aan het werk gegaan met het
herstellen der schade aan de openbare gebouwen, waartoe door
sommige ingezetenen welwillend bijstand werd aangeboden.
In den voormiddag waren uit 's Hage de Commissaris des Konings
en de procureur-generaal aangekomen, die daarop met den generaal-
majoor van Wickevoort Crommelin en het collegie van burgemeester
en wethouders ten raadhuize eene langdnrige conferentie hebben
gehouden.
Achtereenvolgens werden jl. Zondag de volgende publieatiën
afgekondigd
„Medeburgers
„Gedurende eenige avonden hebben er oploopen en volksverzamelingen
plaats gehad, waardoor de openbare orde wordt gestoord.
„Het is noodzakelijk, dat hieraan onverwijld een einde kome.
„De burgemeester behoort, ingevolge de wet, dergelijke wanorde
lijkheden te keeren en daartegen maatregelen nemen.
„Medeburgers!
„De burgerij van Rotterdam heeft zich onder alle omstandigheden
steeds door een goeden en ordelievenden geest onderscheiden.
„De burgemeester vertrouwt, dat de burgerij denzelfden geest ook
nu door haar gedrag aan den dag zal leggen en zal willen mede
werken, om de rust en orde te bewaken.
„Hij maant u bij deze aan, om geen deel aan die volksoploopen,
zamenscholingen of andere wanordelijkheden te nemen, en vertrouwt
op uwe medewerking en ondersteuning hij de maatregelen, die hij
in het belang der orde zal weten te nemen.
„Rotterdam, De burgemeester van Rotterdam,
„1 November 1868. Van Vollenhoven."
WAARSCHUWING.
De burgemeester van Rotterdam herinnert bij deze aan zijne
bekendmaking van heden en de verordening, die hij tot handhaving
van orde en rust heeft afgekondigd.
Hg doet te weten, dat voldoende militaire magt aanwezig is, om
de goedgezinde burgerij, die regt op bescherming heeft, te beveiligen
maar ook tevens, dat hij het minste verzet onmiddelijk gebruik van
de vuurwapens zal worden gemaakt.
Hij rekent bij vernieuwing op de medewerking en ondersteuning
van alle weldenkende ingezetenen, die hg bij deze inroept.
BEKENDMAKING.
De Burgemeester van Rotterdam;
Gezien de verordening, heden door hem afgekondigd, tot het ver
bieden van zamenscholingen en volksoptogten.
Gezien art. 187 der gemeentewet:
bepaalt
Art. 1. Iedere vereeniging op den openbaren weg van meer dan
vgf personen zal als verboden zamenscholing worden beschouwd.
Art. 2. Deze bepaling treedt in werking onmiddelijk na de
afkondiging.
ROTTERDAM, 2 November. In den afgeloopen nacht
is de rust niet gestoord geworden. De stad schijnt in
haren normalen toestand teruggekomen te zijn. Men
hoopt, dat aan de gisting een einde is gekomen.
Verder wordt uit Rotterdam aan het Handelsblad geschreven,
dat men als de voornaamste oorzaken van die ongeregeldheden de
volgende kan stellen: 1°. zgn er vele ontevreden schippers die
hunne drijvende woningen door den krachtigen arm buiten de
gemeente naar de Rotte zagen vervoeren, ofschoon verschillende
pottenschniten, aan Duitschers toebehoorende, in de gemeente blijven,
door nu hier, dan daar ligplaats te kiezen; 2°. de vele processen-
verhaal, tegen fruitschippers opgemaakt, die sedert onheugelijke
jaren aan de Vischmarkt hnnne waren mogten uitventen3°. ver
schillende verplaatsingen van marktkramers, die zich daardoor zeer
benadeeld achten, terwijl ook de kermisplaatsing Velen niet naar
den zin was; 4°. de inrigting der policie, die voor het meerendeel
uit niet-Rotterdammers bestaat, kostbaarder is dan voorheen en
met eene vroeger ongekende gestrengheid de verordeningen hand
haaft; 5°. de hooge lands- en stedelijke belastingen, die door de
leening van 6 millioen nog met eene riolen-belasting verzwaard zal
worden, waartegen door velen wordt te velde getrokken6°. eene
brochure van Jacob de Vletter, waarin verschillende feiten voor
komen, die niet publiek weersproken zgn en daarom bg het gepeupel
ingang vinden.
Jl. Dingsdag is te Leeuwarden eene vergadering van eeu
vijftigtal moderne predikanten uit de provinciën Groningen en Fries
land gehouden, tot bespreking van practische kwestiën betreffende
de toekomst der moderne godsdienstige beginselen,
Den 13 September, des ochtends ten 6 ure, werden de van
Soerabaija naar Bali bestemde troepen ingescheept. De kolonel
de Brabant rigtte te dier gelegenheid in 't Hollandsch en 't Maleisch
het woord tot de manschappen; hij schetste hun de oorzaak van
den strgd, beval hun aan, zich van plunderen en brandstichting te
onthouden en ook nu, zooals vroeger, hunnen bekenden moed en
beproefden krijgsmansgeest niet te verloochenen.
Tevens herdacht de waardige kolonel het smartelijk overlijden van
den majoor Meijer, en stelde aan de expeditionaire troepen in den
majoor Heemskerk hun nieuwen aanvoerder voor. De toespraak
kwam uit het hart van een braaf soldaat en maakte als zoodanig
eea zigtbaar diepen indruk, zoowel op de Europesche als inlandsche
krggers.
De geestdrift der vertrekkende mauschappen was ten top gestegen
en gaf zich duidelijk in kreten en gebaren lucht. De militairen
hadden op de eerste prauw, welke de rivier afzakte, onze roemrijke
driekleur geheschen, prgkende met de woorden: „Voor vorst en
vaderlandWinnen of sterven 1" Mogen onze dapperen weldra, met
lauweren bekranst, in ons midden terugkeeren, en de door hen
betoonde moed heilaanbrengend zijn voor de zaak der mcnschelijkheid
en beschaving.
De verschillende muziekkorpsen, zoowel der schutterij als der
aldaar in garnizoen liggende bataillons, lieten zich bg de genoemde
inscheping beurtelings hooren, terwijl tevens de heeren officieren der
schutterg in tenue hunnen ambtsbroeders van het leger bij hun
vertrek een hartelijk vaarwel toebragteu.