1869. N°. 64.
Vrijdag 28 Mei.
27 Jaargang.
binnenland!
NATIONALE MILITIE.
BEKENDMAKING.
Uitgever
A. A. BAKKER Cz.
KELDËRSCHE
EN ^lEUWEDIEPER COURANT,
„W ij huldigen het goed e."
Verschijnt Dingsdag-, Donderdag- en Zaturdag namiddag.
Abonnementsprijs per kwartaal1.30.
franco per post - 1.65.
Bureau:
MOLENPLEIN, N°. 163.
Prijs der Advertentiën: Van 14 regels 60 cent,
elke regel meer 15 cent, behalve 35 cent zegelregt.
Groote letters of vignetten worden naar plaatsruimte berekend.
Zondag den 30 dezer vertrekt de West-
Indische mail.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS der gemeente HELDER brengen ter
openbare kennis:
Dat het ONDERZOEK OVER DE VERLOFGANGERS van de Militie te
land, bedoeld bij art. 138 der wet op de Nationale Militie, voor deze gemeente
is bepaald op Maandag den 21 Junij 1869, des voormiddags ten tien uro,
in het Algemeen Weeshuis.
Aan dat onderzoek moeten deelnemen de VERLOFGANGERS der Militie te
land, behoorende tot de ligtingen vau 1865, 1866, 1867 en 1868, voorzooverre
zij voor den 1 April 1869 in het genot van onbepaald verlof waren gesteld.
De belanghebbenden worden herinnerd aan de volgeude wetsbepalingen
Art. 140. De verlofganger verschijnt bij het onderzoek in uniform gekleed,
en voorzien van de kleeding- en uitrustingstukken, hem bij zijn vertrek met
verlof medegegeven, van zijn zakboekje en van zijn verlofpas.
Art. 141. Behoudens het bepaalde in art. 130 kan een arrest van twee tot
zes dagen, te ondergaan in de uaastbij gelegen provoost of het naastbij zijude
huis vau bewaring of arrest, door den militie-commissaris worden opgelegd aan
den verlofganger:
1°. die zonder geldige redenen niet bij het onderzoek verschijnt; 2°. die
daarbij verschenen zijnde, zonder geldige redenen, niet voorzien is van de in
het voorgaand artikel vermelde voorwerpen; 3°. wiens kleeding- of uitrusting
stukken bij het onderzoek niet in voldoenden staat worden bevonden4°. die
kleediug- of uitrustingstukken, asn een ander toebehooreude, als de zijne vertoont.
Art. 142. Is de verlofganger, wien krachtens het voorgaand artikel arrest is
opgelegd, bij het onderzoek tegenwoordig, dan kan hij dadelijk onder verzekerd
geleide in arrest worden gebragt.
Is hij niet tegenwoordig en onderwerpt hij zich niet aan de hem opgelegde
straf, dan wordt hij op schriftelijke aanvrage van den militie-commissaris, te
rigten aan den Burgemeester der woonplaats van dien verlofganger, aangehouden
en ooder verzekerd geleide naar de naastbij gelegeu provoost of het naastbij
zijnde huis vau bewariug of arrest overgebragt.
Art. 143. Onvermiuderd de straf, iu art. 141 vermeld, is de verlofganger
verpligt, op den daartoe door den militie-commissaris te bepalen lijd en plaats,
en op de in art. 140 voorgeschreven wijze, voor hem te verschijnen om te
worden onderzocht.
Art. 144. De verlofganger, die zich bij herhaling schuldig maakt aau het
feit sub. 4°. van art. 141 bedoeld, of niet overeenkomstig art. 143 voor den
militie-commissaris verschijnt, of, aldaar verschenen zijnde, in liet geval ver
keert, sub. 2°. en 3°. van art. 141 vermeld, wordt onder de wapenen geroepen
en van drie tot zes maanden gehonden.
Art. 145. De verlofganger der militie, die niet voldoet aan eene oproeping
voor de werkelijke dienst, wordt als deserteur behandeld.
Art. 130. Het Crimineel Wetboek en het Reglement van krijgstucht vuor
het krijgsvolk te lande zijn op de manschappen der militie te land, die zich
onder de wapenen bevinden, van toepassing en met opzigt tot de verschillende
gevallen van desertie op al de bij de militie te land ingelijfden.
Die manschappen worden geacht onder de wapenen te zijn:
1°. zoolang zij zich bij hun corps bevinden; 2°. gedurende den tijd, dien
het in art. 138 bedoeld onderzoek dunrt; 3°. in het algemeen, wanneer zij in
uniform zijn gekleed.
Burgemeester en Wethouders der geraeeute Helder,
Helder, STAKMAN BOSSE, Burgemeester.
den 25 Mei 1869. L. VERHEY, Secretaris.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS der gemeente HELDER doen te weten,
Dat door den Raad dier gemeente, iu zijne vergadering van den 12 Mei -11.,
is vastgesteld de volgende verordening:
De Raad der gemeente Helder,
Gelet hebbeude dat bij het eerste lid van art. 4 der verordening op
den in- en doorvoer van Vee en Vleesch, vastgesteld den 17 October
1865, wordt bepaald: „Alle in- en doorvoer van Vleesch (tenzij gezouten
of gerookt), van versche Huiden, ougesuiolten Vet of Afval, een en
„ander afkomstig van runderen, kalveren, Varkens of Schapen, is verboden."
Overwegende dat die bepaling hoofdzakelijk is vastgesteld tot wering
van de destijds elders heerschende besmettelijke veeziekte, en die ziekte
sedert is geweken.
BESLUIT:
Het eerste lid van art. 4 der hierboven omschreven verordening
buiten werking te stellen.
Zijnde deze verordening aan de Gedeputeerde Staten van Noord—Holland,
Tolgens hun berigt van 19 Mei 11., n°. 32, in afschrift medegdeeld.
Eu is hiervan afkondiging geschied, waar het behoort, den 27 Mei 1869.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
STAKMAN BOSSE, Burgemeester.
L. VERHEY, Secretaris.
HELDER en NIEUWEDIEP, 27 Mei.
De verkiezingen voor het Wetgevend Ligchaam in Frankrijk
vallen een groot deel van den inhoud der dagbladen. De uitslag
is naar de laatste opgaven als volgt200 gouvernementele candi-
daten zijn gekozen, 26 radicale opposanten, 10 leden van den tiers—
parti en 59 herstemmingen moeten er nog plaats hebben. Twee der
belangrijkste leden van de wetgevende vergadering hebben de
nederlaag geleden: de heeren Thiers en Jules Favre. De bladen, die
gunstig zijn voor de regering, slaan den juichtoon aau over dezen
gunstigen uitslag, die toont, dat eene overgroote meerderheid het
liberale keizerrijk steunt. Oogenschijnlyk is dan ook de zege der
Keizerlijke regering overwegend; doch eenigzins anders is het oor
deel als men den uitslag der verkiezingen wat naauwlettender be
schouwt. Als men acht geeft op de talrijke de vrijheid belemmerende
bemoeijingeo der keizerlyke ambtenaren, om invloed op de verkie
zingen uit te oefenen in het belang der regering; als men de vele
duizende stemmen zamentelt, die in onderscheidene districten op de
tegenstanders der regering zijn uitgebragt; als men er op let,
dat de party der revolutie te Parjjs de overwinning heeft behaald;
dan moet men toch wel aannemen, dat de vreugde der keizer
lijken niet geheel onvermengd is. Verneemt men dan daarbij, dat
te Rijssel, te Saiut-Etienne, te Toulouse en te Marseille benden
oproermakers zingende de straten zijn doorgetrokken, en daar arres-
tatiën hebben plaats gegrepen, dan behoeft men zich er niet over
te verwonderen, dat de regering vau Keizer Napoleon zich over den
uitslag der verkiezingen zeer bezorgd betoonde, want al hare be-
moeijingen waren wel zeer noodig, om zich tegenover de steeds
sterker wordende oppositie te handhaven.
Aangenomen voor den overvoer van 41 militairen naar
Curaqao, het schip Cornelia Catharina, kapt. J. Merkelbach.
Embarkement 19 Junij e. k. alhier.
Z. K. H. de Prins van Oranje is jl. Maandag naar Londen
vertrokken.
Tot heemraad vau den polder de Schermeer is benoemd de heer
A. Konijn. Tot hoogheemraden van Waterland zyn benoemd de heeren
J. Dekker en M. C. Merens. Tot heemraad van den polder Waard
en Groet is benoemd de heer J. Blaauboer Gz.
De minister van Financiën heeft bij beschikking van 13 dezer
beslist, dat het „Liebig's vleesch-extract" naar aard en bestemming
moet worden gerangschikt onder den tariefpost koek-, banket-, suiker
en pateibakkerswerk, enz., en dus onderworpen is aan een invoerregt
vau 25 de 100 pond.
In de afdeelingen der Tweede is onderzocht het wetsontwerp
tot onteigening van perceelen ten behoeve van den Staats-spoorweg
vau Zaandam naar Amsterdam. In het verslag wordt geklaagd over
de hoogst gebrekkige toelichting van dit wetsontwerp. Men maakte
de opmerking, dat dit ontwerp meer bevatte dan het opschrift belooft.
Behalve de onteigening van perceelen tot aan de hoofdstad, is daarin
tevens opgenomen het voorstel tot kostbare werken in die stad. Men
had, meende men, nadat eenmaal beslist is dat de Staats-spoorweg
van het Nieuwediep door de Zaanstreek zou loopen, enkel er voor
te zorgen, dat bij Amsterdam bereikte en kon met eene aansluiting
aan den Hollandschen spoorweg aldaar volstaan. Algemeen vroeg
men aan de regering nadere inlichtingen betreffende de belangen van
handel en scheepvaart, ten aanzien van de kosten der voorgenomen
werken, en met het oog op het tot stand komen van het kanaal door
Holland op zijn smalst.
Bedankt voor het beroep tot tweeden predikant te Monnikendam,
door ds. H. van de Hagt, te Westbroek c. a.
Bij de Herv. Gemeente te Bedijkte Schermer zal met Aug. e. k.
de nieuwe gezangbundel wordeu ingevoerd.
Als candidaten voor de Tweede Kamer iu het nieuw gevormde
kiesdistrict Haarlemmermeer worden genoemd de heereu mr. J. P.
Amersfoordt, burgemeesler van Haarlemmermeer en Jhr. mr. J. W. H.
Rutgers van Rozenburg.
Ten gevolge van het op nieuw bedanken door ds. van der Linde,
te Zevenbergen, heeft het kiescollegie der Herv. Gemeente te Alkmaar,
in zijne jl. Dingsdag avond gehouden vergadering, ter beroeping van
een predikant, geformeerd het volgende twaalftal: Js. Montague, te
Ter Aar; F. W. Mense, te BodegravenF. W. Smitz, te Hellevoetsluis;
H. E. Faure, te Doesburg; J. Moulijn, te Weesp; P. Romijn, te
Ophemert; E. F. H. Wolf, te Valburg; J. J. Ruys, te Oud-
Beijerland; G. A. Fijnvandraat, te Zwartsluis; N. Osti, teHattem;
F. C. Magendans, te Baambrugge, en H. C. van Lindonk, te
Linschoten; vervolgens het volgende zestal: Js. Montagne,
F. W. Smitz, F. W. Mense, H. E. Faure, J. Moulijn en P. Romijn;
en daaruit het volgende drietal: F. W. Mense, H. E. Faure en P. Romijn.
Dronkenschap en dieren mishandelen gaan veelal gepaard;-
jl. Zondag werden ze te Haarlem door zich zeiven gestraft, hoewel
by politieverordening tegen het eerste kwaad ook straf bedreigd is:
Twee boereu, op een met een paard bespannen karretje, in zeer
opgewonden toestand schreeuwende en juichende, renden dien middag
over de groote Houtstraat naar het groote Houthek midden door
de massa volk, die aldaar, vooral des Zondags, zich beweegt. Het
arme paard, schier ademloos, werd onophoudelijk door slagen aan
gevuurd en mishandeld. Vruchteloos trachtte de politie het karretje
tegen te houden; op het plein gekomen juichten de boeren, wuivende
met hun pet, en altoos op het paard beukende; maar kort was
hun vreugde. Buiten het hek, waar de scheiding is van wagenweg
en dreef, gleed het paard uit, het arme dier viel, en de beschonken
boeren vlogen over het paard heen op de straatkeyen, alwaar zy
geweldig gewond te regt kwamen. Het paard had geen letsel
hekomen, iets waarover het publiek zich bijzonder verheugde, terwijl
niemand eenig medelijden betoonde of deelneming aan den dag legde
met de dronken boeren, die zoo gewond en bloedend als ze waren,
door de politie in arrest werden genomen en medegevoerd en nu
de straf voor hun dubbele overtreding niet ontgaan zullen.
Aan het diner bij gelegenheid van de inwijding der Louisa-
stichting, weeshuis voor kinderen van vrijmetselaars, te 's Hage,
heeft Z. K. H, Prins Frederik nogmaals 5000 ter beschikking
dier inrigting gesteld.
Naar men uit 's Hage meldt zullen de zilveren kruisen, in
gesteld voor hen, die aan de expedities naar Bali, Borneo en Boni
hebben deelgenomen, eerst den 24 Augustus a. s. (de geboortedag van
wijlen Z. M. Koning Willem I) worden uitgereikt.
De ijverige firma Martin Kaufmann C°., te Rotterdam,
aan wie men reeds de eerste invoering van onderscheidene nuttige
machines hier te lande te danken heeft, is thans weder de eerste
invoerder van het „knalsignaal," ter voorkoming van onheilen op
de spoorwegen. Deze uitvinding strekt om te voorzien in het
gebrekkige der bestaande signalen. Immers kannen de treinvoerders
dikwerf 's nachts, bij hevigen wind of mistig weder, de seinlichten
naauwelyks onderscheiden, noch de op den weg geplaatste lantaarns,
noch vlaggen of andere teekens by dag zieneen dadelyk werkend
duidelyk en hoorbaar teeken was dus bier het meest wenschelijke.
Het „knalsignaal" is een klein en eenvoudig voorwerp, bestaande
uit twee metalen in elkander gesoldeerde bolvormige platen, waar
achter eene veer, in den vorm van den buitenkant eener spoorwegrail;
de tussehenruimte dezer bolvormige platen is gevuld met een daarin
gesoldeerden regtstaanden drietand van gegoten ijzer; op ieder der
tanden daarvan nu is eene perkussiedop geplaatst en het overige
gedeelte met kruid, enz. gevuld. Zij hebben nagenoeg de grootte
van 5£ Nederl. duim, en iedere knal of signaal kost slechts eenige
centen. Het „knalsignaal" wordt door genoemde veer op de rail
bevestigd, de signalen worden door hoeveelheden en korter of spoediger
op elkander volgende knallen of schoten aangeduid; dat knallen
geschiedt door de zwaartedrukking op de perkussions, welke van
hunnen kant weder het kruid doen ontbranden, zoodra er eeu
locomotief of wagen overheen gaat. Men verzekert, dat deze knal-
signalen het eerst hier te lande op de trajecten van den Ned. Rijn
spoorweg zullen worden toegepast.
Als eene der grootste bijzonderheden kan worden medegedeeld,
dat jl. Maandag in de gemeente Boxtel vier gouden bruiloften werden
gevierd, en dat de acht feestvierende ondjes allen in de volmaaktste
gezondheid verkeeren. Dat die gemeente er feestelijk uitzag, behoeft
naauwelyks te worden vermeld. Als merkwaardigheid dient, nog dat
van écn paar der feestvierenden nimmer een kind is gestorven of
gehuwd, niettegenstaande het getal vjjf bedraagt.
De turf is in de Friesche veenderijen buitengewoon goedkoop.
Dit is te wijten aan den geringen aftrek van het vorig jaar. Ook
dit voorjaar is er zeer weinig afgescheept, zoodat de verveeners
gebrek aan ruimte hebben, om de nieuw gegraven en nog te graven
turf te plaatsen.
De schade in de Vereenigde Staten door insecten teweeg gebragt,
wordt gemiddeld op 750,000,000 jaarlyks geschat. Die som schijnt
buitensporig hoog, maar wanneer men nagaat met hoeveel vyanden
in de insecten-wereld elke opgroeijende plant te kampen heeft, dan
zal het blijken hoe verbazend veel er jaar in jaar uit vernield wordt.
De landbouwer, zoowel als de tuinier en bloemist, ontmoet overal
plantluizen, schildluizen, knaagkevers, rupsen, maden en basterd
rupsen, die zyne planten afknagen, uithollen of den bloesem of het
zaad bederven, waarbij dan nog telkens terugkomende insectenplagen
komen, die den oogst van het een of ander gewas geheel vernietigen,
of de gruwelijke sprinkhaan van het Rotsgebergte, die, in de oostelijke
staten nederstrijkende, evenzeer als zyn naamgenoot der oude wereld,
alles wat tot het plantenrijk behoort tot op den wortel vernielt.
In Philadelphia heeft men reeds een duizendtal mnsschen ingevoerd,
dat daar wonderen verrigt in het zuiveren van het houtgewas,
vroeger jaarlyks door de insecten ontbladerd.
De leden van musschengilden, die er ook nog in Nederland te
vinden zyn, mogen het bovenstaande wel in overweging nemen!
Om een bewijs te geven hoe gevoelig de gewone gaslicht-
vlammen voor het geluid zyn, wordt het volgende gemeld: Een
gasbrander van speksteen, met eene enkele opening van ruim twee
streep, geeft, bij behoorlijke gasdrukking, eene vlam van 5 tot 6
palm lengte. Die vlam vertoont het eigenaardig verschijnsel, dat zy,
als men in hare nabijheid een papier stuk scheurt, of dat papier
in elkander drukt, zich tot op de helft verkort. Het piepen of
kraken van het schoeisel, het strijken van het zijden kleed eener
dame tegen eenig hard ligchaam, het tikken vau een horologic, het
vallen van een druppel water op den grond, het rammelen met een
bos sleutels maakt de vlam hoogst onrustig. Als men op eeu af
stand van 15 tot 20 Ned. ellen vau de vlam sist of fluit, wordt
zij ook de helft kotter. Als men overluid een vers opzegt, wordt
zy by de klanken s, sch, i, e en de telkens korter. Is het nu wel
te verwonderen, dat in eene muziekzaal onder de uitvoering van
een stuk de gasvlammen dansen?
Men heeft berekend, dat wanneer men alle klokken van de
wereld te zamen neemt en ze de een na den ander 12 slagen doet
slaan, men een gelnid zou krijgen dat byna 6 maanden aanhoudt.
Indien bet kanaal van Suez kan gebruikt worden door groote
schepen zooals het plan is dan zal Engeland het meeste
voordeel er van trekken. YVie verwachtte daar, dat deze zaak een
goeden uitslag zou hebben? Velen spraken er van, dat de be-
driegelijke bodem niet zou toelaten, dat iets belangrijks tot stand
zou komen. Anderen dachteu, dat zandwolken en periodieke sammums
even spoedig het kauaal zouden vullen, als het uitgegraven werd.
Om te bewijzen, dat de laatste bezwaren van dit groote werk over-
wonnen zyn, willen wij van Port-Saïd af het kanaal eens langs
gaan. Ons uitgangspunt is op zichzelf een merkwaardig deel van
het werk; de Lesseps moest een haven en reede scheppen op de
zandige en lage kust van Pelusium en dit heeft bij gedaan door
een kunstigen havendam op te werpen en een menigte baggermolens
te doen werken.
Ter zelfder tijd is er een stad verrezen met 12,000 inwoners.
De dam, waarop de golven der Middellandsche zee breken, is
gevormd door brokken steen van eenige duizenden ponden. Het
kanaal sluit zich by de haven aan en gaat eerst door een lage
zandstreek tot men het meer Merzalch bereikt. Hier had men een
tweede zwarigheid te overwinnen. Dit groote meer was eens een golf
der Middellandsche zee, maar is door de Nijl—delta er van afgesloten.
De bedriegelyke bodem, die door zandverschuivingen sleeds van
diepte verandert, de groote en dikwijls roerige oppervlakte, waren
ontzaggelijke hinderpalen.
Tot Kantara toe moest men het kanaal omzoomen met ontzettend
hooge en lange dyken. Men legde ze aan en het kanaal ligt veilig
tnsschen de moerassen van den Isthmus, terwijl het dagelijks nog
uitgediept wordt door vele stoomwerktuigen. Alles wat opgebaggerd
wordt, werpt men aan den westelyken oever, om daar eene barricade
te verkrijgen tegen het stuifzand van de woestyn. Tot El Fendaoe
is het werk eenvoudiger geweest; maar verder op tot El Gizr moest
men weder kostbare werken ondernemen. Men moest er een weg
banen door rotsen en zandheuvels, vyf mijlen lang en hier en daar
150 voeten diep. Twintig duizend man waren hier werkzaam;
drie of vier honderd verlieten de plaats toen het werk voltooid was,
en hier is het ten minste beveiligd voor zand- en woestijnwinden.
Vervolgens bereikt men het meer Timsah en de nieuwc.stad Ismailia.
Vruchtbare en aangename tuinen verryzen, waar kort geleden niets
dan zand was, want het kanaal deelt, waar het is, groeikracht mede
aan den dorren bodem. Vóór zeven jaren waren op de plaats, waar
thans Ismailia staat, slechts barre zandheuvels, die zelfs door de
Bedouïnen zelden bezocht werden. Thans wonen er 6000 menschen,
vindt men er hotels, moskéen, kerken en publieke wandelwegen.
Het meer Timsah was eens het centraalpunt van den waterweg,
welken koning Necho, de oude mededinger van de Lesseps, 2500
jaren geleden heeft gegraven en de Franschman heeft er party van
getrokken. Maar de Bittermeren, poelen stilstaand water, boden
weder hindernissen by menigte aan. Hier heeft hy ook over
wonnen en de sluizen zyn geopend, zoodat de Middellandsche zee
vrij naar binnen is gestroomd. Tot Chalouf is het kanaal vol
tooid, het geheel bedraagt 63 mijlen; tot Suez blijven nog 16
mylen over en de werkzaamheden worden daar met kracht voort
gezet. Afrika wordt dus een eiland, maar het is nu de vraag of
het kanaal aan het doel zal beantwoorden. Het heeft overal 26 voet