BUITEiVLAiV d7~ 270ste STAATS LOTERIJ. Men leest het volgende «ingezonden stuk" in de Leidsche Courant: Mijnheer de Redacteur! Bij het tegenwoordig vrij sterk heerschen der besmettelijke longziekte onder het rundvee, en bij de weinige sympathie, die de inenting tegen deze gevreesde ziekte, van de zijde der veehouders, nog steeds ondervindt, kan het, mijns bedunkens, niet overbodig worden geacht de aandacht van belanghebbenden nogmaals op deze operatie te vestigen. Sedert 1853, dat ik haar heb toegepast, is zij mij in de meeste gevallen duidelijk gebleken een voorbehoedmiddel tegen de zoo gevreesde longziekte te zijn. Nimmer evenwel heb ik zulk een in het oog loopend gunstig resultaat gezien, als ik bij deze in korte woorden wensch mede te deelen, en waartoe ik, wegens de weinige bekendheid van het nuttige dier operatie, beleefd een plaasje in uw veel gelezen blad verzoek. Den 24sten November van het vorige jaar werden bij den veehouder Joh. van der Wildt, te Warmond, 21 meest volwassen runderen in de weide ingeënt, terwijl 8 jonge runderen (3 pinken en 5 kalveren,) tot denzelfden koppel behoorende, toevalligerwijze van de operatie bleven uit gesloten. In het laatst van December daaraanvolgende werden deze 29 runderen bij elkander op denzelfden stal gebragt, terwijl daarop te gelijkertijd, nog 2 oningeënte volwassen runderen van een anderen veehouder geplaatst worden. In het laatst van Januarij van dit jaar brak onder dit vee de longziekte uit, met het gevolg, dat 10 niet ingeënte runderen achtereenvolgens werden aangetast, daarvan 5 stierven, (waaronder ook de 2 bijgebragte vreemde runderen), en van de 29 ingeëute zelfs niet een werd aangetast en alle van de longziekte tot hiertoe zijn verschoond gebleven. Nog zij hierbij vermeld, dat het grootste gedeelte van deze runderen den vorigen zomer in de nabijheid van zeer besmet vee heeft geloopen en de eigenaar, zes weken vóór de inenting, één rund aan de longziekte verloor. Leiden, 9 September 1869. W. F. Steygerwalt, Rijks-Veearts 1ste kl. Beroepen bij de Doopsgezinde gemeente te Groningen de heer J. van Gilse, te Zaandam. Er is eene keuze gedaan tusschen den beroepene en ds. J. Brouwer, te Knollendam. Het provinciaal geregtshof in Noordbrabant heeft Maria Catharina Taartmans, oud 28 jaar, arbeidster, geboren en wonende te Helmond, ter zake van kindermoord, ver oordeeld tot tuchthuisstraf van zeven jaren. Het «Provinciaal Blad" No. 40 behelst een besluit van Gedep. Staten dezer provincie, dd. 25 Augustus ter afkondiging van het bijzonder reglement van het besluit voor den Anna Paulowna-Polder; No. 41 een dergelijk besluit voor den polder Wieringerwaard. Jl. Vrijdag morgen heefit zich de schoenmaker H., te Hoorn, door zich aan een seringenboom in het plantsoen aldaar op te hangen, van het leven beroofd. Wat den ongelukkige moge bewogen hebben tot deze daad over te gaan, is niet met zekerheid bekend. Jl. Dingsdag vierde S. Zomer, wonende te Purmerende, zijn vijfentwintigjarig feest als adjudant-instructeur bij de dd. schutterij. Bij gelegenheid van dezen heugelijken dag werd hem van wege het kader der schutterij een gouden anker-horologie vereerd. Ook in de Beemster is de tongblaar onder de koeijen uitgebroken en schijnt hier en daar een ernstig karakter te hebben. Deze ziekte breidt zich in de noordelijke pro vinciën onder het rundvee zoodanig uit, dat door onder scheidene gemeentebesturen de noodige voorzorgsmaatregelen genomen worden, wat aangaat het niet toelaten op de respectieve veemarkten, zonder gedekt te zijn door voldoende certificaten van gezondheid, door de hoofden der plaatselijke besturen afgegeven. Jl. Vrijdag namiddag is op het IJ de knecht van den stoomboot, varende tusschen Amsterdam en de Rijp, over boord geslagen. Aan redding viel bijna niet te denken daar de ongelukkige onmiddelijk in de diepte verdween. De lOOjarige bezoekster van de Internationale Tentoon stelling, van wien wij onlang gewaagden, ontving 11. Zondag 12 September, den dag dat zij een eeuw oud werd, namens commissarissen en directeur van het Paleis voor Volksvlijt een prachtige gemakkelijke stoel. Diep getroffen loonde zij met een dankbaren traan voor die attentie haar bewezen. Een ligte ongesteldheid en het stormweder beletten op dien dag, haren verjaardag, aan haar voornemen, om het Volkspaleis te bezoeken, gevolg te geven. Zij hoopte Zondag bij gunstig weder in den ouderdom van 100 jaar en een week tegenwoordig te zijn. Men schrijft uit Zeerijp, dat de hoofdonderwijzer aldaar, behoorende tot de ligting der Nationale Militie van 1865, in de vorige week in werkelijke dienst heeft moeten optreden. De school, bevattende 70 leerlingen, is dien tengevolge gesloten. Wordt elders van aanhalingen gesproken, dan mag ook deze vermeld worden. In den morgen van den 15 dezer is het, na veel moeite en inspanning, den rijks-ambtenaren Tamminga, Groudstra, Leopold en Feringa, gestationneerd te Sappemeer, benevens Dambrink, te fioogezand, gelukt eene aanzienlijke aanhaling toen op den persoon van H. Boerman schipper, aan boord wonende, die onder eene lading stroo in 16 fusten 1097 liters voorloop van brandewijn ad 88.1 J" ongedekt vervoerde. Weder een voldingend bewijs van den in de provincie Groningen sterk gedreven sluik handel, die den eerlijken koopman ondermijnd en zoo velen van den geringen burgerstand demoraliseert. Men schrijft dienaangaande nog: Herleid zijnde tot 50o/° maakt het geslokene de enorme hoeveelheid van 1933 liters uit, en moet de verschuldigde accijns circa 1000 bedragen terwijl de boete, als zij kon worden geïnd ongeveer 6000 zou beloopen. De schipper H. Boerman, welke door de ambtenaren is bekeurd, zal er zeker zijne geheele bezitting, meê hebben verbeurd. Men noemt een welbekenden smok kelaar van beroep, te Groningen, voor wien deze bezending zoude zijn bestemd geweest. Het Hof van Drenthe heeft beslist, dat een advocaat, die in eene criminele zaak als getuige gedagvaard is, niet als verdediger kan optreden, zelfs al is hij door den beklaagde gekozen en door den president aangewezen. Sedert verscheidene dagen liggen, naar men van daar berigt te Meppel, Zwartsluis en Genemuiden een aantal schuiten met turf beladen, die verhinderd zijn door het liooge binnen water om zeewaarts te stevenen. Eenige daarvan worden ook alhier verwacht. Volgens "«la Nazione" worden er te Londen 4, te Brussel 33, te Parijs 48, te Monaco 91, te Weenen 118 en te Rome 243 onwettige kinderen, tegen 100 wettige geboren. De verhouding der gepleegde moorden is als volgt: in Engeland 1 op de 178,000, in Nederland 1 op de 163,000, in Pruissen 1 op de 100,000, in Oostenrijk 1 op de 57,000, in Spanje 1 op de 4113, te Napels 1 op de 2750 en in de Romeinsche staten 1 op de 750 zielen Te Shanghai in China woont een Yankee, wiens magtige ondernemingsgeest ten voorbeeld van velen kan strekken. Deze levenslustige heer verscheept tweemaal zooveel thee als eenige andere firma, is opperkoorzanger in een der kerken, penningmeester van een zendeling- vereeniging, lid van het muziekgezelschap de «Harmonie," directeur van een brandassurantie, lid van een roeiclub, onderwijzer in een zondagsschool, mede-uitgever van een nieuwsblad, lid van het Aziatisch genootschap en een der voornaamste redenaars der debating-club. In het midden van de advertentiën in een groot Ame- rikaansch blad was dezer dagen een groot vak opengelaten. In een hoekje daarvan stond met kleine letter gedrukt: «deze ruimte was aan de heeren Brenau en Co. verkocht; daar hunne affaire evenwel reeds genoeg koopers trekt, hebben zij besloten er geen gebruik van te maken en geene overbodige advertentiën meer te plaatsen." Voorbeeld van ongegeneerdheid bij Fransche dames. Bij zeker heer kwam een huisvriend; vrouw en twee doch ters van 18 en 20 jaren waren in het vertrek. Al koutende had de bezoeker eene anecdote te vertellen; doch tot het ontknoopingspunt gekomen, staakte hij plotseling. Aange spoord om te vervolgen, maakte hij dit excuus: «Ja, ziet u, de ontknooping is voor zeer kiesche ooren wel wat al te zwaar te verdragen; en hoe ik het wend of draai, ik weet er in andere bewoordingen geen plooi aan te geven, zoodat de geestigheid er niet onder lijdt." «Welnu," zei de vrouw des huizes, «ga maar voort; mijn man zal wel even de kamer uit gaan." Een boerenjongen kwam van een concert te huis, waar de beroemde zangeres Patti had gezongen. Naai zijne indrukken gevraagd, gaf hij die aldus terug. «Hoor jelui eens, ik weet niet wat de menschen daar nou over roepen. Ze heeft tweemaal gezongen en allebei de keeren heeft ze 't moeten over doenze heeft zoo geschreeuwd en haar stem heeft zoo gebeefd (trillers), dat de menschen niet hebben opgehouden tot ze 't over deed, maar de tweede keer was 't net zoo slecht. Het gekste was 't laatste: ze heeft de menschen finaal in 't gezigt uitgelagchen (het laclilied) heb je nu ooit zulk een heks gezien; dat moest ik eens doen, zelf maar aan den baas; ze hebben er dan ook spec- takel genoeg over gemaakt, maar 't was de tweede keer net zoo erg, ja nog erger. Ik was mooi kwaad en aan 't trappen en schreeuwen van de menschen zag ik dat niemand op zijn gemak was. Ik heb 't mijne er bijgedaan, nou hoor, dat verzeker ik je, die heks.» Een boer trad dezer dagen, in stad zijnde, een sigarenwinkel binnen, en wilde een kistje sigaren koopen; op de vraag van den winkelier, of hij ligte of zware wilde hebben, gaf hij ten antwoord, liefst ligte, want ik moet ze nog een paar uur meesjouwen. Diezelfde landman reed eens in een dorp een zeer oude herberg voorbij, met het jaartal 1692 in den gevel, en kort daaronder: «Hier stalt men paarden.» De boer in den waan verkeerende, dat het jaartal het aantal paarden aanduidde die hier gestald konden worden, steeg verbaasd af, trad de herberg in en vroeg met de grootste nieuws gierigheid of hij zoon grooten stal eens zien mogt. Zeker gehuwd man verklaarde eens, dat hij geen grooter genot kende dan het lezen van lange brieven van zijne vrouw. «Hoe dat zoo?» vroeg een zijner vrienden. «Och dan is ze niet bij mij,» antwoordde de echtgenoot. Omtrent de bekende onderneming op het wrak de „Lutine" wordt aan de „Haarl. Crt." het volgende verslag medegedeeld van de bevinding van dat wrak en van verdere proefnemingen betreffende de visscherij aldaar. Het verslag loopt tot den 8 dezer «Met de stoomboot „Antagonist," die door den heer W. II. ter Meulen voor de visscherij is ingerigt, voer men eerst naar het Schuitengat, tot op 13 voeten diepte water; aldaar werd de in de boot geplaatste stoompomp van 50 paardenkracht in werking gebragt, om de zandboor of platform voor een helmduiker in het zand te doen zinken. Na verloop van een half uur was die toestel dan ook tot eene diepte van 39 voeten, dus 26 voeten diep, in het zand afgedaald, zoo als men kon waarnemen met een dieplood, hetwelk ten duidelijkste deed gevoelen, dat er een put met steile wanden van 26 voeten diepte en ruim 3 veeten diameter in dien korten tijd gevormd was, waarin het dieplood geen den minsten wederstand vond. De put hield zich onveranderd staande, zoo lang het platform, waaruit het door stoomkracht ingeperste water opwelde, beneden bleef. Daar de luchtslang van den helmduikers-toestel aan de zandboor of platform verbonden was, ging deze met haar omlaag, en had men de gelegenheid op den manometer van de luchtpomp waar te nemen, dat de luchtdrukking in de diepte van het geboorde gat volkomen constant was; zoodat een duiker zich zeer goed daarin kan bevinden en vrij bewegen. De 'reden, waarom bij deze eerste proef geen duiker medeging, was eensdeels voorzigtigheidshalve, om eerst bevestigd te worden in de goede verwachting omtrent de deugd der toestellen, en anderdeels om den wensch te kunnen vervullen om bij het gunstige weder van dezen dag ook nog de „Lutine" te bezoeken. Dit heeft daarop plaats gehad; de stoomboot heeft niet alleen het terrein, waar de „Lutine" ligt, omgevaren, maar is ook juist op de merken der „Lutine" geweest, alwaar de boei der Hollandsche onderneming ligt. Bij het bepeilen der „Lutine" cn omliggende gronden bleek o. a. dat regt boven het wrak slechts 8 voeten water staat, hetgeen de vaart alleen bij kalm water toelaat, doch dat op niet ver afgelegen plaatsen, en wel in het NNO. van het wrak, grootere dieplen bestaan, die, bij de bekende veranderlijkheid dezer gronden, zich al zeer spoedig tot het wrak zelf zullen kunnen uitbreiden. Uit de hierboven vermelde proefnemingen blijkt derhalve, dat het vraagstuk om in een zandbodem te duiken werkelijk is opgelost, en dat daarmede liet tot nu toe onoverkomelijk bezwaar is opge heven, hetwelk tot heden verhinderde de met zaïul overstelpte waarden te bereiken. Zoodra bij goed saizoen de zandbank op de „Lutine" de vaart van de „Antagonist" zal toelaten, zullen ook de financieelc voordeelen van de toepassing dezer nieuwe vinding op het gebied der wetenschap niet achterwege blijve haar te beloonen." BENOEMINGEN EN VERPLAATSINGEN BIJ MARINE EN LEGER. Tot jkapts. 1ste kl. zijn bevorderd de knpts. 2de kl. J. P. M' Gevelaar en H. Hendriksen van het 7de reg. infanterie. Bij het 5de reg. infanterie is benoemd tot kapt. 3de kl. (naar ouderdom van rang) de lste luit. A. II. W. Veldhorst van het 7de reg. Met intrekking van de plaatsing met den 6 Oct. a. s. in de bovenrol van het transportschip met stoomvermogen „Java" van den luit. ter zee 2de kl. E. Simon van der Aa, wordt ter zijner vervanging op dien bodem met voormelden datum geplaatst de luit. ter zee 2de kl. J. P. Wesselink. Tevens wordt met meergemeld tijdstip op het ramschip „de Buffel" geplaatst de luit. ter zee 2dc kl. A. A. Eseher. België. Dezer dagen hebben eenige personen te Gent, uit liet bedelaarsgcsticht van Terkameren komende, eene groote ruit, 250 gulden waarde hebbende, in een winkel aan stukken geslagen. Toen de politie hen aanhield, verklaarden zij die schade te hebben gepleegd met het doel om wederom in de gevangenis te komen. F r a ii k r k. In een der schouwburgen te Parijs, „les Variétés,» is thans eene nieuwe opera van Offenbach, in studie, getiteld: „de Roovers.» Deze titel moet niet ernstig opgevat worden zoo als in het bekende drama van Schiller. In Offenbach's opera zijn de roovers eerlijke lieden, en de mannen, die men eerlijke lieden acht, roovers. Niet zelden gaat het in de werkelijkheid ook zoo toe. De Oostenrijksche spoorwegmaatschappij Ferdinand heeft bij den heer Raskoff, te Chaux de Fonds 1200 horologes besteld, ten einde die uit te reiken aan hare geëmployeerden. Een goed voorbeeld voor andere maat schappijen, want wie hebben meer behoefte daaraan dan juist deze personen. Zwitserland. Het te Lausanna zamen gekomen congres van zich noe mende Vrienden des Vredes en der Vrijheid uit onderscheiden landen van Europa heeft zich in het laatst der vorige week na eene uitvoerige discussie nagenoeg eenstemmig vereenigd met het volgende voorstel eener commissie, die door dat congres in zijne zitting van het vorige jaar henoemd was: „De eigenlijke en blijvende oorzaak van den staat van oorlog, waarin Europa bestendig verkeert, is het volstrekte gemis van eene regterlijke instelling van internationalen aard. „Zal eene internationale regtbank regtsgeleerde beslis singen stellen in de plaats der oplossingen die de oorlog en de diplomatie vruchteloos in het geweld of in de sluw heid zoeken, dan is het eerste vereischte dat die regtbank vrijelijk en regtstreeks door den wil der volken gekozen en ingesteld zij en dat zij internationale wetten, vrijelijk door die zelfde volken aangenomen, tot rigtsnoer voor hare beslissingen hebbe. „Hoe groot ook het zedelijk gezag eener regtbank zij, er moet, zoo hare beslissingen afdoende zullen zijn, eene toereikende magt bestaan om derzelver uitvoering des noods met dwang en geweld te verzekeren. „Zoodanige magt zou dan alleen een wettig bestaan heb ben, als zij regtstreeks door den wil der volken ingesteld, geregeld en geleid wierd. „Die drie instellingen nu, eene internationale wet, eene regtbank voor hare toepassing, en eene magt welke de uit voering van de beslissingen dier regtbank verzekert, zouden te zamen een gouvernement uitmaken.» Op grond van het bovenstaande verklaart het congres: dat het vormen van een eedgenoodschap van volken onder den naam van de Vereenigde Staten van Europa het eenige middel is om den vrede in Europa te vestigen. Rusland. Te Petersburg is een postbeambte gevangen genomen, die niet minder dan 8000 brieven had opengebroken. Dat heet de zaken op groote schaal drijven! Egypte. De Onderkoning heeft bevolen dat de gouvernements klerken in de verschillende departementen van algemeen bestuur niet meer, zoo als tot nu toe het geval was, op zachte divans zullen zitten, maar op houten stoelen. Tevens is hun verboden om tijdens de bureau-uren te rooken en koffij te drinken. De ondervinding had geleerd dat de ambtenaren van den dag op hunne divans sliepen en het grootste gedeelte van het overige met rooken en koffij- drinken doorbragten. VIERDE KEASÖE. Prijzen van f 100 en daarboven. eerste lijst: No. 18707 25,000; No. 364 1500; No. 6764, 9488 en 13076 ieder 1000; No. 4557, 4738, 9804, 15104, 15717 en 19158 ieder f 100.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche en Nieuwedieper Courant | 1869 | | pagina 3