1869. N°. 127.
Vrijdag 22 October.
27 Jaargang.
ZIJNE MAJESTEIT HET SOEVEREINE VOLK.
Uitgever A. A. BAKKER Cz.
Bureau: MOLENPLEIN, N°. 103.
HELDERSCHE
ifl IfdOSfti
EN NIEUWEDIEPER COURANT,
W ij huldigen het goed e."
Verschijnt Dingsdag-, Donderdag- en Zaturdag namiddag.
Abonnementsprijs per kwartaalf 1.30.
franco per post - 1.65.
Prijs der Advertentiën: Van 14 regels 60 cent.
elke regel meer 15 cent.
Groote letters of vignetten worden naar plaatsruimte berekend.
II. (Slot.)
Volkssonvereiniteit is een on-Nederlandsch begrip; hier
heen met vele andere staatkundige theoriën uit Frankrijk
in een bewogenen tijd overgewaaid. Zelfs nog het onbepaalde
van het begrip daargelaten, verdient het reeds daarom de
ernstige afkeuring, omdat het in geen het minste verband
staat, of kon staan, met ons staatswezen, zooals zich dat
op historische wijze heeft gevormd. Nooit heeft in Nederland
het hoogste gezag aan het volk behoord.
De vraag, wie in Nederland souverein is, moet worden
opgelost door de grondwet. Deze omschrijft de regten en
pligten van al degenen, die medewerken tot het staats
bestuur. .//Tous les pouvoirs émanent de la nation," leert
men in de Belgische constitutie; niet alzoo in de onze.
Bij ons is niet de Koning souverein. Zijn magt toch is
beperkt door die van de kamers, en vooral door de
ministeriëele verantwoordelijkheid. Op hare beurt worden
de kamers weêr door den Koning bedwongen. De kiezers
hebben invloed op de regeringzonder hunne keuze is onze
staatsregeling verlamd, maar hun invloed op het staats
bestuur is beperkt. Zoo kan de hoogste magt in den
staat niet worden uitgeoefend, dan door de samenwerking
van al de gestelde magten. Gezamenlijk zijn ze dan souvereinen;
dat isde souvereiniteit berust bij den staat als organisme.
Houdt men dit in het oog, dan eerst wordt het mogelijk,
het vroeger zoo onbestemde begrip te bepalen. Dan is
souvereiniteit: dat hoogere, betere regt, dat het geheel
heeft boven zijne deelendat regt, waardoor het staats
belang gaat boven het belang van de burgers van den
staat indivudueel; de souvereiniteit uitoefenen, heet dan:
lasten en verpligtingen leggen op enkelen, om het welzijn
te bevorderen van allen.
Laten wij ons toch ver houden van schoonklinkende, maar
gevaarlijke wanbegrippen. Zijne Majesteit het souvereine
volk zou erger tyran zijn, dan Nero ooit geweest is. Is
het volk souverein, dan is het minste, waarop het aanspraak
heeft, algemeen stemregt. Ja, logisch zoude men behooren
te komen tot een regt van referendum", een regt, dat
de behoorlijk gemaakte wetten vóór de afkondiging nog
eens aan het volk ter goed- of afkeuring voorlegt.
Wat is algemeen stemregt? De overheersching van het
getal. Gelijkheid, ja, maar de gelijkheid van een Procustus-
bed. De dwaze gelijkstelling van bekwaam en onbekwaam,
van bevoegd en onbevoegd. De overheersching van de
denkende minderheid door de onwetende meerderheid.
Heeft het volk belang bij een algemeen stemregt Even
veel belang als een kind om zich gevaarlijke werktuigen
te zien toevertrouwd; en evenveel regt. Het volk mag
eischen, dat het goed worde geregeerd; mederegeren is de
taak van de bevoegden. Regeren is moeijelijker kunst dan
schoenmaken, en zelfs dit laatste moet men leeren.
Onze tegenwoordige kiezers, zijn ze allen bevoegd en
bekwaam om hunne regten, die de wet ze geeft, uit te
oefenen? Wij willen het aannemen. Zeker is het, dat het
volk, dat volgens de phantastische voorstelling van mr.
Groen van Prinsterer zijn tijd doorbrengt met achter de
kiezers te staan, van staatsregt en staatsbelang geen flaauw
vermoeden heeft. Natuurlijk met enkele individuele uit
zonderingen onze kieswet is niet volmaakt.
Kan er nu eene reden bestaan om het kies-regt uit te
breiden? Voor ons, die niet gelooven aan volks-souvereiniteit,
gewis niet; verlaging van den census zoude enkele bekwamen
invloed geven op het staatsbestuur, maar tevens een onbe
voegde hoop toevoegen aan de kiezers; stemmen om te
tellen, niet om te wegen.
Hoe is dan deze regering er toe gekomen, om de uit
breiding van het kiesregt als noodzakelijk voor te stellen?
De Hemel wete het! Ons is het raadselachtig! Moet het
zijn om den heer Heemskerk een wapen te ontnemen?
Dit was wel onnoodig. Het voorstel van den gemedailleerden,
veepestoverwinnenden, de vrede-van-Europa-medereddenden
oud-minister, was doodgeboren.
Hqt is begrijpelijk, dat zij, wier rigting en meeningen
door de meerderheid van het denkende deel der natie
worden verworpen, de heeren Groen, Heemskerk Az.,
Saaymans, heil en troost zoeken bij de minder ont
wikkelden. Zelfs al moet daarvoor een weinig worden
gecoquetteerd met Zijne Majesteit het souvereine volk,
aan wiens «Majesté de pacotille» zij, evenmin als wij,
gelooven.
Maar hoe kon dit een ministerie doen, dat steun in de
In het eerste gedeelte van dit artikel, geplaatst in het vorig
nommer, is eene zinstorende drukfeil ingeslopen. In reg. 22 v. b.
staat: „Civis Romanus was een bloot artikelzonder regten;"
dit moest zijn: «een bloote titel, zonder regten."
kamers, en steun bij de kiezers vindt? Wij zwijgen; al
stellen wij ons niet tevreden met de wonderlijke explicatie,
dat de «noodzakelijkheid» in de toekomst ligt, als.... de
patent-wet zal zijn veranderd.
Wenschelijk ware het toch, indien «Hoogere zegen»
niet werd vergeten, uitbreiding van kiesregt niet werd
beloofd, in een woord: vergissingen werden vermeden.
Dat er geen «ballons d'essai» meer werden opgelaten.
Dit geeft der oppositie al te goede wapenen in handen,
en maakt bondgenooten moedeloos.
Laten wij ons echter niet verleiden om op de klank af
liberaal zijn. Omdat volks-souvereiniteit in Frankrijk en
België een dogma is van de liberale partij, behoeven wij
Nederlandsche liberalen die gevoelens nog niet te omhelzen.
Omdat in andere landen algemeen stemregt het credo der
democraten is, behoeven wij Nederlanders, dat vreemde
boompje met zijne wrange vruchten nog niet over te
planten op onzen grond. Daarom is het wenschelijk, dat
de liberale bladen den weg door de Arnhemsche Courant
ingeslagen, volgen, en dit plan, hetzij het dan aan 't
ministerie of aan mr. Heemskerk te danken is, ronduit
bestrijden, en uit sympathie voor deze ministers geene
middenwegen zoeken.
Eene uitbreiding van het kiesregt is thans eene dwaas
heid. Verstandig gaat boven liberaal; en staatsbelang boven
partijbelang!
BINNENLAND.
HELDER en NIEUWEDIEP, 21 October.
De Belgische Moniteur kondigt eene spoorweg-concessie
aan, die voor den Belgischen en inzonderheid voor den Ant-
werpschen handel van zeer groot gewigt is te achten.
Sedert jaren werd uitgezien naar het tot stand komen eener
spoorweglijn, die Antwerpen regtstreeks met Dusseldorp
vereenigt. Het Nederlandsche gouvernement hield bestendig
de uitvoering van dat plan tegen. Thans schijnt deze zaak
der verwezenlijking genaderd, en men verwacht van de
nieuwe spoorweg-verbinding, komt die tot stand, de beste
gevolgen voor den handel van Antwerpen. Het schijnt
echter te blijken, dat de vergunning, om den spoorweg aan
te leggen, nog moet worden aangevraagd aan de Neder
landsche en de Pruissische regeringen, voor de gedeelten
grondgebied, waarover de weg zoude moeten loopen, kan
gelegd worden. Is die vergunning binnen 2 jaren tijds niet
verkregen, dan vervalt het aangegane contract.
Het Journal Officiel logenstraft de in den jongsten tijd
verspreide geruchten, als zoude er eerlang eene wijziging
in het Fransche ministerie plaats hebben. Het blad ver
zekert, dat, integendeel, de tegenwoordige bewindsleden
allen te Compiëgne bijeen zijn, arbeidende aan de wets
ontwerpen, die aan het oordeel van het Wetgevend Ligchaam
zullen onderworpen worden. Ook de voorzitter van den
Senaat en die van het Wetgevend Ligchaam zijn naar
Compiëgne vertrokken om aldaar deel te nemen aan de
beraadslagingen over het decreet tot regeling der betrek
kingen tusschen de regering en de hooge staatsligchamen.
Onderscheidene gewigtige ontwerpen van wet zijn thans
bij den staatsraad aanhangig en de regering toont dus eene
werkzaamheid, die geenszins doet denken aan wijziging of
aftreding van het tegenwoordig kabinet.
Zr. Ms. transportschip Java zal den 26 dezer zeilklaar
liggen.
Het fregat met stoomvermogen Admiraal van Wassenaer,
onder bevel van den kapt. ter zee F. R. Toe Water, is,
blijkens een bij het departement van Marine ontvangen
telegram, den 18 dezer van Gibraltar naar Malta vertrokken.
De Nederl. schooner Princess Emelie, gezagvoerder
W. J. Driest, van Riga heden morgen alhier binnen, heeft
in zee opgenomen en alhier aangebragt de equipage, bestaande
uit 12 man, van het Pruissische barkschip Therese, gezag
voerder Pallau, komende van Liverpool, geladen met zout
en bestemd naar de Oostzee, welk schip in een zinkenden
staat is verlaten.
De palingschuit de Hoop, waarvan de equipage door
kapt. Wilhelmsen den 4 dezer alhier is aangebragt, zijnde
dit vaartuig in zinkenden staat verlaten, is op de hoogte
van Ilelgoland door eene loodsboot drijvende gevonden en
te Cuxhaven den 17 dezer binnengesleept.
Tot ridder der orde van den Eikenkroon is benoemd
kapt. Straatman, van het 7de reg. infanterie.
Tot regter-plaatsvervanger in de Arrond. Regtbank
te Alkmaar is benoemd mr. A. P. de Lange, advocaat
aldaar.
Bedankt voor het beroep naar Klundert door ds. G. A.
Rademaker te Sneek.
Men kent het denkbeeld van den minister van oorlog»
om ter verkrijging van vrijwilligers voor het leger, eene
soldaten- of kweekschool voor de landmagt op te rigten.
De Arnh. Ct. brengt hulde aan dit denkbeeld. Zij meent,
dat men op die school den kweekelingen tevens een der
ambachten zou kunnen leeren, die den soldaat in de dienst
te pas komen, terwijl zij zich zouden behooren te verbinden
om het land gedurende een zeker aantal jaren te dienen
deze laatste verpligting ligt in den aard der zaai; zij
begint op het oogenblik dat de jongen op school komt;
door zijn militaire dienst betaalt de soldaat den staat de
onkosten terug, die tot zijn vorming zijn voorgeschoten;
wil hij na afloop zijner dienstjaren tot het burgerlijk leven
terugkeeren, dan is hij door de verkregen kennis in een
gunstige positie. Of uit deze scholen de grondwettelijke
toereikende landmagt zal ontstaan, betwijfelt de Arnh. Ct.,
maar zij gelooft, dat men daardoor een kern van goede
soldaten zal verkrijgen, waaraan groote behoefte bestaat.
Men schrijft ons van Texel, dd. 20 dezer:
«Gisteren namiddag was de stoomboot Ada van Holland,
op hare reis van hier naar het Nieuwediep, letterlijk in
gesloten door een groote massa drijvende kisten en balen,
waarschijnlijk tot de lading behoord hebbende van hel op
de Razende Bol gestrande brikschip Napoleon, welk schip
door den vloed was gebroken.
Eenige schulpenschuiten waren druk bezig, om zoo veel
mogelijk van de drijvende voorwerpen te bergen.
Heden middag werden van gemelde stoomboot eenige nieuwe
planken drijvende gezien. Ook vernemen we, dat aan het
zeestrand alhier eenige balken zijn aangedreven.»
«Heden morgen strandde alhier het Noorsche brikschip
Sif, kapt. Jenssen, komende van Calais in ballast en naar
Noorwegen bestemd.
De equipage, uit acht man bestaande, is door de Kooger
reddingboot aan wal gebragt, waarmede ook hunne goederen
benevens zeilen, trossen, enz. voor een deel zijn geborgen.
Het schip was geheel masteloos, en is door het hooge
vloedgetij, dat door het storm weêr van den vOrigen nacht
was opgestuwd, hoog op het strand geslagen, zoodat het
bij laag water geheel binnen de branding zat.»
Men schrijft ons van West-Terschelling, dd. 18 dezer:
«Gisteren middag verspreidde zich alhier de mare, dat aan
het oost-einde van ons eiland een schip digt onder het strand
zich bevond en hoogst waarschijnlijk, tengevolge van den
vreeslijken storm en de holle zee, zou moeten stranden.
Onmiddelijk na het vernemen van dit berigt spoedden zich
een tal van wakkere mannen naar de plaats, wiar, door
hunne hulp, welligt menschenlevens zouden te redden zijn
En spoedig bleek het, dat men zich niet vergist had.
Op ongeveer vijf uren afstand van dit dorp namelijk was het
schip gestrand en zag men er bergen water over heen
loopen, waaruit men met grond opmaakte, dat de opvaren
den in groot levensgevaar verkeerden.
Na herhaalde vergeefsche pogingen met de reddingboot
gelukte het aan drie wakkere mannen, namelijk T. Ruigh,
J. A. Pais en J. Bakker, niet dan na bijna bovenmensche-
lijke inspanning, om, te paard gezeten, successivelijk alle
opvarenden, bestaande uit 10 man, behouden aan wal
te brengen. m
Zoo er ooit sprake konzijn van belooning voor daden
van zelfopoffering, dan dunkt mij is het niet meer dan
billijk, dat aan genoemde menschenvrienden, hetzij van
wege de Noord- en Zuidhollandsche Reddingmaatschappij,
hetzij van gouvernementswege, eene aan hunne gewigtige
diensten geëveitredigde belooning worde uitgereikt.
De naam van het brikschip was Frithyoff, kapt. M.
Sjölund, van Skeleftea bestemd naar Gloucester en geladen
met hout.
Bij goed weder en zuidelijken wind hoopt men de lading
te bergen.» fj
Aan den gepensioneerden matroos der marine Ulrich
Siebrands is jl. Zondag door den burgemeester'der gemeente
Schagen op plegtige wijze uitgereikt de medaille voor deel
neming aan de krijgsbedrijven in Nederl. Oost-Indië.
Men schrijft ons uit Schagen:
«In het begin van het volgende jaar zal te dezer plaatse
eene verloting worden gehouden, ten voordeele van de
Departementale Bewaarschool alhier. Er zullen zijn 400
loten en minstens 200 prijzen. De loten zijn a 50 cents
verkrijgbaar gesteld en de commissie van beheer roept de
medewerking in van allen, die belang stellen in de instand
houding dezer hoogst nuttige inrigting. Zij noodigt uit tot
het nemen van loten en het inzenden van geschenken
voor prijzen.»
Een 12tal inwoners van Schagen en omliggende
gemeenten hebben zich op de oproeping van ds. Brouwer,
predikant te Barsingerhorn, tot eene commissie vereenigd,
ten einde zich in het daarvoor zoo goed ingerigte lokaal